1
n4
De kleine Prelect.
51e Jaargang
WOENSDAG 27 APRIL 1921
No. 33
Brukker-Uitgever T. K KR&WEB..
Gemengd Nieuws.
FEUILLETON.
wordt yelezen te HQ0SEZÂND, Klel-Windeweer, KropswoSds, Westerbraek, Fexhof, SAPPEMEER, SLOCHTEREN, SlddaburanHeifam, Sshlldwoida, Kclhara Faxham, Scharmer,
Harkstede, Lageland, OvarschildTEN BGER, NOOROOUK, NOORDBRQEK, ZUEDBRGEK, MUNTENDAM, ZUIOLARER, HOOROLAREN, HAREN anz
2-)
OOST-GOORECHT
Officieel Qrgaan voor HQOGEZAND, SAPPEMEER en SLRCHTEREN.
Dit BLAD veraehijnt iederen WOENSDAG en ZATERDAG.
ABONNEMENTSPivIJ8 per drie msanden 60 cent bij voor-
uitbetaling. Franco per post 75 cent.
y .h. BORGESIUS ZOON.
SAPPEMEER. Tel. 418.
ÀDVEETENTIËN van 1—5 regels 50 cent, ieder regel
meer 10 cent.
Inzending van advertenties Dinsdagsmiddags en Yrijdags-
middags voor 12 uur.
Voor het plaatson van Advertentiën betreffende Handel en Nyverheid is voor de stad Groningen alleen gerechtigd het algemeen Advertentieburean van H. WESTENBORG, Munnekeholm 8,
Gr° Voor^dvertentlën en Reclames h mit en de provincie Groningen is alleen gerechtigd bel Advertentiebureau „HOLLANDIA" 's Gravenhage, Tel. H 7614.
C!emeeffiiera»d te Znldbroek.
Ver g. tan Vrijdag 22 April.
Afwezig is de heer Knoltnerus. Onge-
veer 25 personen wonen de zitting bij.
1. Ingekomen stukken
a. Enkele onbeiangrijke missives en
dankbetuigingen worden voor kennisge-
ving aangenomen.
b. Verzoeken van de vereenigingen
voor geheoionthouding om gebruik te
mogen maken van het gemeenteplantsoen
voor een meeting. Dese worden inge-
wiiligd. Per keer moet de gemeente/25
worden betaald.
c. Een verzoek om als lid toe te treden
tôt de opgerichte provinciale afdeeling
van de Ver. van Nederl. gemeenten.
Besloten wordt toe te treden.
2. Aanvrage subsidie Volkszangbond.
Verzocht wordt mede te werken tôt
het houden van een nationaien zangdag
op 7 Juli a.s. en voor een plaatselyke
commissie f 25 disponibel te stellen.
Na eenig débat, waaruit blijkt dat de
leden van den Raad meer een schoolfeest
op prjjs stellen, wordt besloten het adres
om advies te stellen in handen van de
hoofden van scholen.
3. Jaarwedden bui'gemeester en secre-
taris. Ged. Staten hebben een nieuwe
regeling ontworpen, wasrbij deze sala-
rissen voor Zuidbroek op f 3000 voor
ieder worden bepaald.
De voorz. deelt mode dat de prov.
ambtenarenbond een andere regeling wil,
waardoor deze saiarissen maximaal op
3500 worden geateld. De Regeering
wil echter uiet dat hooger gegaan wordt.
B. en W. stellen in meerderheid voor
de regeling van Ged. Staten te aanvaarden,
doch op voorwaarde dat het Ryk meer
in die saiarissen bijdraagt. De minderheid
(gevormd door weth. Tuin) is tegen elke
verhooging en bij dien wethouder sluit
zich aan de heer Mulder, die zegt, dat
de financieele toestand van de gemeente
de verhoogingen niet gedoogt. De malaise
prikkelt tôt de uiterste zuinigbeid. Drijven
Ged. Staten hun wil door, dan maken ze
misbruik van hun macbt,
De heer Sehansema siuit zich daarbij
aan. Particulieren willen de arbeiders-
loonen verlagen. Moeten deze dan worden
opgevoerd
De heer Tuin is ook tegen verhooging,
terwijl de heer Mulder er nog op wijst,
dat de burgemeester zoo vaak met de
zuinigheidsleuzen van den Comm. der
Koningin zwaait.
