No. 70. WOENSDAG 31 Augustus 1892. 22e J&argang. De Npion. Y AN BORGESIUS ZOOM, SAPFEMERR. Inzending van Advertentiën en Ingezonden Stukken des Pinsdags- en Vrijdagsavonda véôr um bij de ïïitgevem Overzicht van 21 tôt 28 Aug. 1892. UIT GRUim FEUILLETON. Voor de Gemeenten HOOGEBAND, SAPPEMEEE, 8LOGHTEBEN 1ÏOQBDBBÛEK, EUÎDBBOEK, ZXJIDLAREN, HABEM 0ns Dit BLAD verschijnt iederen ZONDAG en WOENSDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie m a and en 85 eent«, franco per post 45 ««nts. Enkele nommera 5 cent*. PRIJS der ADVERTENTIËN Van 1—5 regels SHi cent*, iedere regel meer 10 «ente. Groote letters worden naar plaats» ruimtc berekend. Abonnement lager. Dezelfde advertentie, in eens voor 3-maal plaatsing besteld, is da derde plaatsing gratis. DIENSTREGELINQ OP DE STAATS-SPOORWEGEN, AANYANGENDE DEN 1 M El 1892 (TIJD VAN OREENWICH.) BUITENLAND. Eerst den 27sten Aug. eonstateerde de duitsche Reichsanzeiger, op gezag van Dr. Koch, het heer- schen der aziatische choiera te Hamburg en Altona, ofschoon reeds geheel Duitschland wist dat de bui- tengewone sterfte in die stapelplaatsen van den handel aan buitengewone oorzaken moest worden toegeschreven. Het officiëele blad meldt tevens dat ingrijpende maatregelen genomen zijn om de uitbreiding der ziekte te voorkomen. Dat de voile waarheid nog verzwegen wordt, blijkt o.a. hieruit dat het aantal sterfgevallen van regeeringswege opgegeven, aanmerkelijk kleiner is dan dat van ge- neeskundige zijde afkomstig. Dat Duitschland zeer nalatig geweest is in het nemen van voorzorgsmaatregelen, vooral wat betreft het toezicht op de van Rusland komende schepen, is buiten twijfel, en door dat verzwijgen der waarheid is Hamburg een middelpunt van besmetting geworden. Te Rotterdam, Amsterdam en Londen zijn choiera gevallen geconstateerd aan boord van schepen welke die besmette haven hadden verlaten. Christiania, de hoofdstad van Noorwegen, mag als voorbeeld gesteld worden voor aile steden in het nemen van voorzorgsmaatregelen. Met energie treedt de overheid daar op. De stad is met het oog op de algemeene reiniging, in districten ver- deeld elk van ongeveer 1000 huizen, elk district wordt weder verdeeld in onderdistricten. Een ingé nieur, met 60 man onder zich, volbrengt in elk district het gewichtige werk der reiniging. De be- volking werkt ujjtstekend mede. Van de hoogste punten af begon men privaten, riolen, vuilnisbakken na te zien door te spoelen en te desinfecteeren. Zolders, kelders en aile plaatsen waar zich vuil kan verzamelen ondergaan van stadswege de algemeene schoonmaak. Zoolang de epidemie dreigt blijft de stad onder voortdurende contrôle staan en blijft de de reiniging een zorg der overheid. Ook in België, heeft men na het verschijnen der choiera krachtige maatregelen genomen, maar te laat. Wat onze regeering doet of doen zal om de ge- meentebesturen tôt waakzaamheid aan te sporen en tôt handelen op te wekken, daarvan is nog niet veel bekend, ofschoon het meer dan tijd wordt, nu de vreeselijke ziekte zoo dicht onze landpalen is genaderd, de handen krachtig uit den mouw te steken. Men heeft wel eens tôt onze regeering het vei wijt gericht, dat zij meer doet om ziekten onder den veestapel te bestrijden, dan om den mensch te beschermen tegen ziekten die hem van buiten drei- gen. Gaat men na wat sedert de laatste epidemie in 1866 tôt verbetering. van den gezondheidstoe- stand is gedaan, dan kan men helaas niet ontken- nen dat dit verwijt ongegrond is. Het toe zicht op woningen, op privaten, op stapelplaatsen