Het geheim van den Violist.
ZATERDAU 1 APRIL 1922
No. 85
Brakker-Uitgever T. K. EBEME1
Fan week tôt week.
VOETBAL.
FEUILLETON.
52e Jaayrgamg
wanit galazen te HQ06EZANÛ Kiel-Wlndewear, Kropawolde. Westerfcroak, Foxhol, SAPPEMEER, SLOCHTEREH, SiddobiranHailaa, Sohildwotde, Kalhara Faxhaso, Soharaier
Harkstode, Lagaland, Oversehild, TEN BOER MOQRDDIJK. NOORDBRQEK. ZUIDBR0EK. MUNTENDAM, ZlilOLAREi, NQORDLAREN, HAREM onz
Kantongerecht te Zuidbroek.
OOSTGOORECHT
Officieel Orgaan m HOQGEZAND, SAPPEMEER en SLOCNTEREN.
Bit 4U»AJL) varsehsjiit iederen WOENSDAG en ZATERDAG.
AWOWN MM3SNT8PRIJ8 per dric maanden 00 «sent bij voor-
■itbofeaEng. Franee per peat 75 cent.
v.h. BORGESIUS ZOON.
SAPPEMEER. Tel. 418.
ADVERTENTIËN van 1—6 regels 50 cent, ieder regel
meer 10 cent.
Inzending van advertenties Dinsdagsmiddags en Trgdags-
middags voor 12 uur.
lent flnatBaK van AiverVeeitiën betraïenrfe Haadel on NflverheMt is veetr de niai Greaingcn alleen gereehtigd Met nlgemeen Advertentlebnrean vu H. VFESTSNBOEG, MnnnekeJielin
TeL 772.
Teer AMvertaatiiw en Iiet—ee lnrteei de previneie Ureaingen alleen gereehtigd ket Advertentfebwean „HOLLAKDIA" 's Gravenhage, Tel. H 7614.
EERIT
B L A D.
WEEKKALENDER.
Zondag 2 April Maandag S.
Dinadag 4 Woensdag 5 Donderdag
6. Vrijdag 7. Zaterdag 8.
ZonBopgmng, Zondag 2 April te 5.85,
onder te 6.88.
Eerate kwartier, Woensdag 6 April.
Maart roert z'n staart.
De Zomertgd moge zijn ingegaan,
de Junimaand moge naderen met
rassoke aehreden zouden wg haast zeggen,
de somerwarmte is er nog niet.
Toen de eerate lentedag aanlichtte,
warsn de regendruppelen, die mildelgk
neervielen, lieht en wit ala de sneeuw.
Toen men hoopte op eeu sachta seflr
uit den Zuiderhoek, aneed een seherpe
Ooatenwind ons in 't gezieht en al
klappertandend hielden we den huizenkant
om een beetje in de luwte te loopen.
Ja, ja, zei dan menige oude buurvrouw
Maart roert z'n staart" en al moge deze
mededeeling niot nieuw zgn, ze bewjjst
toch, dat Maart beelemaal niet veranderlgk
ia en elk jaar dezelfde om den anderen
dsg verandering behalve dan ala de
wind heelemaal in den kouden, aehralen
hoek zit. Dan zit hg meeatal vaat ook.
Een droge Maart is den boer geld waard,
zegt men. Want dan heeft hg goede
gelegenheid om zgn land te bearbeiden.
Nu is het wel waar, dat het gewas van
dezen tgd nogal veel verdragen kan maar
voor den goeden groei is het toeh niet
te wensehen, dat deze kou al te lang
aanhoudt.
Dan gaat de groei er uit, zegt de boer.
En achterlijk blijft alias. We merken
het al gauw aaa de dure groenten.
Het ia toeh ai vrij onbegrijpelgk, dat
we hiervoor zooveei moeten betalen
maar we durven er niet te veel van te
zeggen, want dan krggen wij direct den
wind van eritiek van voren, die mogelijk
niet zoo snerpend is ala de Maartache
vlagen, maar toch verre van prettig.
