No. 86. WOENSDAG 26 October 1892. 22e Jaargang, Mijn vriend Brauner. VAN UIT GRUNO, FEUILLETON BORGESITJS ZOON, SAPFEMEER. T^.otiriiny Tini Advertentiën en Ingezonden Stukkan de» Dinsdags- en Vqjdaggavondg voor zeg nui ba de tfitgeverg. Overzicht van i6 tôt 23 Oct. 1892. Voor de Oornoonten HOOOEZAKDSAPPEMERR ELOCHTEBEM SOOBDBBOllK, ZOTPBBOBK. ZgIDLABBH. BABElT «m. Dit BLAD verschijnt iederen ZONDAG en WOENSDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden 88 coiil», franco per post 45 cents. Enkele nommers 5 cents. U I T G A V E PRIJS der ADVERTENTIËNVan 1—5 regels 35 cents, kdere regel meer 10 cents. Groote letters wordsn naar plaats- ruimte berekend. Abonnement lager. Dezelfde advertentie, in een« voor 3-maal plaatsing bostaldis de derds plaatsing gratis. iele nommers o cent».--7. dienstregeling op de STAATS-SPOORWEGEN, AANGEVANGEN DEN 1 OCTOBER 1892. (TIJD VAN GREENWICH.) BUITENLAND. De fransche kamer heeft na langen tijd van rust hare werkzaamheden hervat, met zeer stormachtige zittingen. Aan de orde waren tal van interpella- tiën over de werkstakingen te Garmaux, tenge- volge van het ontslag van den mijnwerker Calvig- nac, die door zijne medeburgers tôt burgemeester was benoemd. De mijndirectie ontsloeg den mijn- werker-burgemeester, omdat hij niet geregeld zijn werk verrichtte, wegbleef zonder verlof te vragen, en in vele opzichten de reglementen overtrad. De andere mijnwerkers voerden aan dat zijne ambts- bezigheden als burgemeester noodzakelijk mede- brachten dat hij niet geregeld kon werken, zagen in zijn ontslag een beleediging van het algemeen stemrecht, en legden houweel en moker neêr tôt tijd en wijle de mijndirectie Galvignac wêer in dienst zou hebben genomen. Dit weigerde de directie en zoo duurde dit con- flict reeds een paar maanden. In de kamer werd de regeering met tal van interpellaties overstelpt omtrent het handhaven der orde te Carmaux, en met voorstellen om de geheele exploitatie der mijnen té doen overgaan in handen van den staat, waardoor geheel afgescheiden van het geval met Galvignac, de talrijke twisten tus- schen de directiën en de mijnwerkers zouden op- houden. Voor de regeering liepen de interpellatiës nog al goed af, vooral toen de minister-president Loubet zich bereid verklaarde als scheidsrechter tusschen de partijen op te treden, en de kamer in beginsel besloot de verouderde wetgeving op het mijnwezen aan een herziening te onderwerpen. Naar door italiaansche bladen wordt medege- deeld, heeft het kabinet, door Duitschland gesteund, zich tôt de oostenrijksche regeering gewend, met het verzoek dat de keizer er in zou toestemmen de bepa- lingen van het verbond tusschen Italië en Oostenrijk openbaar te maken. De italiaansche regeering, zoo wordt gemeld, vroeg dit met het oog op de verkiezingen, die zuiverder werden als de kiezers ook wisten welke overeenkomsten met andere mogend- heden zijn aangegaan. De keizer van Oostenrijk moet dit verzoek niet hebben toegestaan. Geruchten willen dat het genoemde verdrag bepalingen bevat omtrent de verhouding tôt den heiligen stoel, die de oostenrijksche keizer voor zijne katholieke onderdanen liefst geheim wil houden. De regeeringsperiode van het kabinet Glad stone begint niet onder gunstige voorteekenen. De kleine meerderheid van 40 stemmen slonk bij een tusschentijdsche verkiezing tôt 38. ÎDaarbij komt nog dat door de