Uit liet leven. No. 77. ZONBAG 25 September 1892, 22o Jaargang. VAN FEUILLETON EOKGESÏÏÏS ZOOM, S&PPEMIER. Inzending van Advertentiën en In&ezonden Stnkken des Dmsdajs- en Vnjdagsavonds voor zes uur by de Uitgevers. Bij deze courant behoort een bijvoegsel. Eerlijkheid in den ban. a Dit BLAD verschijnt iederen ZONDAG en WOENSDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden 85 centeis franco per post 45 cents. Enkele nommers 5 cents. UITGAVE PRIJS der ADVERTENTIËN Van 15 regels 35 cents, iadere regel meer ÎO cents. Groote letters worden naar plaats- ruimte berekend. Abonnement lager. Dezelfde advertentiein eons voor 3-maal piaatsing basteld, is de derde piaatsmg gratis. DIENSTREGELING OP DE STAATS-SPOORWEGEN, AANVANGENDE DEN 1 MEI 1392 (TIJD VAN GREENWICH.) WEESEA1ENDEB. Zondag 25 September. Maandag 26. Dinsdag 27. Woensdag 28. Donderdag 29. Vrijdag 30. Zaterdag 1 October. Eerste kwartier, Donderdag 29 Sept. Jaar-, paarde- en laeestemarkten. Maandag 26 Sept., Scharmer en Harkstede j. p. b. Woensdag 28 Sept., Appingedam p. Donderdag 29 Sept., Winschoten j. p. b. Vrijdag 30 Sept., Kropswolde p. b. Het geïllustreerd Zondagsblad. Toen in den aanvang van dit jaar de heuglijke tijding tôt onze lezers kwam, dat zij tegen een zeer geringe vergoeding zich in het bezit konden stellen van het wekelijksch verschijnende Geïllustreerd Zondagsblad, meenden de uitgevers niet te mogen hop en op zulke groote belangstelling als tôt dusver blijken mocht. De algemeene bij val echter, die deze uitgave mocht ondervinden en de steun, waarin zij zich mocht verheugen is voor hem dan ook het beste bewijs dat een fraai geïllustreerd weeklad, tegen zeer geringen prijs verkrijgbaar, inderdaad nog ve- le vrienden verwerven kan. Niemand zal dan ook kunnen loochenen, dat aan de samenstelling van het Geïllustreerd Zondagsblad steeds de grootste zorg wordt hesteed. Het beste blijkt dit, wanneer men de nummers opslaat, die thans 9 maanden achtereen verschenen. De grootste verscheidenheid van fraaie gravuren boeit het oog. Wij wijzen b.v. op de groote platen Romeinsche Gladiatoren, Een Bergstorting in het Rotsgebergte, Christenmartelaren in het Golysseum, Het familiefeest op Somervreught, Slachtofïers van den arbeid, Gelyncht, Losgebroken, Veroordeeld, Maximiliaan I te Gent en zooveel andere die naast tal van kleine platen in elk wekelijksch nummer de rijkste afwisseling bieden. En dat ook aan den tekst de grootste zorg wordt hesteed, blijkt wel uil het groote aantal geïllustreerde novellen en verhalen, die goed gekozen en boeien- de lectuur vormen. Behalve de groote roman Chal- lacombe, bewerkt naar het Engelsch van den be- roemden schrijver Walter Besant, werden gedurende de eerste 3 kwartalen van dit jaar reeds opgenomen het fraai geïllustreerde en door zijn inhoud zoo spannende verhaal Onder valsche vlag, voorts tal van kleine novellen, aile door fraaie platen opge- luisterd, als: Jenny, de twee Visschers, Drie Ka- piteins op één schip, De Cornetspeler, De Hand, De Tweelingbroeder. De Woudmans en hun var- kentje, verhalen meerendeels bewerkt naar het beste wat buitenlandsehe schrijvers het beschaafd publiek aanbieden. Portretten van beroemde tijdgenooten, zoo van eigen bodem als uit den vreemde, worden in het Geïl lustreerd Zondagsblad niet gemist; wij wijzen b.v. op die van onze landgenooten, wijlen generaal van Tijen en generaal van Braam Houckgeest, en op die van den overleden Engelschen