OVERWINNAAR
MET EEN FIESCH EN WAT PAPIER
MAKEN WIJ PLEZIER
i
DE NOCmD-OOSTER VAN ZATERDAG 5 APRH 1*41
VHÊRDE BLAO
Holbewoners
in de buurt van Parijs
VOOR KLEINE TUINEN
Gladiolen en Anemonen.
Wie vindt een zaktelefoon uit
HET UITHALEN VAN NESTEN
SCHAADT DE VOGELS EN
OOK DE JEUGD.
Trekken de vrpuwen den
bliksem aan
-, -
EEN GAVE.
V.
V
Sctan Us
GUSTI HUBER.
De charmante Duitsche filmactrice, die vooral den laatsten tjjd meer op den voorgrond treedt.
la Charrière-sur-Seine, niet ver
van de hoofdstad van Frank-
rjjk wonen nu nog menschen
la de spelonken, die duizend
jaar geleden door monmiken
gebouwd werden.
Het le een wonderljjk idee, dat niet
zoo heel ver van Parjjs, de llchtstad
met baar beschaving, cultuur en luxe,
nog menschenwoningen bestaan, die ge-
ljjkenls vertoonen met de troglydyten
udt het eteenen tjjdperk. Dat la zoo on-
geveer het geval bjj het plaatsje Ohar-
rière-sur-Seine. Toch stammen deze
huizen nlet uit het Steenen Tjjdperk.
Ongeveer duizend jaar geleden kwa-
men monniken in de buurt van Char-
rière, op zoek naar geschikt bouwma-
teriaal voor kerken. Aan de oevers van
de Seine vonden zjj de gezochte, tegen
weer en wind bestand zijnde steen. Ach-
ter de rivler verheft zlch een rotsachtig,
heuvelig landschap, en op de hellingen
daarvan is Charrière gebouwd. Wan-
neer men boven op de steile oevers
staat, is op heldere dagen de hoofdstad
van Frankrijk te zien.
Aan den raad van dit bergmassief
werkten vele jaren lang de monniken
en hakten met hun houweel het eene
blok na het andere uit de rotsen. De
blokken hardsteen werden dan op boom-
stammen naar het dal gerold, daar aan
de oevers in vrachtsehepen geladen en
naar de abdij van St. Denis gebracht,
waar deze monniken thuis hoorden.
Zij bouwden hun woningen in de rot-
Ben dat was niet zoo vreemd voor de
Middeleeuwers als voor ons. Met hun
houweelen hakten zij de wanden glad en
maakten vensters en deuropeningen in
de rotsen. Tôt het jaar 1137 werden de
ze primitieve holwoningen door de
steenhouwende monniken bewoond. Toen
llet de abt surger op den top van de
bergen een klooster bouwen, waar de
monniken in mochten wonen.
Een paar van deze schilderachtige
rotswoningen worden nu nog door ge-
meenteleden van het stadje Charrière
bewoond. De holen zien er 's zomers uit
als feeënverbljjven. Zij zjjn geheel be-
groeid met struiken, klimplanten en ge-
boomte, en om de natuurlijke schoon-
heid nog wat te verhoogen, tooien de
„troglodyten van de twintigste eeuw"
de vensters en deuren met bloemen.
Maar vele van de holen zijn nu al verla-
ten. Zjj dienen niet alleen als beziens-
waardigheiâ voor vreemdelingen, maar
worden sinds eenigen tjjd ook gebruikt:
Men vlndt er complété champignon-
kweekerijen in welker oogsten in
Frankrijk een zeer goeden naam heb-
ben.
EEN MOEILIJK BEROEP.
In Hollywood verlaeen twee personen
hun betrekking bjj een fabrlek van lip-
penstiften, omdat zjj nlet aanhoudend en
stevig genoeg kussen konden, om de
kuavastheid van de lippenstiften te be-
wjjzen.
HAABLENGTE EN UNIVEHSITEITS-
STUDIE.
De rector van de universiteit te An
kara heeft een verordening gèpubliceerd,
wa&rbjj wordt medegedeeld, dat iedere
toehoorder, wiens haar langer is dan 10
milllmeter, dem toegang tôt de Collèges
gewalgerd kan worden.
