My\ No. 40. WOENSDAG 18 Mei 1892. 22e Jaargang. De Kpion. 1 i sV j»V VAN B0RGE8IU8 300N, SAPFEMEER. Inzending van Advertentiën en Xngezonden Stnkken des Dinsdags- en Vrijdagsavon&g vèôr zes unr bij de ïïitgevers. Overzicht van 8 tôt 15 Mei 1892. UIT GRUNO FEUILLETON^ i jflEv i ?r h Dit BLAD verschijnt iederen ZONDAG en WOENSDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden 35 cents, franco per post 45 cents. Enkele nommers 5 cents. U 1 T G A V E P 1U.L- der ADVERTENTIËN: Van 15 regels SIS cents iedere regel meer 10 cents. Groote letters worden naar plaats ruimte berekend. Abonnement lager. Dezelfde advert.entiein eens voor 3-maal plaatsing besteld, is de derde plaatsing gratis. DIENSTREGELING OP DE STAATS-SPOORWEGEN. AANVANGENDE DEN 1 MEI 1892 (TIJD VAN GREENWICH.) BU1TENLAND. De fransehe regeering beijvert zich, vôôr de kamer bijeenkomt, ailes in het werk te stellen om den slechten indruk dien de dynamiet aanslagen te weeg brachten, weg te nemen. Met kracht heeft men de uitbreiding en organisatie van het politie corps ter hand genomen. De minister Loubet tôt wien men over zijn zwak beheer ernstige verwijten richt, was tegenwoordig bij de begrafenis van den restaurateur Véry, die na smartelijk lijden ook aan de gevolgen der ontploffing is overleden. Hij hield aan de groeve een rede waarin hij krachtig de dynamiet aanslagen laakte en verzekerde dat de regeering wel zou zorgen dat dergelijke gruwelen niet weder plaals vonden. Ook de prefect der Seine en de prefect van politie woonden de begrafenis bij, de président der republiek had een vertegenwoordiger gezonden. Aan de weduwe en dochter van Véry zullen van staatswege jaargel- den worden toegekend. Of een en ander zal strekken om de afgevaar- digden als zij straks weer bijeenkomen wat milder tegenover den minister van binnenlandsche zaken te stemmen, zal de tijd moeten leeren. De belgische kamer heeft voor zoover hare be- voegdheid ging, de grondwetsherziening ten einde gebracht. Dinsdag had de beslissende stemming plaats over de lijst der door de regeering voorge- dragen artikelen, waarin verandering wenschelijk wordt geacht. Met groote meerderheid werd het regeeringsvoorstel aangenomen. De kamer heeft daarmede haar taak volbracht, de constituante, die weldra zal gekozen worden, moet het werk verder voortzetten. De voornaamste punten die de consti tuante zal hebben te regelen zijn de volgende. In de nieuwe grondwet zal worden toegestaan dat België ook een koloniale mogendheid wordt. Daardoor zal het den koning mogelijk worden den Congostaat, aan wiens ontwikkeling hij een groot deel van zijn particulier vermogen ten offer bracht, aan den staat over te doen. Op den voorgrond staat het veelbesproken art. 47 tôt regeling van het kiesrecht. Daarover is het langst beraadslaagd. De regeering had aanvankelijk voorgesteld bij wijze van proef de uitbreiding te beperken tôt de verkiezing voor gemeentelijke en provinciale collèges; toen echter daarvoor geen meerderheid te vinden was ging zij, hoewel noode, verder en bewilligde de herziening van het artikel in zijn geheel. Of de constituante zoover zal gaan als de belgische radicalen gesteund door de arbeiders- partij willen, is nog de groote vraag. Die willen alleen hen die lezen noch schrijven kunnen en de bedeelden uitsluiten. De invoering van het koninklijk référendum, op persoonlijk verlangen van koning Leopold voorge steld, is