No. 17. ZCNDAGt 28 Februari 1892 22s Jaargang. FEUILLETON. 1»C VAN BOEGE8IUS ZOON, SAPPEMEER. Inzending van Advertentiën en Ingezonden Stukken des Dinsdags- en Vrijdagsavonds vôôr zes uur bij de Uitgevers. Bij deze courant behoort een bijvoegsel. OFFICIEELE PUBLICATIEN. BÏÏITENLAND. Voor de Gemeenten HOOGEZAND, SAPPEMEERSLOCHTEREN, NGORDBROEK, ZUIDBROEK, ZUIDLAREN, HAREN enz. Dit BLAD verschijnt iederen ZONDAG en WOENSDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden 35 cents, franco per post 45 cents. Enkele nornmers 5 cents. U I T G A V E PRIJS der ADVERTENTIËN Van 15 regels 35 cents iedere regel meer 10 cents. Groote letters worden naar plaats- ruimte berekend. Abonnement lager. Dezelfde advertentie, in eens voor 3-maal plaatsing besteld, is de derde plaatsing gratis. DIENSTREGELING OP DE STAATS-SPOORWEGEN, AANGEVANGEN DEN 1 OCTOBER 1891. WEEKKiLENDER. Zondag 28 Februari. Maandag 29. Dinsdag 1 Maart. Woensdag 2. Donderdag 3. Vrijdag 4. Zaterdag 5. Zonsopgang, Zaterdag 5 Maart te 6.41, onder te 5.44. Nieuwe maan, Zondag 29 Febr Eerste kwartier Zaterdag den 5 Maart. RAADSVERGADERING te Sappemeer, op heden Zaterdag 27 Februari voordemid- dags 10 uur. Beëediging van nieuw benoemde Raadsleden. Benoeming van een Wethouder. Idem van een ambtenaar van den Burgerl. Stand. Wijziging Règlement Burgerlijk Armbestuur en adres Concept Politie-Reglement. Benoeming vaste Gommissie tôt het ontwerpen van strafvorderingen. Adres van 't Bestuur der Schippersvereeniging «het noorden" over hefFing van Bruggeld. Idem hoofd der School van der Velde onder wijs Fransch. Collecte. VERGADERING van den Raad der Gemeente Noordbroek op heden Zaterdag 27 Februari 1892, 's nam. ten 4 ure. Aan de orde: 1. "Wijziging der verordening op het Lager Onderwijs na ingewonnen ad vies der plaatselijke schoolcommissie. 2. "Wijziging der begrooting van 1891. 3. Ingek. stukken. STAATSTOEZICHT op KBAHKZimiOEN. De Burgemeesters der gemeenten Hoogezand, Sappemeer, Slochteren en Zuidbroek. Gelet op de aanschrijving vervat in de circulaire van den Heer Minister van Binnenlandsche Zaken, d.d. 6 Januari 1886, no. 4111, afdeeling M. P. Gezien de wet van 27 April 1884 (Staatsblad no. 96), bet-ieffende het staatstoezicht op krankzin- nigen en krankzinnigengestichten Noodigen de ingezetenen uit, om, zoo ten hun- nent krankzinnigen, over welke het staatstoezicht zich uitstrekt, worden verpleegd, niet sleehts bij den aanvang der verpleging, maar ook bij het op- houden daarvan tengevolge van overlijden of over- plaatsing naar een gesticht, onmiddellijk aangifte te doen ter gemeentesecretarie. Voorts wordt den ingezetenen met nadruk her- innerd, dat, volgens de wet, ook idioten worden gerekend te behooren tôt de krankzinnigen. Hoogezand, Sappemeer, Slochteren en Zuidbroek, den 20 Februari 1892. De Burgemeesters voornoemd. I. A. VAN ROIJEN. T. VENEMA Az. J. II. KOLK. S. TALMA STHEEMAN. KRAIHKZIININIGEIN. De Burgemeesters der gemeenten Hoogezand, Sappemeer, Slochteren en Zuidbroek, brengen bij deze aan de ingezetenen in herinnering art. 3, le lid, der wet van 27 April 1884, Staatstoezicht op krankzinnigen, luidende »Hij die een krankzinnige verpleegt over wien het Staatstoezicht zich uitstrekt, is gehouden hiervan aangifte te doen aan den burgemeester der gemeente van zijn werkelijk verblijf, binnen tweemaal vieren- twintig