No. 18. WOENSDAG 2 Maart 1892. 22e Jaargang. De Spion. VAN BORGHESIUS ZOON, SAPPEMKER. S^S^Ad^rtentiëB en IngezoMenStug^des Dinsdags- en Vrijdagsayond» voor zeB uur b^j de TOgevers. Bij deze courant behoort een tiijvQegsel. Overzicht van 21 lot 28 Febr. 1892 FEUILLETON. UIT GRUNO. Voor de Gemeenten HOOGEZAND, 8APPEMEEBBLOCHTEBEN, NOOBDBROEK, ZUIDBROEK, ZOIDLABEN, HABEN enz. Dit BLAD verschijnt iederen ZONDAG en WOENSDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden 35 cents, franco per post 45 cents. Enkele nommers 5 cents u I T G A V E PRIJS der ADVERTENTIËN Van 1—5 regels 35 cents iedere regel meer 10 cents. Groote letters worden naar plaats- ruimte berekend. Abonnement lager. Dezelfde advertentie, m eens voor 3-maal plaatsing besteld, is de derde plaatsing gratis. mPN^TRFGFLlNG OP DE ST A ATS-SPOORWEGEN. AANGEVANGEN DEN 1 OCTOBER 1891. BUITENLAND. De duitsche Keizer heeft aan het diner van den brandenburgschen landdag een rede gehouden, die ailes wat men van den jeugdigen monarch tôt nu toe hoorde, in stoutheid overtreft. En dat het ditmaal geen vergissing is, en de woorden, te voren gewikt en gewogen waren, blijkt daaruit dat de rede reeds aan het ofïicieële blad was toegezonden, voor ze uitgesproken werd. »Het is helaas, zoo zeide de keizer o.a., thans gebruikelijk geworden, ailes wat van den kant dei regeering geschiedt, te bedillen. Op de nietigste gronden wordt de rust van lieden gestoord en hun vergenoegen in het leven en in de ontwikkeling van ons groote duitsche vaderland vergald. Uit die bedillerijen en ophitsing ontstaat bij menigeen ten laatste de gedachte, dat ons land het alleron- gelukkigste, het slechtst geregeerde land van de wereld is, en dat het een ramp is in dat land te leven. Dat dit niet zoo is, weten wij natuurhjk aiien beter. Doch ware het dan niet beter, dat de ontevreden bedillers de duitsche stof van hunne pantofïels afschudden en zich aan onzen en hunnen ellendigen en jammerlijken toestand ten spoedigste onttrokken Zij waren dan gebaat en ons deden zij er een groot genoegen mede. Wij leven in een overgangstoestand. Duitschland groeit allengs uit de kinderschoenen om in het jongelingstijdperk te treden. Het wordt dus tijd dat wij ons vrij maken van de kinderziekten. Wij doorleven be- wogen dagen, waarin het de groote menigte der menschen, helaas! aan objectiviteit ontbreekt. Op de tegenwoordige dagen zullen rustiger tijden vol- gen, in zoover ons volk tôt ernstig nadenken komt, zich rekenschap geeft van zijn daden, en met in de war gebracht door vreemde stemmen, op God ver- trouwt en op den eerlijken en zorgzamen arbeid van zijnen erfelijken regeerder. God heett zoo oneindig veel gedaan voor onze oude Mark en ons huis, zoo besloot de Keizer zijn rede, dat wij niet kunnen aannemen, dat dit voor niet gedaan is. Neen, integendeel, Brandenbur- gers, tôt groote dingen zijn wij nog bestemd en heerlijke dagen breng ik u nog aan. Laat u maar niet door bedillerij en door ontevreden partijtoe- spraken uwen blik in de toekomst verduisteren of Roman uit den Noord-Amerikaanschen burgeroorlog, uwe ingenomenheid met onzen mede-arbeid ver- kleinen. Met woorden àlleen richt men niets uit. Op de eeuwige bittere toespelingen op den nieu- wen koers en de nieuwe mannenantwooi d ik rustig en vast Mijn koers is de richtige en daarin zal verder gestuurd worden." Zoowel in de duitsche als in de buitenlandsche pers