De voorzitter stemt met de oppositie
in. Doch Ged. Staten zullen loch hun
gang gaan. Daarom is het beter zich bij
hun regeling neer te leggen, mits het Rijk
meer helpt. Aile ambtenaren zijn ver-
hoogd en de onderwyzera hebben 'n
f 4400 salarie.
Zonder stemming wordt een motie-
Muider aangenomen, waardoor de Raad
uitspreekt dat het geid voor de voorge-
stelde verhoogingen niet te vinden is.
De voorz. stelt voor de wethouders-
verhoogingen van f 200 op f 250 maar
goed te keuren. 't Is een gering bedrag
en de wethouders hebben veel te doen.
Op voorstel van den heer Tuin wordt
de motie ook op deze aangelegenheid van
toepassiDg gesteld. Blanco de heer
Suzenaar.
4. Aftrek noodz. lavensonderhoud.
Op voorstel van den voorz. wordt be
sloten den Insp. der dir. belsstingen te
berichten dat de aftrek f 800 zal .zyn.
De heer Mulder wil de geheele veror-
dening herzien en de heer Sehansema
wil de aftrek voor gezinshoofden en
alleenwonenden ongelijk hebben.
Voorloopig bepaalt de Raad zich tôt
de kwestie van den aftrek.
5. U. L, O. schoo! en plantsoen.
Nadat de vergadering eenige oogen-
blikken in comité-generaal is voortgezet
geweest, stelt de voorz. namens B. en W.
voor: a. het advies van den onderwijs-
inspecteur te vragen over de omzetting
(zoo goedkoop mogeiijk) van de school-
Kunzel; en b. om voor een eventueei te
stichten rijkskweekschool het gemeente-
plantsoen gratis af te staan.
6. Onderhoud Burgemeesters-woning.
Naar aanleiding dezer oude kwestie
hebben Ged. Staten twee dingen opge-
merkt lo. moet de post op de begrooting
toereikend zijn voor het onderhoud van
de ambtswoning van den burgemeester
en 2o. mag de Burgemeester niet eigen-
machtig het onderhoud verzorgen.
B. en W. willen nu den post met f 206
verhoogen, omdat de Burgemeester dit
bedrag meer heeft uitgegeven dan de
raming was.
Met 3—2 stemmen wordt dit voorstel
echter verworpen.
7. Ambtenaar Burg. Stand.
In een vorige vergadering werd besloten
de heor Verver eervol ontslag aïs ambt.
van den Burg. Stand te verleenen. Deze
heeft het niet gevraagd, daardocr moeten
Ged. Staten het goedkeuren. Dat collège
wil liever zien dat do heer Verver wordt
uitgenoodigd zijn ontslag te nemen.
De heer Suzenaar zegt niet begrepen
te hebben dat de heer V. het ontslag
niet gevraagd heeft. Spr. wil het raads-
besluit intrekken.
Mej. KruizingaHoven heeft het ook
niet begrepen, iets wat de heeren Sehan
sema en Tuin betwijfelen.
Er worden heel wat woorden aan dit
vraagstuk besteed, waarna de heer Mulder
verzekert, dat hij beu is van zulk gekwezel.
Met 3—2 stemmen wordt het vorige
raadsbesiuit ingetrokken. Tegen: Mulder
en Sehansema.
8. Verbetering weg naar de halte.
Besloten wordt hiervoor 50 rykssteun
aan te vragen.
9. Presentiegeld leden der Comm. van
Toezicht L. O.
Besloten wordt per lid en per verga
dering 1 uit te betalen.
10. Comptabiliteit.
De secretaris doet lecture van een zeer
groot aantal concept-besluiten van comp-
tabeien aard. 't Schynt deels noodig
omdat men door de ongesteldheid van
diens voorganger, tevens ontvanger, ten
achteren was.
De heer Mulder zegt dat er geen touw
aan is vast te knoopen.
Na heel wat hokus pokus worden de
concepten goedgekeurd en berust de raad
er in dat het onderhoud van de Burge-
meesterswoning van f 100 op 300
wordt gebracht.
11. Straatverlichting.
Op voorstel van B. en W. wordt be
sloten voor f 240 twee electrische lampen
in de Oude Laan aan te brengen.
12. Secretarievoorzieningen.
Daar ter secretaris registratuur wordt
ingevoerd en het archief onder handen
moet worden geuomen en de secretaris
de handen meer dan vol heeft, is een
tijdelijke kracht opgeroepeu, doch zonder
gevolg.
