S. De espion. wJ No. 39 ZONDAG 15 Mei 1892 22s Jaargang. UIT GRUNO, EEUILLETO hr« V VAN BORGESIXJ8 ZOON, SÂFPEMEEE. Inzending van Âdvertentiën en Ingezonden Stnkken des Dinsdags- en Vrijdagsavends vôôr zes nnr bij de ïïitgeverB. Bij deze courant behoort een bijvoegsel. Nederlandschen Kinderbond. Voor de Gemeenten HOOGEZAND, SAPFEMEEK, SLOCHTEREN NOORDEEOEK, ZUIBBBOEX, ZTJIDLAREN, HAREN enz. Dit BLAD verschijnt iederen ZONDAG en WOENSDAG. ABONNEMENTSI'RIJS per drie maanden .'15 cents, franco per post 45 cents. Enkele nommers 5 cents. PRIJS der ADVERTENTIËN Van 1—5 regels 35 cents iwdere regel nieer 1» cents. Groot.e letters worden naar plaats- ruimte berekend. Abonnement lager. Dezelfde advertentie, in eens voor 3-maal piaatsmg besteld, is de derde plaatsing gratis. DIENSTREGELING OP DE STAATS-SPOORWEGEN, AANVANGENDE DEN 1 MEI 1892 (TIJD VAN GREENWICH.) WEEKK1LENDEB. Zondag 15 Mei. Maandag 16. Dinsdag '17. Woensdag 18. Donderdag 19. Vrijdag 20. Zaterdag 21. Zonsopgang, Zaterdag 21 Mei te 3.58, onder te 7.56. Laatste kwartier, Donderdag 19 Mei. Jaar- paarde- eu beesteinarkteu. Maandag 16 Mei, Veendam j. p. b. Donderdag 19 Mei, Martenshoek b. Onze ingenomenheid bij de kennisname van on- derstaand bericht, deed ons besluiten het eene eerste plaats te geven in ons blad. Aan aile Ouders en Opvoeders, Hoofden van Scholen, Onderwijzers, Bestuurders van Opvoedings-gesticliten en aan aile Man- nen en Vrouwen in Nederland. De dagelijks toenemende en niet ongegronde klachten over de brutaliteit en de baldadigheid der jeugd, de vernielzucht en de wreedheid jegens die- ren, waaraan zij zich veelal schuldig maakt, hebben hier en daar reeds lang veler aandacht getrokken. De ondergeteekenden hebben dientengevolge be- sloten een Comité te vormen en een NEDERLAND SCHEN KINDERBOND op te richten, waarvan het doel is den kinderen van ons land het verkeerde van bovengenoemde neigingen en handelingen te doen inzien en in 't algemeen bij de jeugd het zedelijkheidsgevoel te ontwikkelen. Zij hopen aile kinderen van ons land, het v o 1 k der toekomst, zonder onderscheid van stand of godsdienstige gezindte, te vereenigen in éen bond. Wel schuilt het kwaad voornamelijk bij de kinde ren der armen, de zoogenaamde straatjeugd, maar toch vindt men ook bij die der meer beschaafden nog veel onverschilligheid en onnadenkenheid. Het valt niet te ontkennen, dat er bij de opvoe- ding der jeugd iels ontbreekt. Het onderwijs moge weinig te wenschen overiaten, de zorg voor het lichamelijk welzijn der kinderen steeds meer behar- tigd worden, aan de veredeling van het gemoed en de vorming van het karakter wordt, voornamelijk bij de lagere standen, dikwijls niet genoeg zorg besteed. En in die leemte nu wenscht onze Ver- eeniging te voorzien. De jeugdige leden van deze Vereeniging, die den naam zal dragen van IVederlaudsclte Ikin- derboud, beloven dat zij zullen trachten geen baldadigheden te plegen, niemand te beleedigen, geen dieren te plagen noch te mishandelen en dat zij wat hulpbehoevend is naar vermogen zullen be- schermen. Het Comité stelt zich voor door het verspreiden van geschriften en het houden van bijeenkomsten met de kinderen, het doel te