kardinaal Man- ning, den nieuwen Engelschen troonopvolger en zoo- vele andere. Let men eindelijk op de belangrijke artikelen van meer wetenschappelijken aard, populaire beschou- wingen op het gebied van hygiene en natuurkennis, dan zal niemand aarzelen het Geïllustreerd Zon dagsblad even rijk van inhoud als fraai van uit- voering te noemen. Behalve dit ailes vinden vrienden van humor in elk nummer steeds een schat van anecdoten en schaakliefhebbers elke week een met zorg gekozen probleem. Een uitgave als het Geïllustreerd Zondagsblad, zoo rijk van inhoud bij zoo geringen prijs, vindt in ons vaderland dan ook haar wedergade niet. Daarom zal het niemand bevreemden, dat wij ieder, welke dit tôt dusver verzuimde, opwekken door het ne- men van een abonnement deze eenige, Nederland- sche uitgave te steunen. De bekende generaal W. J. Knoop, die ook aan zijne rondborstige fîeiheid zijne posilie en zijnen rang ten offer heeft moeten brengen, schrijtt in een zijner geschiedkundige werken: »Ten onrechte beroemen wij ons op de Hollandsche rondheid en vrijmoedigheid, die niet terugdeinst om openlijk de waarheid te zeggen, uit vreeze, dat men daar- door aanstoot zal geven. Die rondheid en vrij moedigheid mogen de kenschetsende trekken van het voorgeslacht zijn geweest, maar bij ons moet men heden ten dage die deugden niet meer zoo algemeen achten. Wij laten ons te veel geleiden door menschenvrees en zucht naar eigenbelang, en offeren te vaak de waarheid daaraan op, die ieder heilig moest zijn. Dit is zôô waar, dat wie bij ons rond en openlijk zijne meening durft uitspreken, zeer spoedig bemerkt, dat hij meer verwondering en ergernis dan goedkeuring en deelneming onder vindt." 't Oud-hollandsch spreekwoord zegt »goed zeeuwsch, goed rond," en daar ontleende men oudtijds zijnen roem aan. Ik denk aan Jan de Lapper, den kloeken zeeman. Als zijn kapitein sneuvelt in een gevecht tegen de Engelschen, dan neemt hij kloek en kordaat het commando op, en na de overwinning brengt hij als kapitein het schip weer binnen. En als hij later voor de staten wordt geroepen, die hem verzoeken, om in zijnen vroegeren rang weer op zee te gaan dienen, dan zegt hij rondborstig en fier »Neen, heeren 'k dank je wel; als kapitein hen ik weer teruggekomen, niet anders dan als kapitein ga ik weer naar de vloot Ik weet niet, hoe het in den tegenwoordigen tijd met zulken hrutalen gast zou afloopen; maar destijds won hij 't er mee. De staten hingen hem den eeredegen om en belastten hem met het kom- mando van een der grootste oorlogsfregatten. Ik denk ook aan onzen Marten Harpertsz Tromp, toen hij daar vôôr de Engelsche haven Duins lag en de Spaansche vloot daarbinnen hield opgesloten. Van ons staatsbestuur kreeg hij den heslisten last, om de handjes thuis te houden en ons niet het onge- noegen der Britsche nalie op den hais te halen, daar wij op Engelsch terrein natuurlijk geen slag mochten leveren. Doch Tromp, die terecht inzag, dat hier te zeer de eer onzer vlag in was gemoeid en dat voor den Spanjaard ons aftrekken lafheid en zwakte zou verraden, Tromp pakte de Spaansche vloot aan en voor 't oog der Britten gaf hij ze zoo duchtig klop, dat er weinig of niets van de heele vijandelijke vloot gespaard bleef. En wat deden de staten, tegen wier last door Tromp zoo erg was gezondigd? Ze erkenden hun zwak en het goed recht van Tromp, en onder den indruk der grootsche overwinning overstelpten zij hem en zijne