Voor de feesidagen
A. SCHEPER,
m
Kofiie-Likenr - Redame.
E. RADSMÂ, Hoogezanâ.
Gebr. ZWART8ENBERG,
Costumes en
Mantels
Voor fliewjaar
i
groote &££ï5wrT'
t
TWEEDE BLAD
MUNHARDra
Zenuw-îableften
Tel. 37, Kalfcwtjk.
bU P. BAKKEK en fllialen.
'9,
voor
I
SAPPEMEER.
elke gelegenheid ^7™"' op..1"''®-
Officieele Publicatiën.
vrees, prikkeibaarheid
Benk om onze
gereed en
naar maat.
Californische Port
vmdt V
I. A VAN ROUEN
VAN DER HOOP VAN SLOGHTEREN.
Sl|!<
FTRMA
BRONINGER, STADSKANAAL,
m,
fvié8|
Zaterdag 24 December.
Aangifte ter inschrjjving voor de Militie
De Burgemeeaters van Hoogezand en
Sappemeer brengen ter kennis van wie
het aangaat, inzonderkeid van de in het
jaar 1908 geboren msuneljjke personen,
dat bjj de Militiewet (Staatsblad 1912,
no. 21) het volgende is bepaald
Wie moeten worden ingeschreven.
Artikel 12.1. Behoudens het bepaalde
in art. 18. wordt voor de militie inge
schreven
lo. ieder minderjarig manneljjk Neder-
lander, die op 1 Januari van het jaar,
volgende op dat, waarin hjj het 18de
levensjaar heeft volbracht, binnen het
Rijk, in het Duitache Rjjk of in het
Koninkrjjk België woonplaats heeft, of
wiens vader, moeder, of voogd op genoemd
tijdstip in een dier Rijken woonplaats
heeft
2o. ieder meerderjarig Kederlander, die
op genoemd tijdstip in een der genoemde
Rjiken woonplaats heeft
8o. ieder manneljjk niet- Nederlander,
die op genoemd tijdstip ingezetene van
het Rijk is.
2. Voor ingezetene in den zin dezer
wet wordt gehouden
A. de minderjarige niet-Nederlander,
die binnen het Rijk woonplaats heeft:
lo. indien zjjn vader, moeder of voogd
binnen het Rijk woonplaats heeft en
gedurende de voorafgaande achttien maan-
don in het Rijk of in de koloniën of be-
zittingen des Rjjks in andere werelddeelen
woonplaats gehad heeft
2o. indien hjj zelf gedurende de vooraf
gaande achttien maanden in het Rijk of
in de koloniën of bezittingen des Rjjks
in andere werelddeelen woonplaats gehad
heeft, tenzij hij in den zin dezer wet
een vader of moeder heeft en deze elders
dan binnen het Rjjk woonplaats heeft;
B. de meerderjarige niet-Nederlander,
die binnen het Rijk woonplaats heeft en
gedurende de voorafgaande achttien
maanden in het Rjjk of in de koloniën
of bezittingen des Rijks in andere wereld
deelen woonplaats gehad heeft.
8. Voor de toepassing van het vorig
lid wordt gehouden
voor minderjarig hjj, die minderjarig
i« in den zin der Nederlandsche wet
voor meerderjarig hij, die meerderjarig
is in den zin der Nederlandsche wet.
Wie niet inschijjyingsplichtig ajjn.
Artikel 13. Voor de militie wordt niet
ingeschreven
le. de ingezetene niet-Nederlander, die
bljjkt te behooren tôt een Staat, waar de
Nederlanders niet aan den verplichten
krjjgsdienst zijn onderworpen of waar
ten aanzien van den dienstplicht het
beginsel van wederkeerigheid is aange-
nomen
2o. hij, die bljjkt in de koloniën of
bezittingen des Rijks in andere wereld
deelen woonplaats te hebben, mits dit
niet zjj ter zake van krjjgsdienst.
In welke gemeente de inschrjjving
moet geschieden.
