De kleine Pretect. 51e J Haï-gang ZATERDAG 9 JULI 1921 No. 53 9 Bmkker-ïïitfever T. K. KFEME% Van week tôt week. FEUILLETON. BUITENLAND. wordt gelezen te HQOGEZAND, Kiel-Windewear, Kropswoide, Wesîsrbroek, Fexhol, SAPPEfêEER, SLÛCKTEREft, SEddsburan, HailuseïSshSIdwolda, Koitsaaa Foxha®, Ssbarsiar, Harkstade, Lssaiand, GverschRd, TEN B0ER, NOORDD9JK, N00RD8R8EK. ZUIDBROEK, WUNTENDAM, ZUiPLARE?!, MOPRDLAREN, HASE* ans Dit BLAD verschijnt iederen WOEN8DAG en ZATERDAG. ABONNEMENTSPRIJS per drie maanden 60 cent bij voor- uitbetaling. Franco per poat 75 cent. v.h. BORGESIUS ZOON. 8ÂPPEMEI3R, Tel. 413, ABYERTENTIËN van 5 regela 50 cent, ieder regel meer 10 cent. Inzending van sdvertenties Dinsdagsmiddags en Vrgdags middags voor 12 uur. Voor het plaatsen van Adverleniiën betreffende Handel en Nijverheid la voor de stad Gronlngen alleen gerechtfgd het algemeen Advertentiebiireau mn H. WESTENBORG, Munnekeholm 8, Groningen, Tel. 772. Voor Advertentiën en Reclames buiien de provincie Groningen is alleen gerechtigd hel Advertentiebureau „HOLLANDIA" 's Gravenhage, Tel. H 7614. EEB8TG BLAD. WEEKKALENDER. Zondag 10 Juli. Maandag 11. Dinsdag 12. Woensdag 13. Don- derdag 14. Vrgdag 15. Zaterdag 16. Zonsopgang, Zaterdag 16 Juli te 3.58, onder te 8.13. Eerate kw&rtier, Dinsdag 12 Juli. Voor het handelsleven van ons land is 1921 een donker jaar geworden. De industrieelen en kooplieden hebben ge- durende den oorlog vele kwade woorden moeten hooren en velen hebben hun hun winsten misgund. Thans eckter is hun positie over het algemeen weinig benijdenswaardig, gedrukt als zij zijn eenerzijds door schulden tengevolge van hooge lasten en anderzijds door ontbre- kenden kooplust en geldnood. De oorlog en zijn nawerkingen hebben de dr&den van het economisch Ieven tôt een onont- warbaar kluwen verwikkeld. De grootste voorzichtigheid bij inkoop komt juist nu aan den dag, nu de handel weer onbe- lemmerd kan workeu. De kooplieden wagen zich nu niet aan het risico, dat de sterke fluctuaties van valuta en prijsverhoudingen meebrengen. Alleen het volstrekt noodzakelijke voor aanvulling van den voorraad wordt inge- kocht. De con3umenten doen zoo klein mcgelijke inkoopen. Dit zijn klare feiten, die dagelijks te constateeren zgn, die niet onder stoelen of banken worden gestoken, maar die in winkel en werkplaats, in vergaderzaai en op de straat worden besproken. Nederland bevindt zich, van economisch standpuut beschouwd, in een crisis- toestand. En 't is voor ons allen daarom in de eerste plaats gebiedend er voor te zorgen, dat onze nijverheid in staat wordt geateld om te werken. Het moet aan onze nijverheid worden mogelijk gemaakt in hooge mate in 's lands eigen behoeften te voorzien van waren, die vroeger uit het buitenland geïmporteerd werden. Verder moet de exportnijverheid op aile mogelgke wijzen bevorderd worden en moet ze niet op aile mogelijke wijzen door belastingen gerulneerd worden. Ik wees er reeds eerder op, dat de haard van den economischen criais moet worden gezocht in Duitschland, dat nog altijd gebukt gaat onder de sancties. Na T Denkt u in de plaats van een X T ander, en ge zult vreezen te be- T leedigen, te kwetsen ofonrecht 2 te doen Door d. 1. BRUYERE. (Nadruk verloden.) 