RIJKSGRAVIN GISEIJ," n 22e Jaarf?ang. Ho. 01. ZONDAG 13 November 1892, 22e Jaargang. Op Zff Aan onze geachte Abonnés! S- VAN B0EGE8ÏTFS ZOO», SAPPEMEER. Inzending van Advertentiën en Ingezonden Stukken des Dinsdags- en Trij&agsavondg vôér ses uur bij de ITitgevers. Bij deze courant behoort een bijvoegsel. Vijftig Centen Tolstoï als onderwijzer. BÏÏITEMLAND. FEUILLETON. Voor de Gemeenten HOOGEZANDgAFPEMEEBSLOCHTEREH W09BDBB0EK, ZTTIDBBOEK, ÏÏUIDLASEM, HAREM eux. Dit BLAD verschijnt iederen ZONDAG en WOENSDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden 35 centi, franco per post 45 cents. Enkele nommera 5 cents. U 1 T G A V E PRUS der ADVERTENTIËNVan 1—5 regels 35 cents, i«dere regel meer 10 cents. Groote letters worden naar plaats» ruimta berekend. Abonnement lager. Dezelfde advertentie, in eem voor 3-maal piaatsing bestsldis de dards plaatsing gratis. DIENSTREGELING OP DE ST AATS-SPOORWEGEN. AANGEVANGEN DEN 1 OCTOBER 1892 (TIJD VAN GREENWIGH.) WEEEKiLENDE R. Zondag 13 November. Maandag 14. Dins- dag 15. Woensdag 16. Donderdag 17. Vrijdag 18. Zaterdag 19. Zonsopgang, Zaterdag 19 Nov. te 7,30, onder te 4 uur. Nieuwe maan, Zaterdag 19 Nov. Met het begin van de maand November stellen wij de gelegen- heid open voor de geabonneerden op ons blad om voor den geringen prijs van in eigendom te krijgen MARIilTT'S beroem- den Roman II In dit werk wordt op boeiende wijze de strijd beschreven tu-schen geboortetrots en arbeid, een onderwerp dat in onze dagen «de brandende kwestie" mag worden genoemd en dus voorzeker aanspraak kan maken op iedeis belangstelling. Voor het overige leze men acUterstaande advertentie. DE UITGEVERS. Het Noorden en het Oosten van Europa behoorden tôt aan onzen tijd in de letterkundige wereld vrijwel tôt de onbekende landen. Dit is in de laatste jaren anders geworden. De namen van de Russische schrijvers graaf Léo Tolstoï en Dostojewski en van de Noorsche Bjôrson en Ibsen zijn niet minder internationaal dan die van ZolaBodenstedt of andere grootheden dezer eeuw. De dichter-wijsgeer Tolstoï wordt in aile beschaafde landen gelezen en trekt niet alleen de aandacht door zijne groote gaven als denker en schrijver, maar ook door de tegen de conventie aandruischende denkbeelden, die hij predikt. Hij treedt op als een apostel, die het bestaande geheel en al wil omkeeren en komt tôt ideeën, door het kalme nadenken als onpractisch veroordeeld. In zijne novelle De Kreutzer-sonate komt hij tôt de Boeddhistische slotsom, dat het hoogste geluk van den mensch in zijne vernietiging bestaat. Een onzer letterkundigendr. Jan ten Brink, zegt hiervan Het mystisch-evangelisch pessimisme van Tolstoï zeilt hier met voile vaart naar de Gharibdys der krankzinnigheid. Hij noemt het een mislukt pleidooi voor eene wijsbegeertedie haar oorsprong vindt in de kranke hersenen van den auteur. Wij halen dit aan om te doen uitkomen, dat men niet voetstools behoeft aan te nemenwat door een Tolstoï wordt gemoraliseerd en willen, na hem als onderwijzer geschefst fe hebben, aan den lezer de vraag overlaten, of hij in de school moet nagevolgd worden. Graaf Tolstoï spreekt den banvloek uit over onze lagere seholenover kostscholenover universiteiten over aile opvoedingsgestichtenwaar volgens