HET PORTRET. 1 51e Jaargang ZATERDAG 31 OECEMRER 1921 No. 1< Rrakkar-UitgeT r T. K, KBEMER Van week tôt week. Gemengd Nieuws. FECIL1ETON. wordt gelezen te HOOGEZANO Kiel-Windeweer, Kropswolde, Wasterbroek, Foxhol, SAPPEMEER, SLQCHTEREN, Siddaburan, Heiluœ, Sohildweïde, Kolba Faxhaaa, Soharmer Harkstede, Lageland, Oversebild, TEN BOER, NQQRDDIiK, NOORDBRfHK, ZUIDBROEK, MuNTENDAM, ZUIQLAROS, NQ9RDLARÊN, HAREN ssiz Voor liet plaatac» van Advertentiën betreffende Handel en Njjverheid is voor de stad b -oningen alleen gerechtigd het algemeen Advcrî mtieburea.i van H. WESTENBORG, Hunnnkoholm Gronlmgen, Tel. 772. Voor Advertentiën en Réclamé* huiten de provlncie Groningen Ls alleen gerechtigd hel Advei entiebureau „HOLLANDIA" 's Gravenl ige, Tel. H 7614. -S V -1 WmÊÊÈ& m d'ï" T\> tshéï OOSTGOORECH Ofiicieel Orgaai voor HOOGEZAND, SÂPhEMEER an SLQCHTEREN. Dit £LÂD Teraehijnt iederen WOENSDAQ en ZATEEDAG. ABONNEMENTSPBIJS per drie maanden 60 cent bjj voor- uitbetaling. Franco per post 75 cent. v.h. BOEG. HUS ZOON. 8APPEME B. Tel. 41S. AD - .^NTIËN van 1—6 régale 50 cent, ieder regel moer 10 cent. Inzending van advertentiea Dinadagamiddaga en Vrhdm#s middags voor 12 uur. EEB8TE BL.AD. WEEKKALENDER. Zondag 1 Januari 1922. Maandag 2. Dinsdag 3. Woensdag 4. Donderdag 5. Vrjjdag 6. Zaterdag 7. Zonsopgang, Zondag 1 Januari te 8.12, onder te 8.55. Eerste kwartier, Vrijdag 6 Januari. 1921—'32. V* In regelmatige cadans zjjn de seconden minuten geworden de minuten anoerden zich saim tôt uren de uren rijgden zich aaueen tôt dagen de dagen vormden weken, de weken vergleden tôt jaren zjj zijn ans leven. In regelmatige cadans ging het. Er was geen tegenhoudon san. Nog enkele uren en twaalf zware, dofle slagen zullen door de etherische lucht- deelen toi ons doordringen. Zjj zullen ons stil maken, want wjj beluisteren daarin de begrafeiisklok. En de nagalm zal langer aanhouden dan anders de slagen zijn zwaar en monotoon. Wij denken terug aan onze geliefde betrekkingen, die wij in het afgeloopen jaar aan den schoot der aarde hebben toevertrouwd. En of wij zijn gevoelsmensch ôf nuchter- practiseh, 't zal ons stemmen tôt mjjme- rend stilswijgen. Nog enkele uren en weer zal een jaar van ons leven worden bijgezet in het graf der eeuwen eu de historicus zal aan zijn geschiedboek een nieuwe bladzjjde kunnen toevoegen. En als vanzelf dringt brj ons de vraag naar voren „wat zal daarop geschreven staan Eei blik in 't verleden. Geen der jaren sinds 1914 had zulk een kaltn verloop als 1921. 't Was geen jaar van achreeuweide loonacties en van ernstige sociale conlicten. De loonsver- hoogingen waren oigeveer op peil. De waarneembare prijslaling was niet on- welkom. Helaas bracht de enorme daling der koersen gedurende de laatste maanden een droeve kenterin;. De Nederlandsche industrie ondervond iaarvan de ernstige nadeelen. En vanzdfsprekend had dit als eerste gevolg een groote schade voor de Nederlandsche Iidustrieelen en dan voor hen, die rechtitreeks hun bestaan vinden in de Nederlandsche industrie. En begrjjpeljjk, bierbjj bleef het niet. De werkloosheid is ons land nam toe en zij, die buiten werk geraakten} moesten worden ondersteund, welk geld in den vorm van zwaar drukkende belastingen natuurljjk weer door het overige Neder- land moest worden opgebracht. Daaren- boven hadden veleu groote moeite het hoofd boven water te houden. Zij waren niet in staat hun leven op denzelfden voet voort te zetten als tôt dusver het geval was en hier van was natuurlijk weer het gevolg, dat de winkeliers hun omzet zagen dalen. De onder-consumptie nam hoe langer hoe grooter afmetingen aan. En het economisch- en het bedrijfsleven werd gansoh en al ontwricht. 