(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1921 | 15 januari 1921 | pagina 1

DWAALLICHTEN

51e «Jaargang

ZÀTERDAG 15 JANUABI 1921

No. 4

■s-<■■■•

Eïukker-Uitjzever T. 0.jtâ£J3&

FEUILLE T O N.

wëbS s BïBBflœaBaKa SfBB wœwwBif a as ne-la ia a a

wordt gelezen te H0Q6EZAHD, Klsl-Wlndeweer, KropswoWe, titosterbroek, Foxhol, SAPPEMEER, SLOCHTEFO, SlddeburenHeUma, SciiRdwoida, K#?ba«i Soharsisr,

Has-kgtssSe, Lagelaad, Ovareehlld, TESS BOER, ROORDDiiK, NQOR0BREFJCZUIDBROEK, WMTEMBAM, ZUjDlARER, HQORBLAREH., HAREM enx

Voor het plaatscn van Adverteniiën feetreffende Handel en Ntfverheid is voor de stad Groningen alleen gerechtlgd het algemeen Advertoistie&îireau van H. WESTENBORG, Mimnekeholra 8,
Gronlisgen, Te!. 77S.

niet.

Dit BLAD versehrjnt iadarer, WQENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSP&IJS par drie mssadeu 60 cant bij voor-
uitbet&ljng. Franco par post 75 cent.

v.h. BORGESIUS ZQGN.
SiPPEKEEB. Tel. 418.

ADVEBTENTIËN va» î-8 régals 50 cent, ieder regel
meer 10 cent.

Insending van advertonties Dinadagsmiddags en Vrgdags-
middags voor 12 uur.

EBRSM Tj A

WEEKKALENDElt.

Zondog 16 Januari. Maandag 17.
Dinsdag 18. Woensdog 19. Don-
derdag 20. Vrijd&g 21. Zaterdag 22.
Eerate kw&rtier Maandsg 17 Januari.

Gemeenteraad te Zuidbreek.

Vtrgadtring van Dinsdag 11 Jannari, des
avonds 7 uur.

De raad ia voltallig, Een 8-tal heeren
woont de vorgadering b(j.

De notulen der beide voorgaande ver-
gaderingen worden goedgekeurd.

Het aeareteriaat wordt wederom waar-
genomen door den heer Jt>. Msihuizen
Fz., l.-s.

Aan de orde:

1. Ingekomen stukken.

a. Enkele verzoekeu ont, afschr. van
hoofd. omslag wegons vertrek.

b. Een d»nkbetuïging van dr. de Groot
voor de toegekende aslarisverhooging.

Deze stukken worden voor kennisgoving
sangenomon.

e. Yerzoek van de Muatacb, van L»nd-
bouw, cm bij onderwgsernsvacaturse te
letten op het zoo mogeiijk aansteilen van
een bezitter land- en tuinbouwaete.
Ey voorkomen sal hierop worden galet.

2. Wgziging begrootiug 1921. God.
Staten hebben een vergissing ontdekt.
B. en W. atellen voor dit te doen.

De heer Mulder wgat er op dat deatgds
is besloten ook de tweede ambtenaar Jan
Jager te verhoogen. Doze heeft nu f 200.
Spr. wil Jan op f 500 brengen.

De voorz. zegt dat B en W. daar later
niee wilden komen. Jan verricht heel
goed werk.

De heer Knottnorus vra&gt of het vaat
staat dat de tijdelgke ambtenaar Meerhols
weggaat.

De voorz. antwoordt dat Meerholz in
Febr. cf Maart weggaat. Aan het eind
der vergadering kan op de kwestie worden
teruggekomen

3. Wgziging Régi. Burg. Armbestuur.
Ged. Staten hebben een paar redactioneela
beswaren. Het ia geen gewichtige kwestie
en dua wordt er met groote belangatelling
naar gel'tiformeerd.

De heer Knottnerua voelt wederom dat
het mia ia, dat de leden geen toelichting
cp de agenda krygen.

De voorz. zegt, dat de zaak zoo duidelgk
ia ala koek. Wat valt daar bg toe te
liahten? Aïs spr. ten derde sna&l het
verschil der redaetie van het huidige règle
ment met de door G«d. Staten gema&kte
wgzigingen heeft vergeleken en gezegd
heeft dat er eigonlgk geen verschil in zit,
beruat de heer Knottnerua met een: Nouja!

De heer Mulder troost dat Ged. Staten
de wgziging nn eenmaal wiilen. Er ia
niets tegen.