Eind Maart, begin April is het de
meest gewenschte tjjd om Gladiolen te
planten. Deze bloeien dan omstreeks de
maanden Juli eh Augustus. Wie b.v. In
Mei Gladiolen uit zou planten, krjjgt pas
in Augustus en September bloemen.
Wanneer de Gladiolen worden geplant
met het doel om straks snij bloemen te
hebben, heeft men. het meest aan de
grootbloemige soorten. De grootbloemi-
ge Gladiolen hebben echter een steun
noodig van latwerk en worden daarom
meestal op bedden uitgeplant op afstan-
den van 12 15 centimeter.
Wie grootbloemige Gladiolen tusschen
vaste planten zet, doet verstandig om ze
in groepjes te planten: er worden dan
eenige stokjes bijgezet, waaraan de sten-
gels later kunnen worden vastgebonden.
De kleinbloemige Gladiolen (Gladiolus
Primulinus) zijn een nieuw ras van de
laatste jaren. Deze vallen bij slagregen
e.d. niet zoo gauw om en kunnen we.
daarom uitstekend tusschen de andere
vaste planten gebruiken. Deze variëteit
levert schitterende kleuren.
Anemonen zjjn vooral bekend om haar
frissche kleuren, terwjjl de bloemen wel
een paar weken in de vaas goed blijven,
vooral de enkelbloemige soorten. Ane
monen laten zich nogal gemakkelijk
kweeken. We planten de klauwtjes op
een zonnige plaats uit in Maart of be
gin April op een diepte Van 3 centimeter
en ongeveer 4 5 centimeter uit elkaar.
Ook Mombretia's worden bij voorkeur in
groepjes geplant. De bolletjes komen 5
6 centimeter diep in den grond en heb
ben een onderlingen afstand noodig van
12 tôt 15 centimeter. De bloemen vari-
eeren in kleur van warm-geel tôt diep
oranje en rood. De Oranje-kleurige
Mombretia's zien we echter het meest.
Omdat Mombretia's jaren lang op de-
zelfde plaats kunnen blijven, worden ze
dikwjjls in de border uitgeplant. De
Mombretia levert eveneens een fjjn
bloempje voor de vaas.
Indien het weer dat toelaat, kunnen
eind Maart de eerste bloemkoolplantjes
worden uitgezet in den vollen grond, op
afstanden van circa 40 centimeter (De
latere bloemkool komt op afstanden van
60 tôt 70 centimeter) Deze z.g. bloem-
koolweeuwen werden door kweekers in
het najaar gezaaid en overwinterden on-
der glas. Particulieren kunnen deze plan-
tjes nu koopen, maar de kweekerjj is
voor beginners erg riskant, vooral op
grond, die niet erg vruchtbaar is.
Poters voor vroege aardappelen kun
nen nog steeds worden uitgezet, doch
hiermee moèt toch niet lang meer wor
den gewacht. De grond voor de latere
aardappelen moet nu worden gespit, om
dat het pootmateriaal in den loop van
April uitgezet moet worden.
Nadruk verboden.
EEN NET VAN TUNNELS
TUSSCHEN VIJF
RAKOCZY-KASTEELEN.
Bjj restauratiewerk van het oude Ra-
koczy-kasteel te Borsi in Hongarjje
werd een geheimzinnige tunnel ontdekt.
Toen men den onderaardschen gang
nauwkeuriger onderzocht, kwam men
tôt een verrassende ontdekking. De tun
nel was een deel van een heel net van
deze geheimzinnige pnderaar<jsche we-
gen, die de vier oud-adelljjke sloten van
Sarospatak, Kôvecz, Mimkacs en Ro-
gecz met het Rakoczy-slot verbonden.
Aile deze kasteelen hebben eens aan de
famille Rakoczy gehoord. De gangen
zjjn zoo breed, dat twee ruiters er naast
elkaar doorheen kunnen rjjden. Een
gedeelte der tunnels loopt onder de ri
vler Bodrog door. De volkasagen we-
ten te vertelien, dat deze onderaardsche
gangen voeren naar verborgen schat-
ten, die in het grjjze verieden aan de
Rakoczyr behoord hebben.
