Kledingwinkel Leger des Heils r f||FF Vf f I Bbl ICSrkJ jSL aL vt- L fm H J f HET NIEUWSBLAD - DONDERDAG 13 JULI 1989 Het is wonderlijk gegaan met het pand Noorderstraat 400 in Sappemeer. Ruim 130 jaar lang - van 1839 tôt 1971 - was er een distilléerderij, dus een drankfabriek in gevestigd. In 1973 trok aannemer in grondwerken Brondijk in het pand en nu dient het als dépôt en win- kel in tweedehands kleding voor het Leger des Heils. William Booth, die in 1861 het Leger des Heils oprichtte, zou over deze gewijzigde bestemming van het pand ongetwijfeld erg tevreden zijn geweest. Hij zag in Oost-Londen de ellendige omstandigheden waarin veel ge- zinnen door drankmisbruik verkeerden en probeerde de mensen via bekering ertoe te bewe- gen de drank te laten staan. In het begin van de vorige eeuw was er in het Groninger Veenkolo- niaal gebied een enorm overschot aan aardappelen. De opbrengsten waren zo groot dat men er geen weg mee wist. In 1935 stelde de re- gering daarom een subsidie in op de verwerking van de veenkoloni- ale aardappel tôt onverschillig welk produkt. De aardappelmeel- industrie ontstond, maar ook de aardappelbranderij, de verwer king van aardappelen tôt alcohol. In 1839 werd in het pand Noor derstraat 400 in Sappemeer (toen Oosteind) distilleerderij „De Vlijt" opgericht, als onderdeel van de „Aardappelmeel, Gist- en Spiritusfabriek Sappemeer" (Fir- ma Romkes, Bakker en Van Cal- car). Ossen De fabriek vervaardigde aardap- pelmeel, gist en spiritus maar had ook een ossenmesterij. De ossen (soms wel 600 stuks) werd gevoed met afval uit de branderij (zoge- naamde korries) en later verhan- deld. In 1865 werd de aardappel- meelfabricage overgedragen aan W.A. Scholten. De grondstoffen voor de bereiding van de alcoholische dranken, te weten spiritus (alcohol van 96 pro- cent), moutwijn (uit graan gestookte alcohol) van 46 procent en gist werden tôt 1911 in de fa briek in Sappemeer gefabriceerd. TU 3*1 Eigen vervoer in 1927 In dat jaar ging het bedrijf deel uitmaken van de Koninklijke Ne- derlandse Gist en Spiritus fabriek in Delft. Vanaf die tijd kwamen de grondstoffen uit Delft. Maar pas in 1959 verdween het gist en spiritusgedeelte ook uit de naam «van de fabriek. Die werd toen „N.V. Distilleerderij Sappemeer" (De Vlijt) Op 16 april 1927 brengt de Provin ciale Groninger Courant een be- zoek aan de fabriek en schrijft: Gelegen aan het Winschoterdiep, is zij bedoeld wordt „De Vlijt" red.) in staat de cliëntele van de Noordelijke Provinciën op goede en snelle wijze te bedienen en geeft aan allen die dat druk bevaren water passeren, of de fabriek van de wegzijde aanschouwen, een beeld van soliditeit door keurige gebouwen, waarin dit ook inwen- dig zo degelijke bedrijf wordt uit- geoefend. Van loopjongen tôt procuratiehouder De heer H. Voort, nu 86 jaar oud, kan zich die tijd nog goed herinne- ren. In 1918 trad hij, zestien jaar oud, als loopjongen in dienst bij ,,De Vlijt", waar hij bijna vijftig ,,De Vlijt" in 1927. Op de voor- grond het bootje met de fusten. jaar later, in 1967, als procuratie houder met pensioen ging. De fa briek was toen al gefuseerd met distilleerderij Van Calcar uit Hoo- gezand. In 1971 werd ,,De Vlijt" werd overgenomen door de firma Henkes en vervolgens gesloten. Op verzoek van de toenmalige di recteur H. Kamps is de heer Voort toen nog enkele maanden behulp- zaam geweest bij het afwikkelen van de administratie. ,,Ik trad in dienst bij de grootva- der H. Kamps en ben geëindigd bij de kleinzoon" aldus de heer Voort, die als als kleine jongen dikwijls door zijn moeder naar de fabriek ge- stuurd werd om een stukje gist te halen voor de pannekoeken. 