van vuil en mesthoopen wordt geheel aan de plaat- selijke overheden overgelaten, die meestal niet op de hoogte zijn om datgene te doen wat in het belang der -volksgezondheid wordt geeischt. Vele groote gemeenten bezitten geen gezondheidscom- missien uit deskundigen saamgesteld, om het be- stuur voor te lichten. Van toezicht op particulière woningen is veelal geen sprake, ofschoon het vast staat dat één huisgezin, dat niet voldoende voor zijn gezondheid zorgt, een bron van besmetting voor een geheele streek kan worden. Strenge kastijdingen zijn noodig om de gezag- hebbenden wakker te schudden en hen te doen zien, dat hier het hoogste belang, het leven der ingezetenen op het spel staat. De engelsche ministers, die zich tengevolge het aanvaarden hunner betrekking aan een nieuwe verkiezing moesten onderwerpen, zijn allen herkozen. De verkiezing van John Morley, de nieuwe oppersecre- taris voor Ierland, was uit een politiek oogpunt de belangrijkste. Als afgevaardigde voor Newcastle, een district waar de arbeiders en vooral de mijnwer- kers bij de verkiezingen een groot gewicht in de schaal leggen, was zijn herkiezing vooral van hen afhankelijk. Voor hun streven tôt verkrijging van den achtuurswerkdag was hij echter niet te vinden. Rondweg verklaarde hij ook bij de herstemming dat de tijd was om tôt een wettelijke regeling van den arbeidsduur voor volwassenen over te gaan nog niet gekomen was. Niettegenstaande dat kreeg hij bij de tweede stemming nog meer stemmen dan bij de eerste, en al was de meerder- heid in den heftigen verkiezingstrijd niet zoo groot, toch bleek daaruit dat de onafhankelijke arbeiders- partij van Newcastle van dien achturigen werkdag nog niet ailes voor de toekomst verwacht. In Indië dreigen voor de Engelschen groote moeilijkheden doordat. de Russen het van Enge- land afhankelijk gebied der Afghanen zijn binnen- gediongen. Natuurlijk geven de Russen de schuld aan den ^Emir, en zeggen dat hij aanvallend is te werk gegaan. Zeker is de tijd niet verre dat de troepen van den Gzaar, die door de verbeterde verkeerswegen naar Indië de Engelschen de loef afsteken, het britsche rijk daar groote moeilijkheden zullen berokkenen. BINNENLAND. De le kamer heeft de ontwerpen betrekkelijk de vermogensbelasting in de afdeelingen onderzocht en naar het voorloopig verslag meldt, zeer gunstig ontvangen. De groote meerderheid verklaarde zich met' de gronddenkbeelden te kunnen vereenigen en beaamde de strekking der voorstellen in hun geheel, zoo dat van onze hoogst aangeslagenen in de belastingen geen verzet tegen de nieuwe regeling is te vreezen. Zoo is de jaarlijksche gedenkdag dan weer voorbij en eindigde in een plasbui, die markt en plein deed ontruimen. 's Voormiddags was het erg stil in de stad. Trouwens sedert de schoone keuring is ver- vallen en daarvoor niets in de plaats is gekomen, ligt de voormiddag geheel braak en komt het meeste publiek pas tegen de harddraverij. Wel hadden een paar caféhouders aan de Groote markt zich nog tôt de «vereeniging voor Vreemdelingenverkeer" gewend, om het programma met eene flinke keu ring aan te vullen doch het verzoek kwam wat laat en ook geeft deze vereeniging zelve niet gaarne feestelijkheden. Wel steunt zij gaarne aile goede plannen, en zoo zal een volgend jaar, als de café houders zich tijdig vereenigen vrij zeker de vroe- gere keuring weer in hare oude eer hersteld worden en het programma daardoor veel in aantrekkelijk- heid winnen. Bij de banen der harddraverij was veel volk, wat vooral was toe te