hem de vrije ontwikkeling van den mensch door willekeur van onderwijzers aan banden wordt gelegd. Hij maakt niet eenige op- of aanmerkingenwijst niet op deze of gene verbetering in de tegenwoordige richtinggevonden na veel nadenken en tal van proefnemingenhij breekt ailes af met eene soort van barbaarsche ruwheid. Rousseau is in verge- lijking met dezen Russischen pedagoog een gema- tigd man, een schroomvallig schrijver. «Als Tolstoï de handelwijzen van den gewonen opvoeder kriti- seert, maakt hij op den lezer den indruk van een dronken houthakker, die in een wel aangelegd en goed onderhouden park doorgedrongendaar ailes vernielt en omhakt, wat voor zijn bijl komt, die niet tevreden is, dan nadat hij het werk der ver- nieling geheel voltooid heeftom aan nieuwe scheuten en loten voortaan gelegenheid te geven in voile vrijheid zich te ontwikkelen." Tolstoï beweertdat een opvoeder volstrekt geen recht heeft, om een kind te vormen en te leiden volgens een ontworpen plandat de tegenwoordige manier, die een méthode voorschrijftgeheel in strijd is met de menscnelijke natuur. Hij zegt, dat alleen de ondervinding de méthode zijn kan en dat het kind zich in volkomen vrijheid moet ont wikkelen. De opvoedingsleer van Tolstoï is een soort van pedagogisch nihilismezegt Geluk in een artikel, waaruit wij hebben geput. Nemen wij eens een kijkje in de school van Tolstoï te Yasnaïa Poliana. 't Is voor schooltijd. De kinderen loopen en dravenravotten en schreeu- wen, dat hooren en zien vergaat. Daar treedt de meester binnen. Hij gaat naar de kast om eenige boeken te halenwaarbij hij door een paar jongens gevolgd wordt, die eerst genoeg hebben van het spel. Zij krijgen een boek en gaan zitten lezen. Verscheidene rumoermakers stoeien voort, totdat het voorbeeld der lezers hen aantrekt en de een na den ander, wanneer het hem goeddunkt, een plaats naar verkiezing uitzoekt en de lectuur ter hand neemt. Wanneer de meester aan het woord is, vallen de kinderen hem gedurig in de rede. Natuurlijk; want zij hebben volkomen vrijheid en evengoed als de meester mogen zij uiting aan hunne gedachten geven. Het onderwijs is hun geen dwang. Krijgen de leerlingen het in 't hoofdde school te verlaten, al is het midden in den schooltijd, zij worden niet tegengehouden. 't Gebeurt somsdat allen weggaan. Van orde en regelvan voorschrift en hevel, van overtreding en straf is geen sprake. Zooals de kinderen onbeperkte vrijheid hebben in de school, hebben de ouders ailes te zeggen omtrent de organisatie der seholen en wat daarbij behoort. Het volk kiest den onderwijzeren zet hem aan den dijk, als het niet meer van hem gediend wil zijn. Het richt de school in, waar en hoe het goedvindt in een ruim lokaalof in een schuur of waar dan ook. «Al onderwijst men in een kippenhok," zegt Tolstoï, »het doet er niet toe, als men het maar goed doet." En wie zal onderwijzer zijn? Dat doet er niet toe! Examens zijn in strijd met de menschelijke vrijheid en bestaan dus niet. Kweek- en normaalscholen zijn overtol- lige weelde. Voor het onderwijs, zooals hij het begrijpt, is ieder geschikt, of hij een ontwikkeld jongmensch of een ongeletterd oudgediende zij. Als hij maar kan lezen en schrijven en niets ver- dachts heeft, zal de vreemdeling