Vandaar dat B. en W. voorstellen het
werk door de tegenwoordige ambtenaren
in overuren te laten verrichten.
De heer Sehansema zal er in berusten,
doch is tegen overwerk in het algemeen.
De heer Mulder plaagt den Burgemeester
dat deze wel eens een handje kan helpen.
Spr. veroorlooft zich zelfs de vrijheid om
te veronderstellen dat hy als burgemeester
meer zou uitrichten dan de heer Sael,
die antwoordt dat hy voor geen 4000
wil helpen.
Het voorstel B. en W. wordt aange
nomen.
13. Verkiezingsmateriaai. Daar de in-
ventaris voor de stembureaux niet corn-
pleet is zal een en ander worden byge-
kocht.
14. Rapport talhoutjes en draadpaaltjes.
Naar aanleiding van de vroeger ter
vergadering geuite klacht dat de heer
Knottnerus, die als voorzitter van de
werkverschaffing de leiding had van den
verkoop, zich zelf te veel talhoutjes heeft
verkocht (ni. 10.000) en anderen daardoor
îîieta konden krijgen, alsook omdat ver-
moed werd dat deze ze te goedkoop heeft
kunnen opsiaan, is er een commissie van
onderzoek aan het werk geweest, die de
geuite klacht onderschryft. Het Arm
bestuur liet den heer Kn. te veel de vrije
hand en deze maakte van het te veel
vertrouwen misbruik.
De heer Kn. heeft ook het bezorgloon
niet betaald en de gemeente nadeel be-
rokkend; de prijs der draadpaaltjes was
10 et. Dat is echter 15 et. te weinig.
Voorgesteld wordt deswege den heer Kn.
te sommeeren 9000 talhoutjes terug te
bezorgen en f 67.20 terug te betalen. Op
dit oogenblik heeft de gemeente eigenlijk
een schade van 249.70.
De heer Sehansema vindt de houding
van het armbestuur onverantwoordelijk
slap en wil aile leden ontslaan.
De heer Suzenaar wil het punt aau-
honden tôt de heer Knottnerus aanwezig
kan zijn, iets wat de Voorzitter onnoodig
acht, daar deze toch door de Commissie
is gehoord en niet aïs raadslid doch als
armbestuurder is aangevallen.
De heer Sehansema zegt Ik geloof
dat Knottnerus er zoo mooi af komt.
't Is een buitenkansje dat zijn zwager
vandasg juist begraven is.
Mej. Kruizinga zegt dat men nu drukte
maakt over de talhoutjes, doch geen herrie
maakte toen in 1918 allerlei heeren als
Verver en Meihuizen van die goedkoope,
beste bagger op den zolder kregen. Om
spreekster mag Knottnerus ze nu wel
verbranden.
Nadat conform het advies der commissie
is besloten, vraagt de heer Sehansema of
die ook nog niet de kwestie van die
12.50 van Mej. Suzenaar kan onder-
zoeken; ook wil spr. dat de kwestie van
de waschmachine weer ter tafel komt,
want Suzenaar heeft deze wel dc-gelijk
in strijd met de bepalingen der Gemeente-
wet aan de gemeente geleverd.
Over deze kwestie schelden de heeren
Suzenaar en Sehansema elkaar de huid
vol. De eerste roept: schusk en leuge-
naar. En de andere verwijt den wet
houder dat deze zich door zijn vrouw
wat laat wijsmaken.
De heer Tuin doet mededeelingen om
aan te toonen dat de Burgemeester destijds
ook meende dat de wethouder had geleverd,
doch de Voorzitter weerspreekt dit.
Daarna zegt Sehansema dat juffrouw
Suzenaar hem de machine zelf heeft
aaugeboden. Deze verklaring brengt den
wethouder nog meer aan de kook en deze
roept met luider stem als ik mijn kop
volgde, sloeg ik je voor je smoel.
De Voorzitter laat de heeren nog even
razen, doch als deze van kwaad tôt erger
vervallen, vait de hamer, ten teeken van
sluiting.
Het publiek heeft schik in de herrie
en gaat huis toe
Bij een handelsdrukkerij in de
Hartenstraat te Amsterdam kwam dezer
dagen een onbekend persoon een groote
bestelling drukwerk opgeven voor een
zangwedstrijd in Velsen.