Artikel 14. 1. De inschrijving ge-
schiedt
lo. van hem, bedoeld in art. 12, eerste
lid, onder lo.
a. zoo zijn vader moeder of voogd
binnen het Rijk woonplaats heeft, in de
gemeente der woonplaats van vader
moeder of voogd
b, zoo h;jj binnen het Rjjk woonplaats
heeft, in de gemeente zijner woonplaats,
t jjnzjj hij in den zin dezer wet een vader,
moeder of voogd heeft en deze in eene
andere gemeente binnen het Rijk woon
plaats heeft;
c. zoo zijn vader, moeder of voogd in
het Duitsche Rijk en hij niet binnen het
Rijk woonplaats heeft, in de gemeente
Amsterdam
d, zoo zijn vader, moeder of voogd in
het Koninkrijk Belgi* en hij niet binnen
het Rijk woonplaats heeft, in de gemeente
Rotterdam
zoo hij in het Duitsche Rijk en zijn
vader, moeder of voogd niet binnen het
Rjjk of in het Koninkrijk België woon
plaats heeft, in de gemeente Amsterdam
f. zoo hij in het Koninkrijk België en
zijn vader, moeder of voogd niet binnen
het Rijk of in het Duitsche Rijk woon
plaats heeft, in de gemeente Rotterdam
2o. van hem, bedoeld in art, 12, eerste
lid, onder 2o.
a. zoo hij woonplaats heeft binnen
het Rjjk ,in de gemeente zijner woonplaats
b. zoo hij woonplaats heeft in het
Duitsche Rijk, in de gemeente Amsterdam
c. zoo hij woonplaats heeft in het
Koninkrjjk België in de gemeente Rotter
dam
3o. A. van hem, bedoeld in art. 12.
eerste lid, onder 3o., indien hjj minder
jarig is
a. zoo zjjn vader, moeder of voogd
binnen het Rjjk woonplaats heeft, in de
gemeente der woonplaats van vader,moeder
of voogd
b. zoo hjj in den zin dezer wet geen
vader, moeder of voogd heeft of zoo zjjn
voogd niet binnen het Rjjk woonplaats
heeft
B. van hem, bedoeld in art. 12, eerste
lid, onder 3o., indien hjj meerderjarig is
in de gemeente, waar hjj woonplaats
heeft.
2. De in het vorig lid als plaats van
inschrjjving aangewezen gemeente is die,
waar de woonplaats gevestigd is of was
op 1 Januari van het jaar, volgende op
dat, waarin de in te schrjjven peraoon
het 18de levensjaar volbracht. Ten aan
zien van hem, wiens inschrjjving te
Amsterdam of te Rotterdam moet ge
schieden wegens woonplaats onderschei-
denljjk in het Duitsche Rjjk of in het
Koninkrjjk België wordt de gemeente,
waar do inschrjjving moet plaats hebben,
bepaald naar het Rjjk, waar de woonplaats
gevestigd is of was op 1 Januari van
hst jaar, volgende op dat, waarin de in
te schrijven persoon het 18de levensjaar
volbracht.
Aangifte ter inschrijving.
Artikel 15. 1, Hjj, die volgens art
12 moet werden ingeschreven, is verplicht
zich daartoe aan te geven bjj den burge-
meester der gemeente,waar de inschrjjving.
moet geschieden.
2. Indien hij ongesteld of afwezig is,
rust de verplichting tôt het doen van de
aangifte
a. indien het een minderjarige betreft
op zjjn vader, moeder of voogd, mits de
vader, moeder of voogd binnen het Rjjk.
in het Duitsche Rjjk of in het Koninkrjjk
België woonplaats heeft of indien de
voogdjj is opgedragen aan eene reehtsper-
soonljjkljjkheid bezittende vereeniging.
aan eene stichting of aan eene instelling
van weldadigheid op de beituurders
b. indien het een meerderjarige betreft,
die onder curateele staat, op zijn curator.