De wgziging wordt bewerkstelligt.
Nadat nog 8 bezcikera zijn neerge-

6e zl)t bleln a mesicli maar -
ge «Ut besteiad em groot te
vrarden.

streken komt aan de orde:

4. Adrea landarbeiderabond.

In het adres wordt govraagd productiof
werk voor verzekorde werkaloozen, bg
voorkeur voor georgamaeerden.

De roorz. doelt mede dat zooveel mo
geiijk productief werk wordt vorachaft.
Miiàr voor de rest wil spr. toch Iiever
eerder de niet-veraeksrden.

Spr. weet dat de tranaportarbeidera
3.10 per dag uitkeering krggen. Die
kunnen toch niet in de eerate plaats
worden geholpen.

De heer Suzenaar zegt dat de land-
arbeidera 1.60 per dag hebben. Voor
dezulken wordt het gevraagd.

De heer Mulder leeat het adres zoo,
dat men de ongoorganiseerden wil prik-
kelen tôt de org&nisatie ton te treden.

De voorz. voelt er voor da arbeiders
die met f 1.60 niet kunnen komen, bijslag
te gev»n.

Besloten wordt op het adres bg voor-
koming te letten.

5. Sxlzris correap. arbeidabsmiddeSing.
De heer L. Doddema heeft als zoodanig
125, dock klaasgt in een adres dat hg
daar niet voor kan werken.

De voorz. zegt dat het adres niet par
lementai? gesteld is. Hij zet den Raad
het inea op de keel en dreigt met heen-
gaan. Nochtana voelon B. en W.
gezien het vela werk dat Doddema in
den drukken tgd heeft geprestesrd
er voor f 300 te geven per 1 Jan. 1921.

De heer Knottnerua wil het reeds 1
Dec. 1920 l&ten ingaan, maar de voorz.
wil dat lid dit uit het hoofd praten.

Ds heer Tuin zegt dat Doddema aan-
vankelgk met f 125 wiide beginnen.

De voorz. zegt dat Doddema 300 weî
naar geuoegen ts.

De heer Knottnerua wil 325 geven.
De voorz. zegt dat de landbouwera niet
meeheîpau. Enkele nndere werkgevera
wel. Daaro:n heeft Doddema het nu
minier druk. Werken de patroons meer
inee dan ia het geld goed beateed, doch
werken deze niet mee, dan ia elke cent
er aan beateed te veel. AI doet Doddema
het werk ook nog 200 goed en mooi, ala
de gemeente er geen baat van heeft, dan
aorteert het geen effect.

De heer Knottnerua heeft toch wel
reeda baat gezien.

De voorz. erkent dit.
Het vooratel-Knottnerua wordt met op
1 na algemeene stecamen varworpen.
Het voor3tel B. en W. wordt met alge
meene stemmen aangenomen.

6. Benoeming lid Burg. Armbeatuur.
Periodiek treedt Mcj. SuzenaarRsitsma
af. De voorz. zogt dat de aftredende met
balangeloozo g ver en accuratesao haar
fuactie heeft waargenomen.

B. en W. bevelon krachtens het Rè
glement van het B. A. nevena haar
aan Mevr. Roelfsema.

De heer Tuin zegt minderhaid ia het
collège te zgn en heeft 'n snder candidate
n.l. Mej. Pot—ten Barge.

De heer Suzenaar wil alvorens ge-
stemd wordt de vraag in het opanhaar
onder oogen zien wat er waar ia van al
de katerpraatjeB welke er van zijn vrouw
door het derp gaan. O.m. wordt beweerd
dat door haar voor f 300 goederen voor
het armhuis Soudan zçn gekocht in het
manufacturenschip dat te Veendam lag.

De heer Knottnerus (tevens voorz, B. A.)
verzekert dat er niets van w&ar is en
dat Mej. Suzenaar tôt voile tevredonheid
haar werk verrieht.

De voorz.: la het wenschelgk dat deze
kwestiea in het openbaar worden be-
sproken Heeft de Raad er nioia op
tegen

Do Raad zwijgt en wie zwggt keurt
goed.

De heer Knottnerus herhaalt yan die
inkoopen op dat aahip te Veendam ia
nika waar. Er ia ook over tndere onbe-
langrgke dingen geaproken. maar ook
daar ia niks van aan. Zelfs wil «pr. wel
dat het B. A. een sehriftelgk rapport
uitbrengt ever allerlei g&ksa wazrover
men liefet wil. M&ar er mag ook wel
ovor geaproken worden. Ik ben wel
eapabel or op in te gaan en er over te
oordeelen.

