Pif peu H. TEUBEN Aiwrtartie's es Dnkwsrkei SisarsRmagnijD i. TEUBER, Sappimeer Itl. 264 WIE JAMES SLDITER Il Mej. Gr. BRAAM - Kolham IVALITEIT SIBARE1 ~èêÊM: De heroemde Friesche Stroop Advertentie's vanaf 13 cent. -cfa/ wefcaai. II! regel matig adverteert inOost-Goorecht Ikan en mag rekenen op toenemend succès T foo lang de lepel in de Strooppot staat... mmmk Wèè in alSe modeliez en pr^sen Nnordarsiraat 56 SAPPEMEER. TELEFOON 183x Agesfcsshap v. „Oost-Qoore«Mt" ess „Slo«kter Courbât" worden zonder prysYerhooging aangenomen. voor S of 4 csnt. K. TIKTAK N.Y. VRIJ BEDRIJF. Opvallend, zoo lang als U met een beker stroop De Friesche Vlag doet. Door de heerlijke voile smaak is ze zoo zuinig in 't gebruik. Uw winkelier heeft stroop De Friesche Vlag in voorraad, maar uitsluitend verpakt in hygiënische, practische bekers. Daarmede koopt U, behalve de fijnste stroop, ôôk de garantie voor zuiverheid en.... goed gewicht. Ze kost niet méér dan ge- wone, onverpakte stroop. Reste! cens een beker, van een kilo ol een Pond. voor dit blad moeten ultaHIJk Qcndvr- dag's 's avonds 6 aur van De Groeve en Om- streken in mijn bezit aljn Winkelier De Groeve D 35 Speldjesdag voor „HET HOOGELAND." Gaarne vestigen wij de aan- dacht op den a.s. speldjesdag voor de vereeniging „Het Hoogeland". Zooals bekend worden in de kolonies en tehuizen dezer Vereeniging verpleegd voor- waardelijk veroordeelden, voor- waardelijk invrijheidgestelden, zwervers, landloopers, drank- zuchtigen, onvolwaardigen, alleenstaande personen en ou- den van dagen, van aile ge- zindten. Over 1938 bedroeg het aan- tal verpleegdagen 66061. 400 personen van aile ge- zindten en uit aile deelen des lands werden in haar kolonies en tehuizen, n.l. „Het Hooge land", „Ons Thuis", en Klein Bouwzicht" te Beekbergen, „Filadelfia" te Vries (Dr.) en „Wilhelminahoeve" te Opende (Gr.) verpleegd. Buiten genoemde kolonie- gevallen werd aan 801 door- trekkende personen, die niet hadden te eten, een warme maaltijd, of brood met koffie verstrekt. Aan 156 personen, die geen onderdak hadden, werd nacht- logies met ontbijt verschaft. Heiaas moesten van 115 personen de aanvragen voor opnamc in de kolonies wegens geld- en plaatsgebrek worden aigewezen, zoodat uitbreiding van verplegingsgelegenheid dringend noodig is. Wij vertrouwen, dat men graag dezen mooien en nutti- gen arbeid van rie alom be- kende vereeniging „Het Hoo geland" zal steunen door het koopen van een speldje. Allen die een speldje koopen ontvangen van de collectantes een beknopt jaaroverzichtje van den arbeid der Vereeniging over 1938. Daarin vindt men verschillende cijfers betreffende de verpleegden met vermelding van de provincie van herkomst en de gezindte, waartoe ze be- hoorden. Daaruit ziet men, waarvoor men zijn bijdrage geeft. „Helpt ons helpen", opdat de vereeniging „Het Hooge land" velen kan heipen. Het plaatselijk comité. Offlcleele Publicatiën. Gevonden voorwsrpen. Een Duimstok. Een Damestaschje. Een Kindermutsje. Inlichtingen op werkdagen des voormiddags tusschen 9 en 11 uur, politiebureau achtar het gemeentehuis te Hoogezand Uitoefening Kiesrecht door personen, die in Dienstbetrekking zijn. De Burgemeesters der ge- meenten Hoogezand en Sap- pemeer herinneren in verband met de op 12 Juni a.s. in de gemeente Sappemeer en de op 19 Juni a.s. in de gemeente Hoogezand plaats hebbende steinming ter verkiezing van de leden