Een millionair in Illinois (V.S.) heeft
een prjjs van 50.000 dollar uitgeloofd
voor dien uitvinder, die het gelukt een
bruikbare en goedkoope zaktelefoon te,
maken. Het toestel mag niet meer dah'
500 gram wegen, moet handig zjjn in
het dragen en de mogelijkheid openen
met iederen aangeslotene op het tele-
foonnet in een omgeving van 100 K.M.
in verbinding te komen. De prjjs van
het toestel moet laag zjjn, dus niet
duurder dan 100 dollar. Eigenljjk is het
wonderljjk, dat een Amerikaansch mil
lionair door het beschikbaar stellen
van zoo'n hooge belooning denkt een
zaak te kunnen. helpen, waar vele ult-
vinders zich al lang het hoofd over bre-
ken. Gelukt de eonstructle, dan zal de
uitvinder rijk genoeg wezen om zich
van den in uitzicht gestelden prjjs van
den millionair niets aan te trekken.
MAAK VAN DE KINDEltEN VOGEL-
VRIENDEN DOOR HUN BELANG-
STELLING OP TE WEKKEN.
Nu het voor jaar weer zjjn intrede
doet, de trekvogels uit het warme Zui-
den terugkeeren en boomen en struiken
aan aile kanten uitbotten, zal vooral in
de jeugd de lust ontwaken om door veld
en bosch te zwerven. Hoe verheugend de
belangsteiling voor de natuur op zlch-
zelf ook moge zijn, het is jammer, dat
zij, vooral bj) de jongens, zoo dikwjjls
verkeerde vormen aanneemt en ontaardt
in het uithalen of verstoren van nesten.
Het uithalen van nesten is een kwaad,
waar de vogelstand emstig onder ljjdt,
temeer omdat de broedtijd voor de vo-
gels toch al een tjjd vol gevaren is, daar
vele broedsels door roofdieren en slecht
weer verloren gaan.
Wjj hebben de vogels noodig, niet al
leen omdat zjj nuttig zjjn door het eten
van schadeljjke insecten, maar vooral
omdat zjj zooveel vreugde in ons leven
brengen door hun verschjjning en hun
zang.
Met allen aandrang doen wjj daarom
ook ddt jaar een beroep op ouders en
opvoeders om de aandacht der jongens
te vestigen op het verkeerde van het
uithalen van vogelnestjes.
Men moet niet meenen, dat het kwaad
niet te verhelpen la. Op scholen, waar
het beschermen van vogels krachtlg
wordt aangemoedigd, zjjn gunstige ré
sulta ten nooit ultgebleven. Een beroep
op het eergevoel der jongens en meer
nog het opwekken van belangsstelling
voor de levenswjjze der vogels hebben
steeds een goeden invloed. Er is geen
beter middel om belangsteiling te wek-
ken dan het plaatsen van eenige nest-
kastjes bjj huia of aohool. Kinderen, die
een vogelhuishouden in een nestkastje
van nabjj hebben gadegeslagen, zullen
zich niet spoedig meer vergrijpen aan de
nesten in bosch en veld.
Met wat zorg en goede ledding kan
men van aile kinderen vogelvriénden
maken. En wjj moeten bedenken, dat het
hierbjj niet alleen gaat om de vogels,
maar ook om te zorgen, dat het beste,
wat in de klnderziel leeft, niet wordt
verstlkt door ruwheid en wreedheld.
Een intéressant onderzoek is door het
Japansche Centrale Meteorologische Ob-
servatorium begonnen. Het gaat hier om
de vraag, of bjj inslaande bliksem
vrpuwen en meisjes meer getroffen wor
den dan mannen en jongens. Bjj een
zwaar onweer in Junl van het vorige
jkar sloeg de bliksem tegen 17 uur in
een boerenwoning in. Hjj trof een in den
tuin staande cyprès en werd door dezen
boom, die hoegenaamd niet beschadigd
werd, afgeleid naar het huis. Hier be-
vonden zich in de kamer vjjf personen,
nameljjk een oudere vrouw twee meisjes
van drie en zeven jaar en twee jongens
in den ouderdom van negen en achttien
jaar. Deze menschen zatèn naast elkaar
in de kamer. De bliksem Sloeg in en
doodde de oude vrouw en de beide meis
jes, terwjjl de jongens met den schrik
vrjj kwamen. Door dit geval opmerk-
zaam gemaakt, wil het instituut nu
verdere onderzoekingen op dit spéciale
terrein instellen.