't Gevolg hiervan was, dat overal in den lande thans reeds de stemmen op- gaan voor Verl&ging der loonen. Het conflict in de metaalnjjverheid geeft ons hiervan een duideîjjk beeîd. En ook de agitatie van het spoorpersoneel duidt op de ontwrichting van ons maatschappjj- leven. Rijks-, proviucie- en gemeenteechatkist laten den bodem zien. Er is geen geld voor de hoogst noodige werken. En toch roept het vraagstuk der werkloosheid om oplossing. Een blik in de loekomst. De nood tengevi ige der werkloosheid in de veenstreken en nijverheidaeentra is hoog geklcmmen. Hoe hiervoor een ap.-^ssing te vinden Gemakkelijk is zeker niet. Zij die meenden, dat met het sluiten van den vrede een tjjd van voorspoed zou aan- breken, zijn wel zeer bedrogea uitgekomen. Laten zij, die tôt nog toe niet vergiftigd zijn door 't valutagesjagger bedenken, dat dit misschien voor hen op 't orgenb ik een tjjdeljjk voordeel geeft, maar het on- afwendbaat gevolg neeft, dat in de toe- komst en die toekomst ligt heugeh niet ver in 't veisohiet een geldelijk verlies van beteekeuis wacht en dat daar" door de werkloosheid wordt in de hand gewerkt en niet fc.^streden. En op het vraagstuk der werkloosheid mag wel allermee«t de aandacht gevestigd worden. En nu dteigl iet geva^r. dat voorziening in deze brandande Irwestie door de ver- kiezingB&ctie, die in 1922 ons wacht, op den achtergrond zal geraken. Dit mag niet. De nood, 1 .v. in de Drentsche veenstreken, mag r smands aandacht ont- gaan. Hjj is daarv or te ernstig. Vele plannen zullen in 1922 nog moeten worden verwerkeljj t. Herinneren we slechts aan de spot .vegplannen in onze provincie, aan de eleetrificatie onzer dorpen, aan den aanî g en de vernieuwing onzer wegen en aan den woningbouw. Dit ailes zal veri iming van werkge- legenheîd kunnen brengen. Hopen we daarop. En geve 191.2 de vervulling dezer plannen. S. Nadat een 21-jarig jongmensch bij een familie aan het lste Weteringplant- soen te Amsterdam visch had gebracht, bij welke geiegenheid men hem in de gang had làten wachten, miste mevrouw haar gehaakte das, welke aan den kapstok was opgekangen. Een paar weken later bracht het jongmensch bij dszelfde familie weer visch en toen bemerkte mevrouw, dat hij haar das cm had. Zij verzocht natuurlijk haar das tarug, doch het jong mensch hield vol, dat de das zijn eigen- dom was. Hij had ze van een oude tante gekregen Wat een praatje was. Had hij de das maar dadelijk teruggegeven, dan zou mevrouw de zaak blauw blauw gelaten hebben, maar nu hij zoo'n houding aannam, maakte zij werk van het geval, met het gevolg, dat het jongmensch Woensdag voor de Vjjfde Kamer der Eechtbank aldaar tereehtstond wegens diefstal van de das. Beklaagde bekende. Het is niet de eerste maal, dat hjj voor den rechter verschjjnt. In 1919 werd hij veroordeeld tôt f 10 boete ter zake van wederspannigheid en tôt zes maanden, vier weken en drie maanden gevangenis- straf, telkens wegens diefsL.1. De bestolen mevrouw vroeg aan de Eechtbank den beklaagde niet te strafien, maar président mr. De Jong merkte op, dat het heel goed is voor beklaagde als hij een les krjjgt. Het O. M., mr. Versteeg, eischte twee maanden gevangenissu-af met Iast tôt teruggaaf van de fias. Beklaagde zelf zeide kostwnner te zijn en vroeg een voorwaardeljjke straf. Président Een mooie kostwinner, die den boel bjj de menschen uit de gang weghaalt Je moest een jaar of twee hebben daar zon je van opfrisschen Een conducteur uit Eindhoven, die Maandagavond per goederentrein. in Dord- recht aankwam, heeft aan den stationchef aldaar verteld, dat hij omstreelrs 8 uur met een personentrein uit Dordt in de richting Lage Zwaluwe vertrokken, vlak bg de brug over den Moerdijk uit den trein was gegooid. De man had, volgens zijn in de „Dordtsche Crt." vermelde verhaal, in Dordrecht pla&ts