van den gemeente- raad personen, bij wie en bcstuurders van bijzondere ondernemingen en instellingen, waarbij personen, die den leeftijd van vijf en twintig jaren hebben bereikt, in dienstbe trekking zijn, er aan dat zij volgens art. 55 der Kieswet, verplicht zijn, voor zoover niet bij algemeenen maatregel van bestuur vrijstel- ling is verleend, te zorgen, dat ieder van die personen, die i bevoegd is tôt de keuze mede tewerken.gedurendetenminste twee achtereenvolgende uren, tusschen acht uren des voor middags en vijf uren des voor middags daartoe, gelegenheid vinde dat zij, volgens art. 56 van genoemde wet, voor zoover arbeid wordt verricht in fa- brieken of werkplaaten, ver plicht zijn te zorgen, dat in het arbeidslokaal en, zoo er meer arbeidslokalen zijn, in het grootste of wel in meer dan één arbeidslokaal gedu- rende twee werkdagen voor en op den tôt stemming be- paalden tijd op eene zichtbare wijze is opgehangen eene door hen of van hunnentwege on- derteekende lijst, de uren, in art. 55 bedoeld, vermeldende, voor elk afzonderlijk of groeps- gewijze of voor allen gezamen- lijk; dat volgens art. 151 der Kieswet, overtreding van bo- venstaande voorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste veertien dagen of geldboete van ten hoogste vijf en zeventig gulden. Lijsten, om op te hangen in fabrieken of werkplaatsen, zijn verkrijgbaar ter gemeente-se- cretarie. Sappemeer J De Burgemeester voornoerrd J. TU1N. A. JONKEREN. Stemming gemeenteraad. Burgemeesters en Wethou- ders der gemeenten Hooge zand en Sappemeer brengen ter openbare kennis, dat in de gemeente Sappemeer op Maan- dag, 12 Juni 1939 en in de gemeente Hoogezand op Maan- dag, 19 Juni 1939 van des morgens acht tôt des namid- dags vijf uur zal geschieden de stemming ter verkiezing van de leden van den Raad dier gemeenten. Zij herinneren aan de ver- plichting, opgeiegd bij arlikel 72, tweede lid, der Kieswet. Ieder, die volgens de kiezers- lijst bevoegd is tôt de keuze mede te werken, is verplicht zich binnen den door de stem ming bepaalden tijd ter uit oefening van zijn kiesrecht aan te melden bij het stembureau van het voor hem op de kie- zerslijst aangewezen stem- district, behalve in het geval, voorzien bij artikel 61 der Kieswet, of bij het bestaan van een geldige reden van ver- hindering. Artikel 150a der Kieswet luidt Hij, die bij eene ver kiezing als gemachtigde stemt voor een persoon, wetende dat deze overleden is, wordt ge straft met hechtenis van ten hoogste een maand of geld boete van ten hoogste duizend gulden. Artikel 128 van het Wetboek van Strafrecht luidt: Hij, die opzettelijk zich voor een ander uitgevende, aan een krachtens wettelijk voorschrift uitgeschre- ven verkiezing deelneemt, wordt gestraft met gevangenis- straf van ten hoogste één jaar. Hoogezand 53 Juni Sappemeer Burgemeester en Wethouders der gemeente Hoogezand, J. TUIN. De Secretaris, G. ZWIERS Burgemeester en Wethouders der gemeente Sappemeer, A. JONKEREN De Secretaris, J. J. PERDON. 