Een oogenblik was het heei stil in het
hooge studeeiwertrek. De man achter de
schrjjftafel keek naar de man voor zich.
Deze zat heel rustig. Alleen een fjjn
rood lag over zjjn wangen, terwjjl de
oogen even gesloten werden. Daarna
kwam er een glimlaoh rond zjjn moud.
Niet een cynische uiting was dat, niet
een gevoel van ironie sprak er uit, doch
enkal een medelijdend begrjjpen.
De man achter de schrjjftafei zag het
en balde even de vuisten... Kon hjj die
vriend van zjjn vrouw maar een keer
buiten zichzelf brengen, maar een keer
gevoelig treffen, maar een keer zjjn rust
breken. Het scheen ook dezen keer niet
te geluJkken...
De man achter de schrjjftafel was
Houtsma, een groot fabrikant. Hjj had
zich opgewerkt van loopjongen tôt eige-
naar van fabriekscomplexen. Het was
echter of de elite van het fabrieksstadje
nooit kon vergeten, wie en wat Houtsma
eens was geweest. Zjj wilden hem niet
als de hunne erkennen en sloten hem
buiten, waar zjj konden. Dit krenkte den
fabrikant meer dan hjj ooit liet bljjken.
Om te laten zien, wat hjj kon en wie hjj
was, hield hjj zlch bezig met de kunst.
Talrijke kunstenaars noodigde hjj uit bjj
zich thuis te komen. Velen maakten
gaame van deze uitnoodiglng gebrulk.
Vooral ook omdat Houtsma zeer royaal
was met zijn financieelen steun. Hjj gaf
links en gaf reohts en begreep niet,
hoe hjj edgenijjk geëxpioiteerd werd door
vele menschen, die zich kunstenaar
waanden, doch in werkeljjkheid leeg-
loopers en nietsnutters waren. Zjjn
vrouw, die het dwaze van deze hande-
ling inzag, zel wel eens tôt hem: „Jjj
verwerft je vrienden niet, maar jjj
koopt ze. Als jjj eens arm wordt, dan
heb je geen enkele vriend meer. Dan
hebben ze jou niet meer noodig". Houts
ma was boos geworden op zjjn vrouw.
Geljjk hjj steeds boos werd op zjjn vrouw,
wanneer die hem voor een en ander
waarschuwde. Hjj wist steeds beter wan
neer een mensch met goede bedoelingen
hem waarschuwde en stootte door zjjn
eigenaardige houding steeds weer op-
nieuw zjjn hoofd.
Geljjk hjj zich ook dezen keer weer
het hoofd stootte, toen hjj tegenover den
vriend van zjjn vrouw stond. Een njjd,
die hjj niet kon overwinnen, maakte zlch
van Houtsma meester, wanneer hjj te
genover Heine Heining's leven het zjjne
Stelde. Zoooogenschjjnljjk was dat van
hem rjjker dan dat van Heining, doch
innerljjk wist hjj dat van Heining beter
en mooier. Heining verdiende als schil-
der niet veel, doch had in zjjn leven
kracht gevonden om boven het geid uit
te komen. Zjjn bestaan was kl den loop
dér jaren zeer eerivoudig geworden. Hjj
had geen stoffeljjke edschen gesteld,
doch had dankbaar aanvaard wat dit
aardsch bestaan hem wilde schenken.
Hjj had zjjn schilderkunst en de men
schen. Van beide hield hjj evenveel. Hjj
ging geheel op in zjjn werk, wanneer hjj
weer-een schilderstuk onder handen had.
