D
il
E ECHTûENOTE
PAN DE MINISTER
Gemeenteraadsvergadering
TWEEDE BLAD.
Zaterdag 26 Februari 1949
No. 15
SPOORWEGNIEUWS.
EEN APPARAAT VOOR HET
KUNSTMATIG VERLENGEN
VAN HET LEVEN.
over iB46, De rede, welke Prof. W. Se hermerhom te Hoogezand
heeft gehouden.
NIEUWE BONNEN
Te SAPPEMEER
gehouden Donderdag 24 Febr.
De BURGEMEESTER feliciteerde
de heer Boer, die ziek geweest was
met zijn herstel en deelde mede, dat
de leden A. Kamps en Brugge we-
gens ziekte afwezig waren. Hy
zei dat voor het jaar 1949 aan Sappe-
meer de bouw van 12- woningen is
toegestaan, waarvan 7 normaal en 5
voor industriële doeleinden. De wo
ningen mogen een inhoud hebben
van 265 m3. Verder deelde de Bur-
gemeester mede, dat toestemming
was verkregen tôt de bouw van een
Finse school, waarmede tegen 1 April
zal worden begonnen, en dat de laat-
ste vergadering van de gemeenteraad
van Sappemeer zal plaats hebben op
31 Maart, in Welke vergadeirng spre-
ker afscheid zal nemen.
Ingekomen stukken
De ingekomen stukken bestaande
uit goedkeuringen van Gedeputeerde
Staten van door .de raad genomen
besluiten, o.a. het besluit tôt ver-
bouw van de o.l. school aan de Kees
de Haanstraat en het besluit tôt ver-
bouw van de ULO-school te Kleine-
meer.
Deze stukken werden voor kennis-
geving aangenomen.
Onderwijs
Van de besturen der bijzondere
scholen zijn verzoeken ingekomen
om voorschot op de gemeentelijke
vergoeding voor het dienstjaar 1949.
Besloten werd op een basis van
f 21.07 per leerling voor l.o., f 33.61
per leerling ULG en f 11.81 per leer
ling voor vakonderwijs (lich. oef. en
nutt. handw.) te vergoeden aan:
het R.K. Kerkbestuur van de H.
Willibrordus te Sappemeer voor de
school voor l.o. 148 1/3 x f 21.07 is
f 3125.38;
de Ver. voor Geref. Onderw. te
Sappemeer-Hoogezand 157 x f 21.07
is f 3307.99;
de Ver. voor Chr. Uitgebr. L. O. te
Hoogezand-Sappemeer voor de school
voor uitgebr. l.o. 105 2/3 x f 33-61 is
f 3551.46 en voor vakonderwijs aan
die school 105 2/3 x f 11.81 is f 1247.92
De betaling van genoemde bedragen
kan geschieden in 4 termijnen.
Van de - Ver. voor Chr. ULO te
Hoogezand-Sappemeer is voorts een
verzoek ingekomen om de benodigde
gelden beschikbaar te stellen voor
aanschaffing van een naaimachine
ten behoeve van het handwerkon-
derwijs- Op voorstel van B. en W.
Wordt besloten hiervoor een bedrag
van f 350 beschikbaar te stellen.
Electrische straatverlichting
Besloten wordt straatverlichting
aan te brengen aan de Zuidzijde van
het Kleinemeersterdiep en de West
zijde van de Kleinemeersterstraat
over de spoorwegovergang. Aan de
Kleinemeersterstraat zullen 7 straat-
lampen komen en aan het Kleine
meersterdiep Z.z. 6. De kosten van
aanleg van de 13 lampen zullen be
dragen f 3030, terwijl de jaarlijkse
kosten voor de verlichting worden
geraamd op f 12 per lantaarn.
Op een vraag van de heer WIE-
RINGA (CHU) waarom electrische
verlichting wordt aangebracht, ant-
woordde de burgemeester, dat aan
de Kleinemeersterstraat Westzijde
een bovengronds net is. Hierdoor is
het aanbrengen- van electrische
straatlampen goedkoper dan het
plaatsen van gaslantaarns. Aan het
Kleinemeersterdiep Zuidzijde is he-
lemaal geen gasbuis.