matrozen met lof en met dank. En weer vraag ik hoe het in onzen tijd met zulk eigen- machtig optreden zou afloopen. Want, daar hebben we nu onzen Henry Tindal. Ieder onzer lezers kent den naam van dien man, aan wiens ronde en royale openbaringen wij heel wat zijn verplicht. Allereerst herinneren wij ons, dat hij in de dagen van 's Konings ziekte plotseling met zijne onthul- lingen kwam, die overtuigend aan het licht brachten, dat helaas onze koning reeds lang niet meer toe- rekenbaar kon geacht worden en dat werkelijk reeds maanden lang door de Ministers zelfstandig was geregeerd, zonder het volk met 's Konings treurige ziekte bekend te maken. Algemeen was van hooger hand de afkeuring over het fier en eigenmachtig optreden van den heer Tindal; maar het gevolg is toch geweest, dat onmiddellijk een regentschap is ingesteld en ailes is gëordend en geregeld. Tindal kon zich beloond achten voor zijnen kordaten moed, al heeft hij heel wat harde noten over zijn optreden hooren kraken. Doch daar kwamen plannen voor legerorganisatie en betere verdedighaarheid van ons land. En weer was het Tindal, die kloek het ontleedmes zette in die groot sche plannen en die overtuigend aantoonde, dat het land reeds bergen van millioenen had geofferd voor leger en vloot, en dat we voor al die millioenen niets goeds en degelijks hadden verkregen; doch dat ook de nieuwe plannen, die weer vele millioenen zouden verslinden, ons geen stap verder zouden brengen naar het gestelde doel. Wat al onrust en beroering wekle dit stout optreden in den lande wat al afkeuring moest hij voor zijne driestheid ondervinden. In plaats van zoo'n man, die blijken gaf van zooveel kunde en rechtschapenheid, de hoogste orde van verdienste toe te kennen, werd hij gevloekt door velen. Kloeke waarheid vindt maar zelden herberg meer. Toch bleef denawer- king van zijne waarschuwingen niet uit, en ons zijn in elk geval eenige millioentjes bespaard ge- bleven, die anders weer in 't Danaïdenvat waren verslonken. Minister Seyffardt trad op. En weer liet Tindal door een open brief van zich hooren en toonde aan het volk aan, welk goeds men van dezen bekwamen minister mocht verwachten terwijl hij den minister kloekweg zijne wenken en wen- schen openbaarde. Dat hij daarin vooral wees op het verdertelijke der bureaucratie en op de dwaze geldverspilling door insfandhouding van het militair huis des Konings, zal ieder zich herinneren. Weer stortte men de fiolen des toorns uit over dezen overmoedigen man; doch vroeger of later zullen ook deze wenken en wenschen vervuld worden. Intiem bevriend met den minister van oorlog, juichte hij zijn optreden en zijne doortastende handelingen en verbeteringen krachtig toe maar zoo gauw kwam de minister niet voor den dag met zijne plannen voor de versterking van Amsterdam, waar- voor weer vele millioenen noodig zouden zijn, of Tindal bracht de vriendschap des noods ten offer aan zijne waarheidsliefde en op krachtige gronden bestreed hij die in zijn oog heillooze plannen en toonde voor allen aan, dat de heele verdedighaar heid der hoofdstad niets gaf en dus wel eerst on- 2) »Neen, meisjes, laten we ons zelf niets wijsmaken je gevoelt te goed, dat het twisten bij ons een dagelijksche gewoonte is. Ik wil ten minste wel bekennen, dat mijn humeur er onder leed en daar om heb ik mij vast voorgenomen mij zelf te leeren bedwingen. Cato, de vrouw van neef Karel, heett mij in mijn goede voornemens