De man bestelde 12000 programmai,
eenige duizenden toegangskaarten, leden-
kaarten, sorties, enz. Het was een order
van ongeveer 300 f 400. Eenige
dagen later zou de man târugkomen en
een aantal advertenties meebrengen voor
het tekstboekje.
De firma vond dat haar met deze order
wel wat al te veel vertrouwen was ge-
geven. Hij had de geheele uitvoering aan
haar overgelaten en prysopgaaf vroeg hij
niet. Iemand ging daarom den volgenden
dag naar Velsen om een onderzoek in te
stellen. Spoedig bleek dat het geheele
verhaal was verzonnen en er te Velsen
geen zangwedstrijd wordt gehouden. Een
gemengde zangvereeniging „Excelsior" te
Velsen, die het concours zou uitschrijven,
bestaat te Velsen niet. Het eere-comité was
gefingeerd. Evenzoa bestonen de namen
van de vereenigingen, die aan het con
cours couden deelnemen, o.a. uit Amster
dam Watergraafsmeer, Hendrik-Ido-Am-
bacht, Haarlem, enz. daar niet.
Men denkt aan een Iijder aan muziek-
hallucinaties. Gelukkig is de drukkers-
firma er niet ingevlogen, maar een waar-
schuwiug kan noodig zijn. De man had
nog meer bestellingen in het hoofd, o.a.
bij een mineraalwaterfabriek in Amster
dam. (N. v. d. D.)
Op de voorjaarsveemarkt te Alkmaar
heeft zich verleden week een bijzonder
geval van bedrog voorgedaan, dat veel
verontwaardiging heeft teweeg gebracht.
Een veehandelaar kocht op de markt
van een veehouder uit de Beemster een
koe, welke oogenschijnlijk veel melk zou
geven, ook voigens verklaring van den
verkooper.
Toen later echter de koe gemolken werd,
bleek, dat de groote uier siechts drie liter
melk bevatte. De rest was lucht,
welke daarin was gepompt met het ken-
nelijk doel, om de koe voor eon hoogeren
prijs te kunnen verkoopen. De koopman
heeft daarop den boer thuis opgezocht en
zijn geld teruggeëischt, op grond dat hij
opzettelijk was bedrogen. Nadat een en
ander den boer op minder vriendelyke
wijze was verwelen, betaalde hij de koop-
som weer terug, waarna hy zelf de uitge-
molken koe weer terug kon halen. De
veekooplieden hebben nu naar aanleiding
van dit geval in de plaatselijke bladen
een waarschuwing doen plaatsen.
In den nacht van Zaterdag op
Zondag is ingebroken in het gebouw
„Odeon" te Deventer, waarin de bureelen
van het „Deventer Dagblad" gevestigd
zijn. Waarschijnlijk is men door middel
van een valschen sieutel binnengedrongen.
De dieven hebben het gebouw verlaten
door de deur van de styp-afdeeling aan
de achterzijde, welk9 werd opengebroken,
en in een steegje uitkomt.
In het kantoor, «an de straatzijde
gelegen, werden de tw6e brandkasten van
oud fabrikaat opengereten. Een bedrag
van ongeveer f 1000 aan baakpapier en
specie werd meegenomen.
Het vermoeden bestaat dat daders
met de plaatselijke gesteldheid goed bekend
geweest zyn. Blijkbaar zijn zy niet on-
kundig geweest van het feit, dat juist
Zaterdag, waarop steeds de weekabonne-
menten worden afgerekend, eenig geld
in kas is.
De politie te Amsterdam heeft
Vrijd&gavond een 26 jarig bedelend Neder-
lsndsch zeeman aangehouden, die zich had
uitgegeven voor een verminkt Duitsch
vlieg-offieier en op die wijze had getraoht
geld los te krijgen.
SHSSSI
Als de menschen beleedigingen
evenzoo vergaten uls weldaden, a
zou er minder vijandschap in
de wereld zyn.
Door d. 1. BRUYERE.
(Nadruk verboden.)
„Nu,
nu,
madame Labiache", sprak
Clairette, terwijl ze met zekeren trots op
den jongen man neerzag, die al weer
druk met zijn gedicht bezig was, „hy is
nu toch eenmaal eeu dichter en de
diehters, dat weet men immers, moeten
eerst een slechten tijd doorbrengen, tôt
de gouden pen hun vruchten brengt."