genomen in een coupé 3e klas, waar twee "eden aan het ruziemaken schenen te ?jjn. Of zijn aanwezigheid dezen heeren niet welgevallig was geweest, km de conducteur niet meedeelen, maar feit was dat ze hem uit den oupé hadden geworpen. Hij was naar Willemsdorp gewandeld en vandaar in d'jn goederentrein naar Dordrecht teruggekeerd. De conducteur vas licht gewond en is door een geneeshe r verbonden. n den nacht van Zondag op Maan dag ijebben inbrekers zich't^egang ver- schaftytot het magazijn van d<J firma W. Or cen Jr., Nieuwmdgk 176. ^'ISv'der- zoeK is gebleken cïat de ongenoo^s £astt,„ de middel van pensluiting wiaten te dri gen in een "skhuis van de ,firma Ali 't de Lange iu de Onze Liave Vr.-i wensteeg. Do.r dit pakhiSs zagen zij k-ns te kome^ op het dak.vsn het - 'fte, ma, .azijn der firmaOosten, wasifiEgeen gat hebben gemaaki. Deinbrekerl hebben een kat register opeagemaakt, datv îchter, in verband met deJeestdagen,- ni t veel geld bev«tte. De Î/Iit was daiv,#i niet mser dan 14. Of uit do* g^oteu I voorrnad ook tap en of k zij^m vermisi, vie! niet ifiuelijk vaetj Van de daders is mg geen spootlp'' m aanneme t^*h*TVn. aangiKe,n dat een OiiTeiirijke meisje, dat gedurende 10 maali hem in zijn6 woningjis opgenQU fe zij ne nadeele en j van andee ieden b left schuldig gemaaht aai stallen op versch:Uen^e tgdstipbenj d& „N. Arnh. Crt." Het oatvi^ bedrag bedraagt 581.09, waarvj grootsta gedeelte de hare moe tnedegenomen Irene M y WiL i'is, eenjong uit Streatham had do vorige week] „Morning Pos een aa.rertentie gepf waarin .ij zich. aanboii| als huishounater, liefst ia een -.kostsc ^ol ol dergalijke instelling. Zjj ont vit âèh een tolegrsm ait Boi nemo. den trein van 4.30 ak ter "hooien waar een auto haar opwacéen ZOu. Onder- teekend WoocBeech V iae. net meisje ging er ^heen, en wew den roîgeuden dag vermoord gevond«pa erge s op een verlaten terrein buiter je stad. Het op het telegram opgegeve. &dres |leek niet te bestaan. Deze „on-EngeIsche" r moord ]*houdt de openbare meening in Engel^d sterk bazig. Da wDaiIy Ma, wijdt er een hoofdartikel aan, waarii hij wjjst op het gevaar, dat vooe jonge meisjea aan het luk raak solliciteeren is /erbonden. Tôt dusver is geen spoor va den moordenaar gevonden, al heeft de oolitie de merk- waardige ontdek ling -g daan, dat drie ongeveer gelijkluidende t ^legrammen naar drie verschiilende meisjea zijn gezondeï Twee van b-iar /.iin depr louter toea aan den dood ontsnapt ;\lrene Will is het slachtoffer gewordenA De beide andere telegrimfeteifc gericht aan een geen nauwkeurig adrai tris opgl niet naar Bournemouth ging en Oavendischbureau, een bureau 1 verschaffing voor vrouwen, wa. eens om een pleegzuster werd j Een zuster bagsf ziih (ilitm.al was Eoscombe a| bestemming opgej een verkeerden tispin i voorbg. Van B i zich toen per het adres niet volgenden dag j Op het li/i i dat j tige bedS geld, i waren sluisi ovej der schu meil van den ontdekt en aangehouîj onderzoek blijkt, dat het do%den van den naçhîîSS De drie dieven legdën volled tenissen af. Men vermoedt i uitmaken van een sterke diej betrokken zgn in verschilleii diefstallen. Andere aanhoudiqj verwacht. Dinsdag is in de ha\ ningen gestrand de schokk^ Tengevolge van den hovigo.I Woensdagmorgen hetachipstu^ De bemanning was niet mees vaaïtuis^ Perssonlijke ongolukkel dan ook niet plaats. Plaats weelde zo hoog als gjj wilt, gezondheii staat hooger. Uit het Duitsch vertald naar een novelle van Wilhem Hauff. 