En hjj hield ook van de menschen, voor
wie hjj goed was, die hem geen kwaad
konden doen. Er waren menschen die
hem zeer oniheusch en zeer onaange-
naam hadden behandeld. Hj| nam het
hen niet kwalijk, bleef hen ontvangen en
wist door zjjn houding te bewerken, dat
zjj zich in de toekomst anders tegenover
hem gedroegen. ,,Een fjjne kerel", zeiden
de menschen onder elkaar.
Gauw, zoek een oude flesch op! En
ook een paar oude kranten. Verder een
flink eind touw, of, wat eigenljjk leuker
is, een paar stevige bonté draden en wat
vroolijk gekleurd papier.
O ja, de schaar en de gompot komen
er ook nog aan te pas. E5n dan kùnnen
we beginnen. We zulien maar eerst een
krant over het tafelkieed leggen, want
een ljjmpot is een gevaarljjk ding en
kleverige tafelkleeden zjjn erg akelig
Dus eerst die krant. Dan zetten we de
flesch vlak voor onze neus en zeggen
,,Jou zullen wjj eens netjes aankieeden"
en beginnen.
Eerst knippen we een band van licht
papier en plakken die netjes om den
voet van onze flesch. 't Papier vooral
stevig aandrukken Over die band komt
een bies. Natuurljjk in een andere kleur.
Je moet hem op plakken als de band
goe(j droog is.
Nu knippen we ronde plakjes van al-
lerlei kleuren en plakken die kris-kras
door elkaar op de flesch. De plakjes kun
nen we met elkaar verbinden met pa-
pier-balkjes. We knippen dan bonté
reepjes en plakken die tusschen de cir-
keltjes. Je ziet ze wel niet op het plaatje,
maar ik weet hoe leuk ze staan. Je
kunt 't allicht probeeren.
Om de hais van de flesch plakken we
een biesje in dezelfde kleur als 't smalle
randje onderaan de flesch. Aïs we een
kiirk te pakken kunnen krjjgen, stoppen
we die z66 diep in de opening, dat ze
geljjk komt met den bovenkant van de
flesch, er niet meer bovenuit steekt.
Hebben we geen kurk, dan maar de ope
ning dichtstoppen met wat papier.
Ziezoo, de flesch is aangekleed. Z'n
pakje is wel leuk, vinden jullie niet?
Nu komen de kranten aan de beurt.
Die rollen we op, tôt we een stevig rol-
letje krjjgen. Vooral vâst rollen
De roi buigen we tôt een ring, waar-
van we de uiteinden goed aan elkaar
maken. Nu nog de ring omwoelen met
ons touw of onze draden en we hebben
een werpspal, waarmee Je prêt kunt heb
ben. Vanzelf sprekend kun je er zooveel
ringen bjj maken als je zelf wilt. Eén
raad zou ik je willen geven Gebruik
dit spel als tafelspel, maar, wil je 't op
den grond spelen, doe dit dan niet op
een steenen vloer, want glas breekt
gauw en dat zou nu zonde zjjn van ai
ons werk
Zullen we samen eens een spelletje
doen 7
Laten we de flesch dan op tafel zetten.
We nemen elk een ring, gaan minstens
twee meter van de tafelstaan en hup
daar gaat de mjjne Natuurljjk vliegt
ie er naast. Kan jjj het beter? Warem
pel! Bjjna om de hais van de flesch
Nu ik weer. Weet je wat ik doen zal
Wat voorzichtiger gooien Net of ik de
ring door de lucht s c h u i f en nlet gooi.
Zie je wel, nu gaat het beter. Maar toch
nog niet goed genoeg Als jjj je ring nu
ook zoo door de lucht schuift, lukt het
je vast Eén, twee, toe dan Schui-
v e n met je ring. Ja, ja, goed zoo Hjj
komt er Neen, 't soheelt maar een
haartje, maar jjj bent er toch ook nog
naast. Ik geloof dat 't komt, omdat je
niet stil gestaan hebt. Probeer nog eens!
Eerst uitmikken hoe hoog je je hand
moet houden en dan maar wagen! En
vooral stil staan. Hoera, 't is gelukt.
