m
j22eJfâKga?*:
No. 53.
ZONDAO 3 Juli 1392.
22a Jaargang.
H>e Mpion.
I
I,
FEUILLETON
Y A. N
BORGE8IÏÏS ZOOMSAPPEMEER.
Inzending van Âdvertentiën en Ingezonden Stnkken des Dmsdags- en Vrijdagsavonds vôôr zes uur bij de ïïitgevers.
Een halve stap.
BINNESLA»D.
jA
A.
?T.
i
Yoor de Gemeenten HOOGEZANDS AFFEMEERSLOCHTEREN N0ORDBROEK, ZUIDBROEK, ZUXBLAREN, HAREN enz.
Dit BLAD verschijnt iederen ZONDAG en WOENSDAG.
ABONNEMENTSPRJJS per drie maanden 35 cent»,
franco per post 45 cents.
Enkele nommers 5 cents.
U I T G A V E
PRIJS dei ADVERTENTIËNVan 1—5 regels 95 cents,
iedere regel meer 1(> cents. Groote letters worden naar plaats»
ruimte berekend. Abonnement lager. Dezelfde advertentiein eens
voor 3-maal plaatsing besteld, is de derde plaatsing gratis.
DIENSTREGELING OP DE ST A ATS-SPOOR WEGEN, A ANVANGENDE DEN 1 M El 1892 (TIJD VAN GREENWICH.)
WËEEKALËUDEB.
Zondag 3 Juli. Maandag 4. Dinsdag 5.
Woensdag 6. Donderdag 7. Vrijdag 8.
Zaterdag 9.
VERGADERING van den Raad der Gemeente
Noordbroek op heden Zaterdag 2 Juli 1892
's nam. ten 5 ure.
Aan de orde
1. Aanbieding der Gemeenterekening over 1891.
2. Suppletoire Legger der wegen.
3. Ingek. stukken.
Onder bovenstaanden titel besprak de rédacteur
van het Sociaal Weekblad in hef nummer van 30
April, het koninklijk besluit, waarbij 00k onvermo-
gende jongelieden tôt de Rijks Hoogere Burger-
scholen kunnen worden toegelaten. Daar dezer
dagen in verschillende bladen oproepingen gedaan
zijn tôt deze onvermogende jongelieden, is het niet
onbelangrijk te weten, dat we met dit koninklijk
besluit niet veel verder komen, dat daarmede bij
lange na niet de wenschendikwijls reeds in
werklieden vereenigingen uitgesproken, vervuld zijn.
Terecht mocht het Sociaal Weekblad zeggen
er is eene wijziging gebracht in het règlement voor
de rijks hoogere burgerscholen, strekkend om voortT
aan onvermogende jongelieden, zonder betaling van
schoolgeld tôt het volgen der lessen aan die in-
richtingen te kunnen toelaten, terwijl hun tevens
boeken en leermiddelen kosteloos van rijkswege
zullen kunnen worden verstrekt. Die maatregel
moet toegejuicht worden. Reeds jaren was overal
in de kringen der werklieden en 00k in de Tweed e
kamer, op het nemen van dien maatregel aange-
drongen, zonder dat de regeering tôt heden kon
besluiten daartoe over te gaan. Of nu allen met
de nu gemaakte regeling vrede hebben Tal van
libérale bladen hebben het gemeend, het sociaal
weekblad neemt terecht vrij wat van die illusie
weg. Het bovengenoemd koninklijk besluit wordt
ontsierd door hetgeen daarin verder volgt. Immers
voorwaarde van kostelooze toelating zal zijn dat
de leerling door aanleg uitmunt en door zijn ont-
wikkeling en positieve kennis in allen deele in staat
is het onderwijs te volgen Zij daarentegen, voor
wie wèl schoolgeld wordt betaald behoeven slechts
blijk te geven, dat zij »de kundigheden bezitten,
vereischt om het onderwijs met vrucht te kunnen
bijwonen." Dus het kind van den onvermogende
wèl toelaten, maar alleen dan, als hij uitsteekt
boven anderen, boven stoffelijk meer bevoorrechten.