28) Ondertuaschen wildi hij haar berichten over de stemming val den baron en als 't mogelrjk was hembewegen zich met haar te verzoenen. „leen", riep zij harts- tochteljjk, terwgl zij an het terras naar den wagen afdaalde, in deze deur keer ik niet weer terug, 'oor altijd keer ik deze muren den rug toe. Gelo»f mij, eene vrouw kan veelverdragen, ik heb veel moeten lijden en iet hart wilde mij soms breken, maar heen heeft hij mij te diep beleedigd, om hem oit weervergiffenis te kunnen schenken. îfl al moest ik op de Pont des Arts trugkeeren en de menschen om een par sous vragan, ik zou het liever doen, dn mij nog langer zulk een laaghartige bhandeling te laten welgevallen. Mijn vadr waa een dapper soldaat en geacht offiier in Frankrrjk, zij ne dochter mag zichniet tôt voetveeg van Faldner verlagen." De jonge man hadna ha&r vertrek eenige brieven geschiven en was juist met het inpakken vauùjne bagage bezig, toen Faldner de kameibinnentrad. Frtl- ben zag hem verwonerd aan en ver- wachtte nieuwe uitbarÉingen van toorn. Hij sprak echter „Hoe meer ik over deze ongelukkige regels nadenk, des te beter begrijp ik, dat gg toch eigenlijk onschuldig zijt aan deze misérable histo rié, dat gij vooraf niets wist an de pe •- soon niet kendnt. Dat ik mgne vrouw in uwe armen zag, vergeef ik u, want die persoon had opgehouden de mijne te zijn van 't oogenblik af, dat zij deze dwaze regels schreef." „Het komt mij wegens onze vroegere verhouding zeor wenschelijk voor", ant- woordde FrSben, „dat gjj de zaak van dezen kant fceschouwt, voornamelijk ook, omdat ik daardoor in de geiegenheid kom, met u over Jozephe te spreken. Voor- eerst mjjn woord er op, dat er tusschen haar en mij tôt hedenmiddag nooit, ook vroeger niet, iets is voorgevallen, wat eene smet op uwe eer kon werpen. Dat zij arm was, dat zij eenmaal genoodzaakt was de hulp van anderen in te roepen." „Neen, zeg liever, dat zjj bedelde", riep Faldner heftig, „en 's nachts op de bruggen en straten van het liederlijke Parjjs rondliep om geld te verdienen." „Ik zou toen reeds nadere kennis met haar gemaakt kunnen hebben, ik was immers bij dat roerende tooneel op de Pont des Arts. Neen, al geloofde ik u ook in ailes, ik ben toch bespot. De fa milie Faldner en eene bedelares." „Haar vader en hare moeder waren van goeden huize." „Fabeltjes 1 Dat ik mij zoo liet vangen Evengoed zou ik een buffetjuffrouw heb ben kunnen huwen, als zij een biergl&s in haar wapen voerde en een valsche getuigenis van hare geboorte overlegde." „Dat is in mijn oog eok het minstbe- teekende van de zaak. De hoofdzaak is, dat gjj haar van 't begin af als eene ondergeschikte hebt behandeld en niet als uw vrouw. Zjj kon u niet liefhebben, gjj past niet bjj elkander." „Dat is het rechte woord", antwoordde de baron swjj passen niet te samen. De vrjjheer van Faldner en eene bedelares Kunnen nooit bjj elkander passen. En thans eerst verheug ik er mij recht over, dat ik mjjn eigen hoofd volgde en haar zoo behandelde, de deerne heeft het niet beter verdieud. Ik heb het immers dade lijk gezegd, zjj heeft zoo iets gemeens over zich." Dez® ruwheid walgde den jongen man, hij wilde iets bitters antwoorden, maar hjj bedwong zich ter wiile van Jozephe. Hij besprak met don baron, wat hun in deze zaak te doen stond, en zjj kwa- men overeen haar voor den burgerljjken rechter te brengen en scheiding aan te vragen Verschil van godsdienstige overtuiging moge hun geluk in den weg staan, màar Jozephe, die wel is waar met scLrik in de troostelooze toekomst zag, wilde liever alies, dan de onwaardige bekandeling, die zjj in Faldners huis moest dulden. En de baron, ofschoon hij in eenz>7me uren berouw begon te gevoelen- i icht verstrooiing in zjjne bezigheden, en tî ost in de gedachte, dat niemand de schande zou vernemen, dat hg eene bedelares met een dubbelzinnig verleden tôt zjjne vrouw had gemaakt. Eenige maanden na het hiervoren ver- haalde Iiep Fiflben in Mainz, waarheen hjj zich, om in de nabjjheid van Jozephe te zjjn, had begeven, 's avonds op de Kjjnbrug heen