voor zekere som per maand worden aangesteld. Welk een waarde hecht Tolstoï aan kennis 1 Wat heeft hij een respect voor de ontwikkeling van den opvoeder! Wat heeft men te maken, vraagt hij, met aardrijkskunde en geschiedenis Het leven zelf leert ons er genoeg van. Waartoe dient u toch de aardrijkskunde, die ge leert? De koetsier zal u wel brengen, waar ge wezen wilt. Zoo droomt de dichter-wijsgeer van eene school zonder orde, regel en gezag zoo droomt hij ook van eene maatschappij zonder rechters, gevange- nissen, légers, bijna zonder wetten Tolstoï hecht weinig aan het georganiseerde en gereglementeerde onderwijs veel verwacht hij van de lessen op de straat en in het kofïiehuis, in den schouwburg en door de lectuur van dagbladen en romans. De wijsheid van het boek is volgens hem een soort van Chineesche muur, die zich rondom de school verheft en het kind van het werkelijke leven afsluit. Hij bezocht vele seholen buiten zijn vaderland, doch vond er weinig goeds. Van de Franschen zegt hij, dat ze bekrompen lieden vor men, die veel met zich zelf ophebben. Over de onkunde, die hij gevonden heeft in de seholen van Zwitserland en Duitschland zou hij boekdeelen kunnen schrijven. De seholen in deze landen, in ons vaderland eveneens, die bij de wet zijn gere- geld, die gebonden zijn aan verordeningen en voor- schriften, waardoor én onderwijzers én kinderen van willekeur en bandeloosheid worden terugge- houden, ja zelfs bij de meeste het leeren verplich- tend wordt gesteld, ze zijn met het ideaal van Tolstoï volkomen in strijd. Waren aile menschen volmaakt, vele fantasieën van den Russischen utopist konden rijpen tôt daad- zaken. De gevangenissen konden worden afge- broken, de légers afgeschaft, de wetboeken opge- borgen, de rechters ontslagen. Waren de kinderen toonbeelden van deugd en goede zeden en werden ze door Tolstoï geleid, de school kon een opvoe- dingsgesticht zijn zonder voorschrift en bevel, zonder vermaning en straf. Maar nu? Het kind toont zooveel verkeerde neigingen, komt zoo menigmaal onder ongunsfige invloeden, dat de keuze tusschen zijne vrye ont wikkeling en zijne ontwikkeling, geleid door onder wijs, regeering en tucht, niet moeilijk kan zijn. Hrn. H. B. Het Engelsche weekblad Lloyd's News heeft zich met den Aartsbisschop van Canterbury verstaan over het opnemen van een korte preek in ieder nummer van dat blad. De eerste van die preeken wordt geschreven door den Aartsbisschop zelven en een groot aantal Bisschoppen hebben hunne medewerking beloofd. Een Mensa Academica (academietafel) wordt den 18 Nov. a.s. geopend door den senaat der universiteit te Weenen. Die inrichting heeft ten doel, min- vermogende studenten goed voedsel te verschaffen tegen zeer geringen prijs. De eetzaal kan 110 personen te gelijk bevatten. De eenige drank, die er geschonken wordt, is water, en het rooken is er streng verboden. Zoo kan men er zeker van zijn, dat er niet veel eters lang blijven nazitten. De Russische boeren worden, gelijk bekend is, door woekeraars uitgezogen. De plattelandsbevol- king betaalt, zoo heeft men berekend, jaarlijks 200 millioen roebel interest aan de kiolaks (geld- schieters), dat is ongeveer zooveel als de rente der nationale schuld. Maar nu, zoo meldt