bereiken. In Engeland en Amerika, waar zulke Kinderver- eenigingen sedert vele jaren bestaan, onder den naam van «Bands of Mercy," heeft men verblij- dende uitkomsten verkregen. Overtuigd van het groot gewicht van de taak, die het Comité aanvaardt in het belang van het opkomend geslacht en de toekomst van het Neder- landsche volk, durft het met vrijmoedigheid deze zaak onder uwe aandacht brengen, terwijl het vooral ouders, leermeesters en opvoeders der jeugd, dringend uitnoodigt de jonge Vereeniging te willen steunen, niet alleen door eene jaarlijksche bijdrage van minstens 50 cent of wel een gift in eens van minstens vijf gulden, maar ook door te trachten, den Nederlandschen Kinderbond zooveel mogelijk door het geheele land te helpen uitbreiden. Iedereen wordt dus dringend verzocht nevens- gaande inteekenbiljetten (verkrijgbaar bij de leden van het voorloopig Comité) of één van beide ingevuld aan een der onderstaande adressen te zenden. V Het Comité hoopt, dat zich in aile gemeenten van ons land Comités zullen vormen, die zich tôt taak stellen in de plaats hunner inwoning Afdee- lingen van den Kinderbond te organiseeren. De plaatselijke Comité's of Afdeeling-hesturen zullen zich moeten kunnen vereenigen met het hoofddoel, het leidende beginsel, van den Nederlandschen Kinderbond. Voor het overige zullen zij vrij zijn in de wijze, waarop zij hunne werkzaamheden wenschen in te richten. Onze oproeping is gericht aan het geheele Ne- derlandsche Volk. Moge dus de deelneming alge meen zijn 1 Namens het voorloopig Comité, C. VAN DER HUCHT— Kerkhoven. Scheveningen, Parkweg 7. S. H. ARNTZENIUS 's Gravenhage, Van Speijkstraat 1. REGLEMENT voôr de Leden Art. 1. De Algeiiieeue Nederlandscke Kinder- boud is gevestigd te 's Gravenhage. Art. 2. Als leden kunnen toetreden al de kinderen van ons land, van 8 tôt 16 jaar, zonder onderscheid van stand of godsdienstige gezindte. Art. 3. Jongelieden van 16 jaar en daarboven, die zich hij den Kinderbond nultig willen maken, kunnen als buitengewoon lid toetreden. Art. 4. De leden van den Kinderbond kunnen desverkie- zende eene kleine bijdrage voor hun lidmaatschap aizonderen, maar zij zijn daartoe niet verplicht. Art. 5. Aile leden zullen hij hun toetreding deze eenvou- dige belolte moeten afleggen »Ik zal mij n best doen om goed en vriendelijk te zijn jegens aile le vende schepselen en ik zal niets moedwillig be- derven of vernielen". Art. 6. Op nader te bepalen tijden zullen bijeenkomsten worden gehouden, Art. 7. Elk lid van den Kinderbond moet aan de bijeen komsten deelnemen. Art. 8. Uit een huis, waar besmettelijke ziekte is, mogen geen kinderen de bijeenkomst bijwonen. Art. 9. De leden ontvangen een diploma, dat zij in hun woning moeten ophangen, zoodat zij altijd aan hun lidmaatschap herinnerd worden. Langzaam maar zeker komt Groningen met zij ne feestplannen gereed. Enkele dwarskijkers loopen nog een tijdlang liefst hun eigen weg, dat is zoo de aard van den Groninger, om toch ten slotte evengoed als ieder ander mee te werken aan het geheel. Veel is er echter door den loop der de- batten en tijden in de eerste plannen gewijzigd. Letten we eerst op 't geen de vereeniging