versterkt." »Hoe zoo klonk het in koor. »Ik was eens bij haar op de thee en terwijl we heel vertrouwelijk met ons beiden zaten, liet ik me ontvallen, dat ik den toon, die bij oom en tante in huis heerschte, zoo bij zonder prettig vond. Cato vroeg mij daarop, of ik het haar niet kwalijk zou nemen, indien zij eens ronduit met mij sprak, en daarop zeide ze mij, dat ze het zoo jammer vond, dat wij altijd zoo oneenig en opvliegend wa ren. Toen zij voor twee jaar hier logeerde, zin- speelde zij er ook reeds op, weet je nog wel Het had haar bepaald afgeschrikt terug te komen, zoo erg vond ze het." Je weet zelf niet meer dat je het doet, zoo is het je tôt gewoonte geworden," zei ze, en daarna wees ze mij op mijn plicht als oudste zuster; ik in de eerste plaats moest jullie een goed voorbeeld geven en mij zelf weten te bedwingen. Voor vader zou het ook zooveel pret- tiger zijn; »ik wed dat oom dan niet meer den ganschen dag in de studeerkamer zal zitten," voegde ze er nog bij." »Zou dat waar zijn?" vroeg Marie, nadenkend geworden. »Ik dacht niet dat het anderen zoo opviel, maar ik stem je toe, dat het haast een behoelte voor ons is," bekende de openhartige Carolien. »Ja, juist een behoefte. Om de kleinste nietig- heden, dingen, die het noemen niet waard zijn, stuiven we op en maken ons zelf en elkaar uit het humeur, en pas zijn we weer bedaard, ofopnieuw vat een vonk vuur. Is het niet de waarheid?" Een toestemmende hoofdknik was het antwoord. Zij behoefden niet ver terug te gaan in het verleden, om bewijzen te zoeken tôt staving der beschuldiging. Jullie verbittert elkaar op die wijze het dage- lijkscli leven," zei Cato, »en je kondt het juist zoo prettig samen hebben, omdat je zooveel voorrechten geniet. Ik waarschuw je, het wordt op den duur hoe langer hoe erger, en later, als je een eigen huishouding krijgt, neem je dien geest van t.egen- spraak en kleingeestige vitzucht onwillekeurig mee. »Nu, bij een eigen huishouding is nog geen haast," zeide Carolien lachend, »ofjij moest plannen hebben, Annie? Ja, die broer van neef Karel—" »Neen, Lien," zei Marie, »laten we er nu geen gekheid van maken, daar is de zaak veel te ernstig voor. Het is zoo waar wat Anna zegt ik heb het nooit zoo ingezien, maar nu gaan mij de oogen open. Mij komt nu ook dat zonderling gezegde van mevrouw K. weer te binnen »Ik vraag jullie nooit tegelijk, hoor, ik heb je veel liever elk af- zonderlijk." Zij wilde mij niet zeggen wat zij er mee bedoelde, maar nu begrijp ik het." »Cato beweert ook, dat ze ieder onzer graag mag lijden, mits wij maar niet bij elkaar zijn. Zij verontschuldigde ons echter eenigszins daardoor, dat wij onze moeder vroeg hebben verloren en dat vader zoo geheel opgaat in zijn studie en zich zoo weinig met ons bezig houdt. Tante had zoo dik- wijls getracht vader te overreden ons aan vrouwe- lijke leiding toe te vertrouwen, maar hij wilde er niet van hooren." sMaar bij anderen is het vaak niets beter en »Dat is voor ons geen verontschuldiging. Ik heb er den laatsten tijd zooveel over nagedacht en ik zou het zoo graag anders willen hebben, jullie ook Vroeg Annie. »Zeker, zeker," klonk het in koor. »Cato wees er ook nog op, dat onze karakters toch wel overeenstemmen en we houden genoeg van elkaar, dat weet ik zeker. Denk maar eens aan dezen winter, toen Lize ziek was, ik geloot niet, dat we al dien tijd één keer getwist hebben. Lize, die meer en meer onder den indruk van het gesprokene