schrijven aan het schoone weder en aali het flinke getal goede hard- dravers, dat elkaar de zege ging betwisten. En met de groote soin aan entreégelden, welke daar door de vereeniging wordt ontvangen, en die meen ik van twaalf- tôt veertienhonderd gulden beloopt, mag er wel eens op gewezen worden, hoe vreemd de bepaling is, dat eigene leden voor hunne vrou- wen de voile entreé moeten betalen. Als leden dat voorrecht niet eens hebben, doet men haast goed- kooper met geen lid te zijn. De harddraverij telde niet erg veel spannende ritten doch liep uitstekend at. Ook de kermis was zeer geanimeerd en het zevental draaimolens draaide tôt twee uur in den nacht rond, en toen nog had naar 'k hoor de politie handen vol werk, om de vele draailustigen te over- t.uigen, dat het rnooi beddegaanstijd was. Enjuist dat is het, wat velen met mij tegen eene kermis als deze doet zijn. Loopt het feest met vuurwerk en wat muziek tegen elf uur af, dan blijft de meeste ruwheid en uitgelatenheid achterwege. Natuurlijk wordt er door menigeen dan ook jenever gedron- ken, zonder welken het niet schijnt te gaan maar nu is er in elk geval schrikkelijk veel gedronken. Dat kwam ook mee van de ongelukkige rege ling, om het feest op Zaterdagavond in plaats van op Maandag te stellen. Nu kwam ieder met zijn voile weekgeld op de kermis en in menig gezin zal moeder de vrouw wat hebben te stellen, om deze week rond te komen. Want ik heb mij maar een kort oogenblik na het vuurwerk over de kermis bewogen doch in dat oogenblik heb ik verschei- dene moeders gezien, een paar met de zuigeling op den arm, die hare mannen beentjeover van de kermis kwamen halen, als ze ten minste verkozen mee te gaan. Ook hoorde men hier en daar nog al eenig meerder tumult terwijl ook de Heereweg en het Sterrebosch in den avond bijzondere aan- trekkingskracht schenen te hebben. Verscheiden laveerden daar nog in den Zondagmorgen en een lag er op 't exercitieplein, die er den geheelen nacht had gelegen in al de regenvlagen. Het vuurwerk slaagde boven verwachting daar kort voor het af steken eene flinke regenbui ailes nat had geregend. Gelukkig begreep men dan ook, dat men liever niet tôt klokke tien moest wachten en zoo vloog de vurige duif al wat eerder van 't stadshuis en stak den brand in 't kruit. Het eerste stuk, restant nog van het Koninginnenfeest, was prachtig en ook het andere bleek naar omstandigheden weinig van het water geleden te hebben. Na atloop werden er weinig zwervers afgestoken, gelijk de traditie dat anders meebrengt het weder was er te nat, de straat te vuil voor. In den Harmonietuin, waar 's middags eene matineé en 's avonds een concert werd gegeven, was het overvol. Maar toen daar 's avonds even na de eerste pauze de regen kwam binnenvallen, was de tuin in een oogenblik ontruimd en moest het concert in de zaal worden voortge- zet, welke ook al spoedig weer geheel gevuld was. De nieuwe regeling van de wijze van bediening deed zich thans in den tuin van zeer gunstige zijde kennen. Toch blijven de bedienden zelven er tegen mopperen omdat ze bij de vroegere regeling veel meer fooien ontvingen. De tentoonstelling van de voorwerpen ter verloting van de Harddraverij-ver- eeniging werd druk bezocht en vele loten zijn er nog op den feestdag geplaatst. Niet zoo druk was het bezoek van de tentoonstelling van schilders_ Roman uit den Noord-Amerikaanschen burgeroorlog, BAIiDUIN MOLLHAUSEÎf. 