afvallige liberalen een programma is openbaar gemaakt, waarin de sociale hervormin- gen, door Gladstone eerst na de iersche kwestie genoemd, op den voor grondworden gesteld. De houding der Ieren is bovendien van dien aard, dat zij zich niet met een kluitje in het riet zullen laten sturen, zij verlangen van Gladstone ailes of niets. BINNENLAND. Bij de 2e Kamer is thans het ontwerp ingediend, dat naast de vermogensbelasting en ter vervanging van de onbillijke patentwet, de inkomsten zal be- lasten die door particulière personen, vennootschap- pen, gemeenten of andere staatsrechterlijke licha- men enz. worden getrokken uit het beroep of bedrijf dat zij uitoefenen. Uilvoerig wordt in het ontwerp omschreven hoe men tôt de bepaling van de zuivere bate die het beroep of bedrijf oplevert moet geraken. Afgetrokken mag worden de rente naar 4 van het in de ondernemingen benoodigde kapitaal, als zijnde dit reeds in de vermogensbe lasting getroffen, verder onderhoud van gebouwen, en werktuigen, de bijdragen aan tondsen tôt onder- steuning van werklieden der onderneming of van hunne nagelaten betrekkingen, en tal van andere koslen meer. Vrijgesteld worden aile winsten of belooningen beneden 600, mits de personen die ze behaalden of genoten niet in de vermogensbelasting zijn aan- geslagen winsten van werkliedenvereenigingen die uitsluitend ten doel hebben het onderling aanschaf- fen van levensbenoodigdheden, woning, geneesmid- delen en geneeskundige hulp, winsten van inrich- tingen van onderwijs door bijzondere personen ten eigen bate gedreven winst van inrichtingen van liefdadigheid, enz. Het bedrag der belasting wordt voor bijzondere personen geregeld naar een dubbel tarief. Het eerste geldt voor hen die niet in de vermogensbelasting zijn aangeslagen, en dus uit hun beroep of bedrijf aile inkomsten putten. Zooals reeds vermeld is zijn de zuivere baten beneden 600 dan geheel vrij. 600 betaalt fi. 920 betaalt 9. - 640 - 2. - 960 - 10. - 680 - 3. - 1000 - 11. - 720 - 4. - 1040 - 12. - 760 - 5. - 1080 - 13. - 800 - 6. - 1120 - 14. - 840 - 7. - 1160 - 15. - 880 - 8. - 1200 - 16. en verder van 1201 tôt en met 2000, 1 van elke geheele som van 50 boven 400 van 2001 tôt 8000 2 van elke geheele som van 100 boven 400. Bedragen de zuivere baten meer dan 8000 zoo is verschuldigd een vaste som van 152 en 3,20 voor elke geheele som van 100, waarmede zij 8000 te boven gaan. Het tweede tarief geldt voor hen die ook in de vermogensbelasting zijn aangeslagen. Indien het vermogen meer bedraagt dan 200,000 moet van de winst uit het beroep of bedrijf van elke 100 3,20 betaald worden, bedraagt het ver mogen minder dan die som, zoo is 2 van elke 100 der zuivere baten verschuldigd. Bedragen echter de zuivere baten gevoegd bij 4 van het belastbaar vermogen, meer dan 8000 dan is van dat meerdere nog 1.20 van elke som van 100 verschuldigd. Voor naamlooze vennootschap- pen en dergelijke gelden spéciale tarieven. Met de grootte van het gezin dat van het beroep of bedrijf moet leven houdt het ontwerp geen reke- ning. Eigen aangifte is algemeene regel, terwijl op het doen van valsche aangiften boeten en bij herhaling gevangenisstraf wordt bedreigd. Van kleine bazen, winkeliers en dergelijken, die geen 13000 bezitten zal geen aangifte gevraagd wor den, zij worden ambtshalve aangeslagen. Den 8sten Nov. zal de tweede kamer met het afdeelingsonderzoek