De vrijstelling van het betalen van schoolgeld
zal worden ingetrokken, »zoo het blijkt, dat hij, die
kosteloos onderwijs ontvangt zich aan wangedrag
schuldig maakt." Waarom voor hem dit voorbe-
houd aangezien toch 00k op hem toepasselijk is de,
voor aile leerlingen geldende bepaling, van het, règ
lement, dat hem, die aan herhaald onordelijk ge-
drag gedurende de lessen, of aan wederkeerende
ongehoorzaamheid van de réglementaire voorschrif-
ten schuldig makendoor de vergadering der
leeraren, op voorstel van den directeur, het verder
bijwonen der lessen kan worden ontzegd
Als »in verband met het aantal betalende leer
lingen, dat tôt de school toegang heeft erlangd, en
met de beschikbare plaalsruimte en de beschik-
bare leerkrachten bezwaar mocht bestaan tegen de
toelating van aile geschikt bevonden candidaten
(voor kostelooze toelating) dan wordt door den mi-
nister van binnenlandsche zaken bepaald, tôt welk
maximum zij zullen worden toegelaten." Dus wel
kinderen of pupillen van onvermogende ouders op-
nemen, maar alleen voor zoover aanwezige ruimte
en onderwijskrachten zulks zonder bezwaar gedoo-
gen anders voor hen de deur toe. Deed met
leerlingen, voor wie wordt betaald, het geval zich
voor, dat hun aantal te groot werd voor de beschik
bare krachten en ruimte, er zou natuurlijk in
worden voorzien door uitbreiding doch waar het
kosteloozen-toegang-vragenden geldt, moeten zij
afwijzing zich laten gevallen, als hunne aanneming
tôt uitgaven voor bouw of personeel leiden zou.
't Is uiting van de opvatting, zoowel dat die toe
lating tôt karakter moet hehouden van een gunst-
betoon, als dat de overheid met het verschaffen van
het onderwijs eener hoogere burgerschool geen dienst
bewijst aan het kind van onvermogende ouders,
wanneer het niet iets buitengewoons is en belooft.
Dit laatste nu dunkt ons, evengoed als ten opzichte
van andere kinderen, de zaak van de ouders, niet
van de overheid. En het eerste een miskenning
van hetgeen het recht 00k van onvermogende
burgers behoort te zijn. Niet het recht, om voor
hun kinderen toelating te vorderen tôt een' school,
welks onderwijs zij niet behoorlijk en met vrucht
kunnen volgen. Maar wel het recht, om zoo het
kind geacht wordt zulks te kunnen naar rege-
len, gelijk voor allen het opgenomen te zien
zonder andere voorwaarden, dan die voor een iege-
lijk worden gesteld.
De vermogende vergoedt met zijn schoolgeld
toch maar een gedeelte van zijn kosten, die de
gemeenschap ten behoeve van zijn kind maakt.
Van zijnen onvermogenden buurmandie van
schoolgeld, van uilgaven voor boeken en leermid
delen wordt vrijgesteld, wordt door het ter schole
zenden van zijn kind, dat anders reeds iets zou
kunnen inbrengen in het gezin, toch nog een vrij
wat drukkender geldelijk offer gevorderd dan van
hem. Welk redelijke grond is er dan voor de ge
meenschap, om het kind van den vermogende
anders te behandelen dan dat van den onvermo
gende
De nieuwe Rotterdammer meent dat zôô alleen,
dat wil zeggen de voor onvermogende verscherpte
eischen van toelating, het onderwijs vrucht dragen
kan. Waarom szoo alleen" niet eveneens voor de
anderen vraagt het sociaal weekblad. 't Is moge-
lijk, dat het in het belang der kinderen en der samen-
leving wezen zou, indien men minder gemakkelijk
was met het aannemen van leerlingen. Maar dan
ligt voor de hand de conclusie, dat men meer aan
leg, meer ontwikkeling, meer positieve kennis, moet
vorderen van allen, onverschillig of de heurs hun-
ner ouders al dan niet behoorlijk is gevuld.