na een harden strijd ook in de herziening opgenomen. Daardoor zal het den vorst mogelijk worden zonder kamerontbinding, rechtstreeks een beroep op het volk te doen; hem wordt daardoor de gelegenheid geopend, om steunende op een volksstemming, op te treden tegen een voor langen tijd gekozen meerderheid in het parlement. In beginsel is zeker tegen dit référendum veel te zeggen. In een staat, waar het geheele volk aan de verkiezingen deelneemt en zijn vertegenwoor- digers kiesl, komt het niet te pas diezelfde kiezers op te roepen om ten gunste van den vorst een afkeurend oordeel uit te spreken over de hande- lingen dier vertegenwoordigers. Om echter de constituante niet te beletten over deze vraag te beraadslagen, werd ook dit punt in de herziening opgenomen. Het voorstel tôt een evenredige vertegenwoor- diging van aile partijen werd verworpen. Lord Salisbury, minister président van Enge- land, ontving in de afgeloopen week een deputatie der Londensche arbeiders vereenigingen, die de noodzakelijkheid trachtte te bepleiten van de in voering van den werkdag van acht uren. De sprekers verklaarden dat hunne vereenigingen vast besloten hadden, deze hervorming tôt stand te doen komen, en bij de aanstaande verkiezingen beslist partij te zullen kiezen voor de voorstanders van den verkorten werkdag. Lord Salisbury gaf zijn sympathie te kennen met het doel waarnaar de arbeidersvereenigingen streven ofschoon hij hare inzichten overigens nièt deelde. De minister beval der deputatie aan de openbare meening geleidelijk voor hare denkbeelden te win- nen. Hij deelde hen mede dat wettelijke bepalingen omtrent dit punt in ieder geval veel voorbereiding zouden eischen, terwijl hij de pogingen om den gewijzigden werkdag door werkstakingen af te dwingen afkeurde. Hij wees de deputatie op het ernstig gevaar dat er in gelegen was de patroons en de industrie te sterk door wetten aan banden te leggen. Het ge- volg daarvan zou kunnen zijn dat zij hunne zaken naar elders overbrachten. Later werd namens de deputatie verklaard, dat de partij des noods genoegen zou nemen met een wet die uitzonderingen toeliet voor allen die geen werkdag van acht uren verlangen. BINNENLAND. De discussies in de 2e Kamer over de wijziging der jachtwet, naar aanleiding van het adres van het lid de Kanter werden voortgezet. De heer de Kanter schetste, misschien in wat al te grille kleuren de nadeelen van het jachtrecht, en bepleitte krachtig de afschaffing van dat recht, met toeken- ning van schadeloosstelling tôt afkoop van verkre- gen rechten. De minister van justitie erkende dat de jacht belangen moeten wijken voor die van den landbouw, maar noemde de schade door het wild aangericht grootelijks overdreven. De kamer nam een con- clusie aan tôt handhaving van verkregen rechten, maar wenschte door wetswijziging het nadeel voor anderen uit die rechten voortvloeiende weg te nemen. Nog werd aangenomen een ontwerp behelzende voorschriften omtrent de olographische testamenten. Bij de kamer kwam in het rapport der commissie benoemd tôt onderzoek van den klacht van den socialist Vliegen over het sluiten eener vergadering te Gulpen. De minderheid der commissie stelt een conclusie voor, waarbij de regeering verzocht wordt te waken, dat de gemeente en politie verordeningen blijven binnen de grenzen der wet op het recht van vereeniging en vergadering. Wat aangaat de Koninginnefeesten, zoo verneem ik dat ook van wege de stad nog meer gëillumi- neerd zal worden dan aanvankelijk het plan was. De lantaarns langs de pleinen zullen van de païen worden geschroefd en daarop gasilluminatie worden aangebracht. Guldenstraat, Stoeldraaierstraat enz. zijn van plan, ook gasverlichting te geven langs de straat; terwijl heden avond door den heer Eekhof eene proeve zal worden gegeven voor de torenver- Roman uit den Noord-Amerikaanschen burgeroorlog, BALDUIN MOLLHAUSEN. 