Wij zitten thans nog te eten aan de
restjas van 1921. En ook niet tegen
lagen prija. Yoorts wachten we op den
nieuwen oogat. Vooral van groenten en
aardappelen.
Daarenboven lijden we kou. En straks
in den nazomer en daarna in den herfat
krggen we d«ze schrale kou nog weer
met interest op intereat terug en hoog
opgeblazen prijzen der Iandbouwproducten.
Maar waarom te klagen. Ala wg klagen,
klagen de boeren ook, maar zulke dingen
begrgpt men toch in den regel het beste
van zieh zelf. Want we gelooven graag,
dat de indexcijfers met 16 terugliepen,
de eerate levenabehoeften blijven toch nog
maar ateeda duur.
AUea en allea bij elkaar, 't ia nog lang
niet warm in de natuur.
Niet met holle frases.
In de Tweede Kamer praten velen over
bezuiniging.
Yan een practiach bezuinigingastreven,
behalve dan daar, waar de politiek een
woordje meeapreekt, bsmerken we tôt
heden echter niet veel. Tusaehen het
woord en de daad ia de afst&nd vaak zoo
heel groot.
't la ook niet geheel en al onbegrijpelijk,
dat een collège, dat politieke stemming
in ons land tracht te maken en waarin
niet weinige beroepapolitici hun operatie-
terrein worden, aan de zakelgke dingen
menigmaal al te weinig aandacht achenkt.
Daarom doet het te meer goed, dat de
Eerate Kamer toont, dat zg om de politiek
de zakelgke landabelangen niet vergeet.
Dank zg haar optreden, ia aan 'a Rgka
schatkist bespaard een bedrag van circa
600.000, tsrwijl nog niet zoo heel lang
galeden een half millioen op grondaankoop
te Wageningen werd bezuinigd.
Wij zouden bgna wensehen, dat de
Eerate Kamer wat meer in deze richting
werkzaam kon zgn. In den regel zgn er
helaaa constitutioneele hinderpalen. Daar
om zijn we echter te meer erkentelgk
dat ona Hoogerhuis geen gelegenheid
voorbrj laat gaan om zgn ernstigen be-
zuinigingawil te toonen.
Ons dunkt in dit opsieht kunnen we
over deze onbezoldigde bezuinigings-
inspectie tevreden zijn.
Voor ailes goed
Wie zegt „een Mark ia tegenwoordig
niets" overdrijft.
Maar één Mark ia een schijntje geld.
Dit is de zuivere waarheid.
Toch is het in Duitschland evenals
elders nog altijd waar, dat vele kleintjes
één groote maken. En al moge de Mark
dan nog zoo laag staan, toch ia een
inkomen in Duitschland van 3.620.000
Mark zegge drie millioen zes honderd
en twiutig duizend Mark lang niet
voor de posa.
En wie zulk een traktement heeft, kan
dunkt ons wel rondkomen.
Houdt men in 't oog, dat een Mark in
Duitschland nog meer waard is dan een
Mark in ons land, dan komt men bg
narekening en omzetting in Hollandach
geld tôt een aardig bedrag. En dan
heeft men meteen berekend het tractement
van een Engelach generaal, die verblgf
houdt in het bezette gebied en die voor
dat bedrag niets anders heeft te doen,
dan toezicht te houden, dat men in
Duitschland de bepalingen van het vre-
desverdag niet overtreedt.
Zulke kostgangera heeft Duitschland
meer.
En a! vormen die 3.620.000 Mark nu
ook het allerhoogste tractement, een ge-
woon soldaat ontvangt nog 860.000 Mark
per jaar en natuurlgk ook weer uit
de Duitache aehatkiat.
De Duitscher immers is voor ailes goed
D» herziening der Ârbeidswet.
Bg het lezen der beoordeelingen van
de wetswijziging, welke minister Aalberse
voorstelt inzake de Arbeidswet, stuit
men nogal eens op eenzijdigheic!.
Meeatal wordt het zôô voorgesteld, dat
de wijziging alleen inhoudt een verruiming
van den acht-urendag tôt acht en een
half.
Nieta is toch minder waar.