De heer SCHâFER (Arb.) infor-
meerde hoe het staat met de verlich
ting van de Kleinemeersterstraat
voor de spoorwegovergang. Hierop
antwqordde de Burgemeester dat uit-
breiding van het aantal lampen aan
de Westzijde met 4 5 lampen nood-
zakelijk is.
Klein emeersterbrug
De kosten vopr herstel van de
Kleinemeersterbrug bedragen f 15533
Hiervan komt ten laste van het
Rijk f 8773.84, zodat voor reke-
nir.g van de gemeente blijft te
betalen f 6759.16. Besloten wordt
de' begroting 1949 zodanig te wijzi-
gen, en de post ad f 4500 voor her
stel, uitgetrokken in de begroting
1948, in te trekken.
Zoals reeds bekend zal de huidige
Kleinemeersterbrug worden vervan-
gen door een brug welke een breedte
heeft van 2 meter, en welke volgens
Provinciale Staten een overspan-
ning moet hebben van 9.60 m.
Begrotingen 1946 en 1947
De begrotingen 1946 en 1947 werden
vastgesteld terwijl werd besloten
enige posten voor schoolgeld e.d. on-
inbaar te verklaren.
Dlversen
Een aantal aanslagen in de straat-
belasting van personen, die deze be-
lasting bezwaarlijk kunnen betalen,
werden oninbaar verklaard, terwijl
op verzoek van de accountant Visser
de hondenbelasting van een inwoner,
wiens financiële positie ongunstiger
is dan werd verwacht, verlaagd van
f 30 op f 10.
Verbetering Middenstraat
Het ligt in de bedoeling de Mid
denstraat grondig te verbeteren. De
wijk ten Noorden van de straat
wordt gedempt; aangelegd wordt
een weg van 6 m breedte met een
verharding van le soort klinker-
keien, opgesloten tussen trottoirban-
den; aan weerszijden van de weg
komen groene stroken ter breedte
van 1.20 m met beplanting waar-
naast trottoirs van betontegels ter
breedte van 2 m; in de voetpaden
komt een riolering groot 30/45 cm,
waarop aile woningen t.z.t. kunnen
aansluiten; als afscheiding van de
percelen ten Noorden van de weg op
de as van de sloot een ligusterheg te
planten, waarin draaihekjes. De kos
ten worden geraamd op f 111.500 uit
te trekken op de kapitaaldienst 1949.
Naar oordeel van het collège van
B. en W. is het noodzakelijk de toe-
gang van de Middenstraat aan de
Borgerc.straat te verbreden tôt 10 m.,
verlopende over een lengte van 25
m op de 6 m brede straat. Hiervoor
en om het trottoir door te laten lo-
pen is het nodig een strook grond
aan te kopen van het perceel van de
■heer Geling.
De heer MULDER (CPN) juicht
de plannen toe, terwijl de heer GE
LING (KVP) aile medewerking toe-
zegt.
De raad keurde de plannen van
het gemeentebestuur goed en mach-
tigde haar de betreffende grond te
gen een redelyke prijs aan te kopen.
Vergeetachtigheid.
Meent U heus, dat alleen professo-
ren vergeetachtig zijn? Laten wij U
dan uit de droom helpen. In 1948 wer
den in totaal 131.117 voorwerpen in
de trein verloren. U zult het met ons
eens zijn, dat deze voorwerpen niet
allemaal aan professoren hebben toe-
behoord.
In 1946 werden 105.314, in 1947
werden 121.489 en in 1948 werden,
zoals reeds gezegd, 131.117 voorwer
pen in de treinen, wachtkamers en op
perrons achtergelaten.
Verbaast U zich over deze vergeet
achtigheid? U kunt zich echter niet
zo zeer verbazen als die mijnheer uit
Amsterdam, die een kaartje ontving
ontving van het Bureau van Gevon-
den Goederen van de N.S., dat zjjn
koffer was gevonden. Deze mijnheer
had n.l. helemaal geen koffer in de
trein verloren. Maar toen hij met het
kaartje op het Bureau van Gevonden
Goederen der N.S. in het voormalige
Maliebaanstation te Utrecht kwam,
bleek de gevonden koffer toch van
hem te zijn.