Da heer Tuin kaurt af wat onder de
vorige snmenstellîng B. A. met die
waachmachinc i* gebeurd.

Da voors. Daar is ook niets van aan.
De heer Tuin Dan hebt u my voor-
gelogen. Ik heb niet begrepen waarom
Mej. Suzenaar een waaehmaehine moet
leveran, ala se d'r niets aan kan verdienen.

Koor van drio leden Nee, zoo ia het
niet.

De voorz. Toon ik eerst met u sprak
wist ik van de zaak niet af. Maar ik
heb eou ondersoek iugeateld en heb den
vroegeren voorzitter, den heer Tammene
bg mg laten komen. En die heeft me
verteïd hoe de voik in de steel zat. Mej-
Suzenaar heeft nadat deze lang te voren
een andere waschmaehine beoteld had,
welke niet gearriveerd wss een waseh-
maehine, door haar m»n gekocht,gekregen.
Enkele dagen later kwam de vroeger
bestelde. Wat nu sal een mensch met
tweo waschmachinea doen Toen heeft
de agent de Vries gezegd ilr, laat hem
hier staan, kuut u hem verkoopen, dat
ia mg het liefst. Anders neem ik hem
terug. Toen heeft ee hem na overleg
met de andere leden B. A. aan het
werkhuis vsrkocht. De nota wil de Vries
zoo noodig nog wel ovsrleggen.

De heer Knottnerua Het was voor
mijn tijd. Dasrom heb ik Panman ge
vraagd hoe het tet en deze heeft me
dezelfdo vorkïaring gedaan, die de voorz.
nu geeft. Mej. Suzenaar ia geheel on-
achuldig.

De heer Schansema Al mocht het
niet, dan vînd ik het nog niet erg. 'i la
alleen da vraag of er winst gemaakt is.

De heer Tuin heeft het nu over den
aankoop vaa goederen, niet van nering-
doenden in Zuidbroek, doch eldera, wsar-

8.)

door GEORSE HORN.
(Nadruk verboden.)

Haar biikken gingen nu eens naar
Doria, dan weer na»r den président, eu
maar af en toe vloog een vurige blik
naar Rachting. Dan weer keek se stil
voor zich heen, opdat de anderen in haar
oogen niata vermoctton te lezen. Dat
waren dua atomme bewegingen van fau
teuil tôt fauteuil. Boris Werd niet moo
van Lidie te vertellen. Ailes, de kleinete
bgzonderheden, voud zij gswichtig genoeg
om aan Regina mee te deolen.

„Wa»rom draagt de kleine ni3t dsn
naam van hear peettr.nte vroeg Lide-
snsn. „Een zoo trotache naam 1 Als voor
juârouw Regina geschspen

„Houdt u mij vocr trotsch?" vroeg
deze.

BIk zie u aan voor ismand, die bg-
voôrbeeld nooit een belofte zou verbre-
feen daar zou uw eigen binnenste
tegen in opatand komen."

BZeer vleiend, mguheer de président.''

„R6giua zelf wilde niet, dat 't kind
haar naam zou dragen", wîerp Doria sr
tusEohen in.

„Nomen et omen," sprak Regina ern-
«tig.

„Lntgn versts ik niet, Regina".

„Ik ook niet, wel enkele woorden Dcria.
In onze taal gesegd. „Dese naam «g u
een voorfeeken". Lidie moest mgn naam
niet hebben, zg moet gelukkiger worden,"
sei se. nauw hoorbaar.

Raehting had zich even versvgderd en
kwam terug met da mededeeling, dat het
kind sliep ois een rooa.

„Li<iie moet zoo gelukkig worden ala
haar moeder", zei Regina.

„Gelukkig zgn, Regina dat is een groote
genade van den hemel, maar toch geea
verdienste."

„En bg jou toch een verdienste, Doria
een verdienste van ie h&rt. Jou benij-
deu dat zou zgn je dat niet gunuen,
dat zou onrechtvaardig[slechta zijn. Toch
kan 't pgn doen, te moeton erkonnen,
dat

BWat bedoel je, Regina

„Ik bedoel het geluk te zien, waar men
zich het tsgfiduel had voorgesteld. Zeker,
bg dieper nadenken merkt men soms,
dat ailes niet précisa ia orde is, maar ik
herhat! Jii hebt de ateen gevondsn
waarin je je volkomen bewsgeu kunt en
dat ia je verdienate. Ik al* ik

's avoods tbuis kom en een lucifor aan-
steek in miju donkare kamer dan zie ik,
dat ik alleen ben. Zôô is mijn beataan."