Wat minister Aalberse voorstelt ia in
zgn geheel een ruime, teohniache her-
ziening van de Arbeidswet, met hat deel
haar atroeve bepalingen, waaromtrent al
zooveei beklag viel, wat soepeler te
maken en haar beter te doen aanpassen
bij het laven.
De „acht en een balf uur" ia dasrvan
slechts een onderdeel, al is het dan ook
een belangrijk onderdeel.
Er zgn ook andere belangrgke zaken.
Zoo o.a. dat thans groote waarde wordt
toegekend aan het gemeenschappelgk
oerdeel van werkgevers en werknemera
in eenig bedrgf.
Komt zulk een oordeal naar vaste
regelen tôt stand, dan zal dit zeer veel
gewicht in de schaal leggen, om verdere
afwgkingen van de bepalingen der Ar
beidswet mogelijk te maken.
Ieder voelt zeker, hoe belangrijk dit
ia Er zijn twee partijen arbeidera en
werkgevers. Hun belangen zgn niet
zelden tegenstrgdig en daarop berust
eigenlijk de gansche sociale wetgeving,
die bedoelt ens elk der partijen op haar
beurt, ala ze de zwakate zou zijn en
daardoor aan de willekeur van de andere
zou zgn overgeleverd, een ateun in den
rug te geven.
Maar er ia ook een groot gemeenschap
pelgk belang al zien de partijen dat maar
zelden. En dat is de bloei van 't bedrgf.
Verdwijnt die, dan gaan én werkgevers
én werknemera naar den kelder.
En nu redeneert minister Alberee zoo
wanneer 't geval zich voordoet, dat in
eenig bedrgf beide partgen van meening
zgn, dat nog verdere afwijking van de
Arbeidswet noodzakelgk is, dan is 't
maar beste zich daarna te schikken.
Wat een verstandige gedragalijn is.
En waartegen niemand, al is hg dan nog
zoo'n hardnekkig tegenstander tegen de
wettelijke verruiming van den S-urendag
in een van acht en een half, bezwaar
kan maken.
De wedstrgden van Zondag a.s.
We beginnen op te schieten. In de
lagere regimen raakt men hier en daar
al uitgi>apeeld en in de le klasse werkt
men het programma zoo vlug mogelijk
af. Zondag trekken aile tien er weer op
ios. Bs Quick gaat naar Upright en het
ligt ons zoo bg dat het ditmaal niet bg
41 blijven zal. Alcides ontvangt nu
„heusch" Yeendam. Dat kan een atevige,
apannenden kamp worden, waaruit mis-
schien de Yeenkolonialen ala overwin-
naara te voorachgn komen. Forward
moet naar Assen en zal het tegen het
tegenwoordig zoo goed op dreef zgnde
Achilles wel niet ver brengen. Zonder
G. V. VHet totaal van de kook
geraakte W. V. V. moet de verre reia
Leeuwarden ondernemen, waar het ge-
wooolgk na een uitstekenden wedstrijd
met moeite wint. G. V. V. krijgt buur-
man Yelocitaa te gaat en zal haar eerate
overwinning ook nu nog wel niet behaien.
IIA. Velocitas II—Friesl&nd en Leeu-
wardenAlcides II leveren overwinnin-
gen op voor de beide Frieache matadors.
In IIB 2 uiterat belangrijke wedstrij-
den W. V. V. HAtiila en Groningen
H. S. C. Door het gelgke spel van de
vorige week kan Attila hoogatens 17
punten behaien, moet daarvoor van W. V.
Y. II en Achilles II winnen. H. S. C.
heeft momenteel 15 punten en moet dus
van Groningen winnen om Attila'a maxi
mum al vaat te bereiken. Winnen de
kraaien Zondag in Groningen dan geeft
in elk geval het doelgemiddelde den door-
alag. Opgepaat dua Weik een schoone
gelegenheid voor de H. 8. G. supportera,
die wg in Aaaen bg honderden konden
tellen, om zieh nu niet minder onbetuigd
te lat*n.
