DE VRIJE WOLDSTREEK
ZATERDAG 19 MEI 1945
ALGEMEEN CHRISTELIJK WEEKBLAD VOOR DE GEMEENTE SLOCHTEREN
Voortzetting van de „WEEK-OVERZICHTEN", verschenen in bezettingstijd
Redactie- en administratie-adres Drukkerij J. Steenhuis - Schildwolde
ONZE HELDEN
Zij gaven hun leven
Het is ons een behoefte in dit artikel
te gedenken hen, die in den strijd tegen
den medogenlozen bezetter in onze ge
meente het hoogste offer brachten.
Het is niet slechts een behoefte, neen
een plicht hun narnen aan de vergetelheid
te ontrukken opdat niet alleen wij, doch
ook ons nageslacht hen ere, wier daden
er toe bijdroegen den overweldiger te
vernietigen en ons de vrijheid te brengen.
Onze vrijheid ook gekocht met hun
bloed
Het was in de Meidagen van 1943 dat
met het ontwaken van de natuur ook het
Nederlandsche volk ontwaakte Waren
veien ingedommeld door het zoet gefluit
van den valsen vogelaar Seys Ir.quart,
die het Nederlandse volk in alle toon
aarden voorpijpte, dat hij het met hun
land toch o zogoed meende eindelijk
ontwaakte ons gehele volk, toen de vijand
merkende, dat het ondanks zijn schone
propaganda, in ons volk borreldeen kook
te van ingehouden verzet, het wrede bevel
gaf tot terugvoering van de eens vrijge
laten krijgsgevangenen.
Toen barstte de woede los. Dat nooit!
Een spontane staking zou de uitvoering
van dit bevel onmogelijk maken
Doch ons arme volk had zich in de
kracht van den vijand vergist. Genadeloos
sloeg zijn ijzeren vuist toe. Envelen
stierven den heldendood voor het vuur-
peleton. Stierven, omdat ze het opnamen
voor onze militairen.
Ook uit onze gemeente vielen ze
We gedenken in stille eerbied
PAULINUS NiEUWOLD, arbeider, geb.
9 juli 1901, wreedaardig neergeknald te
Hoogezand op 4 Mei 1943.
EGBERT THOMA, fabrieksarbeider, geb.
9 April 1917;
HERMANNUS KLEEFMAN, fabrieksar
beider, geb. 23 Juli 1894
EISSO KLEEFMAN, fabrieksarbeider, geb.
4 Juli 1892;
Alle drie genadeloos neergeknald op 4
Mei 1943 op het fabrieksterrein van de
„Woudbloem" door wrede sadisten, die
na hun luguber bedrqf koelbloedig hun
sigaretten rookten. Zij stierven als helden,
in de wetenschap hun leven te geven
voor hun medemensen tot heil van het
Vaderland
Najaar 1944. De herfststormen gieren.
Ook jonge bnomen worden weggerukt
onder hun felle vlagen. Ruw geknakt,
voor zij tot volle wasdom kwamen
Wij gedenken met weemoed en stille
eerbied BALTES TIMMER, geb. 24 Juni
1913, gelijk een jonge, frisse boom wreed
weggerukt uit zijn schone jonge leven.
Neergeknald door het vuurpeleton.
Wat was zijn misdaad?
Onverzadigbaar was de dorst van den
vijand naar jonge menschen om hen in
te schakelen in zijn oorlogsmachine. Op
geroepen werden ze bij duizenden. Goede
Vaderlanders gingen niet
Toen kwam de beurt aan Baltes. Meld
U te Groningen met uw vrachtauto
Baltes Timmer ging niet! Hij bleef
trouw aan Vorstin en Vaderland. Hij dook
onder doch werd ontdekt.
En het einde
In de vroege morgenuren van 4 Oct.
1944 schrijdt een jonge held door de stra
ten van Delfzijl.
Hij gaat sterven, doch hij vreest de
dood niet. Hij weeg dat hij zijn leven
geeft voor Vorstin en Vaderland.
Op het stille kerkhof van Delfzijl (o,
duivels gebroed, welk een plaats zocht
gij uit!) knallen de schoten uit de gewe
ren der wellustelingen.
Baltes Timmer gat zijn jonge leven!
Wij zullen hem nimmer vergeten
Wij gedenken HENDRIK VELDHUIS,
geboren 3 April 1905.