3. De minderjarige, die in den zin dezer
wet geen vader, moeder of voogd heeft, of
wiens vader, moeder of voogd niet binnen
het Rijk, in het Duitsche Rjjk, of in het
Koninkrijk België woonplaats heeft, is,
behoudens het bepaalde in het volgend
lid, steeds zelf tôt het doen van de aan
gifte verplicht.
4. Hij, die is opgenomen in een der
in art. 16 vermelde gestichten en inrich-
lingen of behoort tôt de in het tweede
lid van genoemd artikel bedoelde personen
dan wel in dienst is bij de zeemaoht, bjj
het leger hier te lande of bjj dekoloniale
troepen, behoeft niet ter inschrjjving te
worden aangegeven.
6. De aangifte geschiedt in de maand
Januari van het jaar, 7olgende op dat,
waarin de in te schrijven persoon het
18de levensjaar volbracht.
6. Voor hem of haar, die tothetdoen
van de aangifte verplicht is, kan de aan
gifte geschieden door een ander, daartoe
schrifteljjk gemachtigd.
Opgave ter inschrjjving,
Artikel 16. 1. De bestuurders van
krankzinnigen-, idioten-, doofstommen-
en blinden gestichten van gevangenissen
van rjjkswerkinriohtingeu, van rjjksop-
voedingsgesticbten en van tuchtecholen
zenden jaarljjks vôôr 10 Januari eene
opgave, ingericht in den door Ons te
bepalen vorm, van de daarin opgenomen
mannelijke personen, die alsdan voor de
militie moeten worden ingeschreven aan
Onzen commissaris in de provincie, binnen
welke de inschrjjving moet plaats hebben.
2. Ten aanzien van de manneljjke
personeD, die ingevolge art. 39 van het
Wetboek van Strafrecht ter beschikking
van de Regeering zjjn gesteld en niet in
een Rijksopvoedingsgesticht zjjn opgeno
men, geschiedt gelijke opgave vanwege
Onzen Minister van Justitie.
1. De inschrijving van de in het
eerste en het tweede lid bedoelde
personen, zoomede van die, welke in
dienst zjjn bij de zeemacht, bjj het
leger hier te lande of bjj de koloniale
troepen, geschiedt overeenkomstig door
Ons te geven voorschriften.
Inschrjjving na den gewonen tjjd.
Artikel. 17. 1. Voor de militie wordt
ook ingeschreven
lo. ieder minderjarig manneljjk Neder
lander, die na 1 Januari van het jaar,
volgende op dat, waarin hjj het 18de
levensjaar volbracht, en vôôr het intreden
van het 21ste levensjaar zjjne woonplaats
binnen het Rjjk, in het Duitsche Rijk of
in het Koninkrijk België gevestigd heeft
en wiens vader, moeder, of voogd niet
reeds in een dier Rijken woonplaats had
2o. ieder minderjarig manneljjk Neder
lander, die niet in een der genoemde-
Rjjken, woonplaats heeft, doeh wiens
vader moeder of voogd na 1 Januari
van het jaar. volgende op dat, waarin
de minderjarige het 18de levensjaar
volbracht' en vôôr het intreden van
diens 21ste levensjaar zjjne of hare
woonplaats binnen een dier Rijken ge
vestigd heeft
3o. ieder mannelijk minderjarige, die
na 1 Januari van het jaar, volgende op
dat, waarin hjj het 18de levensjaar vol
bracht, en vôôr het intreden van het
21ste levensjaar Nederlander of opnieuw
Nederlander is geworden, zoo hjj of zjjn
vader, moeder of voogd binnen het Rjjk
in het Duitsche Rjjk of in het Konin
krijk België woonplaats heeft;
4o. ieder meerderjarig manneljjk Neder
lander, die na 1 Januari van het jaar,
volgende op dat, waarin hjj het 18de
levensjaar volbracht, en vôôr het 21ste
levensjaar zjjne woonplaats binnen het
Rjjk, in het Duitsche Rijk of in het
Koninkrjjk België gevestigd heeft
5a. ieder manneljjk meerderjarige, die
na 1 Januari van het jaar, volgende op
dat, waarin hjj het 18de levensjaar vol
bracht, en vôôr het intreden van het 21ste
levensjaar Nederlander of opnieuw Neder
lander is geworden, zoo hjj binnen het
Rjjk, in het Duitsche Rijk of in het Ko
ninkrjjk België woonplaats heeft
6o. ieder manneljjk niet-Nederlander,
die na 1 Januari van het jaar, volgende
op dat, waarin hij het 18de levensjaar
volbracht, en vôôr het intreden van het
2l3te levensjaar ingezetene of opnieuw
ingezetene is geworden in den zin van
art. 12, tweede lid
7o. hij. die vôôr het intreden van het
21ste levensjaar ophoudt te verkeeren
in een der gevallen bedoeld in art. 13,
indien hjj overigens, hetzjj volgens art.