Bedenkt dat in hoe greoter getale of
gg mee trekt, des te meer kunt gg uw
club aanmoedigen in den waarlgk niet
veel minder zwaren atrijd die nu gestreden
moet worden. Allen op 1
In de 3e klasse apeelt H. S. G. II haar
laatsten wedstrgd en wel tegen Alerte
te Hoogezand. Raserve's zorgt voor eon
good alot aan het aeizoen I
Yoor den G. Y. B. krggt Sappemeer II
de adspiranten-kampioen, namelijk Bato
op bezoek. Laat de nederlaag zoo klein
mogelgk zijn, blauw-gelen H. S. G. III
moet 's morgena Yeendam HI in eigen
huis gaan bestrgden. Hier wagen wg
ons niet aan een voorapelling.
Stand in de le klasse G. V. B.
gesp. gew. gel. verl. p. v.t.
Bato 18 10 8 28 53-8
Winschoten 13 11 1 1 23 42—8
Harjosteff 11 7 1 8 15 35—18
Sappemeer II 15 4 6 5 14 24—20
Upright II 14 5 2 7 1218-25
Yeendam III 10 2 4 4 8 7-88
Stadskanaal 18 4 1 8 9 18-84
H. S. C. III 18 8 1 9 7 14—43
W. V. V. III 12 2 1 9 6 15-60
Zitting van Woensdag 39 Maart 1922.
Yeroordeeld:
J. B. te Musselkanaal, wegens veilighsid
van 't verkeer op een wog in gevaar
brengen, tôt f 30 b. of 15 d. h.
Wegens het aflsveren van melk van
ondeugdelgke samenstelling F. W. te
Muntendam, tôt j 25 b. of 14 d. h.
Wegens een paard op kwellende wgze
l&ten trekken G. Y. te Martenshoek, tôt
15 b. of 12 d. h.
Wegens in ataat van dronkensehap in
't openbaar de orde verstoren D. S. en
S. 8. te Termunten, ieder tôt 10 b. of
8 d. h.
Wegens te zware vraehten vervoeren
D. V. te Westerlee, tôt 2 maal f 10 b.
of 2 maal 8 d. h., P. G. L. ta Westerlee,
tôt f 10 b. of 8 d. h., J. W. te Noord-
broek, W. K. te Kleinemeer, F. O. te
Westerlee, ieder tôt f 7 60 b. of 6 d. h.,
J. U. te Foxhol, tôt f 6 -b. of 4 d. h.
Wegens openbare dronkensehap G. P.
te Slochteren, tôt 8 b. of 6 d. h., B.
L. te Muntendam en A. E. te Kropswolde,
tôt 6 b. of 5 d. h. en 8. B. en J. V.
te Yeendam en H. 8. te Midwolda, ieder
tôt 4 b. of 3 d. h,
Wegens overtreding der arbeidswet
E. M. te Termunten, tôt 5 b. of 4 d. h.
en J. L. v. A. te Sappemeer, tôt 8 maal
f 3 b. of 8 maal 2 d. h.
Wegens rgden met een automobiel
zonder licht K. B. te Bellingwolde, tôt
5 b. of 4 d. h.
Wegens met een rijwiel links van den
Hoe gedienstiger iemand u tege-
moet treedt, des te minder is hjj
tôt opofferingen geneigd.
Nadruk verboden.
15).
En zelfs, al kwam nu reeda 't bitterste
berouw in zijn ziel op, hij zou er niet aan
denken zich torug te trekken. Hg had
zgn woord als odelman gegeven en daar-
aan zou niets to veranderen zijn.
„Dus, tôt morgen!" zei hij halfluid, tôt
■iehzelf.
,De oude was heel zeker van de zaak,
maar ik wou, dat we vierentwintig uren
verder waren.
ZE8DE HOOFDSTUK.
Wel een uur lang liep Balthazar Stiller
op straat rond, mot de jas open en de
hoed aehter op 't hoofd, alvorens hij zich
zelf rustig genoeg geloofde, aan do zijnen
het groote nieuws en buitengewone goluk
te kunnen mededeeien.
De schemering viel, toen hg de w«d-
bekende, smalie straat insioeg. Toch was
't niet zoo donker, of hg kon wel de
hooge gestalte onderscheiden, die aan de
andere zgda van de straat liep, of beter
heen en weer scheen te wandeien.