„De gouden pen", riep de oude onwiliig,
„tot heden braeht ze nauweiijks koperen
stuiverstukken."
„Het komt, het komt wel" sprak
Clairette geheimzinnig, „we zyn immers
eens in de rue Tournon bij de giootste
waarzegster, madame Lenornand geweest,
die ook den keizer zijn kroon vcorspelde,
toen hy nog eenvoudig generaal Bonaparte
was twee francs heeft het gekost, dat
ze Charles de toekomst uit de lijnen van
de hand voorepelde,''
„Die twee francs had je ook wel beter
kunnen besteden", mompelde het oudje.
wEn" voer Ciairette yverig voort,
„toen heeft ze, nadat ze lang Charles
hand bestudeerd had, gezegd, dat mijn
goede Charles vorstecgunst in zijn hand
had en dat hem eens nog een groot geluk
wachtte. Verstaat u wel, madame een
groot geluk."
De oude trok met de schoudars en sprak
„Ja, ja, maar daar koop je niets voor,
en ik moet myn huur hebben. En bo-
vendien" sprak ze boosaardig, „moet u
hem ook nog verdedigen, terwijl hij
verzen schrijft, waarin hij Paulina en
divine op eikaar laat rymen. Als ik in
uw plaats was, zou ik toch waarlijk mijn
verloofde verbieden, op een vreemde
Pauline, van wie niemand weet, wie het
is, gedichten te maken."
„Ah sprak Clairette verstoord, „ah,
myn vriend Charles, je maakt gedichten
op vreemde dames Dat paat niet, dat
is verdacht", voegde ze er by, een wan-
trouwenden blik op het papier werpend,
„daarin heeft madame Labiache gelyk
en
„Je vergeet, Clairette", antwoordde
Charles, die daar juist het laatate couplet
afgemaakt had, en nu met tevreden gelaat
het hoofd weer oprichtte, „je vergeet, dat
Hare Keizerlijke Hoogheid, de prinses
Borghese, Pauline heet en dat heden
„Dat het heden haar verjaardag is",
viel Clairette levendig in „mijn arme
Charles", voer ze vleiend voort, a*>ijna
had ik je onrecht gedaan." „Charles",
sprak ze, tôt madame Labiache gewend,
a heeft een verwant, die kamenier is bij
haar Keizerlijke Hoogheid prinses Pauline
Borghese, de geliefde zuster van Zijne
Majesteit den keizer ze heeft hem be-
loofd, dat ze hem behulpzaam wil zijn,
een gedicht op de Prinses op haar ver
jaardag aan haar te overhandigen en
heden, madame is het die dsg, den 22sten
April En daarom ben ik gekomen, om
het hem te herinneren, want ik weet,
dat hy een droomer is en vreesde, dat
hij het vergeten zou. Neen, neen, lieve
Charles, op die Pauline ben ik niet y ver-
zuchtig, op haar mag je gerust divine
rijmen, zooveel je wilt. Maar als het
ook een andere was
Ze dreigde l&chend met den vinger.
„Ik heb het niet vergeten" zei Charles
trots, „het gedicht is gereed en ik meen,
dat de verzen wél een keizerlyke prinses
waardig zijn het is er nu nog om te
doen ze over te schryven, en daarvoor
is ailes gereed."
Hy opende zijn mapje en nam er een
vel papier met gouden rand uit.
„Hoe hy om ailes denkt", riep Clairet
te uit, toen se dit zag, ,,o, ziet u wel,
moeder Labiache, u doet hem onrecht.
Ditmaal heeft hij voor de toekomst ge-
zorgd, de Prinses heeft wel de macht,
den armen Charles haar gunst te verlee
nen."
aDe gunst der vorsten is de zon der
diehters," sprak Charles pathetisch, „onder
welker stralen de bloemen der poëzie
zich ontiuiken en de lauweren van den
roem ontspruiten. Horatius was niet
Horatius, en Corneille niet Corneille ge-
worden, als ze niet de gunst van Augus-
tus en den grooten Lodewijk genoten
hadden wat was Tasso geworden zonder
Leonore von Este
Madame Labiache stuitte deze woorden-
vloed, terwijl ze norsch opmerkte
„Nu, mynheer Dubois, dezen keer heb
ik er niets tegen, dat u uv? dichtkunst
aanwendt om de keizerlijke PrinSes een
compliment te maken was ik in haar
plaats, ik weet wel, dat ik me er niet
veel van zou aantrekken, maar die voor-
name dames hebben haar eigenaardige
ideeën. Maar wat u daar spreekt van
bloemen en lauweren, dat heeft u mis,
want geen mensch he3ft daarvan kunnen
leven. Laat die domheden weg, maar aïs
de Prinses u een genade wil bewijzen en
ze naar uw wensahen vraagt, denk er
dan aan, hoe u zich in de toekomst met
juffrouw Clairette en wat anders nog
komen kan, aïs u eenmaal msn en vrouw
zijn zult kunnen onderhouden."