Het was een zwarte dag voor de on
dergrondse verzetsbeweging te Slochteren
toen hij gepakt werd, toen de ruwe ge-
weerskolven der Hitlerbeulen ook bons
den op zijn deur en hij werd weggerukt
uit zijn gezin.
Veldhuis, trouwe Vaderlander, wat heeft
ons Vaderland niet aan U te danken.
Gij waagdet alles als het ging voor
de goede zaak. Nimmer zullen we ver
geten Uw heldendaden.
Geen onderduiker klepte tevergeefs bij
U aan. Joden waren bij U welkom. Ver
boden radio-uitzendingen konden wij bij
U beluisteren. In talloze schuilplaatsen
werden door U electrische installaties
aangelegd. De ondergrondse verzetsbe
weging mocht in Uw huis vergaderen.
Zelfs de allergevaarlijkste onderduikers,
wien de doodstraf dreigde, verborgt gij
Gij waagdet Uw leven, rustig, kalm,
omdat ge wist, dat zonder den wil des
Hemelsen Vader geen haar van Uw hoofd
vallen zou
En Uw hemelse Vader vroeg van U
het hoogste offer. Gegrepen werd ge, weg
gesleurd naar Duitsland, naar een hels
concentratiekamp.
Doch God maakte y bereid. Hij nam
U als een getrouwe dienstknecht op in
Ziin heerlijk Vaderhuis.
We ontvingen de tijdirg, dat ge op
2 Januari 1945 vanuithet kamp tussen
PINKSTERFEEST
De Here beware ons voor een 'opper
vlakkig Pinksterfeest; een feest, waarop
we het feit van de komst des Geestes
bespreken en bezingen, en voorts er ons
mede vergenoegen, dat die Geest nu woont
in de gemeente, zonder dat wc behoefte
gevoelen naar persoonlijke aansluiting aan
dien Geest. Welk een arm Pinksterfeest
zou dat zijn; slechts geestloze namaak.
Zij er dan opwaking in de gemeente, en
bij elk onzer.
't Zij wij de werkingen des Geestes
reeds ondervonden, 't zij wij tot nog toe
daaraan vreemd bleven, wij allen hebben
begerig uit te zien naar de persoonlijke
deelname aan het Pinksterfeit. Ach, wij
zijn maar al te spoedig tevreden. Wij zijn
tevreden, als het voor eeuwen gebeurde
feit weer eens herdacht is, en in de pre
diking uiteengezet. En dan noemen we
dat Pinksterfeest. Doch het is hoogstens
een Pinksterdag. Feest, féést wordt het pas
wanneer de tongen als van vuur ook op
ons hoofd schitteren, en wij de grote
werken Gods verkondigen.
En dat kan. Want de Heilige Geest i s
er. Deze gedenkdag prediktopnieuw.dat
de Geest woont en leeft in de gemeente.
Hij is nabij ons. Hij is in ons midden.
Hij biedt zich aan als de verzoende Geest,
de Geest der genade, de Geest van Chris
tus. Komt, buigen we ons dan biddend
neer! Roepen wij Hem in het geloof aan,
zonder ophouden, om levendmaking en
opwekking; opdat Hij, die in de gemeente
is, ook kome tot ons persoonlijk, en wij
een Pinksterfeest vieren, waarbij aan ons
allen vervuld wordt„Het zat op een
iegelijk van hen".
Aurich en Embden zijt heengegaan naar
het Vadarhuis met de vele woningen.
In stille eerbied buigen wij het hoofd
en stamelen Och Here, maak ons
getrouwgetrouw als Hendrik
Veldhuis.
Zo gedenken we onze helden, moge
hun nagedachtenis bij ons in ere blijven.
Hun namen gaven we in de volgorde van
hun verscheiden. Anderen, waarvan het
lot nog niet zeker is, doch voor wie we
vrezen, bleven nog onvermeld. Geve God
dat ze onvermeld kunnen blijven
BIJDRAGE VAN EEN CANADEES
Wij verzochten een Canadese militair
eens zijn indrukken van zijn verblijf in
Nederland weer te geven. Hij verklaarde
zich hiertoe onmiddellijk bereid, en ont
popte zich als een begaafd schrijver.
En het zat op een iegelijk van hen.
Handelingen 2 7
UitR. E v. Arkel „Voor stille uren"