„Hoia, mgnheer de eandidaat I" riep
Stiller, over de straat heen.
vGaat u de maan aanbidden, kebt u
een heimelijke liefde, dat u hier zoo onder
de vensters marcheert
Werner schrok of hij op heeterdaad op
ieto verkeerds betrapt werd.
Toeh haastie hg zich, antwoord te geven
op de vraag van den ouden heer.
„Ik wou nog even een luchtje scheppen."
zel hg, verlegen, „en en ik hoopte,
u ook te zullen ontmoeten.
Het was mij namelijk hedenmiddag
door het bezoek onmogelijk afscheid
van u te nemen'"
Balthazar Stiller luisterde maar met een
half oor.
„Zoo Wilt u afscheid nemen vreeg
hij, onverschiliig. „Bevalt het u niet
meer bg ons
Johannes Werner zuchtte
„0, dat is het niet, doch ik heb een
beroep ontvangen als hulpprediker te
Frauensee en nu moet ik daar morgen
al heen."
„Komaan, dus we kunnen u gelukwen-
schen. 't Zal nog wel niet erg schitterend
zijn, die poaitie daar, maar een vrggezel
komt makkelgk door de wereld. Mis-
aohien gaat u, bg gelegenheid, nog eens
iets van u hooren Maar, zeg eens,
vriend, ziet u niets aan mg
,Neen, mgnheer Stiller, ik weet heusch
niet
„Ooh, hoe zou u het ook raden kunnen
Het is ook niet zoo iets gewoons, dat
een menach aile dagen overkomt. Eigen
lijk durf ik 't u nog niet eens te ver-
tellen, maar u ia altijd onze vriend
geweest en voorn&meîgk de vriend van
Elfriede nietwaar
„Niemand op de wereld kan haar zoo
hoog vereeren als ik, mgnheer Stiller."
De sehilder sehudde den jongen dominée
de hand.
„Dat vind ik aardig van u. En 't zou
ook zonde wezen, als ik u 't nieuws niet
meedeelde mgn Elfriede is verloofd 1"
„Verloofd 1"
De kunstenaar was veel te opgewonden
om ,den plotseling zoo veranderden toon
te hooren, waarop dit enkele woord werd
uitgesproken.
Ja, ja, zg is verloofd beaamde hg,
met vollen aadruk.
„Maar dat is nog niets buitengewoons,
dat kon aile dagen gebeuren. Maar de
hoofdzaak is, met wien ze verloofd is.
En nu, mgnheer de predikant, luister
Elfriede's toekomstige gemaal is de eerate
luitenant Vrgheer Koert van Hardenegg
uit Buchwold. Wat een naam, hé
Maar die klinkt niet kwaad 1"
„Neen, waarlgk die klinkt niet
kwaad."
Werner herhsalde deze woorden me-
chanisch en toonloos. Hg wist misschien
zelf niet, wat hg sprak.
BEn u kent den heer," ging Stiller
voort. Een knappe man Ik geloof niet,
dat er in de heele stad een is, die knap-
per is dan hg. En rgk kolossaal I
Maar u zegt heelemaal niets. Als
mgn gebabbel u verveelt, exeuseer me
dan."
„0, pardon dat ik dat ik niet
dadelgk mgn gelukwenschen aanbood.
En juffrouw Elfriede Zg is zeer
gelukkig, nietwaar
Natuurlgk is ze dat. Dat wil zeggen,
op dit ooganblik weet zij het eigeoiijk
nog niet. Als vader alleen voor plezier
uitgaat, dan moet hg zgn kinderen toch
ook wat meebrengen en nu haal ik
straks dat groote nieuws voor den dag,
als een zak vol lekkerngen."
Lachend stond hg zich in de handen
te wrgven. De jonge man echter was
plotseling donkerrood geworden in zijn
gezieht en waagde op te merken
„Maar, mgnheer Stiller, als uw dochter
er nog niots van -weet, dan is toeh de
mogelgkheid niet uitgesloten, dat zg
dat zg daar in 't geheel niet mee
ingenomen is,"
De historieschilder keek den spreker
aan, alsof hg plotseling een vlaag van
waanzin bg hem ontdekt had.
