De kleine Prelect.
51e Jaargang
ZATERBAG 4 JUKI 1921
No. 43
Brukksr-Ihtgevor T. K. KB1MEE
Gfâcieele Publication.
FEUILLETON.
Aan week tôt week.
BUÎTENL AND.
wordt geiezen te HOOGEZAND, KSel-WIndewaer, Kropswolde, Westerbroek, Foxhal, SAPPEMEER, SLOCHTEREN, Slddabnren, Haflum, SGiiHdwoIde, Koihara Foxham, Soharmer,
Harksteda, LagaSand, Overs&filtdTEM BOER, NOORDQUK, NOORDBROEK. ZUIDBROEK, MUNTENDAM, ZUIDIAREM, MOQRDLAREM, HAREM ans
llondsdolheid.
Ryksbelastingen.
Aanwyzing Stemlokaal Stemdistrict
Harkstede.
OOSTGOORECHT
Dit BLÂD verschijnt iederen WQEFSDAG en ZATERDAG,
ABONNEMENT8PEIJ8 per drie maanden 60 cent bg voor-
uitbetsling. Franco per poat 75 cent.
y .h. B0RGE8IUS ZOON.
SAPPEMEER. Tel. 418.
ADVEBTENTIËN van 1—5 regels 50 cent, ieder regel
meer 10 cent.
Inzending yan advertenties Dinadagamiddags en Vrijdaga-
middags voor 12 uur.
Voor het plaatsen yan Adyortentiën betreffende H&ndel en Kyyerbeld fs voor de stad Groningen alleen gerechtigd het slgenteen Advertentlebareas van H. WESTENBORG» Munirekebolm 8,
Groiiingen, Tel. 772.
Yaor Advertentiën en Réclamés huiten de proyincie Groningen is alleen gerechtigd het Àdvertentlebureau „HOLLANDIA" 's Grnvenhage, Te!. H 7614.
WEEKKALENDER.
Zondag 5 Juni. Maandag 6. Dins
dag 7. Woensdag 8. Donderdag 9.
Vrgdag 10. Zaterdag 11.
Zonaopgang, Zaterdag 11 Juni te 3.40,
onder te 8,19.
Nieuwe Maan, Maandsg 6 Juni.
Da Burgemeeater der gemeente Sloch
teren breûgt ter aîgemeene kennia, dut
door den heer Commissaria der Koningin
in de provincie Groningen bij besluit van
19 Mei 1921 no. 14, le afdeeling (Provin-
ciaal Blad no. 44), in verband met het
voorkomen van hondsdolheid heeft goed-
gevonden
te bevelen, dat gedurende vier maanden,
te rekenen van den dag van afkondiging
van dit besluit, aile honden buiten wo-
ningan of vaartuigen (geene openbare
middelen van vervoer zijndo) in de pro
vincie Groningen bevinden en niet binnen
een afgesloten erf aan een ketting liggen,
moeten voorzien zgn van een muilkorf,
volgena het modsl v&atgesteld door den
Miniater van Binnenlandache Zaken bij
beschikkiDg van 27 Juli 1875, gewijzigd
en aangevuld bij beachikkingen van Zijne
Excellente d.d. 7 Saptembar 1875 en
20 Saptembar 1887, gehandhaafd door den
Miniater van Wateretaat, Iiandal en Nij-
verheid van 19 Juni 1903 C. Y. en door
art. 3 der wet van 28 April 1903 (Staats-
blad no. 100).
Slochteren, den 24 M9i 1921.
De Burgemeeater voornoemd,
H. BROEKEMA.
De Burgemeeater der gemeente Sloch
teren brengt bij deze ter kennia van de
balanghebbende ingezetenen dier gemeente,
dat het door den heer Directeur der Di
recte Belaatingen, Iavoerrechten en Ac-
cijnzen in deze provincie, d.d. 25 Mei 1921,
no. 160 executoir verklaard kohier no. 4
van de Peraoneele belaatiag dezer ge-
gemeente over het belastingjaar 1921,
op heden ter invordering aan den heer
Ontvanger der Directe Belaatingen dezer
gemeente ia ter hand geateld, en dat een
ieder verplicht ia zijnen aanalag op den
by de wet bepaalden voet, te voldoen.