45) Voordat Lydia tijd had verder naar Oliva te vragen, nam Maurits weder het woord. Hij vroeg op levendigen toon: »Dus naar de Councill-Bluffs werdt ge gezonden? Met welke opdracht «Ik moest een ouden vriend van mij opsporen, IJzeren Mark genaamd, wien ik moet overreden met mij naar Kansas-City te gaan, zoo mogelijk met nog een aantal flinke jagers. Heb je wel eens van IJzeren Mark gehoord Een van de kra- nigste kerels, die ooit een hert een kogel door den kop schoten." «Mark herhaalde Maurits nadenkend. »Ik herinner het mij niet, maar het hangt natuurlijk van zijn achternaam af." «Juist, kapitein," antwoordde Anders, wiens oogen lachten van heimelijke voldoening, «wij noemen hem Mark, maar zijn familie zal hem wel als Markolf Durlach aanspreken Maurits sprong verschrikt op, zijn gelaat straalde van vreugde. »Wat zegt ge, man? Markolf Dur lach dat is mijn eigen broeder «Als ailes hier goed gaat," antwoordde Anders lachend,^»dan ziet ge hem op zijn allerlaatst over- morgen." «Ik kan het niet gelooven; ik heb hem injaren niet gezien, zeide Maurits, zich tôt Lydia keerend. «Ik verheug mij Van harte om uwentwil," zeide Lydia, Maurits de hand reikend, »hoewel ik eerlijk beken, dat op eens een gevoel van verlaten- heid zich van mij meester maakt. Ik heb broers noch zusters en mijn vader is zoo ver weg." De goedhartige Anders, getroffen door Lydia's verzuchting, greep haar bij de hand en zeide: «Ieder, die u in uw vriendelijke oogen ziet, wil voor u zorgen als voor een zuster." Tôt bekrach- tiging van zijn woorden drukte hij haar de hand. Op dit oogenblik klonken van uit de verte stemmen tôt hen door. »De beide Otoes," zeide Maurits met een zucht van verlichting. »Dan wil ik hen even begroeten om te zien, of het ook nog oude bekenden zijn," antwoordde An ders en verdween terstond daarop in het bosch. »Waarom wacht hij hen niet op?" vroeg Lydia verbaasd. »Ik vermoed, dat hij de verdere reis met hen bespreken wil." »Een zonderlinge verschijning," antwoordde Lydia peinzend, «toch wekt hij vertrouwen, ondanks zijn ruwheid." »Hij schijnt mij moedig als een leeuw, koelbloe- dig als een Indiaansch krijger en eenvoudig als een kind. Ik verheug mij over zijn geleide hij is een borgstelling te meer voor onze veiligheid." NEGENTIENDE HOOFDSTUK. Evenals Kitt Anders hadden ook de beide Otoes de sporen ontdekt van een talrijke ruiterbende. Opvallend was het, dat ze zich uitsluitend op de hoogvlakte hield. De paarden waren beslagen, het moesten dus blanken zijn. Het lag in den aard der Otoes hun ontdekking geheim te houden; wellicht uit zorg voor Lydia, of uit vrees door Maurits in hun plannen tegengehouden te worden. Het was ook daarom, dat Jahoka, zoodra de legerplaats was uitgekozen, de hoogvlakte had beklommen, om van daaruit den omtrek te overzien. Yolgens de richting der sporen moesten de ruiters zich naar de geul over de Nebraska begeven hebben waren zij daar nog, dan bestond er geen