Inderdaad is het een halve stap, dien de minister
van binnenlandsche zaken gedaan heeft. Hij had
gerust een heelen kunnen doen. Immers zoo heeft
de ervaring geleerd op tal van plaatsen hebben zich
vereenigingen gevestigd, die zich tôt taak hebben
gesteld jongelieden van onvermogende ouders bij het
middelbaar onderwijs te helpen. Ook die vereeni
gingen geven vrijdom van schoolgelden en koste
looze verschaffing van boeken. Ja, onder die ver
eenigingen zijn er geweest, die ook buitengewone
bekwaamheid en aanleg vereischten van allen, die
van hare fondsen wenschten te profiteeren, maar
bij velen leerde al spoedig de ervaring, dat de
genieën zeldzaam zijn. Ze hebben daarom minder
op buitengewonen aanleg gelet. Ze hebben ge
meend een goed werk te doen vele jongelieden
gelegenheid te geven om van het middelbaar on
derwijs gebruik te maken. En wat leert de ge-
schiedenis van de meeste vereenigingen? Er zijn
maar weinige gekomen om hulp te vragen. En dit
zal nu ook blijken, nu de minister scherpe bepa-
lingen voor de toelating van onvermogenden heeft
vastgesteld. Ja, als hij een volgend jaar of
later dit besluit herziet en geene uitzonderingen
meer maakt, dan zal hem ook blijken dat de loka-
len niet vergroot, het onderwijzend personeel niet
vermeerderd behoeft te worden, tenzij meerderen
leerden inzien hoe goed het is dat hun kinderen
middelbaar onder wijs ontvangen. En dat zou een
offer waard zijn.
Hit Slochteren schrijft men: Pas zijn de koning-
innefeesten achter den rug, of de periodiek terug-
keerende zomerconcerten te Slochteren vragen be-
let. Deze concerten, ze worden met de jaren beter
en 't is een feit, dat ze voor goed gevestigd zijn.
Zooals ook in dit hlad geannonceerd is, zal wederom
den 3den Juli, dus heden Zondag, zoo'n concert
plaats hebben, waar het Asser muziekcorps der
d.d. schutterij de aanwezigen zal amuseeren. Ver-
gissen wij ons niet, dan is het niet de eerste keer,
dat dit corps bij dergelijke feestelijkheid hier is
geëngageerd en dan is aile aanbeveling overbodig.
't Belooft dus een waar genot daar te toeven, als
dit corps zijn liefelijke tonen onder het groene dak
laat weerklinken, een genot 't welk men niet ieder
oogenblik de gelegeheid heeft, te kunnen smaken.
Bovendien biedt de natuur hier ailes schoons
aan om hier zonder twijfel eenige uren genoegelijk
te kunnen doorbrengen. Daar het weder gelukkig
weer schijnt op te klaren, bestaat er aile kans dat
het bal champêtre weder uitmuntend zal slagen,
terwijl de tuinverlichting ook het hare zal bijbren-
gen om het geheel naar wensch te doen slagen.
Dat worde zoo
Harkstede, 27 Juni. Zaterdag j.l. hebben een
35 tal leden der landbouwvereeniging »Harkstede
Scharmer" met hunne dames een rijtoer gemaakt
naar Assen. Nadat aldaar een maaltijd was gebruikt,
en de bezienswaardigheden van dit landschap in
oogenschouw waren genomen, ging het over Rolde,
Vries, de Punt en Groningen weder huiswaarts.
Het was een prachtig gezicht, dien bonten stoet,
bestaande uit 17 rijtuigen, te zien rijden. Voor vele
leden was het een waar genot.
De Raad der gemeente Ten Boer benoemde tôt
wethouder en ambtenaar van den burgelijken stand
den heer P. Bakker te Wittewierum.
Roman uit den Noord-Amerikaanschen
burgeroorlog,
BALDUIN MOLIiHAUSEN.
55)
Zij hingen allen aan een boomstam. Vruchteloos
verzetten Margaretha en Houston zich tegen deze
wreedaardige schilderij, die bovendien den spotlust
der buren opwekte. De beide oude heeren waren
onverbeterlijk. Met zeldzame eensgezindheid be-
riepen zij zich er op, dat zij in een vrij land leef-
den, waar men zich niet over de afkeurende oor-
deelvellingen van anderen behoefde te bekommeren,
zoolang men over zich zelf tevreden was. Daar
bleef het bij. Zij gevoelden zich zoo veilig in hun
slakenhuis, vast overtuigd, aile zamenzweerders der
wereld te kunnen trolseeren.
Toch zou aan Martijn Findegern een ernstige
■waarschuwing van zijn geheime vijanden niet be-
spaard blijven.
Het was diep in den nacht. Vagevuur sliep rus-
tig in de werkplaats, te midden der half of heel
afgewerkte doodkisten, op een leger van spaanders.
Dit was de lievelingsrustplaats van den jongen knaap.