wordt de rede des keizers schier algemeen afgekeurd. De Freisinnige Zeitung zegt o.a. Waar is het zeker, dat Duitschland aan de kinderschoe nen begint te ontwassen; maar daarom heeft het ook het absolutisme al lang afgeworpen, en is het een constitutie, een grondwet, deelachtig geworden die een constitutioneele wijze van regeeren doet veronderstellen. De tegenwoordige openbare toe- standen zijn zoo moeilijk en veelzijdig, dat de beste wil en het rijkste weten van één man, zelfs al ware hij toegerust met den geest van Frederik den Groote, niet volstaat om een richtige oplossing van aile staatkundige vraagstukken te waarborgen. Daarom is het de taak van aile vaderlanders, zelf- standig en naar beste weten mede te werken aan het welzijn des vaderlands. En niet minder dan de monarch zelf mogen deze zich beroepen op hunne verantwoordelijkheid voor God, en vertrou- wen dat dezelfde genade, welke den monarch verlicht, ook aan anderen niet zal worden ont- houden. Niets zou noodlottiger wezen, dan wan- neer zij, die eene van de leidende partij afwijkende richting zijn toegedaan, aan het vaderland onver- genoegd den rug toekeerden. De engelsche bladen zijn natuurlijk vol verba- zing over de wijsheid van dezen 33jarigen mentor, met drie dienstjaren, die maar zoo boudweg ver- kondigt, dat hij en zijn »groote geallieerde" gehjk hebben. Niemand in geheel Europa, zoo zeggen zij, zou zeker zulk een redevoering hebben durven houden. Sommige bladen hebben zich de moeite getroost, de uitslag der verkiezingen als basis nemende, te bere- kenen hoeveel Duitschers dan wel het stof hunner Hei- math van de voeten moesten schudden, om elders een goed heenkomen te zoeken. Zij komen dan tôt de conclusie dat meer dan de helft moest op- marcheeren, welk getal nog aanmerkelijk zou ver- meerderen, als men de tegenstanders van den nieu- wen koers, zoo geheel afwijkende van von Bismarck's politiek, ook onder de rijksvijanden rangschikte. Wilhelm's toespraak en de proclamatie waarmede zijn vader de regeering aanvaardde, waarin het »al mijn onderdanen zijn mij even lief zulk een gun stigen indruk maakte, zijn in lijnrechten strijd. Naar aanleiding van de groote werkeloosheid te Berlijn hadden er in sommige deelen der stad, ook bij het keizerlijk paleis, samenscholingen plaats die hier en daar een ernstig karakter droegen. In herberglokalen, in slagers- en bakkerswinkels richtte een troep van eenige honderde personen, groote verwoestingen aan. De politie heeft echter spoedig door een krachtig optreden aan de wan- ordelijkheden een einde gemaakt. Flink heeft het sociaal-democratische blad Vor wàrts de zaak aangepakt, door aan het hoofd van het eerst verschijnend nommer een oproeping aan de berlijnsche werklieden te plaatsen, in het bij— zonder tôt de partijgenooten gericht, waarin wordt aangespoord zich van deelneming aan de samen scholingen te onthouden. Dergelijke rumoerma- kerij en vernieling van eens anders eigendom, zegt het blad, zijn geen middelen om te gemoet te komen aan den heerschenden nood. De sociaal-democratische leden van dengemeen teraad hebben een buitengewone vergadering be- legd, om het spoedeischend voorstel te doen, door het uitvoeren van gemeentelijke werken aan de werkeloozen arbeid te verschaffen. De heer Carnot, président der fransche re- publiek, is nog niet geslaagd in het samenstellen van een nieuw kabinet. Verschillende combina- ties