Nu gaan we een beetje verder weg staan
en maken er een echt spel van. Om pun-
ten. Voor elke worp die lukt, krjjgen we
punten. We mogen vjjf maal gooien.
Wie dan de meeste punten heeft, is win-
naar. Met wie ga je 't probeeren? Want
ik moet er mee ophouden, ik moet nog
een heeleboel schrjjven voor jullie krant!
Maar je weet nu wat je doen moet en je
kunt zelfs heele wedstrjjden in elkaar
zetten. Als je meer flesschen neemt en
meer ringen. Je neemt b.v. drie fles
schen en ieder neemt zes ringen. En dan
doe je wie het eerst al z'n ringen om
z'n flesch heeft. Die heeft dan natuurljjk
gewonnen. Of je spreekt af, dat Ieder
vjjf mlnuten lang ringen mag gooien en
dan kjjk je- wie het meest heeft bereikt
la zjjn vj)f mirliton AU je geen ringen
genoeg hebt, gebruik je natuurljjk de
ringen die er naast vielen. Een van de
medespelers moet ze je aangeven, want
je mag geen tjjd verliezen met heit op-
rapen van ringen.
Hoe wordt een flesch gemaakt T
Leem, aarde en zand zjjn de grond-
stoffen voor de glasbereiding. In de glas,
fabrlek komen deze grondatoffen eerst
in mengtrommels, machines, die een
oorverdoovend lawaai maken. Daarna
maakt het gemengde zand een reis door
ontelbare buizen, langs loopende banden
en komt eindeljjk in ovens, die een tem-
peratuur hebben van bjjna 1400 graden.
In deze ovens wordt de glasmassa ge-
vormd. Het is niet gemakkeljjk uit deze
taaie brjj een voorwerp te maken. Voor
de vorming van een voorwerp gebruikt
men lange buizen, die evenals een ta-
bakspjjp, in 't midden een blaaakanaal
hebben. Door het blazen zet de gloedende
massa uit. Er wordt mee gedraaid en
geizwaaid, tôt de vormlooze hoop opeens
op een flesch gaat Ijjken. Deze ruwe
flesch wordt, met de blaaspjjp, gloeiend
en wel, in een vorm gezet. Langzamer-
hand wordt zjj dan zôd, als zjj behoort
te zjjn, waarna zjj in een aven gezet
wordt, die evenwel van lagere tempera-
tuur U als die, waar de
voraod wordt
Heining had met Houtsma ksnnis ge
maakt, toen laatstgenoem.de als 't ware
bjj hem op het atelier was birmenge-
drongen. Houtsma had zich als kunst"
beschermer voorgedaan en had weliS"
waar geen doeken gekocht, doch had
met aile geweld Heining zjjn hulp willen
opdrlngen. Wat hem slechts ten deele
was gelukt Heining, die in dien tjjd het
zeer moelljjk had, had eenig geld van
Houtsma aangenomen. En hoewel die
gezegd had het hem niet weer terug te
betalen, hinderde het Heining geweldig,
dat hjj het nog nlet had kunnen doen.
De omstandigheden waren echter mâche
tiger dan zjjn wil.
Heining was een paar keer hjj Houts
ma op bezoek geweest, had kennis ge»
maakt met zjjn vrouw en had vriend.
sch&p met haar gesioten. Dat, wat dit
vrouwtje bjj haar man mis te, vond zjj bjj
Heining wat warmte en kameraad-
schap.
Hier vond Houtsma een gelegenheid
om Heining te treffen. Houtsma waa
Heining beginnen te ha ten. Andere men^
schen, die hjj had geholpen en nog hielp
waren beleefd en vriendeljjk, schjjnbaaï
harteljjk en schjjnbaar dankbaar jegena
hem. Heining was zichzelf gebleven,
stond eerljjk tegeuover Houtsma, zei het
hem ronduit, wanneer Houtsma ieta
deed dat hjj verkeerd dacht. Dit kon
Houtsma niet verdragen.Zoo'n armoe-
zaaier, wat verbeeldde die zich... Ook
haatte Houtsma Heining om zjjn groota
rust, zjjn innerljjke rjjkdom, en uit dien
haat was een "verlangen geboren, Hei
ning te kwetsen, hem iets te ontnemen
wat hem dierbaar was. Daarom had hjj
Heining verzocht, hem even naar zjjn
bureau te volgen, toen die voor een
keertje weer op bezoek kwam. Toen had
hjj Heining gezegd, dat de vriendschap
tusschen zjjn vrouw en hem geëindigd
moest worden.