Wat was het geval? Uit zijn auto
waren een koffer en een actetas ge-
stolen. De dief inspecteerde naar aile
waarschijnlijkheid deze koffer in de
trein en toen hij zag, dat de koffer
vol zat met contracten, wilde hij blijk-
baar niet langer risico lopen en liet
de koffer in de trein achter. De eer-
ljjke vinder bracht de koffer naar het
stationsbureau, waar deze de voorge-
schreven drie dagen op de eigenaar,
die natuurlijk niet kwam opdagen,
bleef wachten.
Daarna werd de koffer opgestuurd
naar het Bureau van Gevonden Goe
deren te Utrecht. Dat bureau be-
schikt over ambtenaren met veel
speurzin. De inhoud van de koffer
werd grondig geïnspecteerd en uit en-
kele brieven viel het adres van de
eigenaar op te maken. Zo kwam de
koffer weer in het bezit van de recht-
matige eigenaar.
Maar het gaat niet altijd zo mool.
Uit de cijfers, die het Bureau van
Gevonden Goederen altijd aan het
einde van het jaar verstrekt, blijkt
ni., dat er ook nog oneerlijke vinders
zijn. Maar, in verhouding tôt het to
tale aantal verloren voorwerpen,
neemt het aantal oneerlijke vinders
gelukkig af.
Wilt U weten hoeveel eerlijke- en
hoeveel oneerlijke vinders er in de
laatste jaren zijn geweest en hoeveel
personen teleurgesteld moesten wor
den, omdat hun eigendommen niet ge
vonden waren, raadpleegt U dan on-
derstaande cijfers retp.
1947 en 1948:
Gevonden voorw. 75.204 87.648 96.256
Daarvan direct
opgevraagd es
afgehaald 26.262 32.545 37.386
Opgezonden naar
het B.G.G, te
Utrecht 48.942 55.163 68.870
Aldaar ingekomen
aanvragen 39.785 46.468 49.253
Daarvan kunnen
helpen 9.675 12.627 14.386
Teleurgesteld, omdat
geen gevonden
gevonden goederen
werden afgegeven 30.110 33,841 34.867
Op 15 Mei een nleuwe dlenstregeling
van de spoorwegen.
Van de nieuwe zomerdienstregeling,
die op 15 Mei a.s. ingaat, zal een rels-
gids verschijnen, die weer ongeveer
de voorootlogse gedaante zal hebben
en bovendien uitgebreider zal zijn.
Het boekje zal 192 pagina's omvat-
ten en gedrukt zijn op fraai dun pa
pier.
Evenals voor de oorlog zal deze
reisgids cursief gedrukt de aanslui-
tingen vermelden. Het formaat onder-
gaat een kleine wijziging. Het nieuwe
boekje zal namelijk wel even hoog
zijn als het vooroorlogse, doch iets
breder.
Het sttjve omslag, dat aan de voor-
zijde met een klep naar binnen wordt
geslagen, zal aan de binnenkant het
spoorwegkaartje van Nederland te
zien geven. De achterzflde van het
omslag, die eveneens met een klep
naar binnen wordt geslagen, zal het
spoorwegkaartje van de Benelux-lan-
den bevatten.
Een Franse geleerde heeft een appa-
raat gemaakt, dat kunstmatig het le-
ven vàn organen en weefsels kan
verlengen, en dientengevolge een dier
of mens langer kan laten le-
ven door middel van een werkeljjke
bloedsomloop, die geheel gelijk is aan
de natuurljjke bloedcirculatie van een
levend wezen.
Na meer dan 10 jaar werken en
expermenteren werd deze prestatle
bereikt door Dr. J. André Thomas,
Professor aan de Sorbonne en direc
teur van het laboratorium voor expe-
rimentele cel-biologie.
In een vergadering van de Fede- gië, het vreest een jarenlange
ratie Hoogezand van de P.v.d.A., die guérilla, die een verzwakking van
o.l.v. drs. P. M. Bruins is gehouden Nederland zou betekenen.
in het hôtel Faber, werd het woord
gevoerd door de oud-ministerpresi-
dent, prof. W. Schermerhorn, die zijn
rede had genoemd „Het Laatste
Woord".
Over de verkiezingen in Hooge
zand-Sappemeer, welke Maandag
worden gehouden, zei de spr. slechts,
dat zij een beeld kunnen geven van
de komende zomer te houden ge-
meenteraadsverkiezingen in Neder
land, hoe wel natuuriyk met plaatse-
lijke factpren rekening gehouden
moet worden.