uren na den aanvang dier verpleging." Het niet nakomen van dat voorschritt zal volgens art. 38, sub lo, der gemelde wet, gestraft worden met eene boete van vijftig cent tôt driehonderd gulden. Hoogezand, Sappemeer, Slochteren en Zuidbroek den 20 Februari 1892. De Burgemeesters voornoemd, I. A. VAN ROIJEN. T. VENEMA Az. J. H. KOLK. S. TALMA STHEEMAN. Geineenteraad van Noordbroek. Zitting van Dinsdag 23 Februari, 's nam. 4 uur. Voorzitter: de heer Dijkstra, Burgemeester. Aanwezig aile leden. Na opening der vergadering werden de notulen der vorige vergadering gelezen en onveranderd vastgesteld. Aan de orde is: 1. "Wijziging der verordening op het lager on derwijs. 2. Idem van de begrooting over 1891. 3. Vaststelling van het kohier van den hoofde- lijken omslag. De voorzitter stelt het le punt ter bespreking. Van Delden Om art. 8 van 't bedoelde règle ment te wijzigen acht ik minder noodig, wanneer namelijk B. en W. wat toegeefelijk zijn ten opzichte van aanvragen oni privaatles te mogen ontvangen van onze onderwijzers en het recht bleef dan bij behoud van art. 8 altoos aan de zijde van het Dagel. Bestuur. Voorz. Als ik inij niet bedrieg staat het verbod in bedoeld art. onvoorwaardelijk omschreven Huisrnan Onze school is een lagere school, maar ze mist eene voldoende aansluiting met die voor meer uitgebreid lager onderwijs. De meer- gegoeden wordt de gelegenheid onthouden om hunne kinderen tijdig geplaatst te krijgen op een school voor m. u. o. Voorz.: Is zulks wel de waarheid, zijn hier geene voorbeelden dat de kinderen van hier tijdig kunnen geplaatst worden op de school van den heer Dullemond ik noem alleen het meisje van den heer E. t. H. alhier. Daaruit blijkt dus dat onze school wel kan aansluiten. Huisman: De kinderen komen toch eerst op 121 jarigen leeftijd in de klassen waar de hoofden der scholen onderwijs geven, we hebben te veel klassen in onze zuiderschool. Zuidhoff: Ik geloof toch dat een school met vele beter is dan een met weinig klassen. Te Zuidbroek is het geven van privaat onderwijs aan schoolgaande kinderen eveneens verboden. Van de school van den heer Steenhuis aldaar gaan er ook toch wel kinderen op 12 jarigen leeftijd naar de school voor m. u. o. Voorz.: Wil nog iemand 't woord er over? Van Delden Ik zou mijn voorstel om ni. op dat punt veel toegeefelijkheid te betrachten wel in slemming zien gebracht. Eendhuizen: Voor kinderen van gewone vat- baarheid is het hier toch moeilijk om tijdig in de school voor m. u. o. opgenomen te worden. Huisman: Privaatonderricht moest eigenlijk in 't geheel niet noodig zijn en komen ze nu nog al door het toelatingsexamen, dan hebben ze 't er later toch nog druk mee. Voorz. De meening dat het zonder privaat onderricht moest kunnen ben ook ik wel toegedaan. Te Blijham gaan er b.v. ook kinderen over in de school voor m. u. o., zonder dat er van bijzonder onderwijs gebruik gemaakt is. Engels: Het kan dus wel zonder extra lessen. Voorz.: We zouden dus redeneerende tôt de slotsom kunnen komen dat of het onderwijs hier niet deugt, of dat de kinderen hier stomp zijn. Huisman: Als onze kinderen bij den heer Dul lemond komen dan ondervinden ze wat. Van Delden: Uit onze noorderschool is er toch een kind op 12jarigen leeftijd op de school in de heilige laan toegelaten. Huisman Goed, maar hoe gaat dat nu dan ook Van Delden