mislukten. De partijen die het ministerie zoo geheel onverwacht ten val brachten, de radicalen en de rechterzijde, zijn niet door den président geraad- pleegd. De eerste partij telt onder hare leden vele vooruitstrevende mannen, maar de onder vin- ding heeft al te dikwijls geleerd, dat zij tôt re geeren geroepen, zooveel water in den wijn doen, dat zij juist onder hunne vroegere medeleden de bitterste tegenstanders vinden. Een ministerie uit de rechterzijde, die een zoo werkzaan aandeel nam in het uitlokken der crisis is bij de tegenwoordige strooming in Frankrijk, bepaald ondenkbaar. Zeker is de toestand, met het oog op de vele aanhangige ontwerpen, niet gunstig, maar te Parijs nam men tôt nu toe dat ailes vrij kalm op. 't Was weer overvol in de kerk der Remonstran- ten en dat is telkens het geval, wanneer de eigen predikant het gestoelte betreedt; zoodat verbou- wing en uitbreiding slechts eene kwestie van tijd kan zijn. Dezen keer sprak de redenaar over het weldoen en geven, en hoe er welgedaan en gege- ven moet worden. Een prachtig woord van prac- tischen aard en dat elken dag in 't leven zijne toepassing moet vinden. Doch ik dacht zoo bij mij zelven wat zou zoodanig woord niet veel meer nut stichten, wanneer juist diegenen het hoorden, die niet gewoon zijn ter kerke te gaan. Want zoo niet volslagen onverschilligheid daarvan de oor- zaak is, en dat is ook al een heel leelijk gebrek, dan blijft licht menigeen weg, omdat schuldbesef bij 't manend woord hem licht een blos op de kaken zou jagen. En dat verkiest men in den regel niet. Waar tegen diefstal wordt te velde getrokken, daar blijft de slechtaard weg; waar tegen leugen en laster wordt gewaarschuwd, daar wordt juist de lasteraar door zijn slecht geweten weerhouden, mee van de partij te zijn. Zôô vooral ook in zake den bond tegen drankmisbruik. Want waar hier de vorige week eene dame optrad, die voor een groot publiek tegen deze volksondeugd waarschuwde, daar geldt weer dezelfde opmerking van straks: de drinkebroers blijven van verre, zij hooren het goede woord niet. Wie een kans wilde wagen, om voor zijn onderwerp allen te zien opkomen, ook diegenen, die om d'onrust hun ner conscientie liefst zulke kringen mijden, die zou al over »Oude Russen" of nieuwe »Amerikanen" moeten gaan spreken: zoo iets pakt het groote publiek nog het meest en bij die dingen neemt men 't met de conscientie vaak minder nauw. Een groot, een zeer groot publiek zal hier ook getrok ken worden door den internationalen biljartwed- strijd op Vrijdag en Zaterdagavond e.k. Zin voor sport en wedstrijden zit in de lucht. Op dat ge- bied mag men gerust 't een of ander ondernemen bij voorbaat is men van aile welslagen zeker. Zoo is het gegaan met de wedrennen, zoo is het gegaan met de oprichting van de Harddraverij vereeniging en de grootsche uitbreiding der keuringen en harddraverijen, zoo is het gegaan met de jaarlijk- sche verloting van paarden, rijtuigen, enz., zoo is het gegaan met den grooten vélocipèdewedstrijd, zoo met volteekening van een garantiefonds groot drieduizend gulden voor de uitgeschreven internati onale hardrijderij op schaatsen, én zoo zal het ook gaan met dit luisterrijk feest. Eene commissie heeft zich opgeworpen en de noodige gelden bij- eengebracht groote prijzen zijn uitgeloofd, waar- onder een eerste prijs van honderd gulden plus eene gouden médaillé; de vereeniging voorvreem- delingenverkeer