dezer belangrijke wetsvoor- dracht aanvangen, daarna komt de kieswet aan de orde. In de afgeloopen week werd het ontwerp op het nederlanderschap behandeld, en een ontwerp tôt verbetering der kleine rivieren in Overijssel aan de orde gesteld. Oo© Zoo sta ik dan nu voor den plicht, om u iets van de harddraverijen mee te deelen, die ik niet bijwoonde. Maar de omstandigheden hebben 't mij bij zonder gemakkelijk gemaakt, eerstens doordat de groote rijderij PaterswoldeAssen vice versa tôt aanstaanden Zondag is uitgesteld en ten andere, doordien de hardrijderij op den Korreweg buiten enkele liefhebbers geen publiek heeft getrokken en ik u dus niets dan den uitslag zou behoeven te melden, die evenwel reeds lang door de andere bladen is medegedeeld. De extra uitvoering in de Harmonie had dan ook maar half succès de groote zaal was lang niet gevuld en de aandacht voor de muziek was niet bij zonder groot. De echte Zuid- laarder kermisgasten zitten dan ook lie ver op de bovenzalen der gewone cafés, waar men wat vrij er en intiemer met het uitverkoren liefje omgaat, en met de muziek van het drie- of viertal duitsche artisten wat beter vertrouwd is. Nu »elk z'n meugl" Zoo had ik ook niet die belangstelling voor den grooten rit PaterswoldeAssen durven verwachten omdat het genot van afrit en aankomst telkens van een enkel paard mij erg nuchter lijkt; docli de berichten daaromtrent luiden gunstig, en dat verblijdt mij voor den wakkeren ondernemer, die wel wat succès verdient op zijne vele pogingen, om wat goeds te leveren. En bij 't uitstel is voors- hands dit reeds gewonnen, dat men den volgenden Zondag toch de kans heeft, het zonder sneeuwbuien te doen, die ons meer verrast dan bekoord hebben en ons met den regen telkens de Zondagsmuziek- uitvoeringen in het Sterrebosch doen missen. Toch had zich ondanks het slechte herfstweder nog een enkel vrouwtje in het plantsoen gewaagd, diedaar op klaarlichten dag smoordronken door de plassen waadde en af en toe eene tuimehng deed, welke haar toilet niet bijzonder ten goede kwam. Ge- lukkig kwam de politie haar te hulp en bracht haar onder uitbundige hoerah's der straatjeugd naar een plaatsje, waar ze 't droger had en waar ze van al de nattigheid wat kon bekomen. Eigen- aardig is het, dat zulk feit bij eene vrouw altoos meer indruk op ons maakt en meer afkeer wekt dan bij een man. Is het wellicht de traditie, die meerder recht in ailes toekent aan eenen man dan aan eene vrouw en hem dus ook het schandelijk voorrecht geeft zich te mogen bezuipen? Of is het, dat we bij de vrouw, die het toonbeeld heet van zachte zeden, zooiets minder verwachten en het haar daarom ook minder yergeven? Hoe't zij daar is in dien meerderen afkeer iets, dat pleit voor de vrouw in 't algemeen, en tegen den man. Dat zal niemand kunnen ontkennen. Zoo had de politie het Zondagavond op de Groote markt te Novelle van A. KLACSZMAÎfïf. 