Daarna sprak prof. Schermerhorn
over de
Partij van do Arbeid,
het ontstaan, de achtergrond en de
werkelijke betekenis van die partij.
Onstaan is zij onder de invloed van
de bezetting en geboren uit de sa-
mensmelting van groepen mensen
en partij en.
Sprekende over de économie zei
prof. Schermerhorn, dat volstrekte
vrijheid, volstrekte chaos zou bete
kenen. Het gaat erom regelingen te
treffen die de économie regelen en
die voor de betrokkenen een mini
mum van ongerief met zich brengen.
Daarna roerde de spreker het pro-
bleem
Indonésie
aan. Hij wees erop, dat prof. Kremer
25 jaar geleden heeft gewaarschuwd,
dat het schip tegen de wal zou lo
pen, en dat er nieuwe vormen ge-
zocht moesten worden om tôt sa-
mengaan van Nederland en Indoije-
sië te komen. De Ned. regering heeft
er 3 jaar naar gestreefd die vorm te
vinden.
Prof. Schermerhorn zei dat er
mensen zijn die over het Indische1
probleëm gemakkelijk denken.
Uiterst rechts zegt sla er op los, en
uiterst links ga uit Indonesië. De
P.v.d.A. acht beide mogelijkheden
onaanvaardbaar, want geweld brengt
geen oplossing van politieke pro-
blemen, en zich terugtrekken zou
betekenen de opmars van de Com-
munisten nog gemakkeiyker maken
dan in China.
Het is sprekers mening, dat we er
momenteel zo diep inzittfen, dat we
er slechts uit kunnen komen met
behulp van de rest van de wereld.
Laten wij thans de hand grypen'
aldus prof. Schermerhorn die de
C.V.G-D. en in het byzonder het
Amerikaanse lid daarvan, ons aan-
biedt. Amerika wil vrede in Indone-
Van de mogelijkheid om de spre
ker vragen te stellen werd slechi.3
een bescheiden gebruik gemaakt.
303!
93. Toen* ze boven gekomen waren, gaf de oude
man de lantaarn aan Rob. „Licht even bij, zo
dat ik zien kan, om de deur open te maken,"
verzocht hij. „Dan kun je de lantaarn uitdoen,
want we zullen voorlopig geen licht nodig heb
ben. „Waar leidt deze deur heen?" vroeg Rob"
nieuwsgierig. De oude man glimlachte geheim-
zinnig. „Je zult het gauw zien, wanneer ik haar
geopend heb," antwoordde hy rustig.
94. Daarop pakte hy de deurknop beet, drukte
op een geheime knip en de grote steen week. Het
volgende ogenblik stond Rob te knipogen in het
zonlicht en staarde naar de geweldige pilaren,
die zich boven hem verhieven. „Nu weet ik,
waar u me gisteravond door hielp, toen de leeu-
wen me vervolgden."
95. De oude man knikte en glimlachte. „Gister-
avond waren de leeuWen je vijanden, maar van-
daag zullen ze je vrienden zyn," antwoordde
hij, terwijl hy de steen weer in z'n oorspronke-
lijke stand terugbracht. „Neem je lantaarn op en
ga met me mee." Rob vroeg zich af, waar z'n
vreemde vriend-in-nood hem heen zou brengen,
maar hy zei niets en volgde z'n gids tussen de
pilaren van de tempelruïne, totdat hy aan een
stenen trap kwam, die leidde naar een diep en
smal ravijn.
BALK DOOR VOORRUIT
VAN AUTO
Twee gewonden
Te Amsterdam was een 17-jarige
timmerman aan de Baarsjes bezig
balken af te laden van een truck met
oplegger. Op een gegeven ogenblik
stak hij zonder uit te kijken met een
6 meter lange balk or zyn nek de
ryweg over. De balk sloeg door de
voorruit van een passerende auto en
hoewel de chauffeur onmiddellijk
remde, kon hij niet voorkomen, dat
de balk een eind werd meegesleurd
en een juist passerende hoofdonder-
wyzer en een scholier raakte. Deze
laatsten kregen inwendige kneuzin-
gen en zyn opgenomen in het Wil-
helminagasthuis. De chauffeur kreeg
geen letsel. De timmerman, die het
ongeluk had veroorzaakt werd gç-
arresteerd wegens het veroorzaken
van zwaar lichamelijk letsel door
schuld en ter beschikking van de
kinderpolitie gesteld.