geraakte, antwoordde niet, maar haar oogen kwamen vol tranen bij de hermnermg aan al de zorg en liefde haar betoond. »Ja," erkende Carolien, »ik weet wel dat ik in die dagen dikwijls berouw heb gehad over menig onvriendelijk woord tegen onzejongste. Toen reeds nam ik me voor minder opvliegend te zijn, maar al die goede voornemens vervlogen later in rook." »Als we nu de handen ineenslaan, zal het mis- schien wel beter gaan," zeide Marie. »Samenwerking is in zulk een geval ailes waard." »Ja, maar er moet een prikkel zijn, die ons er dagelijks aan herinneit, anders weet ik wel wie tel- kens weer in de oude foui vervalt," bekende Carolien Juist, een prikkel. Wat dunkt je van een boete?" vroeg Annie. »Mij goed, als we het dan maar niet weer on- eens worden of de boete verdiend is. »Je kendt ons goed," klonk het lachend uit Marie's mond. »Maar als we dat door meerderheid van stemmen lieten beslissen »Àangenomen!" zeide Annie, »maar vôôr ailes moeten we ons vast voornemen zelf met onze beste krachten te willen mééwerken en schuld bekennen, waar we schuld hebben. Doen we dat, dan is er geen stemming noodig." Een geldboete vroeg Carolien. »Dan moet vader ons kleedgeld op zijn minst verdubbelen »Ja, voor een goed doel. Dat^geld konden we 's winters aan de armen geven," was Annie van meening. »Daar ben ik bepaald tegen," zeide Marie wier helder oordeel gewoonlijk den doorslag gaf. Willen we wat weggeven, dan kunnen we dat wel op iets anders bezuinigen. Maar we moeten in geen enkel opzicht aangemoedigd worden tôt ons getwist en allicht zouden we bij het betalen der boete ons troosten met de gedachte nu, 't, is voor de armen. Neen, de boete moet inderdaad een boete zijn, een last, dien we ons zelf opleggen en waarvan de uitvoering ons moeite kost." »Daar heb je gelijk aan," zeide Lize, »maar hoe kunnen we zoo iets vinden? We doen precies wat we 't liefst willen, is dat niet waar?" »Maar we kunnen ons zelf wel een boete op leggen door niet te gaan, als er een mooi concert is of »Ik weet wat beters," zeide Marie, die maar met een half oor had geluisterd. »Hoe zouden jullie het vinden, als ieder, die een bepaald aantal keeren aanleiding heeft gegeven tôt oneenigheid, beboet wordt met extra de week van die bezigheid, waarvan zij het minst houdt. Ik neem mij zelf tôt voorbeeld je weet, hoe weinig de zorg voor ontbijt- en koffietafel mijn lievelingswerk is; krijg ik boete, dan moet ik behalve de gewone week, ook de daaropvolgende er voor zorgen." »0, dan voor mij de wasch," zeide Lize met zulk een diepen zucht, dat allen in den lach schoten. »En voor mij het wrijven en zilverpoetsen," zeide Carolien. »Die gladde meubels nog gladder te wrijven is de grootste geduldsbeproeving en die handen, die je van het zilverpoetsen krijgt »Ja, maar dan is die boete te gemakkelijk de wasch is veel erger »Volstrekt niet, Lize, ik ben vrij wat liever in de strijkkamer bezig dan »St., laat nu ieder voor zich zelf beslissen," zeide Annie, »anders zou je onder onze beraadslagingen zoo waar al weer aan het kibbelen gaan. Het moet je ernst wezen, van den eersten dag af. Maar wat zal ik nemen, ik houd van al die be- zigheden »0 Annie, daar weet ik raad voor," zeide Lize met een gewichtig gezicht. Jij moet een week lang niets mogen uitvoeren dat is voor jou de grootste straf!" »Puik, hoor. Lize, je bent »Niet zoo dom, als ik lijk, Lien?" klonk het schertsend terug. «Ziezoo, dat zijn we dus eens," begon