7) »Ja, ja, dat kan ik mij begrijpen," ant- woordde Materne lachend, »jelui zoekt overal stof voor je romans. Nu, ik zal je met beletten ook hier je studiën te maken, kom maar mee naar bmnen. Hii gins- mij voor naar dezelfde kamer, waar ook den vorigen dag het verhoor had plaats gehad. Op een groot scherm wijzend, dat de kamer in tweeen deelde, zeide hij: »Weet je wat, ga daar achter zitten, dan kun je ailes hooren wat er gezegd wordt, zonder dat men je ziet. Maar je moogt natuurlijk omtrent hetgeen je hoort, mets verklappen voordat ik je er verlof toegeef. Ik was over deze wending der zaken zoo verrast, dat ik er niet aan dacht het aanbod te weigeren, in welk een pijnlijken toestand het mij ook bracht. "Werktuigelijk nam ik plaats achter het scherm, terwijl Materne met zijn schrijver aan het tafeltje bij het venster ging zitten. Het liefst was ik weer weggeloopen, maar de angst overviel mij, dat ik daardoor Hans in verdenking zou brengen. bleef als verlamd zitten, overtuigd dat hetgeen ik nu zou hooren, nog vreeselijker zou zyn dan al hetgeen ik in de laatste vier-en-twintig uren had Materne kwam nog even bij mij en zeide lachend, zonder te vermoeden hoeveel bittere spot er voor mii in zijn woorden lag »Ziezoo, blijf hier nu maar rustig zitten, dan kun je mooi luisteren en tôt belooning ga je vanmiddag met my et en en kun je mij meteen eens vertellen, wat je hier m ie schuilplaats nu al geleerd hebt." Ik knikte zwijgend met het hoofd Materne ging daarop naar zijn schrijver en vroeg hem even na te zien, wie het eerst voor het verhoor was opge- schreven. oJufîrouw Klose, de zuster van den vermoorde, luidde het antwoord. De gerechtsdienaar, die înmiddels was binnenge- komen, ontving bevel Juffrouw Klose te roepen. Ik gevoelde dat het hart mij stilstond, toen ik haar hoorde binnenkomen. De dame antwoordde op de vraag of zij hersteld was, dat zij zich wel beter gevoelde dan den vorigen dag maar den rechter toch vriendelijk verzocht haar niet lang op te houden het verlies van haar broeder en de vreeselijke wijze, waarop hij zijn dood had gevonden, hadden haar te diep geschokt. »Ik wil het gaarne gelooven, zeide Materne, »maar uw verhoor is dringend noodzakelijk en alleen met het oog op uw gezondheid gisteren met doorgegaan. Ik verzoek u vriendelijk plaats te nemen en mijn vragen zoo kort mogehjk te bé ant woorden, des te eerder zijn wij gereed. Mocht ge u onwel gevoelen, dan zullen wij pauze nemen. L Zeg mij voor ailes, koestert gij eenige verden king jegens een of anderen persoon? Gij kent als zuster aile omstandigheden van uw broeder nauw- keurig. Weet ge ook of iernand een beweegreden kan gehad hebben tôt den moord? Als gij ver denking koestert, zeg het mij dan, maar met voordat gij tegelijkertijd eenig bewijs kunt aanvoeren voor uw vermoeden." De 'laatste woorden schenen de getuige te doen aarzelen met haar antwoord, waarop Materne ter- stond een andere vraag stelde. »Is de vermoorde ook bestolen?" »Neen antwoordde Jufïrouw Klose op vasten toon, »hij droeg zijn gouden horloge met de kostbare ketting bij zich, maar die is ook op het lijk gevonden, evenals de revolver, waarvan het hecht van zilver was. Toen wij het lijk ontdekten, dachten wij eerst wel dat de beurs was gestolen, maar deze vond ik later in zijn kamer terug." »Het is dus hier geen moord uit diefstal, ver \laarde Materne, »dan moeten we aan wraak denken Kent u ook iemand, met wien uw broeder op voet van vijandschap stond?" »Neen!" antwoordde de getuige, »ik weet ten- minste niet, dat iemand hem zoo haatte om zulk een misdaad te kunnen begaan. »Dan moet ik u omtrent een ander punt ophel dering vragen," hervatte Materne. Hebt ge eenig vermoeden wat uw broeder in dat late uur nog in zijn tuin deed gaan?" »Ik weet het toevallig," luidde het antwoord: »Hij stond op de wacht." Op dit oogenblik hield