voor Vreemdelingenverkeer wil doen voor deze gelegen- heid. Aanvankelijk bracht het aftredend bestuurs- lid de Jager in de verg. van Maart het voorstel ter sprake, dat deze vereeniging bij gelegenheid der feesten de versiering geheel voor hare rekening moest nemen en commissiën aan moest wijzen voor elke straat. Dit voorstel werd met instem- ming ontvangen en in die richting de werkzaam- heid aangevangen. Verschillende schoone plannen kwamen toen bij het bestuur in, gelijk ik u reeds rneldde. Zoo o.a. een plan tôt versiering der Gracht- straat en omgeving, zoo een plan tôt verlichting van den Martinitoren en versiering van de Visch- markt, zoo een uitgewerkt plan voor de geheele versiering der stad van den heer de Jager, enz. Doch men begreep al spoedig, dat men rekening bad te houden met wat van ouds reeds hestond en zoo zijn de oude straatcomité's weer uit eigen initiatief in 't leven geroepen. Vreemdelingenver keer echter heeft getracht uit al die comité's thans één centraal comité aan te wijzen, dat voor allen rangschikt en bemiddelt en regelt en bovendien zelfstandig meer algemeene plannen uitvoert. Daar- door zal veel fijd en werk en moeite bespaard worden en de versiering doelmatiger en fraaier kunnen worden, terwijl de grenspunten der straten en de pleinen, die anders licht minder tôt hun recht komen, door een centraal comité naar eisch kunnen worden bedacht. Mits men natuurlijk sa- men werke. En zooals ik reeds zei: er Zjn er altoos, die openlijk of in 't geniep elke goede zaak tegenwerken. Doet eene vereeniging niets, dan staan dezulken gereed, om met kracht hunne aan- merkingen te doen hooren, doet de vereeniging echter iets, dan zoeken dezulken weer in afbreken hunne kracht. Over 't geheel gaan anders de zaken naar wensch en komt er steeds meer samen- werking en eenheid. Letten we thans op de ver eeniging voor Volksvermaken, dan heeft ook die vereeniging hare plannen vrij wat naar de omstan- digheden moeten wijzigen. En dat ailes hindert Roman uit den Noord-Amerikaanschen hurgeroorlog, BAXDTJOï MbldLHAÏJSElV. 44) Men moet toch wat praten, ook al houdt het soms geen steek, of de tong zou ons aan het ge- hemelte vastroesten, als een spijker in een stuk hout. Zich behagelijk op het gras uitstrekkend aan de voeten der jongelieden, ging hij voort: j>ik zeg u nog eens, wees maar gerust, schoone jonge dame; als er een stroohalm gevaar was, zoudt ge wel verdachte sporen gevonden hebben." »En dat hebben we niet," verzekerde Maurits, »de beide Otoes, die ons vergezellen, hebben geen voetbreed van het dal tusschen de Missouri en de hoogvlakte ondoorzocht gelaten." Anders lachte hartelijk en zag Maurits daarbij zoo zonderling aan, dat deze onwitlekeurig angstig werd. De nieuwe gast scheen op zijn gelaat te lezen wat in hem omging, want hij zeide met een onschuldigen lach «wat wilt ge meer geen spoor te zien, in twee dagreizen binnen bereik van de Council-Bluffs. Verduiveld dan is er geen reden om zoo angstig te zien, als onze jonge dame doet. Maar gij spraakt over Otoes: die zijn zeker op wild uit? Ik heb een schot in de verte gehoord." »Ja, het zal nog wel een tijdje duren, voordat zij terugkomen," zeide