20.) Mijnheer Corniglione heeft ons van den beginne af zeer vriendschappelijk, ja, tege- moetkomend behandeld, en daar er immers geen bewjjzen tegen hem zgn, lijkt het een onvriendelijke, ja, bijkans vijandige daad hem niet in zijn pian te gaan steunen. Mijnheer Monier hoeft mij geraden, een ontwijkend antwoord te geven, maar daar- mee zal de maire natuurïijk niet tevreden zgn, de zaak zal allicht aanleiding geven tôt verwikkelingen en onae.ngenaamheden, die ik liever zou willen vermijden.î' „Maar mijnheer Monier he6ft volkomen gelgk", riep Clairette, „ik denk er juist zoo over en raad je zgn voorslag aan te nemen. Wel geloof ik, dat ik het bij de verdere afwikkeling der zaak wel niet met hem eens ben," voegde se er lachend bij, „maar dat doet er niet toe, thans moet ge mijnheer Monier zijn zin geven." „Goed," zei Charles, „wat zal ik dan den maire zeggen, als bij hier komt BBWel, dan zeg je hem eenvoudig de waarheid „De waarheid sehrikte Charles. »Dat zou een beleediging, een verwjjt zgn, dat de aanneming van het ultimatum der entente, waarvan een zuivering van de politieke atmosfeer het gevolg was, ver- toonde zieh in een aantal industries^ daar te lande wat meer ievendigheid. Het Duitsche volk geeft niet spoedig den moed verloren, wil werken aïs men het daartoe in de gelegenheid stelt. Een meer ingrij- pende verbetering van den toestand ward echter door de sancties onmogelijk ge maakt. De gevolgen daarvan openbaarden zich vooral in terughoudendheid van bet buitenland en annulatie van reeds ver- strekte opdrachten. Dan bracht de regeling der Rijndouane moailijkheden mee. De ongunstige woelingen in Opper-Silezie werken echter niet minder ernstig dan de sancties. En met dat al wordt de toestand in de naburige landen er niet beter op. De berichten, dat verschillende bedrijven binnenkort tengevolge van de algemeene malaise zullen moeten worden stop gezet nemen toe. Ook vreest men, dat nog meerdere arbeiders hun brood hierdoor zullen verliezen. Zoolang dan ook bij den voortduur in breeden kring het besef blfjft ontbreken, dat bij een niet stijgen van den voorraad economische goederen, het onmogeljjk is te acbten, dat het algemeene levenepeil wezenlijk stijgt, maar integendeel dalen moet, zoolang zal ook de verarming blijven aanhouden. Zoolang zal ook de nog voortdurend dalende lijn zich niet weer oprichten. Voeg dan daarbij de groote onrust, welke zich van een dee! der bevolking in menig land heeft meester gemaakt en ernstig afbreuk doet aan de algemeene welvaart en ge hebt redenen te over om niet zonder zorg do naaste toekomst tegemoet te zien. Het is goed ons van den juisten toe stand op de hoogte te stelien. Slechts als we den aard der ziekte kennen, kunnen middelen ter genezing worden toegôdiend. Heel de wereld is verarmd. Het ont- stane tekort zal eerst moeten worden aangevuld, zal er sprake kunnen zijn van een herwinnen van het algemeene wel- vaartspeil, dat voor de debaele was ver- kregen. Er moet worden gewerkt en gespaard en bezuinigd met inspanning van aile krachten. S. „Niet zoo, Charles, je moet hem niet beleedigen, je suit hem integendeel een grooten dienst bewijzen en hij zal nog meer van je houden dan voorheen." „Hijn vriend Als ik hem voorhoud, dat hij een vgand van den keizer is en tôt gehoime eedgenootschappen behoort „Neen, Charles, je moet hem dat niet verwijten, neen, je moet hem zeggen, dat men in Parijs, zooals je weet, een derge- lijk vermoeden koestert, of tenminste van goede gezindheid