twijfel, dat hun aanwezigheid in deze eenzame wildernis in betrek- king stond met Jahoka's reisgezelschap. Boven gekomen, was het eerste wat hij zag een breede rookwolk, die niet van één enkel vuur kon ontstaan, maar voor de aanwezigheid van een aan- zienlijk legerkamp getuigde. Meer kon hij niet onderscheiden. Hij keerde naar zijn reisgenooten terug en nam, onder het voorwendsel van zijn hulp op de jacht noodig te hebben, Schinges met zich mee. Denzelfden weg sloegen zij weder in; maar terwijl de een zooveel mogelijk den rand van de bergketen hield, ging de andere naar beneden, gelijken tred houdend met zijn makker. Eindelijk kon Jahoka het legerkamp onderscheiden. In een groote opening in het bosch waren ver- scheiden vuren ontstoken. Talrijk was het gezel- schap, dat zich daar bevond en in de verte zag hij ook een aantal paarden weiden. Ondanks den grooten afstand kon hij aan de kleeding zien, dat het soldaten waren. Een tijdlang bespiedde hij ailes nauwkeurig: elken boom, elke struik scheen hij in zijn geheugen vast te prenten. Plotseling stak hij, als sein voor zijn makker, zijn hand omhoog en liet zich toen op den grond vallen. Twee mannen, met geweren gewapend, die waarschijnlijk op verkenning werden uitgezonden, zag hij naderen, zonder dat zij hem echter bemeikten. Daarop weerklonk het schot, dat aan Maurits reeds eenige bezorgdheid had ge geven. Het volgend oogenblik zag Jahoka een hert vluchten. Het schot had blijkbaar het doel gemist. De beide bespieders sloegen nu een andere richting in; hiervan maakten Jahoka en zijn mak ker gebruik, om naar hun legerplaats terug te keeren. Ze waren reeds zoo dicht bij, dat zij Nestor's stem konden onderscheiden, toen Kitt Anders plotseling voor hen stond. Zonder de ge- ringste verbazmg te toonen, gingen zij op zijn gesprek in over de gedane ontdekking. Daarna traden ze op Eva toe, die hun een maaltijd voor- zette. Kitt Anders begaf zich naar Lydia en Maurits hij sprak op opgewekten toon: «Flinke jongens die Otoes, sluw als wezels. In vele opzichten staan ze echter bij ons blanken achter ik meen, omdat zij het beter vinden, een ernstige tijding te verbergen, in plaats van de menschen ronduit te zeggen, waar ze aan toe zijn. Goed of verkeerd, bij mij gaat niets boven de waarheid." «Een uitstekend beginsel, dat echter niet altijd »Toch wel," viel Lydia Maurits op vastberaden toon in de rede. Tôt Kitt Anders zich wendend, ging hchting. Trouwens ook uit Amsterdam en Utrecht worden plannen van verlichting ingewacht; terwijl de lampion verlichting veel heeft gewonnen door de vinding van matglazen, gekleurde glazen enz. De Boteringestraat wil geloof ik raamversiering d. i. aile vensters openen en daar een schat van bloemen en gekleurde lichten plaatsen voor aile ramen. De Vischmarkt wil piramides van bloemen op het plein oprichten en de gevels illumineeren, en zoo ziet men uit ailes, dat niets wordt gespaard om tôt eene schitterende ontvangst te geraken. Een massa gelds zal er onder den werkman komen, en hij die 't meest kan betalen, offert hier in den regel ook het meest. Doch ik moet thans noodwendig van iets anders sprekenvan onze kermis. 't Was den vorigen Maandag al druk, daar dien avond al verlof was gegeven voor den opbouw der tenten. En onze jongens hebben ook al schik bij wat planken en zeildoek, waaruit al de heerlijkheid moet opgebouwd worden; zoodat het avond aan avond op de markt eene bedrijvigheid was van belang. Zaterdagmorgen werd de kermis geopend, en wie nog niet klaar was met eene kermisvrijster, adverteerde er dien dag nog duchtig op los om 's Zondagsavonds be- hoorlijk gepartuurd te wezen. 