ik den adem in van angst. Nu zou Brauner's naam genoemd worden, nog één vraag en de beslissing volgde. »Op de wacht?" herhaalde Materne verbaasd. »Wien wachtte hij dan op?" »Mijn broeder had zich in het laatste jaar op de duiventeelt toegelegd," luidde het antwoord. »Met waren hartstocht dreef hij deze liefhebberij. Nu waren in den laatsten tijd eenige van zijn beste duiven weggeraakt, zonder dat hij wist of een roof- dier ze had gekaapt of dat een dief ze had gestolen. Gisterennacht ging hij er op uit om, zooals hij mij zeide, de zaak nu tôt op den grond toe te onderzoeken." Ik haalde verlicht adem bij deze verklaring Juffrouw Klose scheen dus niet te vermoeden, dat er tusschen Hans en haar broeder een ontmoeting had plaats gehad. Ik gevoelde dat mij het bloed weer sneller door de aderen vloeide er was nog een zweem van hoop! »Er was dien avond voor mijn broeder," zoo ging de getuige voort, »eigenlijk nog een bijzondere reden om op de wacht te staan. Ook al grieft het mij dit te moeten meedeelen, toch weet ik dat ik u ailes moet zeggen. U moet weten, dat mijn nichlje, tegen den wil van mijn overleden broeder, die tevens haar oom en voogd was, en intieme betrekking had aangelcnoopt met een schilder, een badgast uit het dorp, of beter gezegd, dat die heer mijn nichtje met zijn huldigingen lastig viel. Eergisteren avond nu kwam mijn dienstmeisje mij zeggen, dat zij een heer over dén tuinmuur had zien klimmen, die daarna een samenkomst met mijn nicht op de véranda had. Mijn gedienstige was over het binnendringen van dien heer zooontsteld, dat zij mij het terstond meedeelde. Ik vertelde het dadelijk aan mijn broeder, die zeide dat hij het jonge mensch wel zou afleeren, zoo laat op den avond nog een bezoek te brengen. Hij nam zijn revolver, die echter niet geladen was en ging de voordeur uit naar dezelfde plek bij den muur, waar de indringer was overgeklommen. Hij wilde hem opwachten en hem eens duchtig de les lezen. Mij verzocht hij naar de véranda te gaan en daardoor den ongenooden gast op de vlucht te jagen. Ik gaf gehoor aan zijn wensch. Zoodrahet jonge mensch mij zag, vluchtte hij. Bij den muur gekomen, trad mijn broeder hem in den weg Ik kon het bijna niet langer uithouden ik wist immers te goed, wat volgen zou! »Die jonge man," zoo ging de spreekster voort, »bracht mijn broeder toen in zijn schrik met een zwaar voorwerp een slag op het hoofd toe, dat hem zeker ernstig gekwetst zou hebben, indien zijn hoed den slag niet had opgevangen. Toch was de schok zoo hevig, dat mijn broeder op den grond viel; voordat hij weer op kon staan was de vogel gevlogen. Mijn broer kwam zeer ontstemd terug en vertelde mij hoe zijn plan, den indringer tôt rekenschap te roepen, totaal mislukt was. Hij begaf zich naar zijn kamer, maar kon uit ergernis geen rust vinden, zoodat hij een uur later bij mij kwam en zeide dat hij er nog weer op uitgmg om den duivendief te vangen. Hij had zich nu beter voorzien dan straks en zijn revolver geladen. Het zal omstreeks één uur geweest zijn, toen hij weg- ging; ik sliep weldra in en werd eerst tegen den morgen gewekt door de vreeselijke tijding, dat mijn broeder vermoord was." De overgang van diepe ellende tôt groote vreugde was voor mij bijna te overweldigend, toen ik uit die eenvoudige verklaring der voor mij onzichtbare getuige vernam, dat mijn vriend onschuldig was. In het