niet voldoende overtuigd is, om hem dergelijke concessies toe te staan en zijn wensch te vervullen." „Maar," antwoordde Charles, »dan zou 'k immers liegen." „Neen, Charles, je moet het den maire natuurïijk als vriend, als wearschuwend vriend meedeelen, dat je zelf aan deze verdenking geen geloof slaat, eu hij zal dan opnieuw zgn gehechtheid aan Fran- krijk betuigen, en gij." „Ik?" sJe zult hem dan aïs welwillend vriend den raad geven die goede gezindheid door een daad te bewijzen en je zelf in staat te stelien, die verdachtmakingen en ver- moedens tegen te kunnen spreken, om hem dan zoo mogelgk, te kunnen steunen. Op deze wijze zal je voor allen gunstig werken. Bij Corniglione varsterk je den vriendschapsband, door hem een drenst te bewijzen zonder aan je waardigheid als prefect te kort te doen bij de regeering zal je ja verdienstelijk maken door een invloedrijk raan voor de zaak te winnen, dus dank van aile zij den." Nog seheen Charles niet overtuigd, dat zga verlegenheid zoo gemakkeljjk uit den weg zou worden geruimd. „Ma&r", merkte hg twijfelend op, „ho8 zal de maire de verdenking, die op hem rust door een daad weerspreken Zal men niet meenen, dat hg het enkel dost om zijn doel te bereiken?" De toestand in lerland. De conferentie le Dublin. Londen, 6 Juli. De ochtendbladen yer- wachten, dat de regeering aïs gevolg van lord Midleton's bezoek aan Lloyd George na de conferentie te Dublin eeD wapen- stilstand voor lerland zal afkondigen gedurende de verdore vredesonderhande- lingen. De BIrish Bulletin" acht do conferentie van groote beteekenis en acht het feit dat de conferentie tôt Vrijdag is verdasgd, het bewijs, dat Ieren van ver-uiteen- loopende beginselen in staat zijn voort te gaan met het voeren van onderhande- lingon over de baste wijze, waarop een vereenigd front kan worden verkregen tegenover Engeland. Het ^Bulletin" zegt ien alotie dat uit het applaus voor Mid- leton en andere Unionisten de onveran- derlijke geest van verdraagzaamheid in het republikeinsche lerland blijkt tegen over de minderheden van welke klasse of galoof ook. De „Evening Standard" verneemt, dat de discussies op de conferentie te Dublin zich schier geheei bapaald hebben tôt het vraagstuk van de toekenning van Home Rule „naar het voorbeeld der Dominions". Het blad verneemt voorts, dat het hoogst- waarschijnlijk is, dat Sir James Craig, de premier van Ulster, die zooals men zich herinnert geweigerd heeft de eerste con ferentie te Dublin bij te wonen, in de Vrijdag te houden tweede conferentie aanwezig zal zijn. Smuls te Dublin. Londen, 5 Juli. Arthur Griffith, vice- president der Iersche republiek, behoorde tôt hen, die den lord-mayor van Dublin naar Kingstown hebben begeleid om generaal Smuts te ontmoeten. Smuts vermeed een openhare ontvangst, daar zijn bezoek een particulier karakter draagt, doch hij reed later naar het stadhuis, waar hij den lord-mayor begroette. Naar verluidt heeft hg kort daarop De Valera ontmoet. Tôt dusver zgn er geen teekenen, die op een wapenstilstand van de zgde der Sinn Feiners wijzen. Heden werden in verscheiden deelen van lerland moorden door Sinn Feiners bedreven. Londen, 6 Juli. De „Daily Chronicle" verneemt, dat Smuts niet naar lerland is gegaan met een opdracht der regeering en geen enkele volmacht bezit voor het voeren van onderhandelingen. Hij is er alleen heen gegaan, omdat