Maurits. Eva trad nader en deelde mee, dat de maaltijd gereed was. »Ook voor onzen gast?" vroeg Lydia. »Ook voor hem, miss Lydia, al had hij honger als de grootste walwisch", luidde het zelfbewuste antwoord. «Ik hoop, dat gij aan onzen maaltijd wilt deel nemen?" zoo wendde Lydia zich tôt Anders. »Wat graag, na acht uur rijdens, zonder meer dan een vierde pond dor vleesch verorberd te heb ben, is mijn maag leeg," zeide Anders. »Maar eerst mijn paard, dan kom ik aan de beurt. Wacht niet op mij, het zal mij straks even goed smaken." Zonder het antwoord af te wachten, trad hij op zijn paard toe, dat hij onder lie! koozingen het zadel afdeed. Nadat hij met behulp van Nestor water uit de rivier had gehaald, dreef hij het een eind- weegs het bosch in, naar den kant waar zich ook de andere paarden bevonden. Voor den terugweg koos hij het smalle pad, dat vlak langs den oever voerde. Zoodra hij zich onbespied wist, scheen hij plotseling een andere te worden. De luchtige vroolijkheid was van zijn gelaat verdwenen; het werd ernstig en nadenkend. Zijn oogen waren nu als van een valk zoo scherp. Aandachtig beschouwde hij een klein boschrijk eiland, dat zich een eind- weegs stroomafwaarts midden in de Missouri be- vond. Langzaam voortgaande bezag hij, als hun waarde schattend, de stapels drijf hout, dat in het stille water beneden den mond der Nebraska ge- strand was. Wat in zijn hootd omging, was moei- lijk te raden. Op zijn verweerde gelaatstrekken lag dezelfde voldoening, waarmee een landbouwer zijn bloeiende velden overziet. Toen hij het gezel- schap weder opzocht, kwam op het zien van Ly- dia's bevallige gestalte een medelijdende trek op zijn gelaat, dien hij echter spoedig wist te ver- bergen. Bij zijn terugkomst zagen Maurits en Lydia den nieuwen reisgenoot in spanning aan; zijn los heen- geworpen gezegden hadden toch een gevoel van onrust bij lien achtergelaten, waarvan zij zich geen rekenschap konden geven. Het gelaat van Kitt Anders stond echter zeer vroolijk, en gaarne gaf hij gehoor aan Lydia's uitnoodiging, zich nu aan den maaltijd te goed te doen. «Een onbekende aan den disch te nooden, strekt u tôt eer; maar mij verplicht de wet der beleefd- heid mijn naam te noemen," verklaarde hij daarop. »Ik heet Kitt Anders en ben jager van beroep." »Mijn naam is Durlach," ontving hij ten ant woord. «Maurits Durlach, kapitein bij het leger de Unie en hier heb ik de eer u miss Rutherfîeld voor te stellen." «Durlach antwoordde Anders, zijn bord opnieuw van vleesch voorziende, »ik hoor dien naam niet voor het eerst, dunkt me. Maar wat is er aan een naam gelegen De hoofdzaak is, dat de men- schen eerlijk zijn. Het verbaast mij, dat de Otoes nog niet terug zijn; het is anders geen gewoonte van de Indianen in de verte te blijven, als een sappige wildbrâa boven het vuur hangt." »Ik hoop, dat hun lang uitblijven geen reden tôt bezorgdheid geeft," zeide Maurits met toene mende onrust. »Ik wensch het met u. Bij den Hemel, wat een mooi stuk vleesch, zoo sappig als maar mogelijk is. Ik mag lijden, dat de Otoes weer een goede vangst hebben gedaan," en weer lachte hij vroolijk. Maar hoe hij ook mocht lachen en schertsen, toch gelukte