12, hetzjj volgens het hiervoren onder
lo. 6o. bepaalde ingeschreven zou
moeten worden.
2. Met betrekking tôt het bepaalde
onder lo. 6. gelden art. 12, laatste
lid, en art. 13.
3. Ten aanzien van de gemeente, waar
de inschrjjving of de inschrjjving opnieuw
moet geschieden, geldt art, 14, eerste lid,
met dien verstande, dat de plaats van
inschrijving wordt bepaald naar de ge
meente of het Rjjk waar de woonplaats
gevestigd is of was op den dag, waarop
de in te schrjjven persoon of ajjn vader.
moeder of voogd is geraakt in een der
in het eerste lid van dit artikel omschre-
ven gevallen.
4. Ten aanzien van de aangifte of
opgave ter inschrijving opnieuw gelden
de artt. 15 en 18, met dien verstande,
dat de aangifte geschiedt binnen dertig
en de opgave binnen tien dagen na den
dag, waarojle in te schrjjven persoon
of zjjn vadei,noeder of voogd is geraakt
in een der iket eerste lid van dit ar
tikel omaohipn gevallen.
jufbepalingen.
Artikel 101 1. Met hechtenis van ten
hoogste vearlP dagen of geldboete van
ten hoogste federd vjjftig guidon wordt
gestraft de art. 15, eerste of tweede
lid, bedoeldeiersoon of diegene der in
laatstgenoemillid bedoelde bestuurders,
die niet volét aan eene hem bjj dat
artikel of bij f. 17, vierde lid, opgeleg-
de verplichtiq
2. Met gevgcnisstraf van ten hoogste
twee maands of geldboete van ten
hoogste zeshoprd gulden wordt gestraft
hjj, die opzettijk een der in het eerste
lid bedoelde f$n pleegt.
Opmerkinpmtrent vrjjstelling
Bij de in artL6 vermelde aangifte ter
inschrjjving b«aat gelegenheid om op
te geven de ilen van vrjjstelling, die
de in te schrjjveoersoon meent te hebben.
Beteekenis vaide uitdrukking vader,
moeder, oogd en curator.
Waar in hetbovenstaande sprake is
van vader, moetr of voogd, heeft zulks
betrekking op inderjarigen en strekt
de uitdrukking vader,, voor het gev&l,
dat de vader diouderljjke macht of de
voogd jj uitoefent;e uitdrukking „moeder"
voor het geval, «t de moeder de ouder-
ljjke macht of 9 voogdjj uitoefent en
de uitdrekking foogd" voor het geval
dat over den miierjarige voogdjj wordt
uitgeoefend door »n ander dan den vader,
of de moeder. D uitdrukking „curator"
heeft betrekkingop meerderjarigen en
strekt voor het eval, dat dezen onder
curateele sta&n.
Waar in het wenstaande sprake is
van woonplaats, 'ordt ten aanzien van
hen, die geen "jjwillige woonplaats
hebben, dat zjj. o.a. de minderjarigen
daaronder verslan de plaats, waar zjj
werkeljjk wonon, a, zoo deze ontbreekt
de plaats van verlijf.