Slochteren, den 27 Mei 1921.
De Burgemeeater voornoemd
H. BROEKEMA.
Burgemeeater en Wethoudera der ge
meente Slochteren breDgen ter openbare
kennia, dat door den Raad dier gemeente
in zrjne vergadering van den 6 Mei 1921,
ter verkiezing van leden van de Tweede
Kamer der Staten Generaal, van de Pro-
Geen woorden, maar daden
moeten toouen, waartoe gij 4
in staat zljt. J
Door d. 1. BRUYERE.
(Nadruk verboden.)
10.)
„Hier, neem dit ala voorschot voor uw
uitruating uw aanatelling en aanwijzing
voor uw salaria ontvangt u morgen."
„0, mijnheer de Hertog", viel Charles
in, „hoe zal ik mij zooveel genade waardig
mâken, wat moet ik doen om de plichten,
aan dat ambt verbonden, goed te vervullen?
O, wat ik u bidden mag. Laat mij hier,
geef mij een plaataje in uw bureau, onder
uw oogen."
„Neen, mgnheer, neen sprak Fouché
ongeduldig, „ik behoef uw dienaten daar,
waar ik u zend, en ik ben zeker, dat u
daar mijn benoeming on de aanbeveling
der Prinsea aile eer zult aandoen. Van
dit oogenblik af" voegde hij er met
eenigen nadruk bij, ben ik uw chef en
moet u dua reeds mijn voorachruten
volgen."
Hij drukte hem de hand en be.de.
Een kamerdienaar trad binnen.
„Laat mijnheer de prefect per rijtuig
naar zijn woning brengen", beval bij. En
dan Charles nog ecnmaal toeknikkend,
verdween hij in zijn kabinet.
De kamerdienaar verzocht Charles be-
leefd hem te volgen. Wel verwonderde
viuciale Staten en van den geraeenteraad,
ala stemlokaal in het Stemdistrict VIII
Harkstede is aangewezen een der lokalen
van de Bijïocdere Schooî te Harkstede.
Slochteren, den 31 Mei 1921.
Burgemeeater en Wethoudera voornoemd
H. BROEKEMA.
De Secretaris,
H. SNÀTER.
Nu onlangs de Commiasaris der Konin
gin in deze provincie weer een bevelschrift
heeft uitgevaardigd, wasrbij bevolen ia,
dat al de honden, indien ze niet op een
besloten erf of aan aan ketting liggen,
moeten zijn voorzien van een muilkorf,
zal het zeker gewenscht zijn op enkele
zaken, de ziekte en de bestrijdiDg der
hondsdolheid betreffende, te wijzen.
Wij zien onze Tominy'a, Fanny'a, Pce-
dels, en hoe deze huiadieren meer mogen
heeten, woratelen om achter de traîiea
wc-g te koman en om bevrijd te worden
van het knellend ijzerwerk. Hun vruch-
telooze pogingen wekken meermalen ona
medelijden op en doen ona vragen ia
het nu noodig dat al die dieren gekweid
worden, omdat ver van hier een dolle
hond heeft rondgezworven
Dit medelijden echter ia geheel mis-
plaatst ala wij letten op het verloop der
ziekte, haar oorzaak en de gevolgen, die
bij niet directe toepassing van krasse
maatregelen, daaruit kunnen voortvloeien.
Dolheid ia een ziekte, die veroorzaakt
wordt door een nog onbekende smetstof,
en die zoowel voor mensch ais dier uiterst
gevaarlijk is. Vrijwel zonder uitzondering
heeft de ziekte den dood van het individu
tengevolge.
De tijd van ziek-zijn is meeatal kort.