DRENTHE KRIJGT BEZOEK
VAN ONZE ZUIDERBUREN
Vyf Vlaamse schry'vers, t.w- prof,
dr. Franz de Backer, voorzitter der
Belgische Penclub, Maurice Roelants,
hoofdredacteur van het Belgische
dagblad „De Standaard", Raymond
Brûlez, directeur van de Vlaamse
radio te Brussel, de dichter Karel
Jonckheere, en Hubert Lampo, let-
terkundige en secretaris van „Het
Nieuw Vlaams Tydschrift", zijn uit-
genodigd om op 16 Juni a.s. ter ge-
legenheid van de te Emmen te hou
den landdag van het Drents genoot-
schap, een bezoek aan Drenthe bren
gen. Het vorige jaar moest dit be
zoek wegens ziekte van enkele der
genoemde heren worden uitgesteld.
Vier hunner hebben de uitnodiging
reeds aangenomen.
BONNEN VOOR VLEES
021, 023 Vlees 100 gram Vlees
022 Vlees 200 gram Vlees
ALLE BONKAARTEN 903
025 Algemeen 250 gram Boter of
Margarine of Vet.
BONKAARTEN KA, KB 903
026 Algemeen 500 gram Boter of
Margarine of Vet.
027 Algemeen 400 gram Kaas of 506
gram korstloze Kaas.
028 Algemeen 125 gram Koffie
032 Algemeen 200 gram Kaas of 250
gram korstloze Kaas.
008 Algemeen (reeds aangewezen)
500 gram Sinaasappelen
BONKAARTEN KD 903
034 Algemeen 250 gram Boter of
Margarine of Vet.
035 Algemeen 100 gram Kaas of 125
gram korstloze Kaas.
016 Algemeen (reeds aangewezen)
1 kg Sinaasappelen.
TABAK- EN DIVERSENKAARTEN
QA, QC 903
64, 66 Tabak 2 rantsoenen Sigaret-
ten of Kerftabak.
BONKAARTEN ZA, ZB, ZC, ZD, ZE,
MD, MF, MH 903
Bijz. Arbeid, a.s. Moeders en Zieken
Geldig zijn de bonnen van strook F.
Deze bonnen zyn 14 dagen geldig.
De reeds aangewezen bonnen 008
Algemeen (500 gram Sinaasappelen)
en 016 Algemeen (1 kg Sinaasappe
len) moeten uiterlijk heden bij de
handelaar worden ingeleverd.
De oude tabaks-, versnaperingen-
en diversenkaarten QA, QB en QC
901 kunnen vernietigd worden, even
als de bonnen 004, 009, 010, 011, 013,
017, 018 en 019 Algemeen der bon-
kaarten voor voedingsmiddelen.
FEUILLETON
XXXVI
53) Als een orkaan raasde een dave-
rend applaus door de ruime zaal van
het opera-gebouw. Van het parket,
uit de loge's en van de galeryen ga-
ven de toeschouwers op een zo
krachtig mogelyke wijze uiting aan
hun gevoelens van waardering voor
de kunst, welke de jonge, débuté-
rende zangeres Hilde Diiren gegeven
had. Ze moest vele malen opnieuw
te voorschyn komen, om zich te la
ten toejuichen, eer ze naar haar gar-
derobe-kamer kon gaan. Op weg
daarheen trad directeur Gray op
haar toe en schudde haar krachtig
de hand.
„Miss Diiren, uw optreden is een
volledig succès geweest! Ik ben trots
op u."
Hij schoof haar eén stoel toe.
„Ga een ogenblik zitten; ik zie,
hoe moe u bent.' Ik zal de nog steeds
hevig tekeergaande menigte wel
eens even tôt kalmte brengen."
De directeur verliet haar, ging
door een kleine deur, die zich in het
inmiddels neergelaten metalen
scherm bevond en stond vôôr het nu
afgesloten toneel tegenover het pu-
bliek. En hy sprak na een beleefde
buiging:
„Dames en Heren! Ik dank u allen
nog eens uit naam van miss Diiren
voor de krachtige bewyzen van by-
val, waarmee u haar voor haar op
treden dankt. Excuseert haar thans;
ze is na de geweldige inspanning van
deze avond werkelyk te moe, om
zich nog langer te laten huldigen.