1939. «De menscb heeit een vrijen wil," zei de jonge hulppredikant Elfting. Er zaten eenigc goede bekenden uit de kleine stad bij een, in de gc- zellige heerenkamer van den leeraar Britler, een vermogend, bijzonder intelligent en gezien man, vrijgezel en in het bezit van twee onscbatbare dingen een hartelijke gastvrijheid en een uitstekende keukenmeid. Enkelen van zijn bekenden hadden bij hem gegeten en men sprak nu over allerlei. De leeraar, die bijzon der bemind was bij zijn leerlingen vertelde een paar staaitjes over jonge menschen. Toen de hulppredikant z(jn opmerking maakte op eenigs- zins scherpen toon, daar bij vond, dat Britler veel te vergoelijkend had gesproken over een belhamel dien men van school had gestuurd keek Britler hem wat eigenaardiger aan. Hq. was niet zooveel ouder. doch zijn blik en glimlach veniedén, dat hij de jaren dubbel geleefd had, door ze zeer diep te doorvoelen en ailes diep te doordenken. „|a, dat willen we hopen", zei hij, «maar toch Mijn vader had een reislustige natuur en geld genoeg om aan zijn zweiflust toe te geven zoc- doende ben ik heel wat de wereld rondgekomen als kind en heb veel gezien. En ontelbare malen is het me opgevallen, hoe vreemd het noodlot kan zijn, of dat, watwe zoo noemen. Natuurlljk hebben we een wil doch hoe Geremd en gebonden door Seboorte, omstandigheden, door mil- oenen schijnbare kleinigheder. «Ach kom, kom," zei Elfting ge- ërgerd, «men is tegenwoordig te week- taartig tegenover kinderen en misda- digersl De jongen, waarover we spraken, is van goede famille, zqn ouders zijn dol op hem, brave, ver- standige lieden, hij heeft ailes en ailes mee en toch Er is nooit iets gebeurd om hem zoo'n iastigen bel hamel te maken «Wat weten wij ervan". De gastheer stond op, om ziin gasten nog een s in te schenken. Toen hij weer was gaan zitter, zei hij «Ik heb als jongen eens een geval mee- gemaakt, dat een onuitwischbaren in- druk op me heeft gemaakt. Ik was omstreeks tien jaar, toen we ergens in een welvarende provincie-slad, waarvan de naam er niet toe doet, ons vestigden tusschen twee reis- perioden door van mijn vader. Ik ging er naar school, was er ten deele achter, ten deele voor. Natuurlijk kende ik ai heel wat van vreemde talen en aardrqkskunde, waarvan de anderen niets wisten, doch had ook veel van het geregeld onderwijs ge- mist. Maar dat doet niet te zake. Ik wou vertellen van Ivan." Hij stopte een pijp, stak die aan en vervolgde: «Het was een bleeke, zwakke, teere jongen, die op een dag in den herist op school kwam later dan de rest, want hq was ziek ge- weest. Hq heette Ivan. Die naam werd zÇn noodlot. Ik ben er tôt op heden van overtuigd, dat zqn heele leven anders zou zijn geweest, als hq Peter, Hugo of hoe dan ook had ge- heeten," „Dat lijkt me een afdwailng naar theoscfie", zei de hulppredikant, „ik ken een oude dame, die te elfder ure van voornaam veranderd is, ze ont- dekte opeens, dat ze den verkeerden naam droeg. Haar leven zou dan zeker ook heei anders zqn geweest, als zij eerder haar naam veranderd had." „Dat weet ik niet," zei Britler be- daard, «ik spreek van Ivan. Misscbien zou het er ook niet toe hebben gedaan bq een anderen jongen, maar juist dat hij licbameiqk teer, zachtmoedig en intelligent was Wel, het ging zoo. In den aanvang liet men Ivan vrqwel onopgemerkt. Hq was een der beste leerlingen van de klas, maar altqd bereid tôt belpen en hq klikte nooit, zoodat hq niet onbemind was. Maar op een onzaligen dag hadden wq geschiedenisles en onze leeraar wijdde uit over Ivan den Verschrik- keiqke. Er werd wat gegrinnikt en ook de leeraar lachte even en keek Ivan aan. „Dat was een ander heer dan jq I" zei hij en Ivan lachte ook. Van dien dag af echler begon het. wq noem- den hem voortaan «Ivan de Verschrik- keiqke." De