heeft er eene schoone médaillé aan toegevoegd voor den bekwaamsten seriespeler, en het succès van al die maatregelen hoe ge- waagd het voor zulke commissie schijne zal schitterend zijn. De groote zaal, hoe groot ook, zal licht te klein blijken; want van aile spelen is zeker wel het biljartspel het meest en het alge- meenst in trek. Nu zijn er die zoodanig succès 26) BAL.DUIIÏ MfiLLHAUSElî. »Men moet een premie op zijn hoofd stellen en ndei al onze speurhonden op hem loslaten, riep een der heeren heftig uit, »ik bied zelf duizend dollars en meer." Oliva haalde de schouders op en zeide »Een man als hij laat zich niet licht vangen. En wie kent hem? Men mag hem tienmaal ontmoeten zonder te weten wien men voor zich heeft. Hij wordt te goed bediend; dikwijls genoeg ontving ik daar bewijzen voor en ben ik als door een wonder aan de tegen mij ingestelde achlervolging ontsnapt. »Ge hebt veel kennis van zaken en een helder oordeel," zeide Palmer, »ik mag u dus vragen welk gebruik denkt ge dat Campbell van de bneven zai inîikcii »Mijns inziens hangt dat van omstandigheden af, antwoordde Oliva voorzichtig. »Uit dezen bne! blijkt, dat ook de anderen er een van dergelyken inhoud hebben." »Ja, zij waren er op berekend Quinch in zijn bewegingen zoo te leiden, dat hij geen aanzienlijke afdeelingen van den vijand kon ontmoeten? »Mag ik weten, waar ailes op uitloopt sWaarom niet? Te meer, nu door het verlies der brieven de plannen toch vervallen. Ik vrees, dat Quinch het leger der Vereenigde Staten, dat bekend is met zijn bewegingen, nu juist in den mond loopt. De hoop blijft echter, dat bij het eerste trefîen, hetgeen vermoedelijk bij Kansas City zal plaats hebben, de Guerilla's in staat zijn den vijand in den rug aan te vallen." Hier wendde Palmer zich vol geestdrift tôt zyn vrienden en ging voort »Als het ons gelukt door het uitzenden van boden de verschillende benden Guerrilla's, die zuidelijker vertoeven, ter rechtertijd met Quinch te doen ver- eenigen, vormen ze een strijdmacht, waarmee de voor- of achterhoede van het vijandelijk leger voorzeker rekening zal moeten houden. Wanneer dit plan gelukt, is zelfs de mogelijkheid met uit- gesloten van een voor ons gunstigen afloop. Als we maar twee veldslagen winnen, waardoor het Noordelijk leger vernietigd wordt, kan er nog een groote ommekeer in den nu zoo hachelijken toe stand komen." »Dus zoo spoedig mogelijk moeten Quinch en de andere opperhoofden nieuwe aanwijzigingen ont- vangen," meende een der heeren. »Dat spoedig moet ge weglaten," zeide een andere voor dat wij raad geven, moeten wij eerst nauw- keurig onderricht zijn omtrent de strijdkrachten van den zich bij Kansas bevindenden vijand en dat eischt tijd en geduld." »Maar dat kan en mag met te lang duren, bracht Palmer in, »de beslissende strijd nadert, onze vrienden in Kansas zijn op hun hoede. Wat is uw meening in dezen vroeg hij daarop aan Oliva. Mijn oordeel is slechts dat eener vrouw," luidde het met klanklooze stem gegeven antwoord. »Mjj schijnt echter het zamentrekken der Guerrilla s eerst raadzaam kort voor den beslissenden strijd. De enkele afdeelingen zijn in staat overal waar ze vertoeven zich voldoende van proviand te voorzien, maar dat zou bij een leger van duizenden groote bezwaren opleveren. Ook schijnt het mij gevaar- lijk dat de verschillende benden in dezelfde rich ting optrekken hun doel wordt daardoor te dui- delijk. Ik