Ze wenst niets liever, dan binnen-
kort opnieuw voor het New Yorkse
publiek op te treden."
En eindelyk werden de mensen
rustig en begonnen zy langzaam de
zaal te verlaten-
Hilde was in haar garderobe ge-
gaan. Ondanks een zeker gevoel van
uitputting had ze nog steeds een
stille, gelukkige glimlach om haar
mond, een wierspiegeling van haar
gevoel van blijdschap over haar
groot succès. Een kamenier hielp
haar. Weldra had ze haar toneelcos-
tume verwisseld voor haar gewone
kleding.
Een ogenblik later verschenen de
heren Gray en Twain. Hun alleen
was het veroorloofd, miss Dûren in
haar garderobe te bezoeken, want in
de gebouwen van de Metropolitan-
Opera golden strenge bepalingen.
Zeer opgetogen sprak de heer Twain:
„Miss Dûren, ik wens u van harfe
geluk met uw overweldigend succès!
Ik heb niet eerder gewetén, dat u
zo een groot zangeres was. Uw
kunst-weergave ging eenvoudig
iedere beschryving te boven!"
„Beste vriend Twain," antwoordde
Hilde hartelyk en met een glimlach
op het gelaat. „Ik hoop, dat u my
ook spoedig in andere rollen zult ho-
ren. Het doet mij veel genoegen, dat
myn zang u bevallen is."
„0, miss Dûren, ik moet naar Chi
cago, morgen al. Ze hebben my daar
dringend nodig. Ach, het spyt mij zo,
miss Dûren! Ik wilde u iets vragen.
Ik vrees eigenlyk wel, dat u er te
moe voor is, maar u zoudt my een
geweldig groot genoegen doen, in
dien u de uitnodiging van my, een
paar uur te willen aanzitten aan een
souper, dat ik ter ere van u wil ge
ven. Wilt u my dit grote plezier
doen, eer ik naar myn woonplaats
vertrek? Ik stel u dan voor, dat we
naar de kleine, intieme zaal van Dll-
ton gaan."
Hilde dacht enkele ogenblikken
na, knikte vriendeliik en zei toen:
„U kan ik niet goed iets weigeren,
beste mynheer Twain! Dat weet u
natuurlyk wel!"
„Ik dank u, miss Dûren!"
Tien minuten later reed het drie-
tal naar de 57ste straat. Daar bevond
zich in de nabyheid van het reusach-
tige Ritshotel de intieme zaal van
Dilton, waar evenwel geen souper
voor minder dan dertig dollar te
verkrygen was. Hier kwamen mil-
lionnairs uit de Fifth Avenue en de
filmsterren uit Hollywood, als die
New York bezochten. Men at hier in
een zeer behaaglijke sfeer in comfor-
tabele, groene clubstoelen en at er
Vkn zilveren schalen en porceleinen
schotels. Iedere tafel stond vrij ver
van de andere, zodat de aanzitten-
den niet gemakkelyk elkanders ge-
sprekken konden afluisteren. In ver-
band met de hoge tarieven kon men
zich hier een zekere ruimteverspil-
ling veroorloven. Juist hierin was
het bijzondere. het SDeciale van Dil
ton -gelegen. Geen gast mocht een
gevoel van gebrek aan ruimte of van
bekrompenheid krijgen.
Hilde nam met de beide, haar ver-
gezellende heren plaats aan een ta
fel, niet ver van het podium, waarop
het kleine orkest temidden van veel
palmengroen concerteerde op discrè
te en voorname wijze. De nieuwstc
jazz-nummers werden hier ten ge-
hore gebracht op een bijna geraffi-
neerde wyze. Men wist dan ook maar
al te goed, hoe sterk verwend en hoe
buitengewoon critisch de bezoekers
hier waren. De heer Gray stelde het
menu op. Hilde liet haar - blikken
door de localiteit heen en weer gaan.
Er waren reeds vrij veel bezoa-
kers, mondaine dames en heren van
allerlei slag. Maar in één opzicht
kwamen ze vrij wel allen overeen:
Ze moesten fabelachtig rijk zijn.