eerste oogenblik kon ik het niet begrijpen; werktuigelijk luisterde ik verder en hoorde hoe zij vertelde tôt in de kleinste bijzonderheden, dat op Hans niet de geringste schuld rustte. Zijn slag had den heer Klose zelfs niet bedwelmd een andere onbekende moordenaar moest het zijn met wien hij laat in den nacht op zoon noodlottige wijze in aanraking was geweest. Zoodra het verhoor was afgeloopen en juffrouw Klose de kamer verliet, stormde ik als een bezetene van achter het scherm te voorschijn. (Wordt vervolgd.) VOL KSBUI) OOST-GOORECHT RN 0HSTR1EEN VAN Van NIEITWE SCH ANS naar HARLINGEN. T trur»crrcr UVIVUKI Vtrtr. Aank Vertr. Aank. De N.-Schan» Winsohoten Scneemds Znidbroek Hoogeiand Kropswolde Groningen Leeuwarden Harlingen met *6,52 6,9 6.21 6,34 6,48 6,55 7,9 7,16 8,48 9,19 *7,27 7,47 7,59 8,11 8,25 8,82 8,46 9,85 11,84 12,10 11,15 *2,28 11,80 2,40 11,48 11,58 12,2 12,8 12,21 1,25 2,58 8,29 2,52 8,8 8,14 3,20 8,82 4,44 6,7 6,46 5,10 8,23 5,24 8,88 5,31 8,46 5,41 8,57 5,48 9,6 9,11 6,6 9,23 6,12 9,29 7,57 10,54 8,88 11,80 ue moi, OCM gemerkte treinen stoppen aan don Borger- eompagnieaterweg (wachtp. 87), tôt het opnemenvan reizigera. Bovendien mogen aldaar die treinen verlaten reizigera, voor- zien van plaatabewijzen naar Hoogezand-Sappemeer. Van HARLINGEN naar NIEUWE SCHANS. 6,22 7,58 12,50 7,8 11,6 1,86 8,21 12,24 2,48 8,46 *12,88 2,58 9,— 12,52 3,7 9,6 12,58 3,13 9.15 1,9 3,22 9,30 1,24 3,37 9,38 1,82 8,45 9,52 1,48 3,59 Vertr. Harlingen Leenwarden Aank. Groningen Vertr. *6.00 Kropawolde 6,14 6,20 6,81 6,16 6.53 7,9 2,51 5,26 4,46 7,52 6,4 9,10 *6,12 10,41 6,26 10,55 6,82 11,1 6,43 11,10 6,59 11,25 7,7 11,88 7,28 11,46 Hoogezand Znidbroek Sobeemda Winaohoten Aank. N.-Seban« De met een gemerkte treinen stoppen aan den Borger- compagniesterweg (wachtp. 87) tôt het uitlaten van reizigera. Bovendien hebben aldaar tôt die treinen toegang reizigera, voorzien van terngreisgedeelten van retourbiljetten naar Hoo gezand-Sappemeer. Sneldienst van Groningen 7,80 naar Amsterdam, Van GRONINGEN naar MEPPEL—'s BOSCH. Vertr. Groningen 6, Harea 6,9 De Pnnt 6,17 Vriea-Znidl. 6,26 Asaen 6,40 7,55 8,42 7,80 Zwolle Aank. Zntfan Arnbem 'a Bosch 7,58 9,53 8,52 11,88 9,38 12,42 1,42 9,8 12,80 9,12 9,20 12,48 9,29 1.4 2,15 3,7 4,17 5,9 8,88 8,47 8,55 4,4 4,22 5,43 6,35 7,35 8,19 9,80 10,41 10,16 11,27 1,10 4,17 6,58 10,4 Van GRONINGEN naar DELEZIJL. Vertr. Groningen 7,85 11,52 1,81 4,58 Lopperanm 8,40 1,2,36 5,58 Appingedam 9,1,19 2,56 6,18 Aank. Delfzijl 9,10 1,29 8,6 6,28 welke des avonda te 10,36 aldaar retonrneert. 6,15 8,- 8.» 8,17 8,26 6,41 8,44 7.87 10,8 8.88 10,48 9,47 10,80 7,52 10,40 8,56 11,44 9,18 12,5 9,29 12,14 5,82 7,6 7,46 8,45 9,21 Van 'a BOSCH naar MEPPEL—GRONINGEN. Vertr. 's Bosch 7,5 10,6 12,52 8,20 Arnbem 6,9,11,40 2,50 5,11 Zntfen 7,8 9,40 12,80 8,87 6,— Zwolle 5,20 8,42 10,86 1,51 5,8 7,22 Meppel 6,10 9,80 11,11 2,86 5,48 8,18 Asaen 7.27 10,45 12,— 8,51 7,7 9,29 10,11 Vriea-Znidl. 7,45 10,69 4,5 7,21 9,48 De Pnnt 7,54 11,8 4,14 7,80 9,52 Haren 8,2 11,16 4,22 7,88 10,— Aank. Groningen 8,10 11,25 12,26 4,80 7,46 10,8 10,86 Van DELFZIJL naar GRONINGEN. Vertr. Delfzijl 5,40 6,45 10,80 1,7 4,12 8,16 Appingedam 5,51 6,58 10,43 1,18 4,24 8,27 Lopperanm 6,15 7,26 11,11 1,42 4,48 8.51 Aank. Groningen 7,18 8,81 12,18 2,40 5,48 9,48

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1892 | | pagina 1