J
Sclouwburgzaal Hôtel FABER
MAISON
DIETEHS
N.V. Veenkoloniale Bank
voor Kypotheek
en SchBepsverband
Algem. Vergadering
van Aandeelhouders
Oonderdag 12 Juni 1941
Dagelijks
Geopend
DEKKLEDEN te huur
H. v. d. WERFF Ml
ààkMMÂàMÂàiï
BIOSCOOP HOOGEZAND.
Mans Landhoeden.
linnea Kinder Zomer-Hoidjes.
HENSEN, Martenshoek
In Huweiiiks- en Verlovings-Catorr
A. J. BONTING,
PERKPLANTEK
Slochterstraat 103
De
Edele
i
BEIDE PINKSTERDAGEN
'S
ô-S
van 6 tôt 7 uur.
Advertentiën
B. H. TEUBEN
Planten voor Bloembakken.
S 2
i? %7EL MQ e# 5"
S
w. WEVER.
Heerenkleeding naar maat.
PINKSTERPROGRAMMA
en
lach is niet van de lucht
het spel is voortreffelijk.
in DE TROUWELOOZE ECKEHART
H ARTEN.
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD Officieel Orgaan voor Hoogezand en Sannemeer
c„'®«
Chique
HOEDEN
Spaarbank
Plaatselijk Nut
H. KOK
43
COR R U Y S,
LOUIS DE BREE,
Een film waarbij men zich op-
recht zal amuseeren.
Oplaag 8000 exemplaren
71e Jaargang
ZATERDAG 31 Mei 1941
Drukker-Uitgever T. K. KREMER
in 't Hôtel Struvé
Behangseipapiet
43 VRIJDAG 30, ZATERDAG 31 Mei, ZONDAG 1,
S*
Verhuisd
naar
44
41
44
*3
*3
*3
*3
*3
*3
*3
41
44
41
4%
44
4-3
41
*3
44
44
41
41
41
44
44
MAANDAG 2 en WOENSDAG 4 Juni.
Een vroolijk I
41
44
41
44
41
44
41
44
41
44
H
w„rd, huis aanhuis 2eleze„ HOOGEZAND, ^el-Wà^K—n,
Dit BLAD verschijnt ZATERDAGS
Franco per post f 1.20 per jaar.
HOOGEZAND. TCI oo
TELEFOON 22.
r®
Vrooli'lke schetsen
Liedjes en
mÊ
praaties-
'«4_J \1
7 v
<S> c(
pècori
jOOP GtESU^
ENTRÉEPRIJZEN f 1.50, f 1.25, f 1.00 en f 0.75 (rechten inbegrepen).
PLAATSBESPREKINQ hedenmiddag 4 uur; verder iederen dag van 4—6 uur.
Verl. Hoofdstr.
HOOGEZAND.
gev. te SAPPEMEER.
op
des nam. 2.30 uur
te SAPPEMEER.
Hoogezand-Sappemeer.
Inleggersrente 3
Spaarbusjes kosteloos verkrijg-
baar.
voor dit blad worden aan-
genomen door
Telefoonkantoor, DE GROEVE.
per week per maand per jaar.
Vraagt tarieven. %'rf
BrugstraatTel. 89 MARI u van H
1 ikdoM
Wij hebben en enorme sorteering in Pra0Êgf
Nieuwste dessins. Lage prij
Verl. Hoofdstraat - HOOGEZANI
Huurboekjes
KREMER's Boekhandel
4*3 1RË
TELEFOON 52.
Zoolang de voorraad strekt
Wit Linnen Heeren Zomer PETTEN.
Grijs
Blauw
zijn wij nog ruim gesorteerd.
Kielsterstr. 15, HOOGEZAND,
Tel. 73.
Voor Grafbeplanting
Witte en Roode
BEGONIA's.
SALVIA's
GERANIUMS
enz. enz.
fl)
S %^pp s, jr
FEUILLETON.