De ziekte komt het mec-st voor bij den
hond, maar kan ook bij de andere dieren
optreden. Ook bij den mensch. De over-
breuging geschiedt hoofdzakelijk door den
beet van een dollen hond, maar de be-
smetting kan ook plaats hebben doordat
een dol dier een wond van een mensch
of van een beeat likt en zoo smetstof in
de wond brengt. Deze smetstof bevindt
zich namelijk in het speekael en dua ook
aan de tong of aan de tanden van het
zieke dier.
Tuaschen den beet en het optreden der
eerate ziekteverschijnaelen verloopt een
tijdperk, varieerend van 3 tôt 8 weken.
het hem, zoo'n jeugdigen prefect te zien,
maar hij waa te goed geachoold, dat zijn
trekken ook maar in 't minât zyn ge-
dachten verrieden.
Hij^voerde den jongen man, die bijna
van verrasaing en achrik buiten zich zelf
waa, naar het portaal van het paleis, liet
het rijtuig, dat steeds gereed stond, voor
komen en vroeg dan eerbiedig naar het
adres van den prefect
„Rue Tiquotonne, no 27."
En anel voer de elegante coupé heen.
Wederom bogen zich nieuwagierige ge-
zichten uit de ramen der kleine straat,
weder stonden de menschen in de deur,
toen voor de tweede maal een élegante
équipage, ofschoon dan niet zoo fraai, ala
de eerate, voor no. 27 atil hield, en de
jonge Dubois, die plotseling het middel-
punt van aller belangatelling waa geworden,
uitateeg. Niemand dacht nu nog in hem
een misdadiger te zien, 't moest een ver-
kapte prina zijn, die om de een of andere
reden zich hier verborgen had.
Clairette had zich juist zoofvat herateld
van haar ontroering, toen Charles, bleek
en aidderend, met koorts tchtig glanzende
oogen binnentrad.
„0, mijn God 1" riep Clairette, terwijl
ze de angatig en opgewonden trekken
van haar geliefde zag, „o, er ia een onge-
luk geschied de Prinsea is booa geworden
over de vermetelheid van zijn bede o,
waarom hem daartoe ook aangezet Zeg
Charlea, wat is er voorgevallen, wat heeft
die vreeselijke man je gedaan Zullen
ze je gevangen neraen en verbannsn
O, madame Lablache, waarom hebben
wij hem ongelukkig gemaakt
„Geen ongeluk, ia't geheel niet," aprak
Charles, terwijl hij ademlooa op een stoel
neerzonk, „maar zulk een goluk, dat ia
ook vast een ongeluk, dat de nyd dor
hemelsche machten moet ont vonken, zooals
het vroeger bij de oude Grieken ook al
Soms echter kan dit procès ook over
maanden loopen.
Treedt de ziekte echter op, dan aterft
het individu binnen enkele dagen.
De verachijnselen van dolheid by den
hond loopen nogal uiteen. Men kent twee
vormen der ziekte, n.l. de razende en
de stille dolheid. De eerate vorm komt
het meeste voor.
Bij deze vorm onderecheidt men 3
stadia der ziekte en wel
het eerate stadium, dat H/j tôt 2 dagen
duurt. De hond ia luimig, verdrietig,
echrikachtig, is zoo geheel anders dan
gewoon vertoont versehijnseien van ze-
nuwachtigheid. Het dier eet zyn gewone
apijzen niet op, maar kauwt op harde
koude voorwerpen, ala glas, steen, ijzer,
graa, stroo enz. Het vertoont braaknei-
gingen, terwijl de speekselklieren zeer
stc-rk werken. Bij rondzwervingen laat
het dan ook overal speekael achter, wat
zeer gevaarlijk is voor besmetting.
Het tweede stadium duurt 3 of 4 dagen
en gedurende dien tijd komen de eigen-
lijke dolle aanvallen voor. De hond voelt
zich te eng, kan het in zijn vroegere
omgeving niot harden, wil met aile geweld
weg. Deanooda tracht hij zijn plan tôt
wegloopen te volvoeren door zgn touw,
waaraan hij ia vaatgelegd, door te byten.
la hij opgesloten in een hok, dan tracht
hij door het haut heen te bjjten. la hij
eenmaal buiten, dan loopt hij doelloos
rond, legt soms heele afstanden in korten
tijd af. Op zyn zwerftochten richt hij
dan groote schade aan door zijn omgang
met andere honden. In het begin bijt
hij veel op denkbeeldige voorwerpen en
laat tandengeknars hooren, maar apoedig
bijt hij in allés wat hem in den weg
komt menschen, vee en vooral honden
en katten.