hij het wenschte en ook omdat hij door eenige zuidelijke Ieren daartoe was uitgenoodigd. Nochtans hoopt de regeering en iedereen, dat het bezoek een gunstigen invloed zal hebben op de vredespogingen. „Het moet iets zijn", antwoordde Clai rette, „dat hem voor altijd in de armen der regeering voert en voor goed aan haar bindt. Dat is toch niet zoo moeilijk. Overste Saint Faucon b.v. klaagt er wel eens over, dat de maire tegenover hem en zgn officieren wel hoogst beîeefd, doch altgd even koel is en zich steeds op zekeren afstand houdt „Ja, dat herinner ik me en wellicht is dit de oorzaak der verdenking men moet hem raden, de officieren met meer hartelgkheid te behandeien." „Dat zou weinig baten", merkte Clai rette op, „daarbij zou te duidelijk zijn huidig voornernen in 't oog springen. Neen, neen, het zou iets moeten zijn, dat niet alleen den vorin betrof. Ik meen te weten", sprak ze, terwijl ze haar man van ter zijde aankeek, „dat luitenant Marton en Bsatrice Corniglione elkaar beminnen en vreezen, dat de maire deze gevoelens eerder tegengaan dan begun- stigen zal." ,Dat denk ik ook", antwoordde Charles, „ook ik meen opgemerkt te hebben dat de joKgefui wel van elkaar houden doch weinig hocp koesteren." nHun hoop zou zich spoedig kunnen verwezenlijken,als men den maire den raad gaf, zijn dochter met luitenant Marton te laten huwen. Dat was inderdaad een bewijs, dat hg geen vijand van keizer en regeering was en voor later ook niet worden zou. Een schoonvader toch, wiens eenige dochtcr met een officier huwt, die een eervoile carrière verwachten mag, zal het niet mogelijk zijn, verbinteuisaen met Carbonari, Jacobijnen en wie weet welka geheime genootschappen te onderhouden. Zulk een raad, Charles, zou mijnheer Corniglione heel goed kunnen worden gegeven, want volgt hg dien, dan zou de regeering zgn verzoek zeker inwiliigen." Verbaasd keek Charles op. Weer een katteel afgebrand. Ongeveer zes gewapende mannen hebben Zondagmorgen het k&steel Moydrum, bij Athlene, de verblijfplsats van Lord Cast Iemaine, lord-lieutenant" van Westmeath tôt den grond toe afgebrand. Zij ver- klaarden, dat deae brand een maatregel van represaille was voor de jongste brand- stichtingen te Coosan en Mount Temple. Lady Castîemaine en haar dochter konden slechts enkele zaken van persoonlijke waarde redden. De aangerichte schade wordt op 120.000 pond sterling gesehat. Lord Castîemaine vertoefde op het moment van de brandstichting in Sckotland. De ophelfias Tan het toezicït op «len lantibonw. Londen, 5 Juli. Het Lagerhuis heeft m9t 278 tegen 113 stemmen het wets- ontwerp, waarbii de bepaîingen der land- bouwwst betreffonde de gewaarborgde prijzen en de loonraden worden opge- heven, in tweeds lezing aanganomen. Chamberlain verklaarde dat hetgeen verwacht was een redelijken waarborg te zullsn zijn, uitgeloopen is op esn enorm subsidie. Onder deze omstandighaden meende da regeering het recht te hebben haar poîitiek opnisuw te overwegen. Met parlement. De „Even. Stand," meldt, dat het ksbinet besloten heeft geen najaars-zitting van het parlement te doen houden en dat Lloyd George voornemens zou zgn de vacantiedagen door te brengeD, waar reeds op een rustige plazts voorbereidselen voor zijn aanstaand verblijf worden gemaakt. De Foolscbe opstnnd in Oppcr>bllezië. De ongeregeldheden te Beuthen. Berlijn, 5 Juni. Bij de