zou raden tôt het uiterste tijdstip te wachten." »Men zou kunnen denken, dat gy een opleiding als veldheer had genoten," zeide Palmer verbaasd. »Uw argumenten zijn helder en trefîen doel. - Wel is waar, gij zijt op de plaats zelf geweest, een voorrecht dat wij missen en daardoor krijgt uw oordeel nog meer waarde. Ik onderstel dat gij binnenkort naar Kansas terugkeert. Zoudt ge genegen zijn de eene of andere opdracht aan bepaalde personen over te brengen? Ge begrijpt dat zulk een veilige gelegenheid zich te zelden voordoet, om ze ongebruikt te laten voorbygaan. Oliva dacht na en antwoordde aarzelend: >Gij vergeet, dat brieven, die bij mij worden gevonden, mij in het verderf kunnen storten. Maar het zij zoo ze kunnen ook in onschuldigen vorm gesteld worden, zonder naam en adres. Ik herinner u aan den brief, dien ik u bracht en die mij door zijn uitvoerigen inhoud den weg wees naar uw huis ook geef ik in overweging dat ik, als vrouw, bezwaarlijk in staat zal zijn ze persoonhjk te over- handigen." »Gij zoudt dan toch een vertrouwden bode kunnen kiezen." »Wie kan in ieder's hart lezen »Ik reken op uw scherpzinnigheid. Wanneer denkt ge te vertrekken?" »Het kan dagen, maar ook weken duren. »Zie ik u in elk geval terug? Zou het met goed zijn mij te zeggen waar ge woont? »Ik heb geen woning, maar houwcl mij schuil. Met mijn opvallend uiterlijk moet ik dubbel op mijn hoede wezen. Indien Campbell eenig ver- moeden van mijn tegenwerking had, zou ik en anderen met mij verloren zijn. Ik kreeg den indruk, dat niets verborgen blijft voor den scherpen blik van dien onzichtbaren vijand. Talrijke bond- genooten moeten hem steunen, anders zou het hem niet mogelijk zijn overal en nergens tegehjk te wezen. Om die reden zoek ik het liefst mijn schuilplaats te midden van de verbitterdste vijanden.' »Kan ik u dan een boodschap zenden?" »Neen, want ik verzwijg voor de veiligheid zelts voor u mijn verblijf. Als mijn vertrek bepaald is, kom ik hier terug; maak inmiddels ailes gereed, wat ge mij wenscht op te dragen. Geef tevens aan uw bediende bevel mij terstond binnen te laten in plaats van mij met vragen lastig te vallen. Bij die woorden stond Oliva op; ze boog tôt afscheid voor de andere heeren, terwijl Palmer haar naar de vestibule bracht. »Een zonderlinge verschijning," verklaarde Palmer bij zijn terugkomst, terwijl hij zijn vrienden naar het overige gezelschap geleidde, «door welke erva- ring zou zulk een schoone vrouw, bestemd voor een gelukkig familieleven, tôt zulk een werkkring gedrongen zijn?" slk heb haar nauwkeurig gadegeslagen," luidde het antwoord, »en ik zeg u, dat het niet zoozeer vurige vaderlandsliefde, maar bittere, onuitspreke- lijke haat is, die tôt zulk een optreden dringt. Elke lijn van haar schoon gelaat verried een wils- kracht, zooals men bij menigeen te vergeefs zou zoeken. Toch raad ik dringend haar te laten bespieden." »Dat moet zeer voorzichtig gebeuren; want be- merkte ze ons wantrouwen, dan zou ze wellicht zoo beleedigd kunnen wezen, dat zij van partij verandert. Zij zou een gevaarlijke vijandin zijn." »Een vreeselijke vijandin; des te meer is het geraden te weten waar ze verblijf houdt en met wie zij omgaat." »Wij moeten voorzichtig zijn met de keuze der spionnen," zeide Palmer. »Het is dikwijls zeer bezwaarlijk ik herinner u hoeveel moeite het kostte in het als een vesting ingesloten slakkenhuis van den ouden