68) «Laat mij los riep Markolf in de hoogste ra- r.ernij, »als er nog een zweem van broederliefde in u woont, als ge nog een vonk medelijden hebt met het vermoorde kind, moet ge mij laten be- gaan." Maurits hield nog altijd zijn broeder bij den arm, dien hij met ijzeren greep vasthield, swees bedaard, Markolf, luister naar mij, het verdriet maakt je waanzinnig. Ik weet, dat je mij later dankbaar zult zijn, dat ik je van een onwaardige daad heb afgehouden: het ambt van beul deugt niet voor je." Markolf wilde zich losrukken tevergeefs. Met woesten, vijandigen blik staarde hij zijn broeder aan, alsof hij hem wilde vernietigen. Elk oogen blik stond een noodlottige atloop van hun worste- ling te vreezen. Niemand waagde bemiddelend tusschenbeide te komen, uit vrees daardoor Markolfs woede nog meer te prikkelen. In doodsangst volgde Quinch den strijd. Daar klonk plotseling de stem van Kitt Anders, die op den bandiet toe- trad. «Generaal, ge begrijpt dat ge in uw leven genoeg onheil hebt gesticht: het zou schande zijn, als om uwentwil nu nog twee broeders twist kre- gen. Het best is dus, generaal, dat er maar een eind aan gemaakt wordt; bereid je voor op de reis naar de hel «Anders, houd op riep Maurits uit, maar het was te laat. Een schot knalde- en voor het hoofd getrofïen viel de bandiet achterover. Voor dat iemand tijd had zijn goed- of afkeuring uit te spreken, ging Kitt Anders op zijn gemoedelijk zor- geloozen toon voort «Mark, ik moet je even zeg gen, dat je broer de kapitein volkomen gelijk had; dat was geen werk voor jou. Zoo iets past beter voor mij of ik dien schurk dood schiet of een stuk wild, dat maakt voor mij niets uit. Hij moest er toch aan gelooven, en dan was het maar het ver- standigst het spoedig te doen. Veel pleizier had hij toch niet meer aan zijn leven; het was ook christelijk hem uit zijn angst te verlossen. Ik hoop, kapitein Durlach, dat gij dit zult laten gelden." Zeker kon geen geschikter middel gevonden wor den om de gemoederen tôt kalmte te brengen, dan de uitvoerige rede van den spraakzamen jager. Hij hereikte daarmede ook volkomen zijn doel. Op het zien van den doode kwam Markolf weder tôt zich zelf. «Vergeet mij," was het eenige wat hij kon zeggen, terwijl hij Maurits de hand drukte en zwijgend met gebogen hoofd heenging. Na zijn vertrek kwam er leven in den kring der omstan- ders, als om strijd betuigden zij hun bewondering voor Kitt Anders over de handige wijze, waarop deze aan den strijd een einde had gemaakt. «Het is zoo nog maar het beste," verklaarde Maurits, «het zou een groote last voor ons geweest zijn hem mêe te voeren en hem wachtte toch een zekere dood." «Ik ben blij, dat hij aan zijn eind is," zeide Kitt Anders «want eerlijk gezegd stuitte het mij toch, dat ik den schurk als een vet schaap naar de slacht- bank moest brengen, al had hij den dood ook dui- zendmaal verdiend. Ik had soms medelijden «met hem, als hij mij elken morgen de honderd gulden uitbetaalde, maar waarom was hij ook niet slimmer om den wolf in de schaapskooi te halen. Doch nu nog èén ding, kapitein, ge ziet daar die twee koffers, ik zeg u daar zit heel wat goud in; wilt gij er nu voor zorgen, dat mijn kameraden ook hun aandeel van de huit krijgen?" «Over het geld heb ik niet te beslissen," zeide Maurits, «maar ik zal mijn best doen, dat gij allen uw loon krijgt. Bovendien zijn er heel wat paar- den van de bandieten achter gebleven; ik geef u het recht die onder elkaar te verdeelen." Allen waren zeer ingenomen met dit voorstel, waarna Maurits zich naar zijn eigen legerplaats in het dal terugbegaf. Een droevig tooneel wachtte hem hier, dat zelfs j den