de Peters- burgsche berichtgever van The Standard, zijn de boeren zoo geheel uitgeput en geruïneerd, dat zelfs de kiolaks niet meer willen leenen. Er is nu door de Regeering een commissie be- last met een onderzoek betretïende den woeker en de maatregelen om dien tegen te gaan. Een portier werd dezer dagen te Londen ver- volgd wegens het verkoopen van tabak, zonder daartoe vooraf te zijn gemachtigd. De man had weggeworpen eindjes sigaar ingezameld en die voor één shilling per Eng. pond verkocht. Bij deze gelegenheid bleek, dat deze vrij onsma- kelijke waar in het Oosten van Londen, waar zich tal van sigarenfabrieken bevinden, gebruikt wordt om sigaren te vullen en dat er met een paar bui- tenbladen weder «geurige" sigaren van gemaakt worden. Maar door een en ander maken de ver- koopers van de eindjes sigaar en van de daar van vervaardigde sigaren zich schuldig aan overtreding van de wetten op den invoer van tabak, die im- mer streng gestraft worden. De man in quaestie, die zich blootgesteld had aan eene boete van 100 of subsidiair 3 maan- den gevangenisstraf, gaf gereedelijk toe, dat hij reeds geruirnen tijd eindjes sigaar verkocht had en wist blijkbaar niet, dat hij daarmede iets kwaads deed. 'De magistraat stelde zijne beslissing tôt la- ter uit. Naar Engelsche bladen melden is deze week te Londen voor 100,000 werklieden in het bouwvak een werkdag van acht uren ingevoerd met een kleine loonsverhooging. Historische Schets 3) Het laatste wat hij zich herinnerde was, dat een der zeeroovers, dezelfde die hem met de dolk ge- wond en wien hij daarop had neergeveldstervend naar hem toe kroop, zijn hand greep en ze kuste. Ongetwijteld had in het laatste oogenblik van zijn leven het berouw zich meester gemaakt van den misdadiger. Stuurman Brandt was nu van zijn vijanden be- "vrijd. Maar hoe zag het er op het dek uit Hui- -veringwekkend bescheen het maanlicht de bloedige lijken. Brandt zag op zijn chronometer het was aeven uur. Geen vijand hadden ze meer te vreezen, maar loch bevonden de gebroeders zich in een uiterst gevaarlijken toestand. Totaal uitgeput, daarbij emstig gewond, waren zij geheel verlaten op de onmetelijke zee. Allengs kreeg de kapitein zijn bewustzijn terug en kon hij zijn broeder althans met zijn raad bijstaan. Bestond er kans de «Favorite" te bereiken en hun manschappen weer op te nemen? Waarheen had wind en golven het bijna zinkende schip doen afdrijven? De jongste der broeders liet een lantaarn aan den mast vastmaken en het blauwe sein in de kajuit schijnen. Door zijn verrekijker meende hij na uren wachtens, eindelijk de «Favorite" te on- derscheiden. Hij gaat naar het roer, stuurt in de vermeende richting, en na een onbeschrijfelijke inspanning gelukt het hem binnen gehoor der «Favorite" te komen. In plaats echter dat de nadering der «Elfriede" vreugde wekt bij de bemanning van het verloren schip, maakt zich een hevige schrik van hen meester, daar zij meenen nu ook in handen der zeeroovers te vallen. Stuurman Brandt roept hun echter toe dat er niets te vreezen is en hij zich alleen met zijn broeder bevindt. Toch zijn ze hierdoor nog niet gerustgesteld. Wel herkennen zij de stem van hun stuurman, maar zij vreezen, dat de zeeroovers Brandt gedwongen hebben