Overleg m stukken.
Ten aanzien vai hen die elders ge
boren zjjn, kan bjj iet doen van de aan
gifte te ter inschr jj vig overlegging worden
gevorderd van een ittreksel uit het ge-
boorte register, wel uittreksel voor
zooveel het hier te Inde wordt afgegeven
voor dit doel o aanvraag kosteloos
verstrekt.
TIJD VAN ANGIFTE.
Voor het doen yan de aangifte ter
inschrjjving, die moet ">Jaats hebben
tussehen 1 en 31 Januari a.s. zal mee ,r
bepaald gelegenheid worden gegbven
ter igemeentesecretarie te Hoogezand:
voor de wjjken A tôt en met J op 3
en 4 Januari 1922, voormiddags van
9 tôt 12 uur en 's n. uiddags van 2 tôt
5 uur, voor de wjj m K tôt en met
U op 5 en 6 Januari 922, voormiddags
van 9 tôt 12 uur en 'snamiddags van
2 tôt 5 uur en te Sappemeer op 5 en
6 Januari 1922 voorn iddags van 9 tôt
1 uur en 's namiddags van 2 tôt 5 uur
en op 9 Januari voormiddags van 9
tôt 1 en 's namiddags van 2 tôt 5 uur.
Men wordt dringend verzocht zich zoo
mogeljjk op een der aangegeven uren voor
het doen der aangifte ter gemeentesecre-
tarie te vervoegen.
Hoogezand en Sappemeer, 16 Dec. 1921.
De Burgemeesters voornoemd.
HINDEBWET.
Burgemeester en Wethouders der ge
meente Sloohteren
Gezien artikel 6, 2e lid en artikel 7
der Hinderwet
Brengen ter openbare kennis. dat bjj
hunne vergadering is inge omen een ver-
zoek van A. Dinkla, W agenmaker te
Kropswolde, om op het perceel te Kolham.
kadastraal bekend gemeente Slochteren,
Sectie K. no. 178, in de door hem op te
richten wagenmakerjj eene electromotor
van 4 a 5 P. K. te pïaatsen dat dit
verzoek met de in artikel 8 der Hinder
wet bedoelde bjjleggen te Secretarie dezer
gemeente ter inzage is nedergejegd det
door hen aan de belanghebbenden op
Maandag den 2 Januari 1922, des voor
middags te elf uur, in het Gemeentehuis
gelegenheid zal worden gegeven om de
bezwaren in te brengen, die bjj hen
tegen de oprichting op het aangoduid
pejceei, van de hiervoren bedoeld inrich-
ting mochten bestaan, kunnende bjj die
gelegenheid zoowel de verzoekers als zij
die bezwaren inbrengen, hunne bezwaren
mondeling en schrifteljjk toelichten. De
schrifturen, die te dezer zake bjj Burgs
meester en Wethouders moohttn inkomen
zullen vanaf den 2£ Dacember s.s. ter
Saeretarie der gemeente voor den ver-
zoeker zoowel als voor hen die bezwaren
inbrengen, ter iDsage liggen.
Belanghebbenden worden er nac rukke-
ljjk op gewezen, dat ingeval zij hooger
beroep mochten willen instellen tegen
de te nemen beslissing op het gedaan
verzoek, zjj niet ontvankelijk verkiaard
zullen worden, als zjj niet op de in deze
kennisgeving aangewezen zitting zjjn ver-
sohenen, en dat derhalve het indienen
van een bezwaarschrift op den dag der
zitting niet voldoende is.
Slochteren, den 20 December 1921.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
H. BROEKEMA.
De Secretaris,'
H. SNATER.
ADVERTESITIËW
wordl spoedig overv/onnen
door '1 aebruik van.
per koker 7s c bjj apoth. en drogisten.
FABK AJ-IUnHARDT. zei5T.
Colif. roode en witte Portwjjn. t
Prima Jenever en Brandewjjn, H
per L 3.10,
Cognac, Rum, Punch, enz.