geharden soldaat de tranen in de oogen bracht. j Daar lag de jonge doode uitgestrekt, het hoofd rustend op den rooden doek, de handen op de borst. De strakke trekken des doods hadden echter niet het liefe- lijke aan haar gelaat kunnen ontnemen. Om de bleeke lippen speelde zelfs een glimlach. Markolf knielde naast haar, onafgebroken starend op het onbewegelijk ge laat. Op eenigen afstand stonden Oliva en Nicodemo beiden in dien aanblik verzonken. Bij de nadering van Maurits trad de laatste hem tegemoet. «Stoor uw broeder niet," sprak hij fluisterend, «geen troost- woorden kunnen hem nu goeddoen, hij heeft tijd noodig om te leeren berusten in zijn verbes." Daarop sprak hij met Maurits over de beste wijze, waarop Mary begraven zou worden, en die het minst het gevoel van haar geliefde zou kwet- sen. De tijd drong tôt opbreken: voor den avond moest ailes afgeloopen zijn. Voor de gevallen ban dieten en hun hoofdman groef men twee groote graven. Aan het eind van het dal, in de schaduw van een groep boomen, werd het jonge meisje aan de aarde toevertrouwd. De plechtige stilte der aanwezigen werd slechts verbroken door het snik- ken van Oliva, terwijl in veler hart een stil gebed opging voor de liefelijke bloem der wildernis, die zoo edelmoedig haar leven had opgeofferd. Toen allen waren heengegaan om zich gereed te maken voor hun aanstaand vertrek, bleef Markolf alleen achter. Hij kon niet scheiden van het eenzame graf, waarin zij, die hem het dierbaarste was, rustte In luide klaagtoonen loste zijn smart 'zich op. De morgen brak aan; ailes was gereed tôt ver trek; Markolf echter ontbrak; met geweld moest Maurits hem meevoeren. Daar weerklonk het signaal, de troep zette zich in beweging. Voort ging het in de richting naar Kansas, waar Maurits zich bij zijn regiment moest voegen. Had hij de inspraak van zijn hart kunnen volgen, dan zeker ware hy naar de Gouncil-Biuffs teruggekeerd, naar het Zandingshuis, waar Lydia Rutherfield nog altijd bij haar bloedverwanten vertoefde. Hij wist iminers, hoe droef zij te moede moest zijn. In den beslissenden veldslag bij Little Osage was haar vader, kolonel Rutherfield, gesneu- veld. Het was Maurits geweest, die hem in zijn laatste oogenblikken had bijgestaanaan Mau rits had hij zijn afscheidswoorden voor zijn dochter opgedragen. Nog hield zijn dienstplicht hem ge- bonden. voordat hij aan die treurige opdracht kon voldoen; hij had nauwelijks den tijd gehad, den zendeling met een enkel woord de doodstijding mèe te deelen, waarmee deze zeker zoo voorzichtig mo- gelijk Lydia zou in kennis stellen. Markolf en Kitt Anders waren voornemens in Kansas te overwin- teren, terwijl Nicodemo en Oliva naar San Louis wilden gaan. Nu zij van haar zwervend leven afstand had gedaan, verlangde zij vurig naar het genot van een eigen tehuis. EEN-EN-DERTIGSTE HOOFDSTUK. In den omtrek van de stad Kansas, waar de be- slissende veldslagen begonnen waren, bevonden zich slechts weinig pachthoeven, die niet door be- legering of plunderiag geleden hadden. De bewo- ners hadden bijna allen de vlucht genomen eerst toen de tijding van de groote overwinning van het leger bij de Little Osage bekend werd, keerden de eigenaars naar hun verlaten hoeven terug, voorzoover ze dezen niet door het vuur vernield vonden. Nu de bloedige vierjarige oorlog ten einde liep, mocht men op een duurzamen vrede hopen en herleefde ook de moed, om te herstellen wat door den strijd had geleden. Ongeveer een dagreis van de stad Kansas lag een groote pachthoeve, die uiterlijk wel de