Twain alleen vertegenwoordigde
tien millioen.
Een kellner begon te serveren. De
muziek speelde nu zachter dan
zoëven.
„Wat is u stil geworden, mijnheer
Twain," merkte Hilde op. „Vindt u
het zo moeilijk, New York morgen
te moeten verlaten?"
„Dat kunt u zich toch wel voor-
stellen, miss Dûren."
„Ik hoop, dat we elkaar spoedig
opnieuw zullen ontmoeten. U hebt
recht op mijn vriendschap en u zult
steeds een graag geziene gast in myn
woning zyn."
„Ach, miss Dûren, zô moet u het
niet zeggen. U hebt my al meer dan
genoeg voldoening gegeven voor de
kleine dienst, die ik u bewezen heb."
„Iemand het leven redden! Dat
heet een kleine dienst!" glimlachfe
Hilde. Ze nam uit de kleine bouquet,
die zê naar hier meegenomen had,
een anjer en stak die Twain in het
knoopsgat.
„Dit is, om u moed te geven voor
de reis, beste vriend!" sprak Hilde
Dûren. Ze besefte, hoe gelukkig ze
hem door deze handeling maakte.
Hij bedankte haar, verzonk toen
diep in gedachten.
Visîoenen van de bange storm-
nacht kwamen plotseling met on-
weerstaanbare kracht in hem op. Hij
zag, weer de woelende, bruisende,
door de hevige storm hoog opge-
zweepte watermassa's, zag weer het
schip in de zinkende positie, hoorde
de kreten van de in nood verkeren-
de passagiers. Hij dacht weer aan
zijn sprong met de beide dames in
de woeste golven. Met grote moeite
was hij er in geslaagd, een ronddrij-
vende, lekke sloep te bereiken. Hij
stopte het lek en roeide daarna met
de moed der vertwyfeling. Twee
dames lagen bij hem in het broze
vaartuig. Eén van beiden leek niet
meer te leven. Maar hy moest de
riemen vasthouden, de golven be-
heersen, opnieuw tegen het geweld
stryden, Eindelyk scheen de mor-
genzon over de oceaan. De storm
nam af. Nu eerst kon hy zich met de
dames bezig houden. Inderdaad bleek
er nog slechts één te leven. Deze ge-
redde was Hilde Dûren; met moeite
richtte ze zich van de bodem van de
sloep op.
Eensklaps drong de muziek, die
door de zaal klonk, tôt hem door.
Hij hoorde weer de stemmen en zag
de mensen, die in het kleine, intieme
restaurant bijeen waren.
Hy zag ook weer directeur Gray
en zocht Hilde's blik. Hy schrok,
toen hij zag, dat ze in haar stoel in-
eengedoken zat en dat haar ogen
een plotselinge angst weerspiegelden.
Hij nam 66k waar, dat ze naar een
tafeltje midden in de zaak met een
steelse blik keek.
Een lichte trilling was om haar
mondhoeken op te merken. Ze hield
de lippen styf op elkaar geklemd,
alsof ze met moeite een uitroep1
wilde tegenhouden.
Ze kénde hem. Ze twyfelde niet
meer, maar ze had hem eerder ge-
zien. Er bevond zich in deze New
Yorkse zaal een heer, die te Berlijn
één der vele bezoekers van minis-
ter Von Schûcking geweest was,
toen zij daar als gastvrouw optrad.
Hij zat alleen aan een tafeltje,
moeilijk voor Hilde te zien, daar een
ander groepje bezoekers zich tussen
hem en haar in bevond. Maar op ze
ker ogenblik had ze toch het gelaat
van de gast vrij duidelijk gezien. Ze
hadden elkander toevallig gelykty-
dig aangezien.
En een gevoel van plotseling op-
komende vrees maakte zich van
Hilde meester.
Ze zag dit aan zijn ogen. Daarin
nam ze een uitdrukking van grenze-
loze verbazing waar, die evenwel
spoedig verdween.
Wie was hy?
Ze had in de jaren van haar hu-
welijk met de minister zo ontzaglijk
veel officiële en andere voorname
persoonlykheden in haar woning
ontvangen, dat het niet te verwonde-
ren was, dat ze, vooral na de schok-
kende gebeurtenissen in haar leven,
niet meer nauwkeurig wist, hoe ze
allemaal heetten.