Heining «pende zjjn oogen, die hjj na
die woorden even gesioten had, weer eh
zag Houtsma helder en klaar aan.
„I« da t de wensch van je vrouw T*
vroeg hjj.
„Nee", was het antwoord, „ik wensch
het".
„Waarom
„Moe<t ik jou misschien rekening en
verantwoording van mjjn wenschen ge
ven?"
,Jk aou het graag willen."
Omdat deze vriendschap te zeer in
de gaten loopt, omdat ik niet wil daA
mjjn vrouw in opspraak komt."
Rustig sprak Heining daarop, dezen
keer echter met een zekere scherpte in
zjjn stem „Ik hoop, dat je de waarheid
spreekt. Ik heb echter iets anders ge
hoord. Jjj ontvangt mjj hier bij je aan
huis, en je deinst er niet voor terug, om
mjj tegenover anderen belacheljjk ta
maken of te kleineeren. Je weet nlet
wat je moet doen, om mjj te treffen. En
wel Juist daar, waar je mjj niet treffen
kunt. Je hebt schunnige opmerkingen
over de verhouding tusschen jou vrouw
en mjj gemaakt. Omdat je je niet kunt
indenken, dat er werkeljjke kameraad-
schap tusschen een man en een vrouw
kan bestaan, omdat jjjzelf door en dooï
vuil bent... Eln nu wil je de zedenmees-
ter uithangen. Ach, hoe dwaas, man, hoe
dwaas. Dacht je nu, dat je de menschen
daarmee zand in de oogen strooida.
Neen, mjjn waarde, daarvoor begrjjpen
de menschen je te goed, ai denk je dan
ook van niet... Het spjjt me voor da
vriendschap tusschen jou vrouw en
Ik heb je vrouw leeren waardeeren als
een hoogstaand mensch, die een betere
man naast zich verdiende, dan jjj er
bent, doch die jou desondanks liefheeft,
jou niet alleen in daden, doch ook in
woorden en gedachten trouw bljjft,
Want zjj verdedigt jou steeds, wanneer
er ook maar iemand is, die iets op jou
durft aan te merken... Ik ga nu. Ik beat
niet boos op jou. Waarom zou ik? Jjj
bent nu eenmaal zoo en niet anders. De
mensch heeft zichzelf niet geschapen...
Ik neem geen afschedd van jou. Mjjn
deur staat steeds voor jou open en ik
verwacht, dat je tôt mjj terug komt. Ik
zal het jou nlet moelljjk maken. Ik veav
lang geen verontschuldigingen. Als Ja
terug komt weet ik tmmers, dat Je he*
verkeerde van je handeling inziet..,
Misschien kunnen wjj dan een vrienxN
schap op betere grondalagen opbouwen."
Reeds was Heining bjj de deur toen hjj
Houtsma hoorde roepen „Ik kom toch
niet bjj je". Stil sloot hj| de deur achter
zlch.
Houtsma bleef achter en balde da
vuisten. „Ik zal toch moeten gaan"a
dacht hjj, irLk zal toch moeten gaanfa
W. J. EBLSSEMA.
„Jjj, lieve, kleine zwaluw,
Waar kom je weer vandaan?
Wie leidde je langs wegen,
Die jjj zoo ver moest gaan?
Wie zei je, dat het voorjaar
Hier weder kwam in 't land?
Ja hebt in je kleine kopje
Toch niât zooveel verstand.
Hoe kon je weder vinden
Het dak van onze schuurî
Hoe wist je 't oude nestje
Nog aan den ouden muur?"
Zoo vroeg het kind. De zwaluw
Streek op het nestje neer.
„M j)n jongen", zei toen moeder t
^Door gave van den Haer".