Nu, we hebben het over de toe- lating, hoe de leerlingen het later op school maken doet hier niets ter zake. Huisrnan: Het is met een goeden afloop van een toelatingsexamen niet gewonnen, ik zou er geen bezwaar in zien om de verordening te wijzigen. Voorz. Het noodzakelijke er van kan ik niet inzien, we weigeren de aanvragen om privaatles bijna nooit. Na nog eenige discussie wordt op voorstel van den heer J. Zuidhoff besloten om omtrent de on- derwerpelijke zaak geene beslissing te nemen, maar eerst nog ad vies in te winnen van de hier bestaande schoolcommissie. Alsnu wordt besloten om de behandeling van het 2e punt der agenda eveneens te verdagen tôt een volgende vergadering. Vervolgens wordt op voorstel van den voorzitter zonder hoofdelijke stemming besloten om aan onze veldwachter Tijdens eene gratificatie uit le reiken van 25 voor zijn heldhaftig gedrag bij de arrestatie van den beruchten Schrôder, waarna de openbare vergadering wordt gesloten om bij gesloten deuren over te gaan tôt behandeling van het 3e punt der agenda: vaststelling van het kohier van den hoof- delijken omslag der gemeente. Van de mishandeling der Duitsche soldaten weten de bladen te Mainz weer nieuwe staaltjes te vertellen. Bij eene inspectie zag de kapitein eener com pagnie dat een zekere soldaat Quick eene schoen- smeervlek had op eene zijner handen. Hij onder- hield den man over zijne onzindelijkheid, maar de sergeant Millier vond het niet genoeg en nadat de inspectie was afgeloopen, gaf hij den man zes vuist- slagen in het gezicht, zoodat dit hevig opzwol. Daarmede was hij evenwel niet tevreden, hij liet den soldaat Quick zich uitkleeden en gaf toen aan eenige andere soldaten last, een paar harde borstels in koud water te doopen en daarmede den man over het lichaam te schrobben totdat het bloed er langs liep. Toen deserteerde Quick. Na 3 weken te hebben rondgezwalkt, dreef de honger hem ech- ter terug en hij verklaarde aan den kolonel van het regiment de toedracht der zaak. Een krijgsraad, die aanstonds bijeengeroepen werd, veroordeelde den sergeant Millier tôt degra- datie en tôt 5 maanden gevangenisstraf. Eenige statistieke opgaven omtrent Londen. Lon- den telt circa zes millioen inwoners, 530,000 hui- zen, 8000 straten, 1400 kerken, 9000 hier- en kof- fiehuizen, 2000 postkantoren, 300 telegraafkantoren, 2000 weldadigheidsgestichten,500gasthuizen. Voorts zijn er 15000 politieagenten, 11000 postboden, 4000 kleermakers, 5000 schoenmakers, 3500 bak- kers, 3000 slagers, 400.000 dienstboden, 800 brand- weervereen. Er worden jaarl. verslonden: 500.000 ossen, 2.000.000 schapen, 150.000 kalveren, 300,000 varkens, 8.000.000, stuks gevogelte en wild, 400.000.000pondvisch,500.000.000 oesters, 1.500.000 kreeflen, 4.000.000 versche zalmen. Er worden jaarlijks 20000 millioen K.G. steenkool verbruikt, 22 millioen telegrammen jaarl. bezorgd, 1 millioen gaslichten branden er, 500 dagbladen verschijnen er. In Londen wonen meer Schotten dan in Edin- hurgh, meer Ieren dan in Dublin, meer Joden dan in Palestina en meer Katholieken dan in Rome. Een rnoedig zeeman. Uit St. John's wordt dd. 15 Febr. gemeld De schoener A venger" werd door stormweder op de klippen gedreven op 15 Roman uit den Noord-Amerikaanschen burgeroorlog, BAL.DUIN MôLLHArSEJf. 