tegensteilirg had onze jongenshumor geprikkeld. Maar er waren er, die met de wreedbeid van kinderen verder gingen. Zij Irgden voortdurend den nadruk op die tegen- stelling, ze begonnen den jongen te plagen en te sarren. Op iedere school heb je van die arme, kleine zonde- bokken, slachtoffertjes, waarvan soms niemand vermoedt, hoe ze iqden, kin deren, die voor bun beele leven wor den bedorven. Ik ben er van over tuigd, dat de meeste menschen met minderwaardigheidscomplexen.zenuw- storingen en dergeiqke verscbqnselen, die te danken hebben aan de school. Ik zelf vocht eens met een jongen, die Ivan systematisch mishandelde, hem steeds aan zqn ooren trok en dan hoonde «Ivan de Verschiikkeiqke, wanneer neem je je bloedige wraak De jongen, die vriendeiqk en opge- wekt was geweest, werd schuw en stil. Tenslotte lekte er het een en ander van uit en op aanraden van den directeur zelf, namen de ouders hun kind van de school en lieten hem een jaar lang thuis onderwijzen. Daarna zou hq dan op een andere school worden geplaatst. Ik vertrok vôôr dien tijd, want mqn vader had alweer genoeg van het rustige leven. Maar jaren later werd ik berinnerd aan die épisode. Hij zweeg even en rookte- De anderen luisterden met belangstelling, alleen de hulppredikant trok de wenkbrauwen wat op, bq voorbaat sceptiseh. „Ik ontraoette misschien wel vqftien jaar na die geschiedenis een vroegeren schoolkameraad' Na- tuuriqk baalden wij allerlei heritinerin- gen op en ik vroeg ook, of hq Ivan nog wel eens had teruggezien. Hij zei „0, dat is gek afgeloopen. Voor zoover ik gehoord heb is Ivan na een jaartje weer op school gedaan, maar op de een of andere manier was de zaak daar ook bekend geworden en al gauw bad hq er weer zijn bqnaam, hoewel de leeraren er wel op letten, dat hq niet weer gesard werd. Maar na een jaartje begonnen er allerlei vreemde dingen te gebeuren. Een jongen kreeg een steen tegen zqn boofd, die ergens achter een boom vandaan naar hem werd geslingerd, zonder eenige aanleieing een ander viel van de trap, bet bleek later, dat die met zeep was ingesmeerd en zoo het één na het ander. En men kon er maar niet achter komen, wie het was. Tôt op een dag, toen een van de jongens Ivan wee? «Ivan de Ver- schrikkeiqke" noemde, Ivan zoo eigen- aardig grijnsde, dat de jongens opeens begrepen, dat hq er meer van wist. Zi] wilden hem een pak slaag geven, doch werden daarin verhinderd door den portier, die het den directeur mededeelde. De jongens en Ivan werden ter verantwoordirg geroepen. Ivan ontkende iels te weten van de ongelukken en leelijke streken en je weet, bq zag er altqd zoo tenger en verlegen en ongevaarlljk uit, dat de directeur hem absoluut geloofde en de jongens een stevigen uitbiander gaî. Maar enkele dagen later gebturde er weer een „ongeiuk" en sirdsdien begonnen zq ivan ailemaal te vermq- den, Zf plaagden hem niet meer, maar ze negeerden hem en tenslotte ramen zqn ouders hem daar weg. Of hq weikelijk die streken uit- haalde hebben wq r.ooitgeweten. Tôt zoover het verhaal van mqn school kameraad. Ik was er door getrcffen en riep me het beeld van den zwak- ken, tengeren jongen voor den geest, met zijn verlegen lacbje. Ik kon on- mogeiqk gelooven, dat hq zulke ge- meene wraaknemingen zou hebben gehouden, Er verlieptn weer enkele jaren en toen las ik op een dag een rechtbankverslag, dat mqn aan- dacht trok. Het ging om een diefstal