Agenda:
Benoeming van een aandeel-
houder ingevolge het bepaal-
de in art. 36 der statuten.
Verslag over den toestand
der Vennootschap en hare
verrichtingen in het jaar 1940.
Vaststelling van Balans en
Verbes- en winstrekening.
Voorstel inzake winstver-
deeling.
Benoeming van twee com-
missarissen wegens perio-
dieke aftreding van de heeren
J. N. SPOELSTRA en W. C.
W1LDERVANCK, die her-
kiesbaar zijn.
Voorstel van Commissarissen
inzake het bestuur der Ven
nootschap.
Mededeelingen.
Rondvraag.
De vergadering is toegankelijk
op vertoon van aandeelbewijzen,
oprichtersbewijzen of pandbrie-
ven (de laatste tôt een bedrag
van f 300.—).
Stemrecht alleen op aandeel
bewijzen.
De Balans, Verlies- en Winst
rekening liggen vanaf heden
voor aandeelhouders ten kantore
der Bank ter inzage.
Het Bestuur.
van Slochterstraatl 12n
reprice van de Nederlandsche film
met
Mary Dresselhuys, Louis Borel, Fie Kôhler,
Frits van Dongen, Dolly Mollinger, Sien de la
Mar en vele anderen.
Regie Herman Kosterlitz en Ernst Winar.
<4*3 Avondvoorstellingen 8 uur. Beide Pinksterdagen 's middags half 5. Su
Toegang aile leeftijden
Hans Moser - Théo Lingen - Lucie Englisch
SAPPEMEER vh- T-J borgesius zn. Telefoon 213.
Inzending van advertenties vôôr Vrijdagmiddag 12 uur.
-ass^si.
..y
••L ,.-;V -r
V;
2.
3.
4.
tt
M tf
6.
7.
8.
DE KRIBBEBIJTER
Verwacht
De oerkomische lotgevallen van een kofl'ertje en zijn tôt wanhoop gebrachte
eigenaar. Een pittig en oergeestig gegeven, waarin de beide komieken Hans
Moser en Théo Lingen elkaar naar de kroon steken.
CT»;
7.
„Maar zeg eens, Mignon, waar-
om waarom denk je toch, dat ik
niet van je louden kan Ik ben toch
nooit onvriendelijk tegen je geweest f"
„Ik voeldehet, dacht ik. U was nooit
blij, u is altijd zoo stil en dan meende
ik, dat u boos was."
Het kind sprak verlegen en aarze-
lend zij wist niet goed, hoe zij moest
weergeven, Mat zij altijd gevoeld had
de koelheid, die zoo lang op haar warm
kinderhartje had gedrukt.
„Willen wij nu samen ook gaan
wandel*n, Mignon
Hoe schitterden de donkere oogen
van verrukking.
Mevrouw haalde haar hoed.
„We zullendoor de weiden gaan, hé?
En dan mag je er niets van aan den
dokter zeggen. Zie je, Mignon, ik wil
eerst weer flink leeren wandelen, vôôr
ik me bij het troepje aansluit daarom
zullen wij ons samen oefenen."
„0 ja, heerlijk
Iedere week gingen zij voortaan
samen eenige malen uit, maar noch de
dokter, noch Albert merkte er iets van.
Mignon liep zingend door den tuin
en plukte 's morgens bloemen voor haar
pleegmoeder.
Eens vroeg mevrouw „Hoe bedenk
je dat ailes toch kind
„Dat weet ik niet, maar het staat
zoo mooi, als er bloemen op de ontbijt-
tafel staan en mijnheer houdt er zoo-
veel van," zei het kind met een vroo-
lijken lach.
„Hoe weet je dat
„Ik heb het gezien Mijnheer kijkt
altijd zoo vriendelijk de bloemen aan,
dat hij er zeker veel van houden moet."