Ingelegde Vruchten, als Abri- gj
kozen, Pruimen, Kersen, enz. f
Elem» Rozjjnen vanaf 42 et. p. pd. V
Sultana
Abrikozen, Krenten, Pruimen p. g1
pd. 30 et., Schjjfappels vanaf pp
50 et. pond.
Koek en Oudawjjven,
Aile soorten Koekjes.
Gelettes p. pond 70 et.
Kerstkransjes.
Nieuwjaarskoekjes.
Pleverkoeken p. stuk 5 et,
Bitterkoekjes van nootjes.
Dessert Mélangé. m
Wellingtons per pond 95 et.
Muziek, Sprits, Lunch. 9
Dessertwafeis. Roomwafels per B
pond 671/2 et. p. pond. g
IJswafels, Prou Frou.
Roomstaven en Slagroomwafels g.
per pond 1.—
Austr. Roomboter p. pd f 1.
Citroenolie, Pan. suiker en
stokjes. jj
Nootmuskaat, Peper, Kaneel,
Gest. nagels.
Fijn gebrande 8AIJSJES per
pond 85 et.
1 muni;
Bjj één pond prima KOFPIE
k f 1.-
ontvangt U een flesch prima
LIKEUR CADEAU.
Daar er misbruik van gemaakt is,
wordt aan één persoon niet meer
afgegeven dan 3 pond tegeljjk.
Elemè ROZIJNEN 50 cf. per pond.
Blauwe 55
Sultana zonder pit, eerste
soort 72^2 et. per pond.
Hoogfijne GELETTES 75 et. p. pd.
Prima kwaliteit PORTWIJN
f 1.20 de L., bjj 5 L. tegeljjk
1.16 de L.
Verder aile soorten WIJNEN bjj
ons verkrjjgbaar.
Àanbevelmd,
t/o. Âkerk. b/h. Hoofdstation
Elemé Rozjjnen m. pit 50 et.
Elemè extra mooi 65 et.
Sultana z. pit 65 et.
Sultana, extr». blank 90 cent.
Abrikozen pond 80 et. en f 1.10.
Pruimen pond 25, 35 en 45 et.
van de West Atletba.
Roode per Iiter f 1.80.
Witte f 1.55.
Vanille Stokjes 121/g et. per stuk.
Vanille Suiker pakjo 5 en 71/2 et.
Heel en gemalen Kaneel.
Citroen-Kaneel en Anjjaoli*.
Heel en gemalen Gember.
Heel en gemalen Nootmuskaat.
Zuiver Inl. Tarwebloem per pond
11 en 12 et.
De fijnste Tarwebloem 14 et.
Delftsche Slaolie per liter 90 et.
Raapolie per liter 70 et.
Fransche Slaolie in flesschen per
flesch f 1.25.
Grein Suiker per pond 35 et.
Blanke Basterd Suiker 35 et.
Gele Suiker 30 et.
le soort Witte Suiker 27 et.
><e a..
'gehou
d ut
^en na
ieiMÏan v,
ta
fk
ip stuk
mee
[olukke
ian P®r
[res mel
BIJ 'ig toekennen omdaliet
en moeder ni^c
eerste tnaal in
Igaan, „n toen
-huweljjke toc-
zjjne vrouw
"et langer be-
c bloed kookte.
In d< oogen,
n 2Ô'n mantel
Afet hem zhI
a goed Chris-
en- Ik steek
ook een cru-
■*g hem om
sacramentel
ef mij mijn
erenden door
n»aet zict
n begrijpen
:'8 w*s, dat
van dezen
Jûeiden
?°g fachter
liaerjj.copie
oouwde de
"eP hij, al
a e, „mjjne
P weenend
1(t> noemde
ankte hem
)B> wat hjj
eP hare
ok hjj met
6 gravin,
de oude
faite van
aj dat hjj
chouwde,
8 zachter
ontroerd
volgd.)