sporen van den oorlog droeg, maar die toch voor geheele vernieling bewaard was gebleven. De eigenaar was er met zijn gezin teruggekeerd, maar vond het huis niet onbewoond. Een zwaar gewond offi cier was door de noordelijken onder de hoede van zijn bediende achtergelaten, daar zijn zwakte het vervoeren onmogelijk maakte. De vriendelijke pach- tersvrouw nam terstond de verpleging op zich in haar mooiste kamer spreidde zij hem een leger. Daar zij echter verstoken waren van aile genees- kundige hulp, veroorzaakte zijn toestand hun groote zorg. (Wordt vervolgd.) voLksini OOST-GOOBECHT IN OHSTRIEEK Van NIEUWE SCHANS naar HARLINGEN. Vertr. N.-Sohan» *5,56 5.7,20 *8,16 11,15*2,28 5,10 8,28 Winechoten 6,15 17,88 8,38 11,80 2,40 5,24 8,88 Soheemda 6.27 3 7,50 8,45 11,48 2,52 5,81 8,46 Zuidbroek 6,40 S 8,1 8,56 11,58 8,8 5,41 8,57 Hoogeiand 6,58 0 8,14 9,7 12,2 8,14 5,48 9,6 Kropewolde 6,59 Jj 8,20 9,12 12,8 8,20 9,11 Aank. Groningen 7,12 8,84 9,25 12,21 3,82 6,6 9,23 Vertr. - 7,16 9,35 1,25 4,44 6,12 9,29 Leeuwarden 8,48 11,84 2,63 6,7 7,57 10,54 Aank. Harlingen 9,19 12,10 8,29 6,46 8,88 11,80 De met een gemerkte treinen stoppen aan den Borger- eompagnieiterweg (waohtp. 87)tôt het opnemen van reizigers. Bovendien mogen aldaar die treinen verlaten reizigers, voor- zien van plaatsbewijzen naar Hoogezand-Sappemeer. De trein van 8.16 neemt des Dimdags geen reizigers op voor Groningen. Van HARLINGEN naar NIEUWE SCHANS. Vertr. Harlingen 6,42 8,58 12,50 2,51 5,26 Leeuwarden 7,28 11,6 1,86 4,46 7,52 Aank. Groningen 8,41 12,24 2,48 6,4 9,10 Vertr. *6.10 8,46 *12,88 2,58 *6,12 10,89 Kropswolde 6,24 9,12,62 3,7 6,26 10,53 B Hoogezand 6.30 9,6 12,58 8,18 6,32 10,59 Znidbroek 6,41 9.15 1,9 3,22 6,48 11,8 Scheemda 6,56 9,30 1,24 8,37 6,59 11,28 Winachoten 7.4 9,38 1,82 8,45 7,7 11,81 Aank. N.-Schans 7,20 9,52 1,48 3,59 7,28 11,44 De met een gemerkte treinen stoppen aan den Borger- compagniesterweg (wachtp. 87) tôt het uitlaten van reizigers. Bovendien hebben aldaar tôt die treinen toegang reizigers, voorzien van terugreisgedeelten van retouxbiljetten naar Hoo gezand-Sappemeer Sneldienst van Groningen 7,80 naar Amsterdam, Van GRONINGEN naar MEPPEL—'a BOSCH. Vertr. Groningen 6, Haren 8,9 De Punt 6,17 Vries-Zuidl. 6,26 7,80 Assen Meppel Zwolle Aank. Zutfen Arnhem a 's Bosch 6,40 7,56 8,42 9,80 10,41 10,16 11,27 1,10 7.58 8.59 9,88 9,40 12,80 9,49 a 9,57 12,48 10,6 10,24 11,45 12,42 1,42 2,80 4,17 1,4 2,15 3,7 4,17 5,9 8,88 8.47 3,55 4,4 4,22 5.48 6,38 7,80 8,11 6,58 10,1 6,16 6.41 7.42 8.38 9,47 10,30 8,- 8,9 8,17 8,26 8,44 10,8 10,48 Van GRONINGEN naar DELFZIJL, Vertr. Groningen Loppersnm a Appingedam Aank. Delfzijl 7,25 8,30 8,50 9,— 11,52 1,— 1,19 1,29 1,31 2,36 2,56 8,6 4,53 5,58 6,18 6; 28 7,52 8,56 9,18 9,29 10,40 11,44 12,5 12,14 Van 's BOSCH naar MEPPELGRONINGEN. Vertr. 's Bosch Arnhem Zutfen Zwolle Meppel Assen 5,20 6,10 7,8 8,88 9,36 7,5 10,6 9,— 11,40 9,40 12,80 10,88 1,51 7.27 10,50 Vries-Znidl. 7,45 11,4 De Punt 7,54 11,13 Harcn 8,2 11,21 Aank. Groningen 8,10 11,80 Van DELFZIJL Vertr. Delfzijl 5,40 Appingedam 5,51 a Loppersum 6,15 Aank. Groningen 7,18 11,18 12,2 2,86 3,51 4,5 4,14 4,22 4,80 12,52 2,50 8,87 5,8 5,48 7,7 7,21 7,80 7,38 7,46 5,82 7.6 7,46 8,44 9,19 12,28 naar GRONINGEN. 6,62 10,80 1,7 7.5 10,43 1,18 7,88 11,11 1,42 8,88 12,18 2,40 8,20 5.11 6- 7,22 8,18 9,29 10,9 9,48 9,52 10,- 10,8 10,84 4.12 8,16 4,24 8,27 4,48 8.51 5,48 9,48 welke des avonds te 10,34 aldaar retonrneert. DOOR

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1892 | | pagina 1