25) «Myn eenig streven was te waarschuwen en te redden voor een dreigend onheil." »Zijt ge met den inhoud van dezen brief bekend »Dat vraagt ge.niet in ernst," antwoordde Oliva met een zweem van spot op haar gelaat. Palmer streek met de hand over het voorhoofd, waarop het angstzweet stond, welke beweging Oliva niet ontging. »Waar had ik mijn gedachten?" zoo veront- schuldigde hij de dwaze vraag. «Het kwam mij voor, dat uw reis behalve het daaraan verbonden gevaar, u ook veel gekost heeft ik weet niet hoe ik mij zal uitdrukken gij wilt mij misschien dezen brief verkoopen »Hier richtte Oliva zich op. Onuitsprekelijke minachting lag in haar blik, toen zij antwoordde «Met andere woorden, ge zoudt mij schadeloos willen stellen? Kunt ge het toeval betalen, waar- door deze brief niet in verkeerde handen is gevallen Stel mij op één lijn met het toeval. Wanneer ik uit geestdrift voor mijn zuidelijk vaderland elken dag mijn leven op het spel zet, welke waarde kunnen eenige dollars dan nog voor mij hebben?" «Vergeef mij," vroeg Palmer beleeld, terwijl hij trachtte zich over den schrik heen te zetten, »het was een welgemeende vraag. Ik dacht, dat gij voor uw edel streven over ruime middelen wenscht te beschikken Weder viel Oliva hem in de rede op een toon van gekrenkte trots: »Ik ben zelf niet onbemid- deld en gaarne bereid het laatste wat ik bezit, op het altaar van het vaderland op te olïeren. Heb ik meer geld noodig, dan heb ik vrienden genoeg, die mij gaarne willen steunen." »Reken mij dan eveneens onder die vrienden," antwoordde Palmer, vervuld van schuwen eerbied voor de schoone vrouw, wier stem reeds zulk een groote wilskracht verried, »in elk geval heeft deze wending van ons gesprek mijn vertrouwen in u bevestigd. Maar om op de door u meegebrachte tijding terug te komen; deze is zoo gewichtig, dat ik bij de beslissing over de stappen die te doen staan de verantwoordelijkheid niet alleen op mij durf nemen. Ik moet u dus voor een oogenblik alleen laten, om met eenige vertrouwde vrienden te beraadslagen. Als ik terugkom, zal ik u open- hartig ons besluit. meedeelen; het vertrouwen, dat ge mij door uw belangelooze daad hebt getoond, eischt ook van onzen kant openhartigheid." Oliva boog goedkeurend het hoofd; terstond daarop bevond ze zich alleen. Zij stond op en terwijl zij zich omkeenle, zag ze harer beeld in den spiegel weerkaatst. Ze ontstelde over haar eigen gelaat, zooals het verwrongen was door spot, triomf, en onuitsprekelijken haat. Met angstigen blik zich zelf beschouwend, lachte zij plotseling. Het was het lachen van een démon, in de gedaante van een schoone vrouw. ELFDE HOOFDSTUK. Ivurt na den afval der Zuidelijke staten, was St. Louis in staat van beleg verklaaid. Dat belette echter niet, dat de opstandelingen, vooral de Gueril- la's, van hieruit dikwijls heiinelijk ondersteuning van partijgenooten onlvingen. Tôt dezen behoorden de eigenaars van plantages, die hier tijdelijk woon- den, en de voormalige slavenhandelaars; zij sloten te zamen een verbond, om zooveel mogelijk de regeering der Vereenigde Staten tegen te werken en te verraden. Oogenschijnlijk weinig sympathie voor de Zuidelijken toonend, hielden ze de draden van een uitgestrekt net in handen en bewerkten dikwijls de nederlaag van een vijandelijke troepen- afdeeling. 