's Middags een zoele regen, die veel van de prêt bedierf, maar toch zijne goede zijde had, door den landman in de rechte plooi te zetten, om hier met opgeruimden zin de kermispret mee te komen vieren. Wat de kermis zoo aî geeft? Zie, enkele zaken somde ik u reeds op in mijn vorigen brief en ik heb de beide eerste avonden hier en daar eens rondgekeken, om den Lezers omtrent een en ander voor te kunnen lichten. In de Harmonie, waar Frits van Haarlem is gearriveerd met zijn uitgelezen gezelschap, heb ik meer genoten dan ooit. Als men daar b. v. ziet de dressuur van een paar honden en ganzen en bokken, opgeluisterd door den gezonden humor van den clown, die o.a. met een der honden een duet zingt, als men de geestige coupletten hoort van den onovertrofïen karakter-komiek de Winter, vooral in zijne prachtige Séquahvoordracht, als men van de gebroeders Pander en later van Mlle Fanny die nette gymnastische toeren volgt en zich verkneu- kelt bij de drie zwarte muzikale Kickapoos of de even muzikale scharenslijpers, aïs daar optreedt de electrische chanteuse, af en toe in een zee van gekleurd electrisch licht gehuld, of de vier ge- zusters Delina, het beroemd Weener kwartet, dan kan het niet uitblijven, of heel de zaal is in één en al bewondering. Bijzonder gelukkig is dan ook de Harmonie geslaagd met deze keuze. Doch ook de opvoering van Fatinitza door het gunstig bekende gezelschap van Pierre W. de Boer verdient aile aanbeveling en van decoratief en costumes is er aile werk gemaakt. Zondag bij de eerste uitvoering was de tent direct goed gevuld en 't publiek amu- seerde zich kostelijk. In het Concerthuis, waar zij voort »Ik raad het wel, er is nieuw gevaar in aantocht. Ik smeek u dringend, mij niet door onzekerheid te martelen. Bedenk, dat ik de doch ter van een krijgsman ben, die er niet voor terug- schrik het gevaar onder de oogen te zien." «Dat heet ik dapper gesproken," zeide Anders, Lydia met bewondering aanziende, «dapper en verstandig ook. Het is beter onsmakelijk voedsel met groote happen in te slikken, dan met kleine beetjes langzaam naar binnen te dringen. Ik ont- ken het niet, de lucht is niet zuiver meer. Ik heb met de Otoes afgesproken, dat wij nog dezen nacht van hier verdwijnen. Maar weest gerust als ieder van ons zijn plicht doet, loopt ailes goed af. Daar ginds bij de geul bevindt zich een aan- zienlijke bende Zuidelijken; als Jahoka's oogen nog een pijp tabak waard zijn, dan behooren ze tôt de guerilla's; en dat is een soort van bandieten, die beter aan de galg thuis hooren dan in deze geze- gende wildernis. Twee hunner zijn op verkenning uit en zullen wel aanstonds hier zijn. Wordt ons vermoeden bevestigd, dan zullen ze de tijding van ons verblijf hier overbrengen. Wij moeten dus zorgen uit de voelen te zijn, voordat ze een paar dozijn schurken naar ons toezenden. Terugkeeren mogen wij niet; dan zouden wij evengoed hier kunnen blijven en ailes met ons laten ge worden, zooals de bever, wanneer men hem het vel over de ooren trekt. Misschien gelukt het ons wel de beide spionnen te'overreden, zich niet te haasten met den terugkeer naar hun makkers." Bij die laatste woorden kwam een veelbeteekenende lach op zijn eerlijk gelaat. Maurits was zoo getroffen op het vernemen der verontrustende tijding, dat hij het eerste oogenblik nauwelijks spreken kon. De blik, waarmee hij Lydia aanzag, toonde, dat hij om harentwil zoo hevig ontslelde. Lydia was bleek geworden: zij zag hem echter moedig aan en sprak op vasten toon: «Wees niet voor mij bezorgd. Nu ik ailes weet, ben ik veel geruster. (Wordt vervolgd.) T UT *1 y V 0 L R S B L A I) 00ST-600BBCHT EN OHSTREKlll VAN Van NIEUWE SCHANS naar HARLINGEN. Vertr. N.