het hem niet, de heimelijke onrust te verdrijven, door zijn eigen woorden opgewekt. Ly dia en Maurits spraken weinig meer, beiden gevoel- den, dal met den nieuwen gast een of ander raad- sel in betrekking stond. Toen hij zich verzadigd en zijn pijp had aangestoken, zouden zij weldra de oplossing vernemen. «Het gaat mij als de roodhuiden," zoo nam hij eindelijk het woord, »als zij een boodschap hebben, overhaasten ze zich niet met het overbrengen. Ze willen eerst hun menschen leeren kennen. Wat ziet ge ernstig, kapitein; en toch wil ik er de fraaiste otterhuid voor verwedden, dat gij binnen een minuut zult lachen, dat het een aard heeft. Geloof je het niet? Hier en van uit zijn leeren buis haalde hij een verkronkelden brief te voorschijn, dien hij aan Maurits overhandigde. Terwijl Lydia en de jager hem met spanning gadesloegen, opende Maurits het couvert. Nau- welijks had hij het schrift gezien, of hij riep met blijde verbazing: «van mijn zuster!" Daarna las hij hardop «Iemand, die onze achling en vriendschap ver- wierf, beveel ik bij dezen dringend bij u aan. Ge loof mij steeds met trouwe liefde en onafgebroken zorg. Uw zuster. Maurits reikte Anders de hand, terwijl hij ver- baasd vroeg: «maar vriend, waarom liet ge mij zoolang wachten? Ge hadt mij een uur geleden al blij kunnen maken." «Ik wilde eerst eens zien, hoever ik zonder zulk een aanbeveling kwam," antwoordde Anders met een gullen lach. «Dubbel verheugde mij dus uw beider vriendelijkheid, omdat ik die nu alleen op rekening kan stellen van mijn eerlijk gezicht. Nu echter wil ik u ook de liartelijke groeten van uw zuster overbrengen en van den vreemden snuiter, dien doodkistenfabrikant. Hij noemde u zijn stijf- koppigen neef en zendt u door mijn mond de boodschap, dat, als het soldaatje spelen u niet meer beviel, er altijd een schaafbank voor u in zijn werkplaats klaar stond. Ook vroeg hij mij, of ik geen lust had als leerjongen bij hem te komen." Maurits lachte hartelijk en zeide daarop tôt Ly dia gewend «ook al had onze vriend niets anders gezegd dan deze boodschap, dan zou het mij reeds een geldig bewijs zijn, dat hij onder het dak van mijn geeerden, maar zonderlingen oom heeft ver- toefd." Daarop voegde hij er tôt Anders bij »hebt ge nog niet meer groeten voor mij?" «Zeker, kapitein. Er was nog zulk een zonder- linge man, die over kunst en dood en duivel tôt mij sprak «Dokter Krehle!" zeide Maurits lachend. «Maar verder, verder, er moeten nog meer geweest zijn." «Natuurlijk, Nicodemo, dezelfde heer, die mij naar Kansas-City zond. Hij was het die mij op- droeg, als ik u niet in Kansas vond, naar de Goun- cil-Blulfs te gaan «Was er nog niet iemand? Ik meen eenjongen knaap met donkerbruin gelaat en lang zwart haar, als Mexicaansche jager gekleed? «Er was geen man, maar een jonge vrouw, op wie uw beschrij ving past, als een kogel in een geweerloop. Verduiveld, hij al haar schoonheid stond de sterkste wilskracht op haar gezicht ge- schreven, zoodat ik grooten eerbied voor haar koes- terde. Zij liet u ook groeten, maar vooral miss Lydia, en met elken groet zooveel zegewenschen, dat de geheele Vereenigde Staten er genoeg aan hadden." (Wordt vervolgd.) W u V (IL k S BI A1) 00ST-G00RECHT EN OMSTREKEN. Van NIEUWE SCHANS naar HARLINGEN. 