Clairette wendde zich bîozend af, doch
zei „ditmaal heeft moeder Labiache
volkomen gelijk, en als de Prinses wer-
keïijk uw gedicht aardig vindt, dan moet
je wat van haar vrageD, wat ons beiden
kan helpen."
„Een aanstelling ergens op een bureau",
viei madame Labiache in, „dat is voor
zoo'n voorname dame gemakkslyk ge-
noeg u schrijft een goede hand en
heeft wat geleerd een enkel woord
van de Prinses en u verkrijgt een plaats
van 600 tôt 600 francs, het kunnen er
ook duizend zyn, en dan is u geborgen,
u kan Claurette trouwen en mag dan na
kantoortyd, al u nog iijd en iust heeft,
zooveei verzen maken als u wilt."
„Arme poëzie", sprak Charles zuchteud,
„arme pcëzie, hoe diep zijt ge gezonken
van de heilige hoogten van den Parnassus.
Wsar zyn ze gebleven, de tyden, dat
de diehters aan de voeten der vorstinnen
knielde, om zich door haar handen den
onverwelkbaren lauwerkrans op de slapen
te laten drukken. Thans, d th&ns, moet
de dichter tôt loon zrjner poëtische gaven
om een stuk brood bedelen."
„En een stuk vleesch daarby een
goed stuk vleesch, mijnheer Dubois," riep
madame Labiache, „want een mensch
heeft nu eenmaal een maag, die ook haar
rechten laat gelden en zijn kamerhuur
moet men ook betalen mijn kamer is
niet voor bloemen en lauwerkransen te
verkrijgen ik ben een arme vrouw en
heb reeds langer gewacht dan menigeen
in mijn plaats het gedaan had,"
„Ja, ja, madame Labiache heeft gelijk,
viel Clairette in, „'t is wel treurig, Charles,
dat de wereide zoo is, maar dat kunnen
we nu eenmaal niet veranderon. Beloof
mij, dat je de Prinses om een aanstelling
zult vragen."
De jongeman draalde en keek met
droevigen bîik naar zijn gedichten.
„Beloof het, mynheer Dubois", riep
madame, „en houdt uw belofte, of ge
zijt de iiefde van Clairette niet waard."
„Goed, nu goed dan, ik beloof het"
antwoordde Dubois zuchtend.
Je hand, je belooft het by onze Iiefde
riep Clairette.
„By onze iiefde."
„Moge God nu geven, dat ailes goed
gaat", sprak madame Labiache, „ik wensch
u aile geluk, mynheer Dubois, maar ver
geet het niet, den eerstén der volgende
maand moet de kamerhuur betaald zyn,
of wij kunnen niet langer samenblij ven."
En met een boos gelaat, dat de jongen
man do overtuiging zou schenken, dat haar
ultimatum onherroepelrjk was, verliet zjj
het vertrek, de deur hard dichtslaand.
„Ik moet ook weer aan 't werk", zei
Clairette, terwijl ze Charles hartelijk
omheisde „va»rwel Charly, denk om den
tijd tegen het middaguur moet ge daar
zijn, heeft uw nicht gezegd en dan
raap al je moed byeen, denk aan mij en aan
onze toekomst het geluk hangt dik-
wijls aan een enkel oogenblik, en komt
niet weer, aie men verzuimde op tyd toe
te pakken."
Ze drukte haar frissche lippen op zyn
mond en snelde heen. Treurig zag hy
haar na.
„Ze heeft gelyk", zuchtte hy, „en dat
ze gelyk heeft is de vloek van onzen tijd,
waarin voor de poëzie geen plaats meer
is. Doch ik moet geen minuut meer
verliezen die goede Clairette, ik ben
het haar wel verplicht aan haar toekomst
te denken en 't is ook pcëzie, de Iiefde
een tehuis te bereiden."
(Wordt vervolgd.)