-Schans *5,56 Winschoten 6,16 Scheemda 6.27 S 7,50 Zuidbroek 6,40 S 8,1 Hoogezand 6,53 p 8,14 Kropswolde 6,59 Jj 8,20 Aank. Groningen Vertr. Leenwarden 8,43 Harlingen 9,19 1,7,20 *8,16 11,15*2,23 7,38 8,33 11,30 2,40 8,45 11,43 2,52 8,56 11,53 8,3 9,7 12,2 3,14 9,12 12,8 8,20 7,12 8,34 9,25 12,21 3,82 7,16 9,35 1,25 4,44 11,34 2,53 6,7 12,10 8,29 6,46 5,10 5,24 5,31 5,41 5,48 6,6 6,12 8,23 8,38 8,46 8,57 9,6 9,11 9.28 9.29 7,57 10,54 8,38 11,80 Aank, De met een gemerkte treinen stoppen aan den Borger- compagniesterweg (wachtp. 87)tôt het opnemen van reizigers. Bovendien mjgen aldaar die treinen verlaten reizigers, voor- zien van plaatsbewijzen naar Hoogezand-Sappemeer. De trein van 8.16 neemt des Diasdags geen reizigers op voor Groningen. Van HARLINGEN naar NIEUWE SCHANS. Vertr. Harlingen 6,42 8,58 12,50 2,51 5,26 Leenwarden 7,23 11,6 1,36 4,43 7,52 Aank. Groningen 8,41 12,24 2,48 6,4 9,10 Vertr. *6.10 8,46 *12,38 2,53 *6,12 10,39 Kropswolde 6,24 9,— 12,52 3,7 6,26 10,53 Hoogezand 6,30 9,6 12,58 3,13 6,32 10,59 Zuidbroek 6,41 9.15 1,9 3,22 6,43 11,8 Scheemda 6,56 9,30 1,24 3,37 6,59 11,23 Winschoten 7.4 9,38 1,82 3,45 7,7 11,81 Aank. N.-Sehans 7,20 9,52 1,48 3,59 7,23 11,44 De met een gemerkte treinen stoppen aan den Borger- compagniesterweg (wachtp 87) tôt het uitlaten van reizigerr. Bovendien hebben aldaar tôt die treinen toegang reizigers voorzien van terugreisgedee.lten van retourbiljetten naar Hoo gezand-Sappemeer. Sneldienst van Groningen 7,30 naar Amsterdam", Van GRONINGEN naar MEPPEL—'s BOSCH. Vertr. Groningen 6, Harea 6,9 De Pnnt 6,17 Vries-Zuidl. 6,26 7,30 Aank. Assen Meppel Zwolle Zntfen Arnhem 's Bosch 6,40 7,55 8,42 9,30 10,41 10,16 11,27 9,40 12,30 9,49 9,57 12,43 10,6 7.58 10,24 8.59 11,45 9,88 12,42 1,42 2,80 1,4 2,15 3,7 4,17 5,9 3,38 3,47 3,55 4,4 4,22 5,43 6,38 7,3 6,15 6.41 7.42 8.38 9,47 8,— 8,9 8,17 8,26 8,44 10,8 10,48 8,11 10,30 1,10 4,17 6,58 10,1 Van GRONINGEN naar DELFZIJL. Vertr. Groningen 7,25 11,52 1,31 4,53 7.52 10,40 Loppersum 8,30 1,— 2,36 5,58 8,56 11,44 Appingedam 8,50 1,19 2,56 6,18 9,18 12,5 Aank. Delfzijl 9,— 1,29 3,6 6,28 9,29 12,14 welke des avonds te 10,34 aldaar retonmeert. Van 's BOSCH naar MEPPELGRONINGEN. Vertr. 's Bosch Arnhem Zntfen Zwolle Meppel Assen 7,5 10,6 12,52 6,— 9,— 11,40 2,60 7,3 9,40 12,30 3.87 8,38 10,38 1,51 5,8 5,48 7,7 7,21 7,80 5,20 6,10 9,36 11,18 2,86 7.27 10,50 12,2 3,51 Vries-Zuidl. 7,45 11,4 4,5 De Pnnt 7,54 11,13 4,14 Haren 8,2 11,21 4,22 Aank. Groningen 8,10 11,80 12,28 4,30 Van DELFZIJL naar GRONINGEN. Vertr. Delfzijl 5,40 6,52 10,30 1,7 Appingedam 5,51 7,5 10,43 1*18 Loppersum 6,15 7,33 11,11 1,42 Aank. Groningen 7,18 8,88 12,13 2,40 3,20 6,11 6,— 7,22 8,18 9,29 9,43 9,52 7,38 10,— 7,46 10,8 4,12 4,24 4,48 5,48 5,82 7,6 7,46 8,44 9,19 10,9 10,84 8,16 8,27 8.51 9,48 DOOR i! ri •1 I1 rl t y (IV «rr

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1892 | | pagina 1