botsiûg te Beuthen openden de Franschen op het gebouw, waaruit naar het heette geschoten werd, een snelvuur met machinegeweren, ten gevolge waarvan het volkomen werd vernield. Beuthen, 6 Juli. De nacht verliep over het algemeen kalm. Ingevolge den ver- scherpten staat van beleg is het straat- verkeer van 6 uur nam. tôt 6 uur voorm. verboden. Bij de gebeurtenissen van gisteren zijn aan Duitsche zgde vier man en een school- meisje gedood. Berlijn. Uit Breslau wordt gemeld, dat de stad Beuthen sedert gisteren vol komen van de buitenwereld is afgesloten. De verschcrpte staat van beleg, die gis teren is afgekondigd, staat de bevolking niet toe, de stad te verlaten. Er is opnieuw een aantal gijzelaars, leiders der Duitsche partijen en der vakveréenigingen, achter slot gezet. De commissie van twaalf uit de Duitsche bevolking van Opper-Silezië, heeft gisteren met de leiders der Duitsche partijen te Kattowitz een „Ha, ha deze kleine B^atric is je vriendin, en mag zeker in haar liefde op jau steun rekenen „En waarom niet?" hernam Clairette. „Zijn wij niet gelukkig genoeg, lieve Charles, om ook anderen een dergeiijk geluk te wenschen Ik beken het dat ik inderdaad deze beide jongelieden wil behoeden voor het ongeluk door de eigen- zinnigheid of verkeerde poîitiek een onge- lukkig huwelijk te moeten sluiten. En tegelijk tracht ik dat mijn gemaal zich verdiênstelgk maakt, door een uitskkend officier tôt erfgenaam van den maire en wachter van diens politieke gevoelens te maken. Ten slotte" zei ze lachend terwijl ze haar man schalks aanzag, „denk er eens aan, welke heerlgke stof 't voor een blijspel sou zijn, wanneer we eenmaal oud en geen prefect meer zijn en de nei- ging bij je opkwam om nog eens weer de yen ter hand te nemen." Charles lachte luid, zoo aanminnig had hij zijn vrouw nog niet gezien, vend hij, zooals ze daar, neergevleid op haar rust- bed, met sebalks triumpheerenden blik lot hem opzag. Hij knîelde bij haar neer en riep, haar handsn met kusaen bedek- kand B0, wat ben ik gelukkig een vrouw te bezitten, die altijd en voor alics raad weet wat zou ik aanvangen, aie ik hier alleen prefect was Ze boog zich tôt hem over en zei „Ik geloof, Cnarles, dat het niet zoo bgzonder erg zou zijn, als de wereld door da vrouwen geregeerd werd. Eigenlijk is 't immers maar al te vaak zoo, dat de maunen ailes in de war brengen, en wordt die verwarring dan al te groot, dan moeten wij komen, om weer orde te scheppen. Daarom zullen we 't ook makeD, dat je het ëiland regeert naar de raadgevingen van je vrouw, evenals Numa Pompilius het deed naar die van zgn geliefde Egeria." besprekiug gehouden. De Duitsche par tijen en vakvereenigingen te Beuthen, welker leiders eveneens voor het grootste deel werden ge&rresteerd, hebben het volgende manifest uitgevaardigd „Onze herhaalde aanBporing om orde en kalrnte te bewaren zijn gisteren helaaa niet geheel opgevolgd, Naar ons wordt medegedeeld heeft de intocht der Engel- sche troepen vrouwen, kinderen en jonge lieden aanleiding gegeven tôt op zichzelf onschuldige demonstraties, die echter oorzaak zijn geworden van den dood van een Fransch majoor, den commandant van de bezettingstroepen, en een aantal fcurgers. Wij betreuren deze gebeurte- nissen ten zeerste, evenzeer als wij aile aanvallen, ook van Duitsche zijde, verkeerd achten. Wij hebben aanleiding gevonden de