Merkwaardig is nu ook de verandering
die er in de atem optreedt.
Een dolle hond blaft niet. Blaffende
honden bijten niet. Hij stoot een heeach
geluid uit, een heel lange, meer huilende
toon. Voorta heeft de hond dan ook e6n
eigenaardige atarende blik, teweeggebracht
door oogenblikken van groote terneerge-
druktheid.
Daarna komt het derée stadium, waarin
verlammingsverachijnselen optreden. De
onderkaak gaat hangen en de bek kan
niet meer gesloten worden.
Dan volgt een verlamming van de ach-
terpooten. Het dier tracht op te staan,
't geval waa."
„Zwijg maar van uw oude Grieken",
zei madame Lablache onwillig, „en vertel
ona liever wat er gebeurd is, heeft u een
aanatelling gekregen
„Ik heb ze gekregen", aprak Charlea,
altijd nog achter adem, zoo anel waa hij
de trap opgeijld.
„Hij heeft ze T'juichte Clairette, „hoort
u madame, hij heeft ze. O, nu is ailes
goed en de zorg de wereld uit."
„U heeft een aanatelling, mijnheer Du
bois, en waar en welke vroeg de oude
nog steeda wantrouwend.
„Ik ben prefect atiet Charlea diep
ademhalend uit.
„Prefect I" riep Clairette. „Ik meende,
dat een prefect een zeer voornaam heer
was, een plaatavervanger van den keizer."
„Ik ben prefect op het eiland Elba"
sprak Charles wat bedaarder, terwijl hij
zich oprichtte en rondkeek, „met acht
dagen moet ik vertrekken en tôt dien
heb ik nog ontzaglgk veel te doen, om
mijn maatregelen te nemen en voor uit
ruating te zorgen."
„0, hemel, hij ia kraDkzinnig riep
madame Lablache en strekte haar handen
afwerehd naar Charles uit.
„Voorb6reidselen voor de reia uit
ruating vroeg Clairette. »En ik
Charles omarmde haar en zei, „jjj, mijn
lieva Clairette, ja gaat mee, wjj gaan nog
heden den pastoor opzosken jij hebt
geen ouders, ik ook niet, ona huweljjk
staat nieta in den weg, in enkele dagen
zullen we man en vrouw zgn. Wa zullan
voor uw toilet gaan zorgen, en madame
Lablache zal ona daarbjj behulpzaam zijn.
Je zult daar immers een voorname dame
zijn, we zullen een reiawagen koopen en
de llertog zal tevreden zjjn binnen acht
dagen moeten we vertrekken."
Madame Lablache waa tôt de deur te-
ruggeweken.
maar tuimelt herhaaldelijk weer neer en
vermagert aterk. Na enkele dsgen wordt
het beeat door den dood uit zijn lijden
verlost.
De tweede vorm der ziekte is de stille
dolheid. Hierbij ontbreekt het tweede
stadium. Op het eerate volgt direct het
derde. Het bijten treedt dua niet op. De
ziekte duurt korter, msar ia ook l»3tiger
te onderkanuen.
Bjj de kat treden de drang tôt wegloopen
en de zucht tôt bijten an krabben op den
voorgrond. Bij koeien, paarden, schapen,
geiten en varkena, die dol zijn, zijn de
voornaamste verachijnselen, geen eetlust,
achrikachligheid, bijtzucht, verzwakking
en verlamming.
De ziekte is bij den mensch een der
vreeaelijkste die er bestaan en verloopt
doodelijk. Wanneer zich bjj dezen ziekte-
verachijnselen voordoen is geen genezing
meer mogelijk.