en de verdachte was mij volkomen onbekend, maar bq legde verklaringen af, die eenige sensatie wekten. Hq beweerde namelijk le weten, wie de moordenaar was, naar wien men sinds jaren gezocht had, de zoogenaamde Bstilie moordenaar". Jullie weet, voor zoover bekend werd, moet hq minstens vijf menschen hebben vermoord, hq duikt als uit het niets op, dood zonder klaarblijkelijke reden en verdwqnt en daar bq telkens ergens anders zqn misdrqven pleegt, is het enorm moeilijk hem op het spoor te komen. De dief beweerde, dat hq een en ander van hem kon vertellen hij hoopte na- tuurlflk, dat bet zqn eigen straf zou verminderen. Ziehier, wat hq verklaar- de. Sinds eenige jaren was er in de onderwereld een merkwaardig type opgedoken, een jongeman, die biqk- baar van goede famille was, doch ge- heel aan lager wal geraakt, uiteriqk een nietige, ongevaarlljke jongen, doch in werkeiqkheid zoo koeibloedig en zoo wreed, dat hq zelfs de ruwste onderwereldtypen ontzag inboezemde. Men zei van hem, dat hq zqn hand niet omdraaide voor een moord en weldra werd alom onder de kameraden gefluisterd, dat bq de stille moordenaar was. Waarom hq die misdrqven pleegde? Het scheen, dat hq krank- zinnig was en maar één doel erbq had: angst in te boezemen. Toen hq een jongen was, hadden ze hem op school gehoond en getreîterd, omdat hq Ivan heette. Men noemde hem „Ivan de Verschrikkelijke" en iedereen lachte om de tegenstelling tusschen zqn uiterlijk en wezen en dien naam. Later, toen h| ouder werd, gebeurde het eens, dat een meisje iets daarvan hoorde en er een grapje over maakte. Hij raakte buiten zich zelf, begon van dat moment af zqn werk te ver- waarloozen, zakte steeds dieper weg en werd, wat hq nu geworden was: een misdadiger. Elfting verbrak het eerst bet zwq- gen. „Maar wat een onzin U gelooft dus, dat die jongen een braaf burger zou zqn geworden, als hij anders had geheeten „Ja," zei Britler en klopte zqn pqp uit, „ik geloof, dat hq dan nooit een vlieg kwaad zou hebben gedaan. Maar spot is een vergif ,En intusseben is bq nog steeds niet gevangen," merkte iemand op. Britler staarde nadenkend in zqn tabakszak. „Nten," zei hq, „en wat meer zegt toen ik eenmaal wist wie, naar alie waarscbqoiqkheid de stille moordenaar was, bleek ik ook in staat, in die schqnbaar zinlooze moorden een sy- steem te ontdekken. Vqf slachtoffers waren bekend geworden. Drie ervan waren mannen twee hadden met mq schoolgegaan, de derde, zooals door informatie van me bleek, was met hem op die andere school geweest. Twee der slachtoffers waren vrou- wen. De eene getrouwd met iemand, dien Ivan in zqn studententfd gekend had, de ander was bet meisje, waar van ik daar straks vertelde. „En het vqf de?" vroeg een der anderen. «Dat was een kind. Het kind van een vroegeren buurjongen van Ivan, die hem altqd bespotte met zqn bq naam." Het bleef een tqdlang stil, een stilte die slechts werd verbroken door de lucifer, die Britler aanstak om zqn pqp opnieuw aan te steken. «Ik vraag me soms af," zei bq toen, een rook- wolk uitblazend, „of bij zich nog her- innert, dat ik hem ook wel eens plaagde en ik beken eerlijk, dat 1k heel blij ben, dat bet erg onsebuidige plagerqen waren. Maar toch BU OMS à#-/ 3 Juni 1939. DOOR L. GOLDING. Nadruk Verboden

Kranten- en periodiekenviewer van het Historisch Archief Midden-Groningen


(Volksblad) Oost-Goorecht en Omstreken nl | 1939 | | pagina 4