't Was een dergelijk bondgenootschap, dat zich op dezen avond in 't huis van den heer Palmer bevond. Hoewel den gasten een schitterende ont- vangst ten deel viel, heerschte er toch een gedrukte stemrning. De laatste nederlagen der Zuidelijken, die als voorboden van hun totalen ondergang werden beschouwd, waren voornamelijk het onderwerp der gesprekken. Sedert de heer Palmer bij Oliva werd geroepen, wachtte men in spanning zijn terugkomst de angst sloeg den bondgenooten om het hart op het zien zijner ontstelde trekken, toen hij weder binnentrad. Zijn geruststellende woorden geloofde men niet een somber voorgevoel drukte allen ter nêer, terwijl de verbittering nog klom. Met de belofte na Oliva's vertrek uitvoeriger mededeelingen te doen, ging Pahner weder heen, vergezeld van eenige oudere eedgenooten; de achterblijvenden, verblind door haat en dweepzucht, gaven lucht aan den angst, die op hun gemoed drukte en smeedden de boosaardigste plannen ter vernietiging van den vijand. Oliva beantwoordde den groet van het viertal heeren, die Palmer vergezelden, met een beleefden hoofdknik. Toen zij bemerkte, dat men de plaatsen zoo koos, dat men haar gelaat kon bespieden, kwam er een spottende trek om haar rnond. Het was haar een bewijs, dat zij niet onvoorwaardelijk ver- trouwd werd, zooals Palmer haar had willen doen gelooven. Een voorstelling had niet plaats. De eedgenooten waren door den gastheer blijkbaar omtrent ailes onderricht, want de heer Palmer zeide tôt Oliva, als ware hun gesprek niet afgebroken: «Het doel en de heteekenis* van den gevonden brief kent gij volkomen; hij werd geschreven om Quinch eenige aanwijzingen te geven. Ik herhaal, dat het zeer te betreuren is, dat meer dergelijke brieven in handen van lieden zijn gevallen, die ze als een noodlottig wapen tegen ons kunnen gebruiken." De stilte, die volgde, was voor Oliva een zwijgende vraag; lot antwoord boog zij toesteminend het hoofd. Geen spier van haar ernstig gelaat verried den triomf in haar binnensle. «Vergun mij nu een vraag," ging Pahner voort, »die gij mij, hoop ik, niet kwalijk zult nemen: wat bracht u, een Mexieaansche naar uw uiterlijk te oordeelen, naar de Noordelijke landslreek, die Quinch tôt onderwerping tracht te brengen?" Oliva fronsde de wenkbrauwen en zag Palmer met vasten blik aan. De ongeloofelijke gevatheid en koelhloedige berekening, die deze jonge vrouw zich in de uren van gevaar op het slagveld had eigen gemaakt, verlieten haar ook hier niet in het gesprek met de gehate vijanden. »Ik antwoord met een wedervraag," zeide zij bedaard, »wat bewoog u uw raadgevingen naar gindsche streek te zenden? Indien ge twijfelt aan mijn goeden wil, de rechtvaardige zaak te dienen, maak dan een einde aan dit gesprek en ik ga mijnsweegs. Ook mij dreigen gevaren, zoodat ik zelfs tegenover beproefde bondgenooten voorzichlig moet zijn. Bovendien hebben mijn niam en mijn levensgeschiedenis niets te maken met de diensten, die ik aan onze partij bewijs." »Vergeef het mij, het was mijn bedoeling niet, uw opoffering met een beleediging te beloonen," antwoordde Pahner, steeds meer onder den invloed der zonderlinge ernstige bezoekster. Vergun my nu een andere vraag kunt gij vermoeden in wiens handen de gestolen brieven zijn geraakt Waarschijnlijk in het bezit van den beruchten spion Campbell. Ik moet mij zeer vergissen, als de moord op dien adjudant en de diefstal der brieven niet op zijn aanstoken is