Gelukkig veroorzaakt niet iedere beet
van een dol dier de ziekte. 't Maakt b.v.
een groot verschil of men door de kleeren
heen of onmiddellijk in onbedekte lichaama-
deelen wordt gebeten.
Toch ia het van belang zich dadelijk,
nadat men gebeten is, onder geneeskun-
dige bahandeling te atellen, om de wond
te doen ontsmetten en een aeruminspui-
tingteontvangen. Deze behandeling onder-
gaat men in Utrecht aan het Serologiach
Inatituut. Gedurende de laatste maanden
heeft men daar reeds praehtige reaultaten
bereikt.
Wij zien uit dit ailes dat, wil men
menach en dier voor de infectie behoeden
en het voortschrijden der ziekte beperken,
moet worden beiet dat de hond kan byten,
en het eenige middel daartoe is aile
honden van een flinken, goed paaaenden
muilkorf te doen voorzien.
Verder zouden nog heel wat maatrege
len zjjn op te sommen ter bestrijding
der ziekte. Krachtige maatregelen zijn
reeds genomen door de regeering. De
hondonbezitters kunnen ook neg veel doen.
Zij moeten er zorg voor dragen dat hun
honden geen gevaar opleveren voor de
omgeving en zjjn verplicht zoo apoedig
mogelijk aangifte te doen van het ver-
moedelyk voorkomen der ziekte bij hun
hond.
Wie zjjn hond en zgn gezin lief heeft,
houde echter het beeat zooveel mogelyk
van de straat. Hij geve gehoor aan den
oproep van de overheid en de deskundigen,
„Hij ijlt en is besliat krankziunig", zei
ze angatig, nwaarschgnlijk zal hjj ge
vangen genomen worden en is 't hem in
't hoofd gealagen men had hem niet
vrij moeten laten er moet een dokter
gehaald worden krankzinnigen zijn
soms gevaarlijk."
Zij wilde heen gaan, om de deur van
buiten te sluiten, tôt er hulp gevonden
waa, om mjjnheer Charles te boeien.
Deze echter ijlde op haar af, vatte haar
hand, en bracht haar, trots haar tegen-
streven, in de kamer terug.
„Ik ben niet krankzinnig, madame",
sprak hij, „alles ia waarheid volkomen
waarheid. Ik heb met den Hertog ont-
beten in zijn hôtel daarbij deelde hij
mij mijn benoeming mede, morgen krijg
ik mijn aanatelling en aanwijziug op mjju
salaria, van twintigduizend francs 1"
„Twiotig duizend francs riep Clairette,
voor wie dis som geljjk stond met de
schatten van Ali Baba.
Ze drukte de handen tegen het hoofd
en zonk half cnmachHg op een stoel neer.
„Mgnheer Charlea krijscfate madame
Lablache, „Iaat mjj loa zeg ik u, of ik
roep om hulp o hemel, wie verlost
mij van dien krankzinnige
„Hoor toch, madame het ia ailes
waar, zoo waar, ala de zon hier door 't
venater schijnt. U wil mij niet gelooven,
nu, zie hier dan, hier zjjn tienduizend
fraucs voor uitruating en reiskosten
wil u me nu gelooven
Hij haalde het papier, dat de Hertog
hem gegeven had, uit zijn portefeuille en
liet het de oude zien.
„Ziet u" zei hij, „een aanwrjziDg op de
staatakas, door den Hertog von Otranto
zelf onderteekend, om aan mjj, Charles
Dubois politieprefect van het eiland Elba,
de aom van tienduizend francs uit te be-
talen."
Schuw en angatig blikte de oude naar
late zijn hond niet loa rondloopen en neme
liever de moeite het dier, van een goeden
muilkorf voorzien, op het erf te laten.
Liefst aan een stevigen ketting gebonden.
Bij het vsreffensn van de erfenis
van koning Leopold II atelde men vast,
dat er op het aetief bozittingen voorkwa-
men die eigenlijk den Staat moesten toe-
gewezea worden bg de naaating van Congo.
Daaruit ontatonden proceasen met de
princesaen. Zij eindigde met minnelijke
schikkingen, door het parlement in 1914
goedgekeurd.