D» lastate woordon klonken als een
klacht.

BW&arom ia u dan niet gstrouwd, mijn
beate juffrouw

Do présidant waa het, dis deze vraag
richte tôt Regina, niet zonder een beetje
ondeugendheid, die mannen over 't alge
meen wel aan den dag leggen tegenover
ongatrouwde dames, die niet zoo kééf joDg
meer ziin.

Regina antwoordde niet tersîond. Zij
vergenoegde zieli aleehts hsai met groote
oogen, verbaaad, aan te kijken.

-Heb ik u reeds naar uw hartsgehei-

men gevraagd atiet ze toen, tamelgk
bruusk, uit. ,Weet u, wat er ligl in uw
vra&g Daarmee vraagt u mg, of ik ooit
de natuur vol gedaahten hîb beachouwd,
of ik wal ooit goed heb nagedacht ovr.r
d# raadaelen en voorwaardon van het
vrouwelgk beatsan, daarmee vraagt u een
ineisje, of se weî innerlgk geatredeD heeft
misschian over liefde en smart. Kortom,
u verlangt, dat ik mgn hart voor u zou
openleggeu en dat doet u op een toon,
zoos.la een ander vracgt, of je wel eena
kieapijn hebt gehad."

Regina was opgewondon. De bleekheid
van haar gezieht had plaats gemaakt voor
oen hoogeu blos op haar wangen. W«s
het de geschiedenia van haar eigon hart.
die ze hier in korte trekken had beschre-
ven 't Waa haast aan te nemen. Eik
vrouwengolaat heeft, ook bij 't klimmon
der jarensoms oogenblikken, waarop
een straal van een oude, lieve herinnering
valt, die de trekken week maakt en er
een zwoem ran de vroegere, droomerige
jeugd op doet vallen. De strenge, harde
trakken v«n Regina krsgen oen zschten,
droomerigen glants. Maar slechts één
oogenbltk toen wi« de tooverachtige
schijn weer vordweenon van haar gezieht
en waa se weer de dertigjirige, met haar
haast al te forecho gestsite, met de iet-
wat stgve bewegingen en dat strijdlus
tige in haar wezan, dat zich steeds opon-
baarde, wannear een ander 't waagde eea
blik te slaan in haar verborgsn zieieleven.

Do président ondervond hééî gosd do
terecbtwïjsing, die Regiae hsm daar ge-
geven had. Hg verzekerde, dat ze veel
ie ver gegaan was, om zgn vraag eôô op
to vattén en trachite schertsend te be-
wgzen, dat béai dikwgls een gril van
een ongehuwdo damo 'fc eigeniijke fait
waa, dat so niot gstrouwd was, in plaats
van 't onrechtvaaidigo noodlot, dat vatle
ongetrouwde dames beschouwen als de

voor do provîsie werd betasld aan mej.
Haussman. (De weth. spreekt echter
slccht verstaanbaar.

De heer Suzenaar doet hetzelfde vor-
haaî ala ds voorzitter, vertelt dat de
eerst bestelde waschmachine in oov-
logatgd pas een jaar na bsstelling
werd geleverd. IntuQSchen kocht spr.
voor agn vrouvr een nieuwe. Toen de
andere kwain zeide de Vries: aïs je hem
voor 52 kuut verkoopen dat is mg
goed, anders gaat-ie weerom.

De heer Tuin keurt het nogmaals af
dat Mej. Suzenaar egypt. bever en katoen
in Groningen kocht en de belastingbe-
talendc neringdoenden passeerde. En
dat voor totaal f 800. Nu zegt men dat
de Zuidbroekater winkoliers te veel willen
verdienen. Ma.ar ala het zoo gaat, hoe
komt Zuidbroek dan aan de belaa'cing

De Voorz. Ook dat ben ik niet geheel
met u eena. Het B. A. rr.oet koopen
waar het voordeeligst te koopen is. An-
deraom te h&ndelen is geen geineento-
belang, maar het persoonlgk belaag van
enkelen die te duur zijn. Het gemeente-.:
belang is weer door luge prijsen gabaat.
Bovandion is de beachuldiging niet gohoel
waar. Want eldera zgn manteUjos ge-
koeht welke in Zuidbroek niet eens te
krijgen waren.