bezettingsautoriteiten ons diep leed- wezen over den dood van den Franschen commandant uit te spreken evenzoo betuigen wij den nabestaanden van hen, die bij de ongeregeldheden zijn gedood, onze groote deelneming. Tôt de bewoners van de steden richten wij na het gebeurde van gisteren opnieuw de waarschuwing „Bewaart rust en basonnenheid, laat u door niets tôt onbezonnen handelingen prikkelen, want de gsvclgen moet gij zelf dragen." De houding der insurgenten. Berlijn, 6 Juli. Naar uit Oppeln wordt gemeld, moeten de over de grens getrok- ken Poolsche insurgentenbenden aaneen- g:sloten achter da Poolsche grens staan en daar militaire oefeningen houden. Verder wopdt gemeld, dat de in het bezette gebied gebleven insurgenten en Haller- soldaten slechts tôt 10 Juli verlof hebben gekregen en hun soldij doorbetaald krijgen. Hun is aangezegd, zich voor een spoedige oprueping ger -ed te houden. Het ver luidt, dat de f'olen reeds op 10 Juli een staking willen beginnen, die zich tôt een algemeene o^king zal uitbreiden, om op 17 Juli, als cre eerste berichten uit Parijs over de beslissing in de Opper-Silozisehe q^ueastie binnenkomen, een nieuwen op- stand te ontketenen. De intergeallieerde commissie wordt dagelijks van compétente zijde op voorbereidingen voor den nieuwen cpstand gewezen desniettegenstaande heeft zij, evenals vroeger, tôt nu toe aile Duitsche waarschuwingen in den wind geslagen. Staat van beleg. Berlijn, 5 Juli. Met het oog op de hand over hand toenemende actie der Poolsche benden heeft de geall. commissie opnieuw den staat van beleg afgekondigd over de kreitsen Gross-Strelitz en Rosen- berg. Dat kan", sprak Charles, „ea Egeria mag een nymphe en wonderschoen ge- weest zijn, maar bg mijn kleine Clairette haalde zij niet!" Mijnheer Corniglione ontving den vol- genden dag het bericht van den prefect, zooals het door mgnheer Monier voor- gesteld en door Clairette in hoogste in- stantie goedgekeurd was. Den secretaris deed het natuurïijk groot plezier, ofschoon hij niet wist, dat dit antwoord zou dienen als uitgangspunt van verdere onderhan delingen, om madame Clairette te helpen, haar doel te bereiken. Mijnheer Corniglione zijnerzijds meende van den prefect een gunstig antwoord te mogen verwachten. Het voorbehoud van later onderzoek was hem niet aangenaam, want licht zouden anderen, kunnen komen, die meer door de regeering zouden werden gesteund. Toch verontrustte hem het antwoord niet al te zeer hg beschouwde het als een uitvloeisel van de besluiteloos- heid van den prefect en besloot daarom den heer Dubois nog eens persoonigk te gaan bezoeken. Zijn dochter vroeg hg, mevrouw Dubois om haar steun te ver- zoeksn. Béatrice was gelukkig, haar vader in een voor hem gewichtige zaak van dienst te kunnen zijn. In blgde stemming kwam ze bij haar vriendin en droeg haar zaak voor. Ze twgfelde geen oogenblik aan de vervulling van haar wensch, maar tôt haar groote ontsteltenis verklaarde ma dame Dubois, dat dit een zeer moeilijk geval was en zij het nauwelgks zou durven wagen er haar man over te spreken. Za deed daarbg zoo geheimsinnig en raadsel- achtig, dat het Béatrice bang om het hart werd en ze met tranen in de oogen om vergiffenis voor haar vermetelheid bad. (Wordt vervolgd.) OOST- GOORECHT Qfficieel Orgaan voor H0QQE2AH0

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1921 | | pagina 1