hen op deze wijze in den val te lokken. Daarom ver- langen ze de stem van hun kapitein zelf te hooren. Met uiterste krachtsinspanning geeft de gewonde held aan dezen wensch gehoor. Daarop bestegen zij de boot en roeiden naar de «Elfriede". Nu was de vreugde groot over aller redding en tei wijl zij de legerstede van den dapperen kapitein ora- ringden, werd menig oog vochtig, toen zij den strijd in al zijn vreeselijke bijzonderheden vernamen. En nu aan den arbeid! Het dek moest gezui- verd, het slagveld opgeruimd worden. Twee der kapers waren dood; hun gewerd een grat in de golven. Daarop herinnerden zich de broeders dat een der vijanden naar de roef was gevlucht en nu geheel door hen vergeten werd. Naar beneden snellend, vinden zij den zeeroover niet alleen in leven, maar nog zoo krachtig, dat hij tegenstand biedt. Dit is zijn ongeluk, want nu maken de matrozen zich terstond van hem meester en wer- pen hem zonder genade over boord. Een vierde gat eveneens nog teekenen van leven, maar stierf tegen den middag, ook zijn lijk werd in zee gelaten. Een vijfde leefde nog twee voile dagen, toen hij eveneens stierf aan zijn wonden en zijn makkers volgde in het onmetelijke graf. De eenige overle- venden, de twee geboeide schurken, werden in strenge bewaking gehouden, tôt het schip in Gothenburg binnenliep, waar ze als gevangenen werden uitgeleverd. Toen ailes op de «Elfriede" weer tôt kalmte was gekomen, zochten de gebroeders Brandt de oplossing van het raadsel, op welke wijze de zeeroovers op een Engelsche brik waren gekomen. De eenige, die hieromtrent inlichting kon geven, was de twaalfjarige knaap, die kapitein Brandt met de zee roovers van de «Favorite" had gered. Te midden van den vreeselijken strijd had niemand aandacht aan het kind geschonken; nu echter bleek zijn verklaring van het grootste gewicht. Zooals hij zeide, was het inderdaad waar, dat kapitein Tell de scheepspapieren bevestigden het over de En gelsche brik bevel voerde. De «Favorite" was met tarwe bevracht, met bestemming naar Kôningsberg Bij de Doggersbank echter werd ze door een Fran schen kaper, die op bedriegelijke wijze de Engel sche vlag voerde, aangevallen en genomen. Kapitein Tell en een deel der Engelsche matrozen werden op het Fransche kaperschip overgebracht. Van de zeeroovers echter begaven zich een zevental op de brik en zeilden vooruit. Een hevige storm scheidde de schepen en bracht de «Favorite" in gevaar. Zoodra de roovers de «Elfriede" hadden ontdekt, waren zij terstond besloten zich van het Duitsche zeilschip meester te maken. De kleine knaap was een zoon van kapitein Tell Hij bevond zich op het Engelsche schip, toen het huit werd gemaakt. Hij had ailes aangehoord wat de zeeroovers tegen hun redders in '1 schild voer- den, maar was met den dood bedreigd, indien hij hen door een enkel woord verried. Hij was hij het gevecht ook nog gewond en kon bijna niet tôt zich zelf komen na de vreeselijke dagen van doods- angst, die hij had doorgebracht. In Gothenburg wachtten de gebroeders hun herstel zoowel als dat van den kleinen jongen af, en zeilden daarop met hem naar Swinemunde. Van hier namen ze het kind mede naar Memel, waar hij in het huis van den reeder liefderijk werd ver- pleegd. Het heldhaftig gedrag van de gebroeders Brandt was weldra algemeen bekend en kwam zelfs de hoogste overheid ter oore. Zij genoten de bewon- dering van hun medeburgers. ja, zij ontvingen een eerbewijs van hun koning. Frederik Wilhelm III verleende aan de gebroeders Brandt het iizeren kruis. De dappere helden rusten reeds lang in het koele grat, maar hun moedige daad leeft nog voort in de herinnering. EINDE. 