Findegern, dien geslepen tegen- stander, toegang te verkrijgen. Mijn dochter is het ten laatste gelukt." »Maar werd de verdenking, die op hem rustte, bevestigd bracht een der anderen in. »Ik houd hem voor een dommen opgeblazen duitschen beer, wiens grootste kracht in het bewustzijn ligt, dat hij zijn woestenij ten allen tijde voor een groote som kan verkoopen. Als hij de gehate bondsvlag kan hijschen en zijn slakkenhuis bewonderen, is hij tevreden." Hij is de listigste schurk, die onder het masker van onnoozelheid aan de Staatkunde deelneemt, zeide Palmer heftig, »wie had verwacht, dat zijn huis de verzamelplaats van onze gevaarlijke tegen standers zou worden? Daarvan heb ik toch on- wederlegbare bewijzen. Daar is bijvoorbeeld die kapitein Houston; sedert hij weer een vin kan verroeren, werd hij de ziel van de Staatkundige vereeniging, die het ijverigst den ondergang van onze partij bewerkt. (Wordt vervolgd.) VOLKSKL il 00ST-GG0REC1T EN OMSTREKEN VAN DIENSTREGEL1NG Or - onovrao™ naar MEPPEL—ARNHEM. Van ARNHEM naar Van NIEITWE SCHANS naar HARLINGEN. Vartr. N.-Schan. *6,16 £7,40 *8,65 11,41*2,52 5,80 9 Winschoten Scheemda Znidbroek Hoogezand 7,13 «3,34 -- 8,40 °»AU b£}1 6,33 ^7,58 6.47 3 8,10 7,00 S 8,21 7,18 Kropawolde 7,19 Aank. Groningen 7,82 Vertr. 1,86 9 Leenwarden 9,08 Aank. Harlingen 9,89 9,12 11,56 3,09 9,23 12,08 3,21 9,34 12,19 3,32 9,45 12,28 3,43 9,60 12,84 8,49 8,64 10,3 12,47 4,1 10,8 1,45 5,4 11,81 3,13 6,27 12,7 8,49 7,6 5,44 5,51 6,00 6,08 6,18 6,26 6,82 8,33 8,48 8,56 9,07 9,16 9,21 9,33 9,40 9,44 11,4 10,20 11,40 Van HARLINGEN naar NIEUWE SCHANS. Vertr. Harlingen Leenwarden Aank. Groningen Vertr. Kropawolde Hoogezand Znidbroek Scheemda Winschoten Aank. N.-Schan» r, Mmerkte treinen stoppen aan den Borgercompagnieaterweg (wachtp. 87) tôt het Hinidag» geen reiriger» op voor Groningen. 9,40 1,10 3,29 11,26 1,56 5,6 12,44 3,8 6,24 *12,49 3,22 *6,82 1,03 3,36 6,46 1,09 3,42 6,52 1,20 3,51 7,3 1,35 4,6 7,19 1,43 4,14 7,27 1,59 4,28 7,43 l Van GRONINGEN naar Aank omet DELEZIJL Sneldienst van Groningen 8,naar Amsterdam, *6.30 6,44 6,50 7,1 7,16 7.24 7,40 7,2 7,43 9,1 9,6 9,20 9,26 9.35 9,50 9,58 10,12 5,46 8,00 9,18 10,45 10,59 11,05 11,14 11,29 11,37 11,51 6,56 Van GRONINGEN naar MEPPEL—ARNHEM. 8,— 10,23 12,52 4,9 6,30 10,32 1,1 4,18 10,40 10,49 8,26 11,7 9,17 12,23 9,49 1,3 9*.40 10,24 2,15 9,59 10,42 2,56 10,37 11,15 3,37 7,45 11,18 1,48 5,14 Vertr. Groningen Haren De Pnnt Vries-Zuidl Assen Meppel Aank. Zwoïle Deventer Zntfen Arnhem DELEZIJL 6,26 6,35 6,42 6,51 7,7 8,15 8,54 9,20 12,50 3,23 6,49 welke de» avonds te 10,42 aldaar retonrneert. 1,9 4,26 1,18 4,85 1,35 4,55 2,50 6,10 3,80 6,50 4,15 7,38 4,38 8,3 5,26 8,57 10,50 7,56 10,46 9,88 12,20 8,10 8,19 8,27 8,36 8,52 7,47 10,10 8.17 10,50 9,41 10,5 Van ARNHEM naar MEPPELGRONINGEN» 5,58 6,42 7.56 10,34 12,20 Vertr. Arnhem Zntfen Deventer Zwolle Meppel l Vries-Zuidl. 8,15 10,48 De Pnnt 8,24 10,57 Haren 8,82 11,5 Aank. Groningen 8,40 11,13 12,46 Van DELFZIJL naar GRONINGEN 6,— 7,12 Aankomat GRONINGEN 7,83 8,58 6,26 9,20 9,20 10,10 2,52 7,18 10,6 10,6 11,48 8,88 7,48 10,24 10,24 12,18 4,22 8,88 10,58 11,7 1,59 6,51 9,18 11,88 11,50 1.8 1.17 1,26 1,84 1,42 10,44 1,24 12,27 2,57 7,5 7,41 8,5 8,62 9,29 2,47 7,42 4,2 8,56 10,17 4,16 9,10 4,26 9,19 4,88 9,27 4,41 9,85 10,42 4,52 8,80 6,25 10,2 DOOR 1 1mon non

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1892 | | pagina 1