5,10 6,24 5,SI Vertr. N.-Schan« *5,56 g. 7,20 *8,16 11,15*2,23 Winschoten 6,15 -1,7,88 8,38 11,80 2,40 Scheemda 6.27 .3 7,50 8,45 11,43 2,52 Zuidbroek 6,40 fl 8,1 8,56 11,53 3,3 5,41 Hoogezand 6,63 8,14 9,7 12,2 3,14 5,48 Kropswolde 6,59 S 8,20 9,12 12,8 3,20 A a nie. Groningen 7,12 8,34 9,25 12,21 3,32 6,6 Vertr. - 7,16 9,85 1,25 4,44 6,12 Leeuwarden 8,43 11,84 2,53 6,7 7,57 10,54 A&nk. Harlingen 9,19 12,10 8,29 6,46 8,38 11,30 De met een gemerkte treinen stoppen aan den Borger- romp&gnieaterweg (waehtp. 87)tôt het opnemen van reizigera. Bovendien mogen aldaar die treinen verlaten reizigera, voor- zien van plaatsbewijzen naar Hoogezand-Sappemeer. De trein van 8.16 neemt des Dinadaga geen reizigera op voor Groningen. 8,23 8,88 8,46 8,57 9,6 9,11 9,23 9,29 Van HARLINGEN naar NIEUWE SCHANS. Vertr. Harlingen Leeuwarden Aank. Groningen Vertr. Kropswolde Hoogezand Znidbroek Scheemda Winachoten Aank. N.-Schana *6.10 6,24 6,30 6,41 6,56 7.4 7,20 6,42 7,23 8,41 8,46 9,— 9,6 9.15 9,30 9,38 9,52 8,58 11,6 12,24 '12,38 12,52 12,58 1.9 1,24 1,32 1,48 12,50 1,86 2,48 2,53 3,7 3,13 3,22 3,37 3,45 3,59 2,51 4,46 6,4 *6,12 6,26 6,32 6,43 6,59 7,7 7,23 5,26 7,52 9,10 10,39 10,53 10,59 11,8 11,23 11,31 11,44 De met een gem»rkte treinen stoppen aan den Borger- compagniesterweg (waehtp 87) tôt het uitlaten van reizigera. Bovendien hebben aldaar tôt die treinen toegang reizigers, voorzieu van terugreisgedeelten van retourbiljetten naar Hoo gezand-Sappemeer. Sneldienat van Groningen 7,30 naar Amsterdam Van GRONINGEN naar MEPPEL—'a BOSCH. Vertr. Groningen 6, Haren 6,9 De Punt 6,17 Vries-Zuidl. 6,26 7,30 Aasen Meppel Zwolle Aank. Zntfen Arnhera 's Bosch 6,40 7,55 8,42 9,30 10,41 10,16 11,27 9,40 12,80 9,49 9,57 12,48 10,6 7.58 10,24 8.59 11,45 9,38 12,42 1,42 2,30 1,4 2,15 3,7 4,17 5,9 3,38 8,47 3,55 4,4 4,22 5,43 6,38 7,3 1,10 4,17 6,58 10,1 8,11 10,30 6,15 8,— 8,9 8,17 8,26 6.41 8,44 7.42 10,8 8.38 10,48 9,47 Van GRONINGEN naar DELFZTJI. Vertr. Groningen 7,25 11,52 1,31 4,53 7,52 10,40 Loppersum 8,30 1,— 2,36 5,58 8,56 11,44 Appingedam 8,50 1,19 2,56 6,18 9,18 12,5 Aank. Delfzijl 9,— 1,29 3,6 6,28 9,29 12,14 welke des avonds te 10,34 aldaar retourneert. Van 's BOSCH naar MEPPELGRONINGEN. Vertr. 's Bosch 7,5 10,6 12,52 8,20 Arnhem 6,— 9,— 11,40 2,60 5,11 Zntfen 7,8 9,40 12,30 3,37 6,— Zwolle 5,20 8,38 10,38 1,51 5,3 7,22 Meppel 6,10 9,36 11,18 2,86 5,48 8,18 Assen 7.27 10,50 12,2 3,51 7,7 9,29 7,21 9,43 7,30 9,52 7,38 10,— 7,46 10,8 Vries-Zuidl. 7,45 11,4 De Pnnt 7,54 11,13 Haren 8,2 11,21 Aank. Groningen 8,10 11,80 Van DELFZIJL Vertr. Delfzijl 5,40 Appingedam 5,51 Loppersum 6,15 Aank. Groningen 7,13 12,28 2,86 3,51 4,5 4,14 4,22 4,30 naar GRONINGEN. 6,52 10,30 1,7 7,5 10,43 1,18 7,33 11,11 1,42 8,38 12,13 2,40 4,12 4,24 4,48 5,43 5,82 7,6 7,46 8,44 9,19 10,9 10,84 8,16 8,27 8.51 9,48 'sKinds herte is als was, waarin gedwee en mild De meester prent en drnkt de letters die hij wilt. VONDEL. JOHNSTONE. 's Gravenhage, Plaats 31. A. H. PIERSON VAN COUDOEVER. VAN DEN DOOR -»l W F

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1892 | | pagina 1