1/1 l\AM IflQO. Il I h S Bit II OOST-GOORECHT EN VAN Van NIEUWE SCHANS naar HARLINGEN. Van HARLINGEN naar NIETTWE SCHANS. Van GRONINGEN naar MEPPEL—'s BOSCH. Vertr. N. Schsna *5,52 *7,27 11,15 *2,28 5,10 8,28 Winschoten 6,9 6.21 7,47 11,30 2,40 5,24 8,38 Sc'aeemii» 7,59 11,43 2,52 5,81 8,46 Zuidbroek 6,84 8,11 11,58 3,8 5,41 8,57 Hoogezand 6,48 8,25 12,2 3,14 5,48 9,6 Kropswolde 6,55 8,82 12,8 8,20 9,11 Aank. Groningen 7,9 8,46 12,21 8,82 6,6 6,12 9,28 Vertr. 7?6 9,35 1,25 4,44 9,29 Leenwarden 8,48 11,84 2,58 6,7 7,57 10,54 Aank. Harlingen 9,19 12,10 8,29 6,46 8,88 11,80 De met een gemerkte treinen stoppen aan den Borger- eompagniesterweg (wachtp. 87)tôt het opnemen van reizigera. Bovendien mogen aldaar die treinen verlaten reizigera, voor- zien van plaatabewijzen naar Hoogezand-Sappemeer. Vertr. Harlingen Leeuwarden Aank. Groningen Vertr. *6.00 Kropswolde 6,14 Hoogezand 6.20 Znidbroek 6,31 Sekeerada 6,16 Wm«ehot;n 6.53 Aank. N.-Sekana 7,9 6,22 7,58 12,50 2,51 5,26 7,8 11,8 1,36 4,46 7,52 8,21 12,24 2,48 6,4 9,10 8,46 *12,88 2,58 *6,12 10,41 9,— 12,52 3,7 6,26 10,5» 9,6 12,58 3,13 6,32 11,1 9.15 1,9 3,22 6,43 11,10 9,30 1,24 8,87 6,59 11,25 9,38 1,32 8,45 7,7 11,88 9,52 1,48 8,59 7,28 11,46 De met een gemerkte treinen atoppen aan den Borger- compagniesterweg (wachtp. 87) tôt het uitlaten van reizigera. Bovendien hebben aldaar tôt die treinen toegang reizigera, voorzien van terngreiagedeelten van retourbiljetten naar Hoo gezand-Sappemeer. Sneldienst van Groningen 7,30 naar Amaterdam, Vertr. Groningen 6, Harea 6,9 De Punt 6,17 Vriea-Znidl. 6,26 Aaaen 6,40 Meppel 7,55 Zwolle 8,42 Aank. Zntfen Arnhem 'a Bosch 7,80 9,8 12,80 0 19 9^20 12*48 9,29 8,88 6,15 3,47 8,55 4,4 4.22 5,43 6,35 7,35 6,41 1,4 2,15 8,7 4,17 5,9 8,19 10,80 6,58 10,4 7,37 10,8 8.88 10,48 9,47 7,58 9,58 8,52 11,88 9,88 12,42 9,80 10,41 1,42 10,16 11,27 2,80 1,10 4,17 Van GRONINGEN naar DELFZIJL. Vertr. Groningen 7,85 11,52 1,31 4,58 7,52 10,40 Lopperanm 8,40 1,2,36 5,58 8,56 11,44 Appingedam 9,1,19 2,56 6,18 9,18 12,5 Aank. Delfzijl 9,10 1,29 8,6 6,28 9,29 12,14 welke dea avonda te 10,86 aldaar retoumeert. Van BOSCH naar MEPPELGRONINGEN, 8,Vertr. 'aBoacb 7,5 10,6 8,9 Arnhem 6,9,11,40 8,17 Zntfen 7,8 9,40 12,30 S,26 Zwolle 5,20 8,42 10,85 1,51 8,44 Meppel 6,10 9,30 11,11 2,36 Aaaen 7.27 10,45 12, Vriea-Znidl. 7,45 10,59 De Punt 7,54 11,8 Haren 8,2 11,16 Aank. Groningen 8,10 11,25 Van DELFZIJL Vertr. Delfzijl 5,40 Appingedam 5,51 Lopperanm 6,15 Aank. Groningen 7,18 12,26 12,52 2,50 8.87 5,8 5,48 7,7 7,21 7,80 7.88 7,46 8,51 4,5 4,14 4,22 4,80 naar GRONINGEN. 6,45 10,80 1,7 6,58 10,48 1,18 7,26 11,11 1,42 8,81 12,18 2,40 8,20 5,11 7,22 8,18 5,88 7,6 7,46 8,45 9,21 9,29 10,11 9,48 9,52 10,- 10,8 10,86 4,12 8,16 4,24 8,27 4,48 8.51 5,48 9,48 DOOR EHIL KONIG.

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1892 | | pagina 1