De oogen van het kind hadden op-
gemerkt, wat aan de oogen der vrouw
ontgaan was.
Voortaan versierde mevrouw ook de
middagtafel met bloemen. De dokter
zag het en een blijde glimlach speelde
om zijn lippen.
„Is het naar je smaak, Frits
vroeg zij eens.
Hij kuste plagend haar blanke
handen.
„Je bent veranderd, Leonie. Waarom
versier je tegen woordig ailes met
bloemen
„Ik dacht, dat het je aangenaam
was
„Ja, lieve, dat is't ook. Niet om de
bloemen zelf, maar omdat nu,
omdat je tegenwoordig ook mcer bloe
men in ons beider leven aanbrengt.
Als ik vroeger zoo eens 'n romantische
bui had, dan keek je zoo koel en
vreemd, dat ik dacht zij lacht je uit."
Zij schudde schalks het hoofd. Dat
stond haar zoo goed.
„En ik dacht wat zal hij je dom
vinden
„Nee, maar, Leonie, hoe dwaas
Eenige weken later voelde de arts
zich ongesteld en bleefin de huiskamer
op een sofa liggen. Mevrouw was vol
zorg evenals altijd, maar haar oplet-
tendheid had een teederder vorm aan-
genomen, die den zieke onuitsprekelijk
dankbaar en gelukkig stemde.
Zij verdreef hem op allerlei wijze
den tijd, geholpen door Albert en
Mignon. Er heerschte gezelligheid in
het vertrek, als zij samen babbelden
over allerlei onderwerpen, waarin hij
levendig belang stelde. Hij zag ook
de inniger verhouding tusschen zijn
vrouw en de kleine Mignon.
„Hoe is die verandering toch ge-
komen," peinsde hij. Hij begreep het
nog niet, maar hij was er gelukkig
door.
Zij nam soms een van zijn lievelings-
boeken en las er hem uit voor. Dat
verbaasde hem. En dan, na de lezing
vroeg zij hem uit over dingen, die zij
niet recht begreep en het was een
genot voor hem, haar dat ailes uit te
leggen. Dan raakte hij wel eens in
gloed en werd zoo welsprekend, dat
zij kleurde van blijdschap.
Geestdrift, ja, nu kende zij ook de
vervoering door en voor het schoone,
het ideale.
„Verveel ik jk, Leonie?" vroeg hij
dan wel eens.
„0, neen, ga maar voort. Het klinkt
heel mooi en wat ik niet goed begrijp,
zal ik straks wel vragen."
Zôô gingen zij nu dikwijls één weg.
Toen hij zijn praktijk hervatte, be-
gon mevrouw weder haar wandelingen
met Mignon.
Op een heerlijken zoelen middag
gingen zij weer door de weiden.
Mignon wees haar pleegmoeder de
pas ontloken wilde rozen, plukte de
mooie, hel-blauwe vergeet-mij-nietjes
langs de slooten
Het kind zag er uit als een sprook-
jesgodin tusschen al de weidebloemen
en het hooge gras. Haar lange lokken
dansten in den wind en het Zigeuner-
kopje kwam voorbeeldig uit bij het
wijde, roode kleed met bont borduursel.
Ook mevrouw zelf zag erjeugdig-
bevallig uit in haar zilvergrijs kleed
met het kleine, witte stroohoedje.
„Zullen wij nu gaan zitten op dit
heuveltje, dan vlecht ik een mooien
krans voor uw hoed," riep Mignon,
en huppelde door gras en koekoeks-
bloemen om de ondeugende vergeet-
mij-nietjes te ontdekken, die zich zoo
héél dicht aan het water verscholen.
Mevrouw vlijde zich in het gras
tegen den kleinen heuvel en Mignon
kwam bij haar zitten met haar kleedje
vol wilde rozen en vergeet-mij-nietjes.
IJverig begon zij den blauwen krans
te vlechten, terwijl mevrouw naar de
tengere vingertjes zat te kijken.