Ook directeur Gray bemerkte nu
de verandering in haar uiterlyk en
schrok. I
„Heeft u iets, miss Dûren?"
Twain vatte haar hand.
Toen scheen ze uit haar verstar-
ring te ontwaken. Laat ik my niet,
verraden! dacht ze snel. Ze deed een'
zwakke poging tôt glimlachen en
sprak:
„Vergeef my, dat ik enkele ogen
blikken lang mijn aandacht voor u
beiden liet verslappen. Ik voel my
eigenlyk doodmoe na mijn eerste
optreden hier. Ik zou nu wel heel
graag naar huis willen gaan." i
Haar gelaat vertoonde een bleke
tint. En Twain haastte zich, te betui-
gen:
„We zullen gaan; ik ben eigenlyk
wel wat egoïstisch geweest. Vergeef
mij miss Dûren. Ik had er aan moe
ten denken, dat u rust nodig had. De
heer Gray had reeds een kellner ge-
wenkt. Hy betaalde, terwijl Twain
een jongen naar de garderobe zond,
om mantel en jassen te halen.
Een paar minuten later verliet "het
drietal de zaal. Hilde liep tussen
beide heren. Bewonderende blikken
werden van links en rechts op haar
geworpen. Sommige gasten hadden
in haar reeds de nieuwe ster van de
Metropolitan herkend.
Ze waagde het niet, de mensen
aan te zien, want ze vreesde, op
nieuw de blik te ontmoeten van de
bezoeker, wiens aanwezigheid haar
zulk een schrik had bezorgd-
Nauwelijks was het drietal buiten,
of bedoelde heer stond ook haastlg
op, betaalde vlug de kellner met
een bankbiljet en liep met snelle
passen op de uitgang toe.
Voorzichtig rondkykend betrad hy
de straat. Hij was nog juist tijdig ge
noeg, om Hilde Dûren in een daar
gereedstaande particulière auto te
zien stappen. De heren volgden en
onmiddellijk daarna zette de wagen
zich in beweging. De heer bij de in-
gang van restaurant Dilton keek
scherp naar het verlichte nummer-
bord van de auto. Daarna noteerde
hy het nummer in een zakboekje.
Hij bleef korten tijd als in gedachten
verzonken staan. Toen schudde hij
even het hoofd en lachte eensklaps.
Toen zei hy zachtjes tôt zichzelf:
„Het is dwaasheid! New York
maakt mij nerveus. Het is natuurlijk
verbeelding. Dat komt er van, als
iemand als ik naar mooie vrouwen
kyk.
Hy richtte zich hoog op. Met de
gemakkelijkheid van een ervaren
cosmopoliet, die zich in aile landen
van de wereld thuis gevoelt, begar
hij zich door de dichte mensenme-
nigte naar het Ritshotel, waar hy
"verblyf hield.
Hilde was bij haar thuiskomst te
moe, om nog lang over het voorval
na te denken. Ze sliep, zodra ze te
bed lag, in.
Toen ze de volgende morgen ont-
waakte, was ze door een diepe, dro-
meloze slaap verkwikt en gesterkt.
En nadat ze een bad genomen en
zich gekleed had, gevoelde ze zich
zo prettig gestemd, dat ze zachtjes
een lied je zong. Met een heldere
glans scheen de zon in haar kamer
Op haar ontbyttafel vond ze een
ganse stapel nieuwsbladen. En haar
kamers stonden vol met bloemen,
welke haar kamenier in sierlijke
vazen had geplaatst. Het waren de
biyken van sympathie van legio be-
kende en onbekende bewonderaars.
De bloemen verspreidden heerlyke
geuren.
Hilde zette de vensters wyd open,
ademde diep van de zonnige lucht
en nam daarna aan haar ontbijttafcl
plaats. En in dit ogenblik dacht ze
weer aan de schrik, die ze de vorige
avond in de zaal van Dilton doorge-
maakt had. Maar nu was het een
stralende morgen. Ze was thans niet
angstig meer. De rust en zekerheid
van de gevierde kuhstenares waren
thans veel sterker in haar. Ze ge
voelde zich nu geheel gerustgesteld-
Ze meende, zich de vorige avond ver-
gist te hebben. (Wordt vervolgdj