De nachten waren reeds koel, 't geen hem drong
zijn leger met den hond te deelen, die zich hier-
voor gaarne liet vinden en wien de warme dekens
niet onwelkom waren.
Vagevuur zou niet hebben kunnen zeggen, hoe-
lang hij reeds geslapen had, toen een zacht gebrom
van Schaaf hem wekte. Toen de hond steeds on-
rustiger werd, greep den jongen knaap de angst
aan voor onzichtbare vijanden, en om door zijn
blaffen niet verraden te worden, trok hij Schaaf
de wollen deken over den kop. Eenige minuten
verliepen; toen onderscheidde hij het gedruis van
sluipende voetstappen rondom de werkplaats. Tril-
lend hoorde hij, dat een hand de klink oplichtte
en voorzichtig trachtte de deur te openen. Deze
echter was van binnen gegrendeld. Nu werden
beide vensters eveneens onderzocht. Het was dui-
delijk, dat men in de werkplaats trachtte te drin-
gen, maar toch uit vrees voor alarm geen geweld
durfde plegen. Ondertusschen hoorde hij nog steeds
buiten geheimzinnig heen en weer loopen; daarna,
dat men spaanders en blokjes hout wegnam van
den bij de werkplaats liggenden stapel. Den anders
zoo dapperen negerknaap stond het angstzweet op
het voorhoofd. Zich echter voorloopig achter de
gegrendelde deur veilig achtend, vermande hij zich
inzoover, dat hij, na den hond in een deken vast-
gebonden te hebben, om het blafFen te voorkomen,
boven op Martijns schaafbank kroop. Hier hevond
zich het eene venster, waardoor hij met ingehou-
den adem naar buiten kon zien, veilig voor ont-
dekking wegens den donkeren achtergrond.
Zijn eerste blik viel op twee mannen, die achter
elkaar aanloopend groote stapels blokjes en plank-
jes droegen, waarmee zij naar het huis slopen.
Nauwelijks waren zij uit het gezicht, toen van den
anderen kant verscheiden mannen naderden. Deze
waren met leege handen zij hadden blijkbaar hun
voorraad hout al weggebracht en waren nu op
weg zich opnieuw te voorzien. Fluisterend spraken
zij met elkaar toen echter twee hunner zich onder
het venster bevonden, kon hij de woorden verstaan
»De hond is zeker in huis." Hierop antwoordde
een andere stem »Geef goed acht op de deuren
wie ook naar buitenkomt, hond ol mensch, je
schiet ze neer."
Een rilling liep Vagevuur door de leden. Hij
kon niet gelooven, dat het hier slechts een diefstal
van hout gold, waarvan de waarde toch te gering
was om menschenlevens te kosten. Ook kwam
het hem vreetnd voor, dat het gestolen hout in
plaats van naar het hek in de richting van het huis
werd gedragen. Een voorgevoel van naderend on-
heil maakte zich van hem meester hij klom van
de schaafbank af en begal zich eerst naar den hond.
Na zich overtuigd te hebben, dat het arme dier,
alsof het zijn wensch raadde, geduldig in zijn be-
nauwde schuilplaats bleef liggen, beklom hij de
trap naar den zolder. Hier boven lag een groote
voorraad planken te drogen daarover nam hij
zijn weg, tôt hij hij een openstaand luik kwam,
waaruit hij op het huis kon zien. De eerste blik
zeide hem, dat verscheiden mannen bezig waren
op den stapel spaanders blokjes hout te leggen,
terwijl anderen op verschillende plaatsen tegen het
huis weer spaanders aandroegen. Toen na eenigen
tijd een der mannen een lucifer aanstak, begreep
Vagevuur opeens het vreeselijk dreigend gevaarin
al zijn omvang. Nog altijd vreezend, door het
roepen van brand, Martijn of den dokter naar bui
ten le lokken, waar een zekere dood hen wachtte,
nam hij een ijzeren staaf, die binnen zijn bereik
lag en wierp deze uit aile kracht naar Margaretha's
venster, zoodat verscheiden ruiten in scherven
sprongen. Op helzelfde oogenblik rezen uit de
spaanders de eerste vlammen omhoog. Door het
rinkelen van de gebroken glasruiten uit een diepen
slaap gewekt, werd Margaretha terstond geheel
wakker door het schijnsel van de vlammen. Zij
snelde naar het venster en zag nu niet alleen den
pas ontstanen brand, maar ook een aantal mannen,
die zich haastig uit de voeten maakten. Op het-
zelfde oogenblik klonk het luide blaffen van Schaat,
die zich bij het toenemend alarm met geweld uit
de deken had bevrijd en nu met ware doodsver-
achting onder woedend blaffen tegen de deur op-
sprong. Margaretha's alarmkreet drong door het
huis. Geen minuut later traden de beide oude
heeren naar buiten. Noch op hen noch op den
hond werd echter een schot afgevuurd. Findegern
en Krehle gunden den brandstichters zelfs geen
blik, daar zij al hun krachten moesten inspannen,
om den snel toenemenden brand te blusschen. Met
behulp van Vagevuur en Margaretha, die water
aandroegen, gelukte hun dit, voordat het vuur ern
stige schade had aangericht.