en weer. Hjj dacht aan den zonderlingen loop van zjjn Ievenslot en aan allerlei mogeljjke gebeurtenisaen, die hem eu de geliefde vrouw misschien nog gelukkig konden maken. Daar kwam een rjjtuig aan, dat door zjjn zonderlingen vorm reeds van verre de opmerkzaamheid van den jongen man tôt zich trok. Spoe- dig bleef zgn oog op den dienaar rusten, die op den bok zat. Dit bruingele gelaat seheen FrOben even beke.jd sls d'schrille kleuren der livrei. Toe" q6 wagen, die op de brug slecbts stapvoe a reed, nad'erbjj kwam, bemerkte ook de ienaar denjon- genmau en riep „St. Age dc compa- stella. Dat is hjj immtjrs ze) jjy rukte het rijtuigraampje open, dat hem van 't binnenste van den wagen acheidde en scheen druk met iemai|,d daar binnen te praten. Weldra werd - 0p zi de vr o het rjjtuig een raam nade ;elaten en het wel ekende gezicht van oû p( jrc de San Montanjo de Liges k« fc naaËbuiten. Het rjjtuig hield stil, EjtJben sprong nadf rbjj om het portier te en de oude heer zonk in zjjn arnjen. „Waar is zjj Waar Habt gjj haar, de dochter van mjjne L»|ra O, ter wiile van de heilige jonkv^juw, zeg mjj, hebt ge haar hier Zeg «jonge vriend, j waar is zjj." De jonge mao zwoeg vcrlegeL. Hjj bsgeEidde Don Pedro verder op de brug en zeide hem daarna, da tjj zlç' niât ver van Mains ophiMd en dat hjj hem morgen bjj haar wilde brengen. De Span- jaard had tranen van vrtugde in de oogen „Hoe dank ik u vo ^r het bericht, dat ge mi; hebt gezonden", sprak hjj, BZoo- dra ik yerlof had, ben 'k met Diego op reis gogaan en reed van W 4ot hier da- geljjkt z;-s mjjien, want 1 ger kon ik het ni t volhouden. En leeft g gelukkig Geljjkt zjj op hare moedei En wat vertelt zjj van Laura Fortosi?" Frbben beloofde hem in huis al deze vragen te beantwoorden. Hij liet, nadat Don Pedro een weinig uitgeriut was, en zich omgekîeed had, wjjn brers jen, Diego reikte evenals vroeger de sigaren en toen Don Pedro recht gem. kkelijk zat, begon de jonge man te vertellec. Met steeds toenemende belangstelliQg juj8. terde de SpaDjaard. Tôt groote ergernis van Diëgo liet hjj voor de eerste maal in twintig jaren de sigaar uitgaan, on toen de jonge man bij het afschuweljjke too neel tusschen Faldner en zjjne vrouw kwam, kon de oude zich niet langer be- dwingen zjjn vurig zuidelijk bloed kooktei Hjj drukte den hoed diep in dn oogen, wikkelde den liukerarm in zjjn mantel en riep met bliksemende oogeD r „Mjjn langen stootdegen, Diëgo. Met hem zal ik afrekenen, zoowaar ik een goed Chris- ten en Spaansch edelman ben. Ik steek hem overhoop, ai droeg hg ook een cru cifix op de borst, ik breng hem om, zonder absolutie en zonder sacramenten zend ik hem naar de hel. Geef mij mijn zwaard, Diego." Maar Frôben trok den sidderenden door toorn uitgeputten grjjsaard naast zich neer. Hjj trachtte hem te doen Iiegrjjpen, dat dit ailes niet meer noodig was, dat Jozephe reeds uit de macht van dezen ruwen mensch was, en gescheiden van hem lesfde. Om den oude nog zachter te stemmen, haalde hjj de schilderjj copie te voorschjjn. Verrukt beschouwde de Don haar. „Ja zjj is het", riep hjj, al het overige plotseling rergetende, „mjjne arme [ongelukkigp Laura." En weenench omarmde hjj zjjn jongen vriend, noemde hem zjjn lieven zoon en bedankte hem met gebroken stem voor ailes, wat hjj voor de ongelukkige moeder en hare dochter had gedaan. Den volgenden morgen vertrok hjj met Froben naar het goed van de gravin. Het was een roerend tooneel, de oude man de schooue jeugdige g»Rtalte van Jozephe omarmd te zien houden, dat hjj hare trekken opmerkzaam beschouwde, dat zjjne strenge trekken steeds zachter werden, dat hij haar ten slotte ontroerd op oogen en mond kuste. (Wordt vervolgd.)

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1921 | | pagina 1