„Welk 'n smaak; de meest ervaren
bloemenbindster kan het haar niet
verbeteren," dacht zij.
„Maakt u nu een ruiker voor mijn
heer, u hebt ze toch zelf geplukt."
„Dat kan ik wel doen," lachte
mevrouw en nam de rozen welke het
kind haar toereikte.
Zoo waren zij beiden in haar werk
verdiept en hoorden niet de naderende
schreden.
De dokter kwam met Albert door
de weide en hoorde plotseling een
helderen luiden lach, gevolgd door een
juichenden uitroep van een kinderstem.
„Leonie," zei hij verrast.
„Mama met Mignon," riep Albert
verbluft.
„Stt kom hier, jongen."
Zacht slopen zij om den heuvel heen.
Mignon knielde juist voor mevrouw
neer en liet zich de wilde rozen in de
lokken steken. De doktersvrouw zag
er zelve liefelijk uit met den blauwen
krans om haar hoedje.
„Zoo moet ik je portret maken,
Leonie
Zij werd vuurrood van schrik, toen
zij de stem van haar man hoorde.
„Hè, Frits wat zijn we kirder-
achtig van morgen, hè Maar 't is
Mignon's schuld."
Zij lachte v-erlegen.
„Mevrouw heeft zulke prachtige
rozen voor u geplukt," zei het kind
opgewonden, „en zij heeft zich heel
erg in de vingers geprikt er zitten
ook zûoveel doornen aan."
De dokter drukte de lippen op die
kleine wonden en nam met stralende
oogen de bloemen in ontvangst.
„Papa, ik heb toch de caméra bij
me, willen wij een portret maken
„Ja, Bert dat is slim van je."
Mevrouw nam weer haar vorige
houding aan en Mignon knielde voor
haar neer.
„Zoo zal ik je nemcn, oggepast
En toen het werk gedaan was, stapte
de dokter gearmd met zijn vrouw door
de weiden in druk en vroolijk gesprek.
Zij vertelde hem van al haar wande
lingen met Mignon.
„Werkelijk, Frits, ik heb van dat
kind geleerd zij is zelf zoo geheel
poëzie, dat zij mij er toe gebracht
heeft, het poëtische in het leven te
zien, en
„En
yrouwtje
«En lief te hebben," voltooide de
schoone vrouw heel zacht, met een
kinderlijken glimlach.
„Leonie juichte hij en drukt#
warm haar hand in de zijne.
Eén weg met hem
„En ik heb Mignon ook lief," zei
ze teeder, „wij zullen voor haar doen
wat wij kunnen, niet waar, Frits
„Alles wat jij maar wilt
De kinderen kwamen achteraan.
„Papa," riep Albert, „ik zal Mignon
uittekenen vôôr ik ga
„Dat 's best, jongen. Maar je zult
er werk aan hebben. Hou jij je al
voor zoo'n kunstenaar
„Ik wil 't toch probeeren en en
dan zal ik 't later nog wel 'ns
overdoen," zei hij nadenkend, door
papa's scherts 'n beetje neergezet.
De oude freule heette Fee, maar wijl
zij er nooit als een elfenkind had uit-
gezien en vooral wijl zij zich er op
toelegde aile verdenking van zachtheid
en teederheid te voorkomen door een
hatelijk gedragen, werd zij Feeks ge-
noemd.
Feeks bewoonde haar oud familier—
goed. Het was een intéressant kasteel,
dat echter dreigde te vervallen. Feeks
liet er nimmer naar omzien. Met eenige
bedienden, oude 1 nitjes, bewoonde zij
een klein gedeelte van het slot en
bekommerde zich bitter weinig om al
de andere zalen, gangen en kamcrs.
Zij zocht niemand en niemand zocht
haar.
Als zij wandelde, was het altijd in
(Vervolg op pag. 4).
M