Het gevaar was binnen korten tijd afgewend.
Nu eerst kon men zien, met hoeveel list de misda-
digers hun maatregelen hadden genomen, om den
brand aan aile kanten tegelijk te doen uitbarsten.
Op drie verschillende plaatsen waren de brand-
stoffen aangebracht, die, ware er tijd tôt ontvlam-
ming geweest, binnen kort het geheele huis in de
asch zou hebben gelegd, en zeker ten koste van
menschenlevens.
Aan slaap viel dien nacht niet meer te denken.
Men kon immers niet weten, of in den eenen of
anderen hoek nog geen brandstof smeulde.
In plaats echter van door den verraderlijken
aanval verschrikt te zijn, behielden de beide oude
heeren hun opgewektheid. Toen de dag aanbrak,
zou men het geen hunner hebben aangezien, dat zij
aan een groot levensgevaar waren ontsnapt.
Tôt aller verbazing verscheen kapitein Houston
dien dag niet op het gewone uur. De morgen ver-
liep, zonder dat hij zich liet zien, evenzoo de halve
middag. Den beiden oudjes verdroot het lange
wachten zij hielden in de werkplaats een korte
beraadslaging; daarop ging Martijn zijn huis binnen,
om na eenige oogenblikken in Zondagsgewaad naar
buiten te komen. Krijgshaftig zat de glimmende
hoed op zijn hoofd wie zijn gelaat echter opmerk-
zamer beschouwde, werd getroffen door den trek
van vastberadenheid, die om zijn mond lag. Bij
gebrek van het schootsvel hield hij beide duimen
in de armsgaten van zijn vest zoo liep hij voor
het huis langs naar het tuinhek. Juist toen hij dit
wilde openen, werd het van buiten geopend en
stond de kapitein voor hem. Hij sprak hem toe
met de woorden „Ik heb den geheelen dag ver-
geefs op u gewacht; het is nu toch zeker te
laat om nog aan het werk te gaan."
Houston drukte krachtig de hand van zijnen zon-
deriingen leermeester en antwoordde op een toon
van blijdschap, echter verpaengd met weemoed
„Dienstzaken zijn de schuld van mijn verzuim. Ik
moet namelijk mijn leertijd afbreken morgen ver-
trek ik naar mijn regiment en kom nu van u allen
afscheid nemen."
Martijn week verschrikt terug. »Wat »wilt
ge weggaan en dat juist nu, nu men aile maat
regelen neemt tôt een gevecht op leven en dood?
Wilt ge uw pas genezen been weer laten weg-
schieten
(Wordt vervolgd.)
a
n
,e
\j
n
bl
jn
iij
V
VOLKSBLAI
00ST-600RECHT IN OISTBIKIN
VAN
Van NIEUWE SCHANS naar HARLINGEN.
V.rtr. N.-Schann *5,56 -5,7,20 *8,16 11,15*2,28
Winschoten 6,15 47,88 8,83 11,80 2,40
Scheemda 6.27 3 7,50 8,45 11,43 2,52
Zuidbroek 6,40 S 8,1 8,56 11,68 3,3
w Hoogezand 6,53 a 8,14 9,7 12,2 3,14
Kropswolde 6,59 8,20 9,12 12,8 3,20
Aank. Groningen 7,12 8,34 9,25 12,21 3,32
Vertr. 7,16 9,35 1,25 4,44
Leenwarden 8,43 11,34 2,53 6,7
Aank, Harlingen 9,19 12,10 8,29 6,46
De met een gemerkte treinen atoppen aan den Borger-
compagniesterweg (wachtp. 87)tôt het opnemcn van reizigers.