„Daarmee niet ingenomen Hoe ter
wereld komt u op zoo'n zot idee Zou
zij er niet mee ingenomen zgn een rgke,
voorname dame te worden Zij moet
bedenken, dat ze haar vader nu ontheffen
kan van aile zorg voor de toekomst, dat
die vader al zooveei heeft moeten ontbe-
ren van de kunst. Weet u al, dat we
allemaal vertrekken naar 't kaateel van
mijn schoonzoon en dat ik voortaan rnijn
atelier zal inrichten te jBuchwald? O,
't zal nu eens eindelgk anders worden,
beste vriend. De wereld zal nu van
Balthazar Stiller hooren, reken daar vaat
op. Of meent u nu nog, dat mijn dochter
niet ermee ingenomen zou zijn
De blos van vreugda was reeds heele
maal weer verdwenen op Werner's gezieht.
„Neen, dat dank ik niet meer, zei hg,
eacht. „En God geve, dat de toekomst
uwer dochter een gelukkige zij I
„Ziezoo, dat is een verstandig woord
Ga nu met me mee, het zal u ook ge-
noegen doen de vreugd van de meisjes
bij te wonen.
Haastig wendde de jonge man zieh af.
„Nu niet, mgnheer Stiller, nu niet.
Ik zal juflrouw Elfriede sshriftelgk mgn
gelukwensch doen toekomen, als 't soms,
voor mijn vertrek niet meer mogelijk is,
bij u te komen."
„Zooals u wilt. Ik durf nu niet langer
wegblijven. Goeden nacht Hg sehudde
den eandidaat de hand en terwijl hg,
vlugger dan gewoonlrjk, de steila trap
opklom, bromde hg voor zieh heen
„Ik geloof stellig, dat de dominée niet
heelemaal vrg is van jalouzie. Hg had
als waar vriend, toeh wel een beetje op-
gewekter kunnen felioiteeren."
Het misnoegen van den sehilder zou
nog grooter geweest zgn, als hg gesien
had, met welk een doodelgk bleek, treurig
gezieht Johannes Werner terugkeerde
naar zijn «enzame kamer.
De twee zusters zaten in de huiskamer,
toen Stiller binnentrad. Elfriede was
met een handwerkje bezig en Margaretha
las met haar gevoslvolle stem voor, uit
een boekje. Toen zg haar vader zag,
wilde de jongste, als naar gewoonte, op-
springen en hem omarmen. De sehilder
evenwel weerde haar af, rnaakte een deftig
gebaar en sprak op theatralen toon
Juffrouw Elfriede Stiller, ik kom uit
naam van Vrgheer Koert van Hardenegg,
die u zgn hart en hand aanbiedt en, al
zijn bezittingen aan uw voeten nederlegt."
De beide meisjes keken elkaar swggend
aan van verbazing.
Nog nooit was vader thuisgekomen met
het geringste spoor van dronkensehap en
de kinderen wisten waarlgk niet, wat zg
van hem denken meesten. Elfriede, die
een kleur gekregen had, «tond op en
en wilde hem naar de canapeé brengen.
Hg echter nam haar hoofd tussehen beide
haeden, kaste haar innig en sprak
„Mgn kind, mgn lief, lief kind, tra-
nen van ontroering verstikten zgn stem
„ik heb geweten, dat al ons geluk slechts
door jou zou komen."
„Macr, mijn God, vader, is het dan
wezenlgk waar?-' riep Margaretha uit,
die van sehrik en verbazing nog op de
zelfde plaats was blijven staan.
#U wilt zeker ona wat wgs maken en
dat vind ik heelemaal niet meoi van u."
„Neea, kinderen 't is geen grsp, 't is
geen grap, 't is heiiige ernst I Wij wor
den feestelgk ingehaald op het slot en
Elfriede onze Elfriede zal er de heer-
scheresse zgn.
(Wordt vervolgd.)