bewerkstelligd." «Campbell, altijd weer die Campbell," zeide Pal mer, tôt zijn vrienden zich wendend, in wier ont stelde gelaatstrekken de hoogste spanning was te lezen. «Quinch noemt hem meermalen en beschrijft hem als den stoutmoedigsten schurk, die ooit de galg heeft verdiend. Overal waar verraad tegen onze partij wordt gepleegd, kan men bijna zeker zijn, dat die vervloekte spion er achter zit. Hebt ge hem ooit gezien?" vroeg hij aan Oliva. «Nooit. Hij is de eenige, dien ik werkelijk vrees." «Weet ge ook geen middel om de gestolen pa- pieren terug te krijgen? Ik zou er graag een groote som voor over hebben." «Als ze in zijn handen zijn, geeft hij ze tôt geen prijs af," antwoordde Oliva met voile overtuiging, «ik heb genoeg van hem gehoord om te durven zeggen, dat met lisl noch geweld iets tegen hem te beginnen is." (Wordt vervolgd.) 16 I.KSB! 1D 00ST-G00RECHT EN OISTREKEN VA.N Van NIEUWE SCHANS naar HARLINGEN. Vertr. N. Schana *8.16 £7.40 *8,55 11,41*2,52 5,30 8,33 Winschoten 6,33 ,f7,58 9,12 11,56 3,09 5,44 8,48 Scheemda 6.47 3 8,10 9,23 12,08 3,21 5,51 8,56 Zuidbroek 7,00 3 8,21 9,34 12,19 3,32 6,00 9,07 Hoogezand 7,13 g 8,34 9,45 12,28 3,43 6,08 9,16 Kropawolde 7,19 S 8,40 9,50 12,34 3,49 6,13 9,21 Aank. Groningen 7,32 8,54 10,3 12,47 4,1 6,26 9,33 Vertr. 7,86 10,8 1,45 5,4 6,32 9,40 Leenwarden 9,03 11,31 3,13 6,27 9,44 11,4 Aank. Harlingen 9,89 12,7 8,49 7,6 10,20 11,40 De met een gemerkte treinen atoppen aan den Borgercompagniesterweg (wachtp. 87)tôt het opnemen en uitlaten van reizigeri. De trein welke des voorm. 8.56 van N.-Schana vertrekt, neemt Diaadaga geen reixigera op voor Groningen. Van HABXINGEN naar NIEUWE SCHANS. Vertr. Harlingen Leeuwarden Aank. Groningen Vertr. u Kropawolde Hoogezand Zuidbroek B Scheemda Winachoten Aank. N.-Schana *6.30 6,44 6,50 7,1 7,16 7.24 7,40 7,2 7,43 9,1 9,6 9,20 9,26 9.35 9,50 9,58 10,12 9,40 11,26 12,44 *12,49 1,03 1,09 1,20 1,36 1,43 1,59 1,10 3,29 5,46 1,56 5,6 8,00 3,8 6,24 9,18 8,22 *6,32 10,45 3,36 6,46 10,59 3,42 6,52 11,05 3,51 7,3 11,14 4,6 7,19 11,29 4,14 7,27 11,37 4,28 7,43 11,51 Van GRONINGEN naar DELFZIJL Aankomat DELFZIJL Van GRONINGEN naar MEPPELARNHEM. Vertr. Groningen Haren De Pont Vriea-Znidl. Aaaen Meppel Aank. Zwolle Deventer Zntfen Arnhem 6,26 6,35 6,42 6,51 7,7 8,15 8,54 10,40 10,49 8,26 11,7 9,17 12,23 9,49 1,3 9,40 10,24 2,15 9,59 10,42 2,56 10,37 11,15 3,37 7,45 11,18 1,48 5,14 9,20 12,50 3,23 6,49 8,— 10,23 12,52 4,9 10,32 1,1 4,18 6,30 6,56 Sneldienat van Groningen 8,naar Amsterdam, welke dea avonda te 10,42 aldaar retourneert. 1,9 4,26 1,18 4,35 1,35 4,55 2,50 6,10 3,30 6,50 4,15 7,38 4,38 8,3 5,26 8,57 10,60 7,56 10,46 9,83 12,20 8,10 8,19 8,27 8,36 8,52 7,47 10,10 8.17 10,50 9,41 10,5 Van AJtNHEM naar MEPPEL—GRONINGEN. 5,58 6,42 Vertr. Arnhem Zntfen Deventer Zwolle Meppel Âasen Vriea-Zuidl. De Pnnt Haren Aank. Groningen Van DELFZIJL naar GRONINGEN Aankomat GRONINGEN 6,26 9,20 9,20 10,10 2,52 7,18 10,6 10,6 11,48 8,88 7,43 10,24 10,24 12,18 4,2 8,83 10,58 11,7 9,18 11,83 11,50 7.56 10,34 12,20 8,15 10,48 8,24 10,57 8,32 11,5 8,40 11,18 12,45 6,- 7,12 7,38 8,58 1,8 1,17 1,26 1,34 1,42 10,44 1,24 12,27 2,57 7,5 7,41 8,5 8,52 9,29 1,59 6,51 2,47 7,42 4,2 8,56 10,17 4,16 9,10 4,25 9,19 4,83 9,27 4,41 9,85 10,42 4,52 8,30 6,25 10,2 DOOR

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1892 | | pagina 1