De heer Knotnerus En van die pro-
viaie-kweatie. Mej. Hauasuaan (dit w een
naaister die door een hand- of armsiekte
reeda lsngen tgd niet werken kan) is een
sukkeiaarater die nooit arinlastig was.
Is dat nu zoo'n achande d&t as.11 dit kind
de 10 werd toegewezen Dat men nu
over dese dingen sproekt io niet biliijk.
Mbq mag jaffr. Suzenaar niets verwijten.
Ze handelds in volkomen overlog en met
goedvinden van het gukeele Burg. Arsa-
besiuur. Als dst verkeerd deed, behoort
men dat ia het geheel verwijten te doen.

De heer Mulder wijat er op dat art.
179 der Gemeentewet B. en W. het recht
geeft toezieht te oefenen op de dageïgk-
sebe gedragingen van het B. Armbestuur.
Toch meent spr. dat men de inwonende
neringdoenden niet moet passeeren.

De heer Knottnerus Qch, och, er is
voor 78 eldera en voor f 400 in het
dorp gekocht.

De heer Suzenaar vertelt nog dat zij a
vrouw in opdr«cht van het B. A. 2 el
voering kocht f 0,75. Toen men een
week later vrn het werkhuis direct kocht
moest de voering met f 1.per el wor
den betaald. Toen wist men dat het
voor de gemec-nte was.

De heer Knottnerus zegt Dut is waar
De heer Mulder heeft toen hem die
kwesties ter oore kwamen eens met collega
Schansema over de saak gesproken. Die
ie vakman en zeide „Mea moet son goede
kijk op de kwaliteit on verstand van do
stof hebben." Spr. kan niet begrijpen
waarom te Zuidbroek allea hooger in prga
ia dan eldera.

Do heer Knottnerus Aie wij ona boekje
(8 buiten gaan, moet het B. A. in zijn

oorzaak van haar niet-getrouwd zijn.

Regina schudde met het hoofd, ten
teeken, dat ze het heelemaal niet met
hem eens was,

„Ik moeht wel eens sien, dit een
vrouw sieh liet rogearen door grillon, als
voor haar 't oogenblik gekomen was, dat
zo haar liefde uiten mocht die woonde in
faasr hart. Maar er zijn zoo weinig van
die Zondagskinderen, voor wio de won-
derbloem der ware liefde bloeit son
liefde, die in de mythologie wordt voor
gesteld in de gest&lte vaa een vlammen-
den fakkel, waarmee 't licht wordt over-
gebracht in een ander weien of zelf
uitgaat."

„Eén ding heb je nog vergeten, Regina"
kwam Doris met haar ziîverhelder stem-
metje er tussehen Bde verlichtende kracht
der liefde, waarmee wij anderen den
rechten weg kunnen aanwgzen."

Toen ruatten Regins's blikden vol na
denken. op de jonge vrouw.

Jô Doris, op den rechten weg, wsnneer
donkere machten er 00a trachten af te
trekken. Op den rechten weg her-
h&alde se nog eens langza&m, met 't hoofd
in de handen.

Regina ging eerder huiswasrta dan de
président. Hij was grasg do iaatste.
't Scheen wel, of hg anderen nooit in de
gelegeaheid wilde atellen, oen oordeel
ta vellen over zgn persocnlijkheid. Bij
't afscheid vertelde de vriendin nog, dat
ze, boven haar eigen kamer een klopgeest
had, die nooit tôt rust kwam, vôôr msd-
dernacht. Overdag zsg men hem nooit,
maar hoorde hem wel de trap op en neer
loopsn. 't Scheen, dat hii halve nachten
doorbracht op het dak. D.iar hoorde zij
soms schroeven, bevregen van instrumen
ter:, îuide uitroepen van enthousiasme,
ook wel vroolgk laeken kort en goed,
't waa de geheirozinnigste nabuurschap,
die er beataan kon, maar bang was ze

samenstelling gewgzigd worden. Men
moet insinuaties echter bewijzen.

De heer Tuin zegt dat de heer Suzenaar
krachtens het bepa&lde bij art. 46 der
Gemeentewet niet mee mag stemmen.

De wet wordt er op nageplozen en uit
art. 46 diept de Voorz. de bepaling op
dat een bloed- of esnverwant niet mes-
stemt ^indien de keuze door een voor-
dracht of bij herstemming is beperkt."

De h6«r Mul 1er vraagt of het hier een
voordracht is of een aanbeveling.