Marie, die gaarne voet bij stuk hield; »wat dunkt je van vijf aanteekeningen en dan de boete?" »Ik stem voor tien," riep Lize uit. »Dat wil ik wel gelooven Nu, misschien is het beter in het begin niet te hard van stapel te loopen, we kunnen altijd inkorten. Dus dat is afgesproken »Ja, en we moeten plechtig beloven elkaar zooveel te helpen als we kunnen en de eigenaar- digheden van elk onzer te zien," zeide Annie. (Wordt vervolgd.) VOLkSBLAD OOST-fiOORECHT EN ONSTREEEN VOOx UO UCliiCoJLItCU JUlUvvJOmHaI jw VAN Van NIEUWE SCHANS naar HARLINGEN. 5,10 5,24 5,81 5,41 5,48 Vertr. N.-Sobana *5,56 -*7,20 *8,16 11,15*2,28 Winschoten 6,15 ^7,88 8,88 11,80 2,40 Soheemda 6.27 J7,50 8,45 11,48 2,52 Znidbroek 6,40 S 8,1 8,56 11,58 8,8 Hoogezand 6,58 n 8,14 9,7 12,2 8,14 Kropswolde 6,59 j» 8,20 9,12 12,8 8,20 Aank. Groningen 7,12 8,84 9,25 12,21 8,82 Vertr. - 7,16 9,35 1,25 4,44 Leeuwarden 8,48 11,34 2,58 6,7 7,57 10,54 Aank. Harlingen 9,19 12,10 8,29 6,46 8,38 11,80 De met een gemerkte treinen atoppen aan den Borger- eompagnieaterweg (wachtp. 87)tôt het opnemen van reizigera. Bovendien mogen aldaar die treinen verlaten reizigera, voor- zien van plaatabewijzen naar Hoogezand-Sappemeer. De trein van 8.16 neemt dea Dinadaga geen reizigera op voor Groningen. 6,6 6,12 8.28 8,88 8,46 8,57 9,6 9,11 9,23 9.29 Van HARLINGEN naar NIEDWE SCHANS. Vertr. Harlingen a Leeuwarden Aank. Groningen Vertr. Kropawolde Hoogezand Zuidbroek Scheemda Winaeboten Aank. N.-Sehana *6.10 6,24 6,30 6,41 6,56 7.4 7,20 6,42 8,58 7,28 11,6 8,41 12,24 8,46 *12,88 9,— 12,52 9,6 12,58 9.15 1,9 9,30 9,38 9,52 1,24 1,32 1.48 12,50 1,86 2,48 2.58 3,7 3,13 3,22 3,37 3,45 3.59 2,61 4,46 6,4 *6,12 6,26 6,82 6,43 6,59 7,7 7,28 De met een gemerkte treinen atoppen aan den Borger- compagniesterweg (wacbtp. 87) tôt het uitlaten van reizigera. Bovendien hebben aldaar tôt die treinen toegang reizigera, voorzien van terugreiagedeelten van retourbiljetten naar Hoo gezand-Sappemeer. Sneldienat van Groningen 7,30 naar Amaterdam, Van GRONINGEN naar MEPPEIr-'a BOSCH. 5,26 Vertr. Groningen 6,7,80 9,40 12,80 8,88 6,15 7,52 Haren 6,9 9,49 8,47 9,10 De Punt 6,17 9,57 12,43 8,55 10,39 Vriea-Zuidl. 6,26 10,6 4,4 10,63 Aaaen 6,40 7,58 10,24 1,4 4,22 6,41 10,59 Meppel 7,55 8,59 11,45 2,15 5,43 7,42 11 8 Zwolle 8,42 9,88 12,42 8,7 6,38 8.38 1L28 Aank. Zutfen 9,80 10,41 1,42 4,17 7,80 9,47 11 31 Arnbem 10,16 11,27 2,80 5,9 8,11 10,80 11*44, 'a Boach 1,10 4,17 6,58 10,1 Van GRONINGEN naar DELFZIJL. Vertr. Groningen 7,25 11,52 1,31 4,58 7,52 Lopperaum 8,30 1,2,36 5,58 8,56 Appingedam 8,50 1,19 2,56 6,18 9,18 Aank. Delfzijl 9,1,29 8,6 6,28 9,29 welke dea avonda te 10,84 aldaar retonrneert. 8,- 8,9 8,17 8,26 8,44 10,8 10,48 10,40 11,44 12,5 12,14 Van 'a BOSCH naar MEPPEL—GRONINGEN Vertr. 'a Boach Arnbem Zntfcn Zwolle Meppel Aaaen 6,- 7,8 5,20 8,88 6,10 9,86 7.27 10,50 7,5 10,6 9,— 11,40 9,40 12,30 10,88 1,51 Vriea-Zuidl. 7,45 11,4 De Punt 7,54 11,18 Haren 8,2 11,21 Aank. Groningen 8,10 11,80 Van DELFZIJL Vertr. Delfzijl 5,40 Appingedam 5,51 Lopperaum 6,15 Aank. Groningen 7,18 2,36 3,51 4,5 4,14 4,22 4,30 naar GRONINGEN. 6,52 10,80 1,7 7,5 10,48 1,18 7,38 11,11 1,42 8,88 12,13 2,40 11,18 12,2 12,28 12,52 2,50 3,87 5,8 5,48 7,7 7,21 7,80 7,38 7,46 5,82 7,6 7,46 8,44 9,19 8,20 5.11 8,_ 7,22 8,18 9,29 10,9 9,48 9,52 10,- 10,8 10,84 4.12 8,16 4,24 8,21 4,48 8.57 5,48 9,48 O00® O

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1892 | | pagina 1