Bovendien mogen aldaar die treinen verlaten reizigers, voor-
zien van plaatsbewijzen naar Hoogezand-Sappemeer. De trein
van 8.16 neemt des Dissdags geen reizigers op voor Groningen.
5,10
5,24
5,81
5,41
5,48
S)
6,6
6,12
8,28
8,88
8,46
8,67
9,6
9,11
9,23
Q 9Q
7,57 10^54
8,33 11,30
Van HARLINGEN naar NIEUWE SCHANS.
Vertr. Harlingen
Leenwarden
Aank. Groningen
Vertr.
u Kropswolde
Hoogezand
Zuidbroek
Scbeemda
Winschoten
Aank. N.-Scbans
*6.10
6,24
6,30
6,41
6,56
7.4
7,20
6,42 8,58
7,23 11,6
8,41 12,24
8,46 *12,38
9,— 12,52
9,6
9.15
9,30
9,38
9,52
12,58
1,9
1,24
1,32
1,48
12,50
1,86
2,48
2.58
3,7
3,13
3,22
3,37
3,45
3.59
2,51
4,46
6,4
*6,12
6,26
6,32
6,43
6,59
7,7
7,23
5,26
7,52
9,10
10,39
10,53
10,59
11,8
11,23
11,81
11,44
De met een gemerkte treinen stoppen aan den Borger-
compagniesterweg (wacbtp 87) tôt het uitlaten van reizigers.
Bovendien hebben aldaar tôt die treinen toegang reizigers,
voorzien van terugreisgedeelten van retourbiljetten naar Hoo
gezand-Sappemeer.
Sneldienst van Groningen 7,30 naar Amsterdam
Van GRONINGEN naar MEPPEL—'s BOSCH.
Vertr. Groningen 6,
Haren 6,9
De Punt 6,17
Vries-Zuidl. 6,26
7,30
Assen
Meppel
Zwolle
Aank. Zntfen
Arnhem
's Bosch
6,40
7,55
8,42
9,30 10,41
10,16 11,27
9,40 12,80
Q 4.0
9*.57 12",43
10,6
7.58 10,24
8.59 11,45
9,38 12,42
1,42
2,30
1,4
2,15
3,7
4,17
5,9
3,33
3,47
3,65
4,4
4,22
5,43
6,38
7,3
1,10 4,17 6,58 10,1
8,11 10,30
6,15 8,-
8,9
8,17
8,26
6.41 8,44
7.42 10,8
8.38 10,48
9,47
Van GRONINGEN naar DELFZIJL.
Vertr. Groningen
Loppersum
7,25 11,52 1,31 4,53 7,52 10,40
8,30 1,— 2,36 5,58 8,56 11,44
8,50 1,19 2,56 6,18 9,18 12,5
Aank. Dèîfzijl 9,— 1,29 8,6 6,28 9,29 12,14
welke des avonds te 10,34 aldaar retonrneert.
Vertr.
Van 'b BOSCH naar MEPPELGRONINGEN
's Bosch
Arnhem
Zntfen
Zwolle
Meppel
Assen
7 8
5,20 8,38
6,10 9,36
7.27 10,50
7,5 10,6 12,52
9,— 11,40
9,40 12,80
10,38 1,51
11,18
12,2
Vries-Zuidl. 7,46 11,4
De Pnnt 7,54 11,13
Haren 8,2 11,21
Aank. Groningen 8,10 11,80 12,28
Van DELFZIJL
Vertr. Delfzijl 5,40
Appingedam 5,51
Loppersnm 6,15
Aank. Groningen 7,18
2,86
3,51
4,5
4,14
4,22
4,30
naar GRONINGEN
6,52 10,30 1,7
7,5 10,48 1,18
7,38 11,11 1,42
8,38 12,13 2,40
2,50
8,87
5,8
5,48
7,7
7,21
7,80
7,38
7,46
3,20
3.11
6,
7,22
8,18
9,29
9,48
9,52
10,-
10,8
4.12
4,24
4,48
5,48
5,82
7,6
7,46
8,44
9,19
10,9
10,84
8,16
8,27
8.51
9,48
DOOR
f
N
e
1-
L -
ir
Ilw
V I