De Voorz. Een aanbeveling. Spr.
vraagt iemsnd buiten den Raad ataande,
die naar spr. meent op dit gebied een
rrjke ervarieg heoft wat die er van
denkt.

De aangesprokene zegt dat het gewoon
belachelgk is van den heer Tuin, den
heer Suzenaar het meeatemmen wil ver-
bieden. Art. 46 spreekt van een „beperkte"
keuze en zoo weinig ackt de weth. Tuin
zich gebonden daî hijzelf met een eigen
candidate voor den dag komt. In art. 2
van het Regî. B. A. staat dat het B. A.
en B. en W. ieder een candida&t op de
aanbeveling plaataen. Dat Tuin ook het
ree'at van Bopgave" heefî ataat in art.
46 niet te lezen. Bij da stemming ia
Tuin vrij. Maar zijn collège Suzenaar
is toch even vrjj, of hg caee wil doen,
moet hij self weten.

De heer Mulder is van dezeifdeopvatting.

Bij stemming wordt mej. Suzenaar
Reitsma met 4 ateromen herbanoemd.
2 stemmen zijn voor mej. Pot.

De heer Mulder (tôt buurman Suzenaar)
U hebt dus meegestomd.

Mej. Kruizinga Daar had ie toch ook
schoon gelijk aan

7. Eervol ontslag aan de Schoolschoon-
maakster in het weateind en benoeming
van een opvoîgster.

Mej. Suait heeft bedankt. Ze zond een
brief en daarin stond „de instructia
gelezen hebbende en daaraan niet kun-
d,oncle voldoen, ueem ik mgn ontslag".

De Voorz. werc! verr&st door deze hou-
ding en ihviteerde haar tôt een conferentie.
Maar het Wits Mej. Saiit niet na&r ge-
noegen en ze antwoordde „ik blijf bg
mijn besluit an het is mij de moeite niet
waard om ev over te spreken."

De heer Mulder begrgpt de gang van
zaken niet. De instructie is nog niet
eens v&stgesteld. Over het cardinale
punt de sslaiieering moet nog beslist.
Dus daai'na kan beoerdeeîd of voor te
weinig geld, te veel arbeid gevraagd
wordt. 't Spijt apr dat B. en W. reeda
een benosming hebben voorbereid, zonder
dat soîlicitanten in de courant zgn opge-
roepen.

De heer Tuin zegt een gesclûkt persoon
bareid gavonden te hebben.

De Voors. zegt dat er nu een concept-
instructie gereed is. Er was eerst een
ander concept, maar dat wordt niet aan-
gsboden.

(Vervolg in 't tweede blad.)

Daarop vertrok Regins.

Zij was een eigenaat-dig wezen en even
eigenaardig was haar verhouding tôt de
Reehting".

Zij had de kennismakiag beleefd tus
sehen Doris en Erich en de vorloving,
die geen roman was. Immera twee men-
echan als deze, aliebei bezield met groote
waarheidsliefde en mensehen, die geheel
zelfstandig zija op financieel gebied, be-
hoeven geen langea tijd om bot saruen
eens te worden. Zoo gebeurde het ook
hier. Zij schreven eSkaar en ieerden
elkaar zoo boter konnen.

Op zekeren dsg zouden ze een roei-
tochtje maken, Rachting, Daris en Regin».
Deze lastste verscheen niot. Rachting
noodigde Doris uit in te otappen eu vroo-
lijk gi.ng z» in het bootje zitton. Voort
ging het door Rechtirsg's krachtige riern-
slagen.

„Maar we moeten toch op Regina
waehten", roerkte Doris op.

„Eerst wou ik u o^ns wat vragan,
juffrouw Daris, m»ar ik verz-aek u een
spoedig Antwôord"

„Nu, wat dan

„Of u mg liwf kunt hebben, zooals ik
u liofheb."

„D!in moat ik eerst weien, hoe lief u
inij hebt

Wel, t.66 dat ik nooit meer op kan
houden het te doim. En u, juârouw?"

Doris knikte.

„Ea wil u mijn vrouwtje worden?"

Doris knikte weer.

„Och, dat zssî ik nooit vergeten

„Maar daar komt Regina, mijn-
heer de assessor Wat doet u

Bïk kus u, zooals dat een bruidegom
beiaamt onder den vrgen hemel, voor
't 00g van aile toeschouwera. En nu weer
aan land om Regina te halen."

(Wordt vervolgd.)