Onder die bezittingen, welke aldus de
princesaen ontnomen werden voor eene
totale vergoeding van 17 millioen fra.,
bevonden zich die van de „Ma&tschappij
der zichten" van de „Stichting van Nie-
derfulb&eh" en van de maatachappij der
Gouden Kunst.
Thans komt het er op aan, vast te
ateilen hoe het actief van die drie inrich-
tingen onder België en de kolonie zal
verdeeld worden. Een comité werd aan-
gesteld om de zaak te bestuderen en ver-
slag uit te brengsn. Dat verslag zal den
ministerraad voorgelegd worden.
Een bewoonster van Dublin zoo
verhaalt de correspondent van de „Times"
aldaar had vernomen dat haar man
bij de brandstichting van het douanekan-
toor door een bajonetsteek was gedood.
Zij ging naar het ziekenhuis, identificeer-
de een der lijken, daar aanwezig, ala haar
man, maakte toebereidaelen voor de be-
gravenis en kocht rouwkleeren. Een
dezer dagen echter kreeg zg een brief
van haar man uit de gevangenis, waarin
hij om een pijp en tabak vroeg. Zjj
ging naar de gevangenis, doch kon geen
toegang krijgen. Zij gaf den cipier een
vel schrgfpapier met het Verzoek aan
den gevangene te vragen daarop de na-
men van haar kinderen te schrij ven. De
cipier bwam met de juiste namen terug
en toen wist zij, dat haar man leefde.
Later kreeg zg vergunning haar man in
de gevangenis te bezoeken.
De „Times" verneemt uit Helsing-
fors, dat de ontevredenheid te Petrograd
toeneemt tengevolge van het stopzetten
der diatributie van levenamiddelen.
Het gerucht gaat, dat er te Moskou een
opatand is uitgebroken, en dat de werk-
lieden en de troepen met elkaar in de stra-
ten vechten.
Het groote nieuwe postkantoor te
Chicago, waarvan de bouw pas begonnen
ia, krggt een dak, waarop postvliegtuigen
kunnen dalen. Het kantoor zal met mi-
niatuur-ondergrondache spoor wegen met de
voornaamste spoorwegstationB verbonden
worden.
het papier, haar oogen werden ateeds
grooter.
Za zag inderdaad de met groote cgfers
geschreven som, Langzaam pakte ze haar
bril en las het stuk, woord voor woord.
„Inderdaad, het is waar, dat staat er
tienduizend francs voor Charles Dubois,
prefect van Elba. Mgn hemel is er dan
zoo iets mogelijk, zgn er tooverfeeën zoo
als in de sprookjes van vroeger of is u
werkelijk zooals de menschen op straat
vertelden een verkapte prins
„Neen, geen prins" sprak Charlea met
waardigheid. „maar prefect van Elba en
dat is misschien nog beter.
„0, Madame Lenormand heeft het im*
mera gezegd, dat een groot geluk voor mij
waa weggelegd, dat er voratengunst in
mijn hand geschreven stond."
„Mijn hemel, is het dan ailes waar,
beats Charles, kan het waar zgn
„Ik begin het te gelooven", aprak ma
dame, „als dat papier tenminste echt is",
voegde ze er in twijfel bg.
„Dat zullen we dadelgk zien", sprak
Charles triumpheerend, „kom Clairette,
laat ona naar de bank gaan, dan zullen
wc het zien."
Hg nam zijn hoed en reikte Clairette,
die vermoeid opstond, den arm.
„Neen", viel d9 oude in, „neen ik laat
u niet alleen gaan. ala het eens waar
was u beiden met zoo'n som u zou
ze verliezen, u zou bestolen worden
neen, neen, dat gaat niet, ik ga met u
mee, dat ben ik verplicht. Wacht slechta
even, ik ben dadelgk gereed." Een oogen
blik later stapten aile drie de straat op,
nagegaapt door de bewoners van de rue
de Tiquetonne.
Men kwam aan de bank
(Wordt vervolgd.)