2 borrels De heer Voort vertelt hoe het vroeger toeging op ,,De Vlijt": De alcohol en moutwijn werden per bootje uit Delft aangevoerd in ij- zeren fusten van 600 liter. Later kwamen er tankwagens. Als het bootje in aantocht was stonden er wel dertig man klaar om het boot je te lossen. Enkele daarvan wer den uitgeloot. Zij verdienden daarmee naast het loon ook 2 bor rels. Eentje halverwege en eentje na afloop. De aangevoerde grond stoffen werden in de fabriek deels in ondergrondse réservoirs op- geslagen, de zogenaamde grond- vaten. Sommige waren met houts- kool gevuld, dat dienst deed voor filtratie en zuivering. De inhouden van aile réservoirs waren nauw- keurig aangegeven en gewaar- merkt door de dienst invoerrech- ten en accijnzen, die regelmatig contrôles uitvoerde. Op de alcohol in de fabriek zat geen accijns, dat kwam pas later als de dranken, je- never, vieux, brandewijn en bes- senjenever de fabriek verlieten om, aanvankelijk per boot, maai in 1923 ook al per eigen bedrijf- sauto naar cafe's en slijterijen, vervoerd te worden. Handgeschreven Hoe hoog die accijns wel was blijkt uit een door de heer Voort eigenhandig geschreven factuur uit 1921. De factuur is gericht aan H. Dewes in 2e Exloërmond. Dewes had 100 liter gedistilleerd gekocht van 40 procent en 80 liter van 50 nrocent alcohol. Daarvoor moest hij 302 gulden en 10 cent betalen. De drank kostte slechts 36 gulden. Daarboven op kwam 264 gulden accijns en een dubbel- tje voor het zegel. De handgeschreven facturen wer den in een kopiëerboek gelegd. Dat boek ging onder een pers en zo ontstonden de afschriften voor de boekhouding. Smokkelpen Bij het bedrijf behoorde ook een kuiperij. De heer Voort vertelt dat de kuiper bij contrôle van de vaten wel eens een smokkelpen" vond. Dan had het personeel van een schuit een gaatje in een fust ge- boord om stiekem wat drank af te tappen en dat vervolgens met een houten pen weer dichtgestopt. 783 hectoliter het daip in Op 10 mei 1940, de dag waarop de oorlog uitbrak kreeg ,,De Vlijt" van de regering opdracht zo veel mogelijk alcohol in het Winscho terdiep te laten lopen. De bedoe- ling was om daarmee plundering te voorkomen. 's Middags om 5 uur was het water van het Win schoterdiep, onder toezicht van twee ambtenaren verdund met 783 hectoliter alcoholische drank. De heer Voort heeft daarvan het schriftelijke bewijs in zijn bezit. De vissen werden er niet dronken van. De heer Voort zegt: ,,er zaten geen vissen in het diep, het water was veel te smerig". Bij de sluiting van ,,De Vlijt" werkten er nog ongeveer 25 men sen waarvan 10 op kantoor. De heer Voort heeft de sluiting wel betreurd. ,,Er verdween toch iets vertrouwds" zegt hij. Aan de Noorderstraat 400 is nu de kledingwinkel gevestigd van het Leger des Heils. De kledingwinkel maakt deel uit van de afdeling ,,Herbestemming goederen". „Herbestem- ming" helpt jaarlijks over het hele land 500.000 klanten. Het Leger des Heils huurde eerst opslagruimte van aanne mer Brondijk. De kledingwinkel was toen gevestigd in het voormalige Cafe Vroom aan de Noorderstraat, waar nu electro-technisch bedrijf Van der Span gevestigd is. Later ging die winkel ook naar nummer 400. De winkel trok steeds meer klanten en dus ook meer verkeer. Brondijk besloot daarom in 1982 het pand aan het Leger te verkopen. In de sloot? Onlangs waren er publicaties in di verse média over het dumpen van bij het Leger des Heils ingeleverde kleding in sloten. Dat heeft ertoe geleid dat de inzameling achteruit ging. Het Leger des Heils gaf daarop een verklaring uit. Daaruit blijkt het volgende: Jaarlijks wordt 10 miljoen kilo- gram kleding ingezameld. Daar van wordt 30 procent door het le ger zelf uitgesorteerd en gaat ze- ventig procent naar sorteerbedrij- ven. De bedrijven betalen daar voor een kilo-prijs. Het leger des Heils gebruikt dit geld om onge- subsidiëerde aktiviteiten te finan- cieren. De sorteerbedrijven sorteren de kleding verder uit. De helft gaat naar het buitenland, het restant wordt gebruikt voor hergebruik- doeleinden zoals grondstof voor papierindustrie en voor bitumen- produktie. Uiteindelijk blijft 10 procent over, dat absoluut on- bruikbaar is. Dit is afval en werd in Zuid-Holland met vergunning van Provinciale Staten buiten me- deweten van het Leger gebruikt Als mensen in nood zitten door brand, overstroming, huisuitzet- ting, scheepsrampen enzovoort, dan helpen wij met ailes wat ze no- dig hebben, maar als mensen een kast kopen en er konijnehokken van maken, moeten ze dat zelf we ten" aldus de Majoor. Bruidsjurk Een trui kost 5 gulden, een kostuum 18 gulden vijftig, een jurk met lange mouw heb je voor 8 gulden en een blouse voor 4. Laarzen een tientje. Er zijn zelfs bruidsjurken en bontjassen. De winkel is groot, gezellig en net- jes. De oranje met zwarte vloerbe- dekking is afkomstig van het ko- ninginnefeest in Arnemuiden. Aile kleren hangen soort bij soort ge- sorteerd in rekken. Er zijn twee kleedkamers om te passen. Ach- terin staan meubels, wasmachines, gaskachels en dergelijke. ,,Wie een wasmachine koopt, die het later niet blijkt te doen, mag hem terugbrengen" zegt mevrouw E. Bruens-Lookman. Mevrouw Bruens is de vrouw van de be- drijfsleider en werkt regelmatig en 12 txV'- «m f tfjfflBrK*--. *1»! mm l||j| i f ■hhkl m Snuffelen Hulp in nood ,,Van aile inkomsten van de afde ling ,,Herbestemming van Goede ren" gaat 5 procent rechtstreeks naar de ontwikkelingslanden" vertelt Majoor S. Wolma, die groot" is geworden met de op- haaldienst. ,,Het is mij met de paplepel ingegoten. Mijn vader werkte ook al mee aan het project. Een van de kantoren van ,,De Vlijt" in juni 1928 Van rechts naar links: J. Pik, E. Reinek, H. Voort en J. Praktiek. mijn leven. Maandags is de winkel gesloten maar toch is het er druk. Dan wordt ailes gesorteerd. Woensdag lijkt het wel een koffiekransje, vaste klanten ontmoeten elkaar bij de koffiemachine. Enkele klanten: Een jongeman: ,,Ik heb een baan, maar af en toe ga ik hier winkelen voor de ontspanning. Nu heb ik twee overhemden, ze zijn nog mo dem ook, voor 5 gulden". Een mevrouw: ,,Mij zie je niet in die grote winkels. Het is hier goed en goedkoop. Soms willen mensen elkaar buiten de winkel niet ken- nen. Het is volgens mij valse schaamte". Een ijzeren kinderledikant, in zeer goede staat verdwijnt richting kas- sa. Een echtpaar met dochter komt helemaal uit Groningen, op de fiets. ,,Ze is voor haar examen geslaagd" zegt de vader ,,ze kan voor weinig geld helemaal in het nieuw". Wie oude kleding of andere spul- len kwijt wil hoeft niet te wachten tôt de inzamelzak in de bus komt. Als u 93394 belt komt het Leger des Heils het graag ophalen. Openingstijden van de kleding winkel: Dinsdag-, woensdag- en vrijdagmorgen van 9-12 uur. Bo- vendien woensdagmiddag van 2 tôt 4 en vrijdagavond van 7